Haarscheurtjes in Lubbers-2 doen hun werk
'Integriteit Van der Linden onaangetast'
'Nederlandse rol na 1992 uitgespeeld'
adyüsri
Van der Linden zag
zevenklapper niet
Praten over
VAN DER LINDEN EN VAN EEKELEN SLACHTOFFERS VAN POLITIEK KLIMAAT Ver/etSSt
PROF. V. D. KOOIJ: LUBBERS MAAKT KARWEI NIET AF
DESTEMCO3
Onvermijdelijl
Troebele uitw
De kroonprins
-DE STEM-
DE STEM ACHTERGROND ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1988
PESTEM BINNB
CDA-FRACTIELEIDER DE VRIES: NIEMAND LOOG, INFORMATIE NIET HELEMAAL GOED
Door Marcel van Lingen
„VAN DAT nieuwe pas
poort, daar gaan we een
mooie publiciteitszaak van
maken". In de zomer van
1986, net na zijn aanstel
ling, droomde ex-staatsse
cretaris Van der Linden
hardop tegenover zijn
toenmalige directeur
voorlichting over glorieuze
persconferenties bij de
aanstaande presentatie
van het nieuwe paspoort
naar Europese snit.
Hij had het dossier toen
waarschijnlijk niet nauwkeu
rig kunnen bekijken.
Gistermiddag, nadat de po
litieke druk op hem om af te
treden tot explosieve hoogte
was gestegen, koos Van der
Linden, gedekt door een fel
van zich afbijtende premier
Lubbers, eieren voor zijn geld.
Van der Linden, Limburgs
hoop in bange dagen, heeft de
veldslag in het 'Buitenland
Holland' met de staart tussen
de benen moeten verlaten.
De felle brief, gestuurd
door premier Lubbers, beze
gelde het lot van de aan flar
den geschoten staatssecreta
ris, de politicus waar CDA-
Limburg trots op is.
De Lange Mars van Van
der Linden, op weg naar zijn
gedroomde ministersschap
van Landbouw en Visserij
waar hij ooit begon als be
leidsmedewerker, is vastgelo
pen op een zaak die aanvan
kelijk een fluitje van een cent
leek.
De politieke carrière van
René van der Linden, naar
eigen zeggen 'geworteld' in
Limburg, kreeg vaste vorm
nadat hij terugkeerde uit
Brussel. Daar was hij lid van
het kabinet van de ËG-com-
missarissen Lardinois en Vre-
deling. In juni 1977 werd hij
lid van de Tweede Kamer na
mens het CDA.
Ten tijde van zijn werk
zaamheden op het ministerie
van Landbouw en Visserij en
nog vóór de oprichting van
het CDA joeg Van der Linden
menig zuidelijk KVP-politi-
cus de stuipen op het lijf: De
partij moest af van het gerit
sel en geregel in achterka
mers.
Even leken die acties er nog
toe te leiden dat hij het ka
merlidmaatschap op een haar
na zou missen. De geplaagde
zuidelijke politieke vrienden
voelden er niet veel voor om
deze jonge hond namens hen
af te vaardigen in de Tweede
Kamer. Maar omdat hij de be
scherming van Lardinois ge
noot, werd hij Kamerlid. Na
zijn verkiezing smolt de twij
fel bij zijn achterban echter
als sneeuw voor de zon.
Van der Lindens ster rees
pas later in zijn partij toen hij
zich ook nadrukkelijker met
landelijke politieke zaken
ging bezighouden, zoals de
vraag of Nederland een aan
tal kerncentrales rijker zou
moeten worden.
Vanaf dat moment begon
nen de voor- en tegenstanders
van Van der Linden zich dui
delijker in de CD A-fractie af
te tekenen. Tegenstanders
stak het dat hij zo nadrukelijk
met een navelstreng verbon
den bleef was aan zijn zuide
lijke vrienden, die Van der
Linden zelf steevast 'mijn
achterban' en 'mijn nooit te
verloochenen afkomst' noem
de.
Van der Lindens uitverkie
zing tot vice-voorzitter van de
CDA-fractie scheidde de
kampen definitief. Het feit
dat 'geachte afgevaardigden',
zoals Van der Sanden en
Aarts de boot misten zit een
handvol fractieleden nog
steeds dwars. Het leek er toen
zelfs even op dat Van der Lin
den fractievoorzitter zou wor
den. Hij miste die functie op
een paar stemmen na.
Na de verkiezingen van
1986 en de daaropvolgende
kabinetsfornatie liep Van der
Linden stralend door de wan
delgangen van het Tweede
Kamer-gebouw. Hij had alle
reden tot vreugde: zijn bij
voortduring geuite wens om
'eindelijk' eens tot het ambt
van minister of staatssecreta
ris geroepen te worden, werd
door Lubbers vervuld.
Op een mooie zomerse mid
dag mocht hij zelfs kiezen: óf
staatssecretaris van Economi
sche Zaken onder WD-mi-
nister De Korte óf staatsse
cretaris van Buitenlandse Za
ken met als minister 'mijn
vriend' Hans van den Broek.
Een snelle blik in de porte
feuille van Buitenlandse Za
ken leerde Van der Linden
dat 'Europa' dan tot zijn be
leidsterrein zou gaan horen.
De voormalige 'Europese' be
leidsmedewerker tekende
verheugd.
Niet snel na aankomst op
het departement is Van der
Linden geschrokken. De in
middels in een andere functie
afgetreden bewindsman Van
Eekelen, had een contract met
ene mijnheer Baard van de
firma KEP in de la van de
nieuwe staatssecretaris ge
legd: Het paspoort nieuwe
stijl kon zijdelings door Van
der Linden behartigd worden,
dacht hij.
Wat aanvankelijk een on
schuldige pot niet ploffend en
stralend Bengaals vuur leek,
ontpopte zich de afgelopen
maanden als een alle kanten
uitschietende zevenklapper,
die de ex-staatssecretraos
maar niet wilde zien. De
vlijmscherpe verwijten in de
paspoortenquête die Van der
Linden langzaam verstikte,
werden nog op de spits gedre
ven doordat de ex-staatsse-
cretaris de stijle ambtenaren
van zijn departement niet in
het gareel kon houden. Hij
miste daarvoor het gezag. Pas
later, en naar nu is gebleken
te laat, ging Van der Linden
zich harder opstellen tegen
top-ambtenaren die meer
wisten van paspoorten dan hij
zelf. Maar dat mocht niet
meer baten, 'de zaak' zat al
veel te lang scheef.
Uitgave van uitgeversmaatschappij De Stem b.v.
Directie: drs. J.H.M. Brader.
Hoofdredactie: H. Coumans-hoofdredacteur.
A. Theunissen en H. Vermeulen - adjunct-hoofdredacteuren.
Hoofdkantoor: Spinveld 55, Breda.
Postadres: Postbus 3229,4800 MB Breda.
076-236911 Telex 54176 Telefax 076-236405.
Centrale redactie Breda:
Nieuwsdienst 076-236452.
Sportredactie 076-236236.
Telefax redactie 076-236309.
Rayonkantoren:
Bergen op Zoom, Zuivelstraat 26, 01640-36850.
Postadres: Postbus 65, 4600 AB Bergen op Zoom.
Breda, Nw. Ginnekenstr. 41236326.
Postadres: Postbus 3229, 4800 MB Breda.
Etten-Leur, Markt 28, 01608-21550.
Postadres: Postbus 363, 4870 AJ Etten-Leur.
Goes, Klokstraat 101100-28030.
Postadres: Postbus 13, 4460 AA Goes.
Hulst, Steenstraat 14, 01140-13751
Postadres: Postbus 62, 4560 AB Hulst.
Oosterhout, Arendstraat 14, 01620-54957.
Postadres: Postbus 4023, 4900 CA Oosterhout.
Roosendaal, Molenstraat 45, 01650-37150.
Postadres: Postbus 35, 4700 AA Roosendaal.
Terneuzen, Nieuwstraat 9, 01150-17920.
Postadres: Postbus 145, 4530 AC Terneuzen
Vlissingen, Torenstraat 5, 01184-19910.
Postadres: Postbus 50514380 KB Vlissingen.
Openingstijden:
Breda en Oosterhout 8.30-17.00 uur;
overige kantoren 8.30-12.30 en 13.30-17.00 uur
Abonnementsprijzen bij vooruitbetaling te voldoen:
24,90 per maand: 71,85 per kwartaal of 279,15 per jaar.
Bij automatische betaling geldt een korting van resp. 1,- per maand,
1,90 per kwartaal, 7,60 per jaar. Prijzen: inclusief 6% B.T.W.
Voor posttoezending geldt een toeslag. Losse nummers: ma. t/m zat. 1,25.
Service-afdeling abonnementen: 076-236472, ma. t/m vrijd. 8.30-17.00 uur.
Heeft u de krant niet ontvangenOnze excuses.
Bel voor nabezorging tijdens kantooruren uw rayonkantoor.
Lezersservice:
Centrale reclame-afdeling 076-236911
Fotoservice 076-236573.
Advertenties (tijdens kantooruren 8.30-17.00 uur):
Rubrieksadvertenties 't Kleintje 076-236882.
Grote advertenties uitsluitend 076-236881
Geboorte- en overlijdensadvertenties 076-236442.
(Buiten kantooruren maandag t/m vrijdag van 19.00 tot 20.30 uur en
zondag van 18.30 tot 21.30 uur 076-236394/236911
Bankrelaties:
Postgiro 1114111 - ABN rek. 520538447.
NCB rek. 230301584 - Rabo rek. 101053738.
Door Max de Bok
HET HEEFT lang ge
duurd, maar gistermiddag
was het dan zover. Staats
secretaris René van der
Linden heeft zijn diploma
tiek paspoort ingeleverd.
De kar met vierkante wie
len, zoals hij het paspoort
dossier noemde toen hij
het van zijn voorganger
Van Eekelen overnam,
heeft hem uiteindelijk ge
blutst in het Limburgse
Nuth afgeleverd.
Zo heeft in een week tijd de
paspoort-affaire twee slacht
offers gekost. De haar
scheurtjes in Lubbers' tweede
ploeg doen hun vernietigende
werk. Van Eekelen weg, Van
der Linden weg, Van den
Broek en de premier zelf
zwaar aangetast.
Zij stonden zo massief ach
ter Van der Linden dat Van
Eekelen, die werkelijke steun
ontbeerde, er jaloers op moet
zijn geworden. René zelf was
vastbesloten. Uit zichzelf op
stappen Nooit. Weggestuurd
worden Desnoods, maar
vechtend voor erkenning van
zijn integriteit.
In de eerste dagen na het
verschijnen van het enquête
rapport dacht hij zich nog te
kunnen verlaten op CDA-
fractieleider De Vries. Zeker,
het commentaar van de frac
tie op de beschuldigingen aan
zijn adres - de Kamer weinig
ruimhartig, onvolledig en on
juist ingelicht - klonk drei
gend. De beschuldigingen ra
ken het hart van de vertrou
wensrelatie tussen regering
en Kamer.
Maar de fractie zou niet
oordelen over het politieke lot
van Van der Linden dan na
Van Eekelen
FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP
kennis genomen te hebben
van het verweer van de meest
betrokken bewindslieden en
de reactie daarop van de en
quêtecommissie. De Vries
wilde niet vervallen in de
voor hem schadelijk uitge
pakte fout bij de bouwenquete
toen hij het vertrouwen in
staatssecretaris Brokx op
zegde nog voordat de schuld
vraag was beantwoord.
Toch heeft de opstelling
van De Vries mede het ver
trek van Van der Linden ver
vroegd. De Vries koos in zijn
contacten met de staatssecre
taris een wat andere formule
ring dan zijn WD-collega
Voorhoeve eerder deze week.
Zei de laatste dat hij Van
Eekelen niet had kunnen ver
zekeren van de onvoorwaar
delijke steun van de fractie,
De Vries was nog subtieler.
„Ik kon geen geruststellende
signalen afgeven over het
eindoordeel van de fractie."
Daaruit trok Van der Lin
den de conclusie dat de basis
voor vertrouwen was komen
te vervallen. Premier Lubbers
zei het hem niet na. Die tam
boereerde op de tweede reden
die Van der Linden voor zijn
vertrek aanvoert: het in dis
krediet geraakt zijn van zijn
Van der Linden
- FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP
integriteit. Zo volgde er giste
ren tegen het einde van de
middag een boeiende, zij het
soms mistige discussie tussen
de premier en de parlemen
taire pers. Mede naar aanlei
ding van enkele Lubberiaanse
zinnen in diens brief aan de
Kamervoorzitter. Zinnen die
spreken van 'verontrustig dat
in de samenleving een onjuist
beeld is ontstaan dat door dit
ontslag nog bevestigd zou
kunnen worden.' Lubbers
stelt vast dat de politieke ze
den, die in de verhouding tus
sen Kamer en bewindsman
hun eigen betekenis en wer
king hebben, tot het aftreden
van de staatssecretaris heb
ben geleid.
Hij zegt ook zelf niet te we
ten wat de staatssecretaris
persoonlijk te verwijten valt
als er al iets aan informatie
ontbroken heeft. 'Dat behoeft
niet het laatste woord te zijn
inzake de politieke verant
woordelijkheid. Waar het mij
om gaat is dat de geur van on
eerlijkheid, die de publieke
vertaling werd van een deel
van het enquêterapport,
wordt weggenomen.'
Het onjuiste beeld dat zou
zijn ontstaan is volgens Lub
bers dat de staatssecretaris
'een litanie van leugens' (zoals
in een beschouwing in een
krant stond) op z'n geweten
zou hebben, het parlement
zou hebben voorgelogen dan
wel gejokt zou hebben. Het
persoonlijke element - te ver
talen met integriteit en het
politieke element - onbewust
onjuiste informatie verstrek
ken - worden vermengd. Met
andere woorden: de volksver
tegenwoordiging kan wel oor
delen dat een bewindsman
onjuiste informatie heeft ver
strekt, maar ze kan daarbij
afwegen of dat bewust is ge
beurd.
Als het niet bewust is ge
beurd, kan het nog zo zijn dat
de er iets breekt in de ver
trouwensrelatie tussen be
windsman en parlement om
dat de ministeriële verant
woordelijkheid zich ook uit
strekt tot falen of verzaken
van ambtenaren, voor wier
doen en laten de bewindsman
politieke verantwoordelijk
heid draagt. Ook al hebben
ambtenaren de bewindsman
met onjuiste of onvolledige
informatie opgezadeld, hij
zelf is en blijft verantwoorde
lijk voor de informatie die hij
aan het parlement geeft. Daar
gaat het om zijn politieke ver
antwoordelij kheid.
Gebeurt het onjuist infor
meren bewust, dan is er
sprake van liegen en is er
voor de bewindsman geen an
dere weg dan wegwezen. Dan
gaat het om zijn persoonlijke
verantwoordelijkheid en
komt de integriteits-vraag
aan de orde.
Lubbers maakt zich, voor
heden en toekomst, zorgen
over het feit dat in het pu
blieke oordeel over een be
windsman die van het geven
van onjuiste informatie wordt
beschuldigd het politieke en
het persoonlijke op één hoop
wordt gegooid. Dat het in de
publieke opinie zo kan wer
ken, is niet bezijden de waar
heid. Maar dat heeft dan ook
te maken met het heersende
politieke klimaat. Een kli
maat dat vanuit kabinet zelf
en Kamer rijp gemaakt is
voor het vallen van bewinds
lieden als rijpe appelen van de
boom. Vanuit het kabinet zelf
door het in enkele gevallen
ten onrechte blijven plakken
aan de zetels, door de Kamer
door geen moed te tonen,
daarvan als het te laat is te
schrikken en dan een nieuwe
politieke cultuur (die zo oud
behoort te zijn als de weg
naar Kralingen) af te kondi
gen. Een politieke cultuur die
zegt dat falende bewindslie
den behoren te vertrekken
zonder in hun val anderen
mee te slepen.
In zekere zin zijn Van
Eekelen en in meerdere mate
Van der Linden het slachtof
fer geworden van dat kli
maat. Zouden zij niet eerder
(Van Eekelen) onder kritiek
hebben gestaan of zouden
verwijten van de parlemen
taire enquêtecommissie hen
getroffen hebben voordat de
de Kamer het enquêtewapen
weer uit de kast haalde of het
voor de eerste keer sinds de
jaren veertig in stelling had
gebracht, het lot zou hen wel
licht beter gezind zijn ge
weest.
De beschouwingen van pre
mier Lubbers zijn op zichzelf
interessant genoeg om erover
door te praten. Maar in het
concrete geval lijken ze toch
wat opportunistisch. Van der
Linden zelf is niet onschuldig
aan de door Lubbers i
kelde vermenging van m i
tieke en persoonlijke j8 I
sprakelijkheid. Noch in y
rapport van de enquëwl
missie, noch in de oöif
commentaren van politici
Van der Lindens integrity
aan de orde gesteld. SprekeJI
voor onszelf als krant, de)
staatssecretaris stond
m del
kolommen in de
weken niet te kijk als"
naar of jokkebrok. Van 1
Linden zelf heeft zijn inW
teit tot voorwerp van dis*
sie gemaakt. Door het blote
feit, dat hij in zijn reacties
het paspoort-rapport met g
voel voor dramatiek de toon-
zetting van: ze mogen vti
van me zeggen, maar ze n*
ten niet aan m'n integriteit
raken, koos.
Hoe dan ook, twee be
windslieden die zeggen zich
zelf niets te verwijten te heb.
ben, zijn afgetreden. Ze ont-
liepen het debat met de Kj.
mer, de eerste plaats waar be
windslieden zich behoren te
verantwoorden en waar nodig
verdedigen. Van Eekelen
krenkt door het gebrek
vertrouwen van zijn 'politieïê]
vrienden' en door de beschul
digingen van de enquête®),
missie. Van der Linden ge
wond door verondersteld
aanvallen op zijn integriteit,
op de vlucht voor (delen v:
de puiblieke opinie.
Opnieuw loopt een par
mentaire enquete niet af
als het zou behoren: met ea
zakelijk debat, waarin hor
en wederhoor, verdediging
weerlegging van feiten
daarop stoelende conclusie
tot politieke consequentie
leiden. Het blijft kenneljt
een moeilijk hanteerbaar wi-
pen.
Van onze Haagse redactie
„ER STOND geen mens te
liegen, er stond een staats
secretaris informatie te
geven die niet helemaal
deugde".
Voor Bert de Vries, fractielei
der van het CDA, is het duide
lijk: misschien klopt het dat
'de staatssecretaris' Van der
Linden, als politiek verant
woordelijke voor het pas-
poortbeleid, de Kamer onvol
ledig en/of onjuist heeft geïn
formeerd, dat doet geen af
breuk aan de integriteit van
'de mens' Van der Linden.
In een persconferentie naar
aanleiding van het aftreden
van de staatssecretaris van
Buitenlandse Zaken kan De
Vries begrip opbrengen voor
de inhoud van Van der Lin
dens ontslagbrief. Hij begrijpt
dat Van der Linden door zijn
aftreden de komende debat
ten over de paspoort-affaire
zakelijk wil houden. En dat de
staatssecretaris zich in zijn
integriteit voelt aangetast.
Volstrekt ten onrechte, vindt
De Vries, want het feit dat er
iets schort aan de informatie
voorziening door de staatsse
cretaris 'staat los van de
vraag of de man als mens eer
lijk en integer is'.
Van der Lindens politieke
doodvonnis was, zo bleek uit
de verklaring van De Vries,
min of meer getekend toen het
verweerschrift tegen de kri
tiek van de enquêtecommissie
verscheen. Nadat de CDA-
Kamerfractie kennis had ge
nomen van het verweer
schrift, kon CDA-fractielei-
der De Vries aan Van der
Linden 'geen geruststellende
signalen afgeven'.
Zou Van der Linden het de
bat met de Kamer aangaan,
dan zou het geenszins vast
staan dat hij daarbij op on
voorwaardelijke steun van
zijn eigen fractie kon rekenen.
En omdat die onvoorwaarde
lijke steun ontbrak, besloot
Van der Linden nog voor het
debat af te treden.
De vertrouwenskwestie is
volgens De Vries niet in de
fractie aan de orde geweest.
Dat betekende evenwel niet
dat de CD A-fractieleider zijn
staatssecretaris kon gerust
stellen. „Ik heb niet kunnen
zeggen: wees maar gerust, in
de Kamer kan je op steun van
de CDA-fractie rekenen".
Volgens De Vries is het
CDA altijd bereid geweest
staatssecretaris Van der Lin
den een kans te geven in de
Kamer zijn eigen verdediging
te voeren. „Ik heb hem altijd
verteld: zolang gelooft dat je
jezelf kan verdedigen, mag je
dat doen. Van der Linden was
zeer strijdbaar, zo'n man moet
je de ruimte geven".
Dat Van der Linden uitein
delijk toch besloot de strijd
voortijdig te staken, kan De
Vries goed begrijpen. „Hij
moet een debat aan dat een
kwestie wordt van politiek le
ven en dood. Dan maak je een
taxatie van je kansen. Dan
wil je ook weten of je onvoor
waardelijk op je eigen fractie
kunt rekenen. Daarover heb
ik hem, ook na het verschij
nen van het verweerschrift,
geen geruststellende signalen
gegeven".
In een reactie noemt de
PvdA-fractie het opstappen
van Van der Linden logisch,
gelet op het afgenomen ver
trouwen binnen de CDA-
fractie in Van der Linden. De
PvdA vraagt zich wel af
waarop Van der Linden dat
onvoldoende vertrouwen in
eens baseert, omdat hij zich in
het verweerschrift samen met
Van den Broek nog scherp te-
gen-de-fctitiek van de enquê
tecommissie afzette.
De WD vindt het „ver
standig dat de heer Van der
Linden op deze wijze de dis
cussie rondom zijn functione
ren in het paspoortproject
beëindigt. De WD „respec
teert het besluit van de
staatssecretaris om zijn func
tie vrijwillig neer te leggen".
De liberalen hebben „waarde
ring voor het door hem uitge
voerde Europese beleid".
Bert de Vries
- FOTO DE STEM/JOHAN VAN GIW
Ook D66 heeft waarderin!
voor „de toewijding waarna
Van der Linden zijn spec
fieke taken heeft vervuld"
Het aftreden vindt D66 „om
wille van zuivere politieke
houdingen geboden".
Door Pieter-Jan Dekkers
NEDERLAND heeft, in
weerwil van wat de over
heid nastreeft, geen inno
vatief klimaat. De reden:
zowel het bedrijfsleven als
de overheid beperken zich
tot ad hoc-maatregelen.
Gevolg: na 1992, als de gren
zen in de Europese Gemeen
schap opengaan, zal het Ne
derlandse bédrijfsleven geen
innovatieve rol meer spelen.
Het mist dus de boot.
Aldus prof. dr. ir. Bouke
van der Kooij (41). Hij aan
vaardde gisteren het ambt
van buitengewoon hoogleraar
in het management van inno
vatie-processen aan de facul
teit der bedrijfskunde van de
Technische Universiteit Eind
hoven.
Van der Kooij heeft als een
van de eerste wetenschappers
drie innovatie-wetten gefor
muleerd. Het optreden van in
novatie ('vernieuwing') wordt
volgens hem bepaald door za
ken als onbehagen, durf, visie
en condities van mensen, be
drijven en groeperingen.
Daarbij zijn volgens hem
infrastructuren (zoals 'kennis
en kunde' en uiteraard mate
riële voorzieningen) bepalend
voor het slagen van innovatie.
Een extra accent legt hij op de
noodzaak van een maatschap-
pelijke innovatie. Zijn jaren
lange lidmaatschap van de
Tweede Kamer (WD) zal
daar niet vreemd aan zijn.
Evenmin trouwens zijn
conclusie dat het eerste kabi-
net-Lubbers op het terrein
van maatschappelijke inno
vatie grote 'successen' heeft
geboekt. Er is, stelt hij, tijdens
de regeerperiode van Lub
bers-1, duidelijk sprake van
een trendbreuk.
Hij somt op:
Aan het begin van de jaren
tachtig gaat er in Nederland
elk uur één bedrijf failliet.
Vandaag zijn we weer terug
op het niveau van de jaren '70.
De trendbreuk ligt tijdens het
optreden van Lubbers-1.
Dat kabinet treft bij het
aantreden een forse werk
loosheid aan. Het aantal niet-
actieven (werklozen, zieken
en WAO'ers) stijgt onrustba
rend. Was er in 1973 nog één
niet-actieve op drie werken
den, in 1983 waren er al twee
niet-actieven op drie werken
den. Na de piek in 1984 treedt
een daling van het aantal
werklozen op, al kun je je af
vragen of hier sprake is van
een duidelijke trendbreuk.
Het aantal werknemers in
overheidsdienst is in de pe
riode '73-'83 met 25 procent
gestegen, terwijl het aantal
zelfstandigen met een verge
lijkbaar aantal is afgenomen.
Nu is sprake van een tegenge
stelde ontwikkeling: minder
ambtenaren en meer zelfstan
digen (starters).
De winsten van de bedrij
ven vertonen hetzelfde beeld:
het gros van de ondernemin
gen in het begin van de tach
tiger jaren in de rode cijfers,
nu is zakendoen weer lonend.
De collectieve uitgaven zijn
in het begin van de tachtiger
jaren onrustbarend gestegen.
Werd in 1973 van iedere gul
den die we met z'n allen ver
dienden nog 50 cent door de
overheid uitgegeven, in 1983
was dat al 70 cent. Na reeksen
bezuinigingen treedt na 1983
een trendbreuk op: de collec
tieve uitgaven dalen weer.
De overheid gaf meer uit
dan het binnenkreeg. „Het be
ruchte financieringstekort
nam verontrustende vormen
aan", zegt Van der Kooij.
„Was er in 1973 nog een fii-
nancieringsoverschot, in 1983
kampte de overheid met een
tekort van 100 miljoen gulden
Bouke van der Kooij
per dag. Momenteel loopt het
financieringstekort van de
overheid in guldens niet erg
hard terug, maar ten opzichte
van het nationaal inkomen is
wel degelijk sprake van een
daling".
De staatsschuld dan, het
FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP
stokpaardje van minister Ru-
ding. De rente en aflossing
van staatsleningen vormen de
grootste uitgavenpost van de
overheid. Lubbers-1 is begon
nen met een sanering, Lub
bers-2 poogt die lijn door te
trekken.
Het maatschappelijk
draagvlak voor het bezuini
gingsbeleid van Lubbers-1
was, stelt Van der Kooij, in
weerwil van felle protesten
toch vrij algemeen, zelfs in
oppositiekringen. Bovendien
waren de internationale con
dities voor een saneringsbe-
leid gunstig. In Groot-Brit-
tannië snoeide en privati
seerde premier Thatcher naar
hartelust, in het socialistische
Frankrijk gebeurde hetzelfde
en de Belgische regering
vroeg en kreeg verstrekkende
volmachten van het parle
ment.
Een voorwaarde voor het
maatschappelijk aanvaarden
van bezuinigingen noemt Van
der Kooy de 'collectieve durf'.
Ministers van Lubbers-1 ble
ven, ondanks fel verzet, over
eind, al hadden ze in het land
heel wat uit te leggen over de
noodzaak van hun ompopu-
laire maatregelen.
„Maar ook buiten de poli
tiek werd durf vertoond", zegt
hij. „Vakbonden die aan hun
leden durfden te verkopen dat
er pas op de plaats gemaakt
diende te worden. Onderne
mers die het durfden om het
roer om te gooien en na af
slankingen en reorganisaties
nieuwe activiteiten aanpak
ten".
De maatschappelijke inno
vatie heeft echter geen ver
volg gekregen in de zin dat
overheid en bedrijfsleven de
noodzakelijke infrastruktuur
hebben aangepast.
Ondernemers die na het
dieptepunt van 1983 weer in
de lift zitten gebruiken een
groot deel van de behaalde
winst niet voor onderzoek,
maar beleggen het liever in
het buitenland, omdat daar
meer rendement te verkrijgei
is.
En de overheid
slechts ad hoe-:
Van der Kooij noemt
voorbeelden. 'Als we
starters willen hebben da»
heeft het creëren van partici
patie-maatschappijen gee»
enkele zin als die geen finan
cieel risico met startende on
dernemers willen lopen'.
'Als we meer bedrijvigheid
willen hebben moeten we on
dernemers een klimaat bied®
dat licht, lucht en ruimte
biedt. De recente maatregel®
in de fiscale sfeer (WIR) li'
ken niet direct een voorbeeld
hiervan. En de deregulerings
pogingen lijken tot op hed®
ook niet een schoonheidsprijs
te verdienen. En kleine be
drijven met een beperk#
winst 43 procent belasting#
laten betalen tegen grotere
procent is in dit kader hele
maal tegenstrijdig'. Korto»
Lubbers-2 maakt niet af w
Lubbers-1 begon.
En wat de ondernemers be
treft, het aantrekken van e®
jonge ingenieur 'die dan ma®
even voor innovatie moet za
gen' is volgens Van der Koof
tot mislukken gedoemd. Zoals
altijd gaat ook bij innova®
de 'cost voor de baet' uit. In
novatie vraagt om het reser
veren van financiële mid®
len en, we zagen dat al eerder,
dat gebeurt onvoldoende.
Van der Kooij zegt optimis
tisch te zijn over de mogelfl»
heden van het individu m®
zijn creativiteit, zijn durf®
zijn ondernemingslust. „Ma®
ik ben minder optimistisch'»
ik kijk naar de infrastucturf
die we in ons land hebben, f*
rol van het conservatieve t
nanciële circuit, de rol van®
nog steeds overregulerej1
overheid, ze zetten geen zo®1
aan de dijk", constateert M-
Om er in één adem aan
te voegen dat Nederland
1992 in West-Europa geen
novatieve rol meer zal sp®,
als het roer niet dras®0
wordt omgegooid.
Aus der r
snel mogelijk'de grens o
geschopt worden' Dat is de
mening van oud-verzets-
I man H.J- Teengs Gerritsen,
I ónder meer voormalig voor
ster van het Centraal Or-
I paan van Verzets- en Ver
volgingsslachtoffers.
volgens hem is er onder oud
verzetsmensen een niet onaan-
Wee
STAATSSECRETARIS René van
ger kunnen tarten. Vervuld van
hem dit hebben aangedaan, heel
ring geworpen.
Stevig verschanst kroop de bi
de loopgraven om zich in volle
voor het gevecht met de Tweede
bij zijn aantreden reeds een kar
aangetroffen. Met andere woord*
quêtecommissie zou hem slech
Linden meende ook de aantijgin
hij de Kamer onjuist en onvolledig
Het politiek overmijdelijke kre
zijn beslag. Staatssecretaris Van
heid van zijn positie in. Maar daa
Van Velzen verklaren dat de be
voor eeuwig besmet hoeft te zijn.
te zijn dat hiermee zijn politieke
een terugkeer in 'Den Haag' mog
Anders dan in het geval van
jongste aftreden niet worden ges
Van der Linden heeft zijn onhoi
digd, misschien wel onder invloe
zijn' CDA'ers in Limburg én ze
Van den Broek en de premier zeil
een verstandelijke afweging.
Want al kan het politieke bedri
hoe dan ook onacceptabel dat
9oed informeert; dat zijn de tere
En de staatssecretaris heeft niet
Tweede Kamer niet juist inform
zaaien, maar kwam niet met hard
RENE VAN DER LINDEN zal in u
olijven als een man met hart voo
oe democratie raakte door het p
uat is en blijft een harde beschi
Kans voorbijgaan om die beschi
roer te bestrijden. En dat geeft on
Het CDA zou van de 'affaire-
nr?- A-fractieleider Bert de V
Porti] dwong af te treden nog voc
maar even aan een oordeel hac
°®rs liet destijds geen kans voo
et foutief vond dat een bewinds
igen in het parlement.
Nu stapt opnieuw een CDA-be
er kan vertellen waarom de
„®nin9 bij het verkeerde eind he
/Verheid in de politiek - een
Ri°f' °Pstappen - heeft een wt
'IWD. zowel als bij CDA.
6i??WEl- PREMIER Lubbers, v
«inde sukkelt, bij het aftreden var
hPrfct'Sde vedette kroop, moet h
non I? eren' te kunnen opruir
Van eer schade oplopen. Na
arh)„er .Linden komt minister
in hcTu2'ln René opstelde, vol in
doriaM0mende Kamerdebat ove
Sla ''K 9ewond raken, maar de
liikt nfd zu"en hem in zijn verc
et 'anger de vanzelfspreker