Haarscheurtjes in Lubbers-2 doen hun werk 'Integriteit Van der Linden onaangetast' 'Nederlandse rol na 1992 uitgespeeld' adyüsri Van der Linden zag zevenklapper niet Praten over VAN DER LINDEN EN VAN EEKELEN SLACHTOFFERS VAN POLITIEK KLIMAAT Ver/etSSt PROF. V. D. KOOIJ: LUBBERS MAAKT KARWEI NIET AF DESTEMCO3 Onvermijdelijl Troebele uitw De kroonprins -DE STEM- DE STEM ACHTERGROND ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1988 PESTEM BINNB CDA-FRACTIELEIDER DE VRIES: NIEMAND LOOG, INFORMATIE NIET HELEMAAL GOED Door Marcel van Lingen „VAN DAT nieuwe pas poort, daar gaan we een mooie publiciteitszaak van maken". In de zomer van 1986, net na zijn aanstel ling, droomde ex-staatsse cretaris Van der Linden hardop tegenover zijn toenmalige directeur voorlichting over glorieuze persconferenties bij de aanstaande presentatie van het nieuwe paspoort naar Europese snit. Hij had het dossier toen waarschijnlijk niet nauwkeu rig kunnen bekijken. Gistermiddag, nadat de po litieke druk op hem om af te treden tot explosieve hoogte was gestegen, koos Van der Linden, gedekt door een fel van zich afbijtende premier Lubbers, eieren voor zijn geld. Van der Linden, Limburgs hoop in bange dagen, heeft de veldslag in het 'Buitenland Holland' met de staart tussen de benen moeten verlaten. De felle brief, gestuurd door premier Lubbers, beze gelde het lot van de aan flar den geschoten staatssecreta ris, de politicus waar CDA- Limburg trots op is. De Lange Mars van Van der Linden, op weg naar zijn gedroomde ministersschap van Landbouw en Visserij waar hij ooit begon als be leidsmedewerker, is vastgelo pen op een zaak die aanvan kelijk een fluitje van een cent leek. De politieke carrière van René van der Linden, naar eigen zeggen 'geworteld' in Limburg, kreeg vaste vorm nadat hij terugkeerde uit Brussel. Daar was hij lid van het kabinet van de ËG-com- missarissen Lardinois en Vre- deling. In juni 1977 werd hij lid van de Tweede Kamer na mens het CDA. Ten tijde van zijn werk zaamheden op het ministerie van Landbouw en Visserij en nog vóór de oprichting van het CDA joeg Van der Linden menig zuidelijk KVP-politi- cus de stuipen op het lijf: De partij moest af van het gerit sel en geregel in achterka mers. Even leken die acties er nog toe te leiden dat hij het ka merlidmaatschap op een haar na zou missen. De geplaagde zuidelijke politieke vrienden voelden er niet veel voor om deze jonge hond namens hen af te vaardigen in de Tweede Kamer. Maar omdat hij de be scherming van Lardinois ge noot, werd hij Kamerlid. Na zijn verkiezing smolt de twij fel bij zijn achterban echter als sneeuw voor de zon. Van der Lindens ster rees pas later in zijn partij toen hij zich ook nadrukkelijker met landelijke politieke zaken ging bezighouden, zoals de vraag of Nederland een aan tal kerncentrales rijker zou moeten worden. Vanaf dat moment begon nen de voor- en tegenstanders van Van der Linden zich dui delijker in de CD A-fractie af te tekenen. Tegenstanders stak het dat hij zo nadrukelijk met een navelstreng verbon den bleef was aan zijn zuide lijke vrienden, die Van der Linden zelf steevast 'mijn achterban' en 'mijn nooit te verloochenen afkomst' noem de. Van der Lindens uitverkie zing tot vice-voorzitter van de CDA-fractie scheidde de kampen definitief. Het feit dat 'geachte afgevaardigden', zoals Van der Sanden en Aarts de boot misten zit een handvol fractieleden nog steeds dwars. Het leek er toen zelfs even op dat Van der Lin den fractievoorzitter zou wor den. Hij miste die functie op een paar stemmen na. Na de verkiezingen van 1986 en de daaropvolgende kabinetsfornatie liep Van der Linden stralend door de wan delgangen van het Tweede Kamer-gebouw. Hij had alle reden tot vreugde: zijn bij voortduring geuite wens om 'eindelijk' eens tot het ambt van minister of staatssecreta ris geroepen te worden, werd door Lubbers vervuld. Op een mooie zomerse mid dag mocht hij zelfs kiezen: óf staatssecretaris van Economi sche Zaken onder WD-mi- nister De Korte óf staatsse cretaris van Buitenlandse Za ken met als minister 'mijn vriend' Hans van den Broek. Een snelle blik in de porte feuille van Buitenlandse Za ken leerde Van der Linden dat 'Europa' dan tot zijn be leidsterrein zou gaan horen. De voormalige 'Europese' be leidsmedewerker tekende verheugd. Niet snel na aankomst op het departement is Van der Linden geschrokken. De in middels in een andere functie afgetreden bewindsman Van Eekelen, had een contract met ene mijnheer Baard van de firma KEP in de la van de nieuwe staatssecretaris ge legd: Het paspoort nieuwe stijl kon zijdelings door Van der Linden behartigd worden, dacht hij. Wat aanvankelijk een on schuldige pot niet ploffend en stralend Bengaals vuur leek, ontpopte zich de afgelopen maanden als een alle kanten uitschietende zevenklapper, die de ex-staatssecretraos maar niet wilde zien. De vlijmscherpe verwijten in de paspoortenquête die Van der Linden langzaam verstikte, werden nog op de spits gedre ven doordat de ex-staatsse- cretaris de stijle ambtenaren van zijn departement niet in het gareel kon houden. Hij miste daarvoor het gezag. Pas later, en naar nu is gebleken te laat, ging Van der Linden zich harder opstellen tegen top-ambtenaren die meer wisten van paspoorten dan hij zelf. Maar dat mocht niet meer baten, 'de zaak' zat al veel te lang scheef. Uitgave van uitgeversmaatschappij De Stem b.v. Directie: drs. J.H.M. Brader. Hoofdredactie: H. Coumans-hoofdredacteur. A. Theunissen en H. Vermeulen - adjunct-hoofdredacteuren. Hoofdkantoor: Spinveld 55, Breda. Postadres: Postbus 3229,4800 MB Breda. 076-236911 Telex 54176 Telefax 076-236405. Centrale redactie Breda: Nieuwsdienst 076-236452. Sportredactie 076-236236. Telefax redactie 076-236309. Rayonkantoren: Bergen op Zoom, Zuivelstraat 26, 01640-36850. Postadres: Postbus 65, 4600 AB Bergen op Zoom. Breda, Nw. Ginnekenstr. 41236326. Postadres: Postbus 3229, 4800 MB Breda. Etten-Leur, Markt 28, 01608-21550. Postadres: Postbus 363, 4870 AJ Etten-Leur. Goes, Klokstraat 101100-28030. Postadres: Postbus 13, 4460 AA Goes. Hulst, Steenstraat 14, 01140-13751 Postadres: Postbus 62, 4560 AB Hulst. Oosterhout, Arendstraat 14, 01620-54957. Postadres: Postbus 4023, 4900 CA Oosterhout. Roosendaal, Molenstraat 45, 01650-37150. Postadres: Postbus 35, 4700 AA Roosendaal. Terneuzen, Nieuwstraat 9, 01150-17920. Postadres: Postbus 145, 4530 AC Terneuzen Vlissingen, Torenstraat 5, 01184-19910. Postadres: Postbus 50514380 KB Vlissingen. Openingstijden: Breda en Oosterhout 8.30-17.00 uur; overige kantoren 8.30-12.30 en 13.30-17.00 uur Abonnementsprijzen bij vooruitbetaling te voldoen: 24,90 per maand: 71,85 per kwartaal of 279,15 per jaar. Bij automatische betaling geldt een korting van resp. 1,- per maand, 1,90 per kwartaal, 7,60 per jaar. Prijzen: inclusief 6% B.T.W. Voor posttoezending geldt een toeslag. Losse nummers: ma. t/m zat. 1,25. Service-afdeling abonnementen: 076-236472, ma. t/m vrijd. 8.30-17.00 uur. Heeft u de krant niet ontvangenOnze excuses. Bel voor nabezorging tijdens kantooruren uw rayonkantoor. Lezersservice: Centrale reclame-afdeling 076-236911 Fotoservice 076-236573. Advertenties (tijdens kantooruren 8.30-17.00 uur): Rubrieksadvertenties 't Kleintje 076-236882. Grote advertenties uitsluitend 076-236881 Geboorte- en overlijdensadvertenties 076-236442. (Buiten kantooruren maandag t/m vrijdag van 19.00 tot 20.30 uur en zondag van 18.30 tot 21.30 uur 076-236394/236911 Bankrelaties: Postgiro 1114111 - ABN rek. 520538447. NCB rek. 230301584 - Rabo rek. 101053738. Door Max de Bok HET HEEFT lang ge duurd, maar gistermiddag was het dan zover. Staats secretaris René van der Linden heeft zijn diploma tiek paspoort ingeleverd. De kar met vierkante wie len, zoals hij het paspoort dossier noemde toen hij het van zijn voorganger Van Eekelen overnam, heeft hem uiteindelijk ge blutst in het Limburgse Nuth afgeleverd. Zo heeft in een week tijd de paspoort-affaire twee slacht offers gekost. De haar scheurtjes in Lubbers' tweede ploeg doen hun vernietigende werk. Van Eekelen weg, Van der Linden weg, Van den Broek en de premier zelf zwaar aangetast. Zij stonden zo massief ach ter Van der Linden dat Van Eekelen, die werkelijke steun ontbeerde, er jaloers op moet zijn geworden. René zelf was vastbesloten. Uit zichzelf op stappen Nooit. Weggestuurd worden Desnoods, maar vechtend voor erkenning van zijn integriteit. In de eerste dagen na het verschijnen van het enquête rapport dacht hij zich nog te kunnen verlaten op CDA- fractieleider De Vries. Zeker, het commentaar van de frac tie op de beschuldigingen aan zijn adres - de Kamer weinig ruimhartig, onvolledig en on juist ingelicht - klonk drei gend. De beschuldigingen ra ken het hart van de vertrou wensrelatie tussen regering en Kamer. Maar de fractie zou niet oordelen over het politieke lot van Van der Linden dan na Van Eekelen FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP kennis genomen te hebben van het verweer van de meest betrokken bewindslieden en de reactie daarop van de en quêtecommissie. De Vries wilde niet vervallen in de voor hem schadelijk uitge pakte fout bij de bouwenquete toen hij het vertrouwen in staatssecretaris Brokx op zegde nog voordat de schuld vraag was beantwoord. Toch heeft de opstelling van De Vries mede het ver trek van Van der Linden ver vroegd. De Vries koos in zijn contacten met de staatssecre taris een wat andere formule ring dan zijn WD-collega Voorhoeve eerder deze week. Zei de laatste dat hij Van Eekelen niet had kunnen ver zekeren van de onvoorwaar delijke steun van de fractie, De Vries was nog subtieler. „Ik kon geen geruststellende signalen afgeven over het eindoordeel van de fractie." Daaruit trok Van der Lin den de conclusie dat de basis voor vertrouwen was komen te vervallen. Premier Lubbers zei het hem niet na. Die tam boereerde op de tweede reden die Van der Linden voor zijn vertrek aanvoert: het in dis krediet geraakt zijn van zijn Van der Linden - FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP integriteit. Zo volgde er giste ren tegen het einde van de middag een boeiende, zij het soms mistige discussie tussen de premier en de parlemen taire pers. Mede naar aanlei ding van enkele Lubberiaanse zinnen in diens brief aan de Kamervoorzitter. Zinnen die spreken van 'verontrustig dat in de samenleving een onjuist beeld is ontstaan dat door dit ontslag nog bevestigd zou kunnen worden.' Lubbers stelt vast dat de politieke ze den, die in de verhouding tus sen Kamer en bewindsman hun eigen betekenis en wer king hebben, tot het aftreden van de staatssecretaris heb ben geleid. Hij zegt ook zelf niet te we ten wat de staatssecretaris persoonlijk te verwijten valt als er al iets aan informatie ontbroken heeft. 'Dat behoeft niet het laatste woord te zijn inzake de politieke verant woordelijkheid. Waar het mij om gaat is dat de geur van on eerlijkheid, die de publieke vertaling werd van een deel van het enquêterapport, wordt weggenomen.' Het onjuiste beeld dat zou zijn ontstaan is volgens Lub bers dat de staatssecretaris 'een litanie van leugens' (zoals in een beschouwing in een krant stond) op z'n geweten zou hebben, het parlement zou hebben voorgelogen dan wel gejokt zou hebben. Het persoonlijke element - te ver talen met integriteit en het politieke element - onbewust onjuiste informatie verstrek ken - worden vermengd. Met andere woorden: de volksver tegenwoordiging kan wel oor delen dat een bewindsman onjuiste informatie heeft ver strekt, maar ze kan daarbij afwegen of dat bewust is ge beurd. Als het niet bewust is ge beurd, kan het nog zo zijn dat de er iets breekt in de ver trouwensrelatie tussen be windsman en parlement om dat de ministeriële verant woordelijkheid zich ook uit strekt tot falen of verzaken van ambtenaren, voor wier doen en laten de bewindsman politieke verantwoordelijk heid draagt. Ook al hebben ambtenaren de bewindsman met onjuiste of onvolledige informatie opgezadeld, hij zelf is en blijft verantwoorde lijk voor de informatie die hij aan het parlement geeft. Daar gaat het om zijn politieke ver antwoordelij kheid. Gebeurt het onjuist infor meren bewust, dan is er sprake van liegen en is er voor de bewindsman geen an dere weg dan wegwezen. Dan gaat het om zijn persoonlijke verantwoordelijkheid en komt de integriteits-vraag aan de orde. Lubbers maakt zich, voor heden en toekomst, zorgen over het feit dat in het pu blieke oordeel over een be windsman die van het geven van onjuiste informatie wordt beschuldigd het politieke en het persoonlijke op één hoop wordt gegooid. Dat het in de publieke opinie zo kan wer ken, is niet bezijden de waar heid. Maar dat heeft dan ook te maken met het heersende politieke klimaat. Een kli maat dat vanuit kabinet zelf en Kamer rijp gemaakt is voor het vallen van bewinds lieden als rijpe appelen van de boom. Vanuit het kabinet zelf door het in enkele gevallen ten onrechte blijven plakken aan de zetels, door de Kamer door geen moed te tonen, daarvan als het te laat is te schrikken en dan een nieuwe politieke cultuur (die zo oud behoort te zijn als de weg naar Kralingen) af te kondi gen. Een politieke cultuur die zegt dat falende bewindslie den behoren te vertrekken zonder in hun val anderen mee te slepen. In zekere zin zijn Van Eekelen en in meerdere mate Van der Linden het slachtof fer geworden van dat kli maat. Zouden zij niet eerder (Van Eekelen) onder kritiek hebben gestaan of zouden verwijten van de parlemen taire enquêtecommissie hen getroffen hebben voordat de de Kamer het enquêtewapen weer uit de kast haalde of het voor de eerste keer sinds de jaren veertig in stelling had gebracht, het lot zou hen wel licht beter gezind zijn ge weest. De beschouwingen van pre mier Lubbers zijn op zichzelf interessant genoeg om erover door te praten. Maar in het concrete geval lijken ze toch wat opportunistisch. Van der Linden zelf is niet onschuldig aan de door Lubbers i kelde vermenging van m i tieke en persoonlijke j8 I sprakelijkheid. Noch in y rapport van de enquëwl missie, noch in de oöif commentaren van politici Van der Lindens integrity aan de orde gesteld. SprekeJI voor onszelf als krant, de) staatssecretaris stond m del kolommen in de weken niet te kijk als" naar of jokkebrok. Van 1 Linden zelf heeft zijn inW teit tot voorwerp van dis* sie gemaakt. Door het blote feit, dat hij in zijn reacties het paspoort-rapport met g voel voor dramatiek de toon- zetting van: ze mogen vti van me zeggen, maar ze n* ten niet aan m'n integriteit raken, koos. Hoe dan ook, twee be windslieden die zeggen zich zelf niets te verwijten te heb. ben, zijn afgetreden. Ze ont- liepen het debat met de Kj. mer, de eerste plaats waar be windslieden zich behoren te verantwoorden en waar nodig verdedigen. Van Eekelen krenkt door het gebrek vertrouwen van zijn 'politieïê] vrienden' en door de beschul digingen van de enquête®), missie. Van der Linden ge wond door verondersteld aanvallen op zijn integriteit, op de vlucht voor (delen v: de puiblieke opinie. Opnieuw loopt een par mentaire enquete niet af als het zou behoren: met ea zakelijk debat, waarin hor en wederhoor, verdediging weerlegging van feiten daarop stoelende conclusie tot politieke consequentie leiden. Het blijft kenneljt een moeilijk hanteerbaar wi- pen. Van onze Haagse redactie „ER STOND geen mens te liegen, er stond een staats secretaris informatie te geven die niet helemaal deugde". Voor Bert de Vries, fractielei der van het CDA, is het duide lijk: misschien klopt het dat 'de staatssecretaris' Van der Linden, als politiek verant woordelijke voor het pas- poortbeleid, de Kamer onvol ledig en/of onjuist heeft geïn formeerd, dat doet geen af breuk aan de integriteit van 'de mens' Van der Linden. In een persconferentie naar aanleiding van het aftreden van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken kan De Vries begrip opbrengen voor de inhoud van Van der Lin dens ontslagbrief. Hij begrijpt dat Van der Linden door zijn aftreden de komende debat ten over de paspoort-affaire zakelijk wil houden. En dat de staatssecretaris zich in zijn integriteit voelt aangetast. Volstrekt ten onrechte, vindt De Vries, want het feit dat er iets schort aan de informatie voorziening door de staatsse cretaris 'staat los van de vraag of de man als mens eer lijk en integer is'. Van der Lindens politieke doodvonnis was, zo bleek uit de verklaring van De Vries, min of meer getekend toen het verweerschrift tegen de kri tiek van de enquêtecommissie verscheen. Nadat de CDA- Kamerfractie kennis had ge nomen van het verweer schrift, kon CDA-fractielei- der De Vries aan Van der Linden 'geen geruststellende signalen afgeven'. Zou Van der Linden het de bat met de Kamer aangaan, dan zou het geenszins vast staan dat hij daarbij op on voorwaardelijke steun van zijn eigen fractie kon rekenen. En omdat die onvoorwaarde lijke steun ontbrak, besloot Van der Linden nog voor het debat af te treden. De vertrouwenskwestie is volgens De Vries niet in de fractie aan de orde geweest. Dat betekende evenwel niet dat de CD A-fractieleider zijn staatssecretaris kon gerust stellen. „Ik heb niet kunnen zeggen: wees maar gerust, in de Kamer kan je op steun van de CDA-fractie rekenen". Volgens De Vries is het CDA altijd bereid geweest staatssecretaris Van der Lin den een kans te geven in de Kamer zijn eigen verdediging te voeren. „Ik heb hem altijd verteld: zolang gelooft dat je jezelf kan verdedigen, mag je dat doen. Van der Linden was zeer strijdbaar, zo'n man moet je de ruimte geven". Dat Van der Linden uitein delijk toch besloot de strijd voortijdig te staken, kan De Vries goed begrijpen. „Hij moet een debat aan dat een kwestie wordt van politiek le ven en dood. Dan maak je een taxatie van je kansen. Dan wil je ook weten of je onvoor waardelijk op je eigen fractie kunt rekenen. Daarover heb ik hem, ook na het verschij nen van het verweerschrift, geen geruststellende signalen gegeven". In een reactie noemt de PvdA-fractie het opstappen van Van der Linden logisch, gelet op het afgenomen ver trouwen binnen de CDA- fractie in Van der Linden. De PvdA vraagt zich wel af waarop Van der Linden dat onvoldoende vertrouwen in eens baseert, omdat hij zich in het verweerschrift samen met Van den Broek nog scherp te- gen-de-fctitiek van de enquê tecommissie afzette. De WD vindt het „ver standig dat de heer Van der Linden op deze wijze de dis cussie rondom zijn functione ren in het paspoortproject beëindigt. De WD „respec teert het besluit van de staatssecretaris om zijn func tie vrijwillig neer te leggen". De liberalen hebben „waarde ring voor het door hem uitge voerde Europese beleid". Bert de Vries - FOTO DE STEM/JOHAN VAN GIW Ook D66 heeft waarderin! voor „de toewijding waarna Van der Linden zijn spec fieke taken heeft vervuld" Het aftreden vindt D66 „om wille van zuivere politieke houdingen geboden". Door Pieter-Jan Dekkers NEDERLAND heeft, in weerwil van wat de over heid nastreeft, geen inno vatief klimaat. De reden: zowel het bedrijfsleven als de overheid beperken zich tot ad hoc-maatregelen. Gevolg: na 1992, als de gren zen in de Europese Gemeen schap opengaan, zal het Ne derlandse bédrijfsleven geen innovatieve rol meer spelen. Het mist dus de boot. Aldus prof. dr. ir. Bouke van der Kooij (41). Hij aan vaardde gisteren het ambt van buitengewoon hoogleraar in het management van inno vatie-processen aan de facul teit der bedrijfskunde van de Technische Universiteit Eind hoven. Van der Kooij heeft als een van de eerste wetenschappers drie innovatie-wetten gefor muleerd. Het optreden van in novatie ('vernieuwing') wordt volgens hem bepaald door za ken als onbehagen, durf, visie en condities van mensen, be drijven en groeperingen. Daarbij zijn volgens hem infrastructuren (zoals 'kennis en kunde' en uiteraard mate riële voorzieningen) bepalend voor het slagen van innovatie. Een extra accent legt hij op de noodzaak van een maatschap- pelijke innovatie. Zijn jaren lange lidmaatschap van de Tweede Kamer (WD) zal daar niet vreemd aan zijn. Evenmin trouwens zijn conclusie dat het eerste kabi- net-Lubbers op het terrein van maatschappelijke inno vatie grote 'successen' heeft geboekt. Er is, stelt hij, tijdens de regeerperiode van Lub bers-1, duidelijk sprake van een trendbreuk. Hij somt op: Aan het begin van de jaren tachtig gaat er in Nederland elk uur één bedrijf failliet. Vandaag zijn we weer terug op het niveau van de jaren '70. De trendbreuk ligt tijdens het optreden van Lubbers-1. Dat kabinet treft bij het aantreden een forse werk loosheid aan. Het aantal niet- actieven (werklozen, zieken en WAO'ers) stijgt onrustba rend. Was er in 1973 nog één niet-actieve op drie werken den, in 1983 waren er al twee niet-actieven op drie werken den. Na de piek in 1984 treedt een daling van het aantal werklozen op, al kun je je af vragen of hier sprake is van een duidelijke trendbreuk. Het aantal werknemers in overheidsdienst is in de pe riode '73-'83 met 25 procent gestegen, terwijl het aantal zelfstandigen met een verge lijkbaar aantal is afgenomen. Nu is sprake van een tegenge stelde ontwikkeling: minder ambtenaren en meer zelfstan digen (starters). De winsten van de bedrij ven vertonen hetzelfde beeld: het gros van de ondernemin gen in het begin van de tach tiger jaren in de rode cijfers, nu is zakendoen weer lonend. De collectieve uitgaven zijn in het begin van de tachtiger jaren onrustbarend gestegen. Werd in 1973 van iedere gul den die we met z'n allen ver dienden nog 50 cent door de overheid uitgegeven, in 1983 was dat al 70 cent. Na reeksen bezuinigingen treedt na 1983 een trendbreuk op: de collec tieve uitgaven dalen weer. De overheid gaf meer uit dan het binnenkreeg. „Het be ruchte financieringstekort nam verontrustende vormen aan", zegt Van der Kooij. „Was er in 1973 nog een fii- nancieringsoverschot, in 1983 kampte de overheid met een tekort van 100 miljoen gulden Bouke van der Kooij per dag. Momenteel loopt het financieringstekort van de overheid in guldens niet erg hard terug, maar ten opzichte van het nationaal inkomen is wel degelijk sprake van een daling". De staatsschuld dan, het FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP stokpaardje van minister Ru- ding. De rente en aflossing van staatsleningen vormen de grootste uitgavenpost van de overheid. Lubbers-1 is begon nen met een sanering, Lub bers-2 poogt die lijn door te trekken. Het maatschappelijk draagvlak voor het bezuini gingsbeleid van Lubbers-1 was, stelt Van der Kooij, in weerwil van felle protesten toch vrij algemeen, zelfs in oppositiekringen. Bovendien waren de internationale con dities voor een saneringsbe- leid gunstig. In Groot-Brit- tannië snoeide en privati seerde premier Thatcher naar hartelust, in het socialistische Frankrijk gebeurde hetzelfde en de Belgische regering vroeg en kreeg verstrekkende volmachten van het parle ment. Een voorwaarde voor het maatschappelijk aanvaarden van bezuinigingen noemt Van der Kooy de 'collectieve durf'. Ministers van Lubbers-1 ble ven, ondanks fel verzet, over eind, al hadden ze in het land heel wat uit te leggen over de noodzaak van hun ompopu- laire maatregelen. „Maar ook buiten de poli tiek werd durf vertoond", zegt hij. „Vakbonden die aan hun leden durfden te verkopen dat er pas op de plaats gemaakt diende te worden. Onderne mers die het durfden om het roer om te gooien en na af slankingen en reorganisaties nieuwe activiteiten aanpak ten". De maatschappelijke inno vatie heeft echter geen ver volg gekregen in de zin dat overheid en bedrijfsleven de noodzakelijke infrastruktuur hebben aangepast. Ondernemers die na het dieptepunt van 1983 weer in de lift zitten gebruiken een groot deel van de behaalde winst niet voor onderzoek, maar beleggen het liever in het buitenland, omdat daar meer rendement te verkrijgei is. En de overheid slechts ad hoe-: Van der Kooij noemt voorbeelden. 'Als we starters willen hebben da» heeft het creëren van partici patie-maatschappijen gee» enkele zin als die geen finan cieel risico met startende on dernemers willen lopen'. 'Als we meer bedrijvigheid willen hebben moeten we on dernemers een klimaat bied® dat licht, lucht en ruimte biedt. De recente maatregel® in de fiscale sfeer (WIR) li' ken niet direct een voorbeeld hiervan. En de deregulerings pogingen lijken tot op hed® ook niet een schoonheidsprijs te verdienen. En kleine be drijven met een beperk# winst 43 procent belasting# laten betalen tegen grotere procent is in dit kader hele maal tegenstrijdig'. Korto» Lubbers-2 maakt niet af w Lubbers-1 begon. En wat de ondernemers be treft, het aantrekken van e® jonge ingenieur 'die dan ma® even voor innovatie moet za gen' is volgens Van der Koof tot mislukken gedoemd. Zoals altijd gaat ook bij innova® de 'cost voor de baet' uit. In novatie vraagt om het reser veren van financiële mid® len en, we zagen dat al eerder, dat gebeurt onvoldoende. Van der Kooij zegt optimis tisch te zijn over de mogelfl» heden van het individu m® zijn creativiteit, zijn durf® zijn ondernemingslust. „Ma® ik ben minder optimistisch'» ik kijk naar de infrastucturf die we in ons land hebben, f* rol van het conservatieve t nanciële circuit, de rol van® nog steeds overregulerej1 overheid, ze zetten geen zo®1 aan de dijk", constateert M- Om er in één adem aan te voegen dat Nederland 1992 in West-Europa geen novatieve rol meer zal sp®, als het roer niet dras®0 wordt omgegooid. Aus der r snel mogelijk'de grens o geschopt worden' Dat is de mening van oud-verzets- I man H.J- Teengs Gerritsen, I ónder meer voormalig voor ster van het Centraal Or- I paan van Verzets- en Ver volgingsslachtoffers. volgens hem is er onder oud verzetsmensen een niet onaan- Wee STAATSSECRETARIS René van ger kunnen tarten. Vervuld van hem dit hebben aangedaan, heel ring geworpen. Stevig verschanst kroop de bi de loopgraven om zich in volle voor het gevecht met de Tweede bij zijn aantreden reeds een kar aangetroffen. Met andere woord* quêtecommissie zou hem slech Linden meende ook de aantijgin hij de Kamer onjuist en onvolledig Het politiek overmijdelijke kre zijn beslag. Staatssecretaris Van heid van zijn positie in. Maar daa Van Velzen verklaren dat de be voor eeuwig besmet hoeft te zijn. te zijn dat hiermee zijn politieke een terugkeer in 'Den Haag' mog Anders dan in het geval van jongste aftreden niet worden ges Van der Linden heeft zijn onhoi digd, misschien wel onder invloe zijn' CDA'ers in Limburg én ze Van den Broek en de premier zeil een verstandelijke afweging. Want al kan het politieke bedri hoe dan ook onacceptabel dat 9oed informeert; dat zijn de tere En de staatssecretaris heeft niet Tweede Kamer niet juist inform zaaien, maar kwam niet met hard RENE VAN DER LINDEN zal in u olijven als een man met hart voo oe democratie raakte door het p uat is en blijft een harde beschi Kans voorbijgaan om die beschi roer te bestrijden. En dat geeft on Het CDA zou van de 'affaire- nr?- A-fractieleider Bert de V Porti] dwong af te treden nog voc maar even aan een oordeel hac °®rs liet destijds geen kans voo et foutief vond dat een bewinds igen in het parlement. Nu stapt opnieuw een CDA-be er kan vertellen waarom de „®nin9 bij het verkeerde eind he /Verheid in de politiek - een Ri°f' °Pstappen - heeft een wt 'IWD. zowel als bij CDA. 6i??WEl- PREMIER Lubbers, v «inde sukkelt, bij het aftreden var hPrfct'Sde vedette kroop, moet h non I? eren' te kunnen opruir Van eer schade oplopen. Na arh)„er .Linden komt minister in hcTu2'ln René opstelde, vol in doriaM0mende Kamerdebat ove Sla ''K 9ewond raken, maar de liikt nfd zu"en hem in zijn verc et 'anger de vanzelfspreker

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 2