Brieven en onmogelijke idealen van Hölderlin
Helman voltooit Mexicaanse trilogie
ujujejeihi
Hopi-god kraste wereldgeschiedenis in rots
PRACHTIGE ROMAN OVER CHRISTELIJK WEGGEWERKTE INDO'S
--7
Antwerpen was anders
in magische Jaren '60
DE STEM EXTRA DONDERDAG 21 JUL11988
DE jongste roman van
Albert Helman (1903),
'Zusters van liefde' vol
tooit niet alleen zijn
Mexicaanse trilogie,
maar getuigt van de
boeiende vitaliteit van
deze schrijver, die zo
lang hij leeft blijft af
rekenen. Wat mij be
treft kan hij dat blijven
doen, omdat in zijn
boeken (ook in dit boek)
samengaan vertel
kracht, schrijfkunst en
maatschappelijk enga
gement.
'MANNEN MET RODE MUTSEN ONTKETENEN WERELD VERNIETIGING'
Russen
Uitverkoren
Nekslag
LUDIEK VERZET TE BOEK GESTILD
ff STEM GIDS 2
jEDERLAND 3
DUITSLAND 2
uske en Wiske: „D
T49
Door Henk Egbers
FRIEDRICH Hölderlin (1770-1843), tijdens
zijn leven miskend, misbruikt als de dich-
tèr in dienst van de nazistische Volksgeist,
is de laatste tijd weer bijzonder in de aan
dacht. De aangevochten en bejubelde ver
taling van een grote selectie uit zijn ge
dichten door Ad den Besten en de vertaling
door Ben Schomakers van Hölderins brief-
rpman Hyperion zijn daar terecht debet
aan.
Hölderlin, die aanvankelijk theologie studeerde,
maar geen zin had om predikant te worden (al
thans in een kerk, want in zijn werk 'preekt' hij
tot en met) voorzag zich in zijn levensonderhoud
als huisonderwijzer. Een grote bewondering
vatte hij, bij een van zijn baantjes, op voor de
vrouw des huizes, Dusette Gontard, die hij Dio-
tima noemde. In haar symboliseerde hij zijn
idealen van het herstel van een volkomen har
monische mens-zijn in de geest der klassieke
oudheid.
Gebed in een omgeving waarin hij samen met
ondermeer Hegel en Schelling niet alleen theo
logie studeerde maar nog meer geïnteresseerd
raakte in de levensfilosofieën van Rousseau,
Schiller, Kant, Fichte e.d. werden zijn gedachten
pantheïstisch gevuld en droomde hij van een
nieuw Hellas op Duitse bodem. Schiller en Goe
the waren aanvankelijk van invloed op zijn
dichterlijk werk, maar beiden erkenden hem
niet.
Zijn echte erkenning is pas geruime tijd na
zijn dood gekomen, onder meer door toedoen
van Wilhelm Dilthey. Relatief is hij maar een
betrekkelijk kort deel van zijn leven echt har
monieus produktief geweest. Hij verbleef enige
jaren in een psychiatrische inrichting en werd
nadien door velen, tot in onze tijd, voor gek ver
klaard. Zonder te ontkennen dat Hölderin war
rige tijden in zijn persoonlijke leven door
maakte (zijn werk is daarvan op den duur de
weerslag) gaat dat te ver.
Den Besten heeft een uitvoerige inleiding ge
schreven op het honderdtal vertaalde gedichten,
waarbij telkens de originele Duitse tekst staat
afgedrukt. Daarin geeft hij behalve achter
grondinformatie over Hölderlins leven ook een
verantwoordiing over zijn wijze van vertalen.
Globaal gesproken heeft Den Besten niet gepro
beerd om de dichter uit de 18e eeuw tot een dich
ter uit de 20e eeuw te maken. Daardoor is zijn
vertaling nogal archaiserend van toon (veel eli
sies; de gij-vorm etc.).
Daarover kun je vallen. Je komt in dezelfde
discussie terecht als bij de muziek: moet/kun je
Bach spelen met de instrumenten uit zijn tijd
De een juicht de ander roept boeh. Dat is ook het
geval met de vertaling van Den Besten. Echte
vertaalkritiek blijft er dan nog over bij de inter-
preatie van woorden, samengestelde beelden en
bijna nu onvertaalbare uitdrukkingen. Er zijn
uitgebreide annotaties gemaakt bij de vertaling
die vaak zeer interessant en verhelderend zijn.
Ik ben niet enthousiast over de dooddoener 'over
smaak valt niet te twisten' bij discussies over
kunst - er valt zeker over te twisten -maar wel
is het de vraag of je de sfeer, de mentaliteit die
uit zijn lyrische gedichten spreekt nog kunt
smaken „Waarom, echo des Hemels o heilig
hartwaarom verstomt gij onder de sterflij
ken en sluimert, door de goddelozen, vrije
voorgoed de nacht verbannen 7" (begin van Er-
munterung). Of: „Ja het is waar, dat hij nacht
en dag verzoent met elkander en het hemelge-
sternt' eeuwig wentelen doet, vreugdevol
steeds, als het loof van de immer groenende
.pijnboom, dat hem behaagt, en de krans van
'klimop, hem gewijd"... (uit Brot un Wein).
Titels als Gesang des Deutschen, An die Deut-
schen, Die Heimat, Der Tod fürs Vaterland e.d.
laten vermoeden waarom hij in de nazi-tijd
werd binnengehaald. In 'Diotima' lees je: „Kom,
gij die eens elementen wist te verzoenen, en
breng toch, /hemelse Muze, tot rust in hij de
chaos des tijds, orden de woedende strijd met
vredeklanken des hemels, tot in mijn sterfe
lijke borst zich het verdeelde vereent, totdat
der mensen oude natuur, de rustige, grote, zich
uit de gistende tijd machtig en stralend ver
heft"...
Hölderlin op zoek naar idealen, onmogelijke
idealen. Dat is kenmerkend voor zijn psycholo
gische geaardheid, die onder druk van een ver
slindende moederfiguur stond. En zoals bekend
heeft dat, zeker bij het ontbreken van een va
derfiguur waarmee identificatie mogelijk is,
vaak funeste gevolgen gehad. Onder meer een
brute levenswijze en het hollen achter geobjec
tiveerde idealen zijn dan mogelijk.
Zijn onmogelijke liefde, getransformeerd in
die van Hyperion voor Diotoma heeft hij uitge
schreven in zijn brievenroman Hyperion: de
jonge Griek wiens lot na de dood van zijn ge
liefde op het zijne lijkt. Toch geeft het geen pas
Hyperion een autobiografie te noemen, waarin
slechts wat werkelijke namen van personen en
landen door fictieve vervangen zouden zijn,
meent vertaler Schomakers.
„In de roman Hyperion schept Hölderin een
soort proeftuin waarin hij zijn held laat experi
menteren met verschillende levens die in aan
merking komen om het raadsel van het frag
ment von Hyperion - dat zich ook manifesteert
als een onmogelijkheid rust te vinden, een af
wijzen van elk uitgeprobeerd leven, als de be
lofte dat er elders iets anders, beters is - naar
buiten te brengen; en die pogingen blijken spoe
dig neer te komen op het achterhalen van een
schoonheidsbegrip."
De wat geëxcalteerde lyrische toon van de
brieven die ons heen en weer slepen tussen de
goden in Hellas, van de blinde Oedipus naar de
Duitsers, tussen Diotoma en Hyperion vragen
om een bijzondere lees-instelling, die wortels
heeft in een beleven van de rosevingerige dage
raad bij Homerus e.d.
Friederich Hölderlin: 'Gedichten'. Uitg. De
Prom, prijs 65,-.
Friederich Hölderlin: 'Hyperion'. Uitg. Thoth,
prijs 29,50.
Door Henk Egbers
Helman is een begrip, in
positieve- en negatieve zin
(en daarom zo écht) voor
een bepaalde generatie.
Te vaak hoor ik bij jongere ge
neraties dat hij onbekend is;
dat hij niet meer zoals voor
heen, met o.a. zijn 'Stille Plan
tage', voorkomt op de boeken
lijsten van de school. Dat is
jammer, omdat hij, mijns in
ziens, een niet te verwaarlozen
schakel is binnen het Neder
landse culturele patrimonium.
Soms krijg ik het kwade ver
moeden dat zelfs in het onder
wijs tussen Bredero en Wolkers
een behoorlijk stuk literatuur
geschiedenis - zeker wanneer
deze te maken heeft met ons
kwade geweten: het koloniale
verleden - gefrustreerd wordt.
Albert Helman, pseudoniem
voor Lou Lichtveld, werd in
1903 in Paramaribo geboren.
Hij is een Nederlandstalige
auteur, die via talrijke romans
vooral het Zuidamerikaanse
leefklimaat (i.e. Suriname en
Mexico) prachtig heeft overge
dragen; vanaf Zuid-Zuid-West
(1926), De Stille Plantage (1931)
tot De foltering van Eldorado
(drie eeuwen koloniale historie
1983) en nog meer. In de derti
ger jaren actief in De Gemeen
schap brak hij met de r.-k. kerk
en ging naar Spanje om in de
burgeroorlog aan de kant van
de anti-fascisten (anti-Franco)
te staan.
Na de oorlog was hij een
paar jaar minister van onder
wijs in Suriname. Helman is
een globetrotter, die tot voor
kort nog directeur van het mu
seum in Tobago was; een zwer
vende auteur, romantische rea
list en een bewonderd en ver
guisd mens. In zijn boeken vind
je veel terug van zijn levens
strijd. In 'Mijn vriend Pieter'
(Van der Meer de Walcheren)
uit 1980 vond je daarvan nogal
wat terug. Maar evenzeer in de
roman 'Zusters van liefde'...
Zusters van liefde is een begrip
dat hier in het Zuiden samen
hangt met een uit Schijndel
stammende zusterscongregatie.
Met alle waardering bedenkt
de stem des volks telkens min
der vleiende epitheta daarbij,
zoals in dit geval 'Krengen van
barmhartigheid' of 'Alles voor
ons' in plaats van 'Alles voor
Albert Helman.
allen', zoals een Bredase con
gregatie in het schild voert.
Helman zegt dat niet in deze
termen - daarvoor is hij een te
goed schrijver - maar zijn ge
voel in deze roman deelt wel
deze volkse reacties. De zusters
van liefde staan in deze roman
model voor de frustraties die de
vanuit Spanje geïmporteerde
r.-k. kerk in Mexico het oor
spronkelijke levensgevoel daar
heeft opgeleverd. De oorsprong
ligt bij de indianen. Helman die
zelf indiaans bloed in zijn ade
ren heeft, blijft ook in deze ro
man wroeten naar deze roots.
Verder zit er een scheut Spanje,
inclusief het fascisme in. Ook
in Mexico is de strijd tussen
kerk en staat in volle gang en
V.i y FOTO NIJGH EN VAN DITMAR
Helman steekt niet onder stoe
len en (kerk)banken hoe hij
daarbij staat.
Eigenlijk is hij een betogend
en moraliserend schrijver.
Maar, voor mijn gevoel, niet
hinderlijk omdat hij zijn inten
ties en gevolens verpakt in ly
rische verhalen. Het is onge
looflijk hoe hij Mexico met zijn
historie en actuele situatie (het
speelt allemaal tijdens de
Tweede Wereldoorlog) onder
huids weet mee te geven. Al-
bert Helman is een verteller
voor lezers met lange adem,
voor hen die kunnen luisteren
en niet door haast worden op
gevreten.
Er lopen twee/drie love-story's
door de 437 pagina's Mexico-
story heen. Daarbij staan cul
turen zo haaks op elkaar, dat
zij het Mexicaanse element nog
beter helpen uitlichten. De ge
beurtenissen zijn gebaseerd op
concrete gegevens. Dat begint
al met de arts Carpio in Puebla,
die geconfronteerd wordt met
een luguber, geheim non
nenklooster. Clericalen probe
ren dit tehuis met zijn maso
chistische praktijken te ont
trekken aan staatscontrole.
Carpio heeft een relatie met
de Amerikaanse Laurette die
archeologisch onderzoek pleegt
in Mexico. Botst de arts met de
middeleeuwse religieuze prak
tijken, in zijn relatie worstelt
hij met de Amerikaanse (VS)
cultuur. Een tweede hoofdfi
guur is Hector, een uit het fas
cistische Spanje uitgeweken
kunstschilder. Op zoek naar
een model wordt hij geconfron
teerd met het zich laten scha
ken van vrouwen; met de posi
tie van de vrouw in Zuid-Ame
rika. De zich opdringende Leo-
cadia wordt later 'vervangen'
door de bedeesde Ena, die weer
een ander aspect van die positie
laat zien.
„Zusters van liefde dat wa
ren alleen degenen die als het
ware zusters van vlees en
bloed, lief en leed deelden met
hun uitverkoren partner, de
ware liefdesdaad kenden en
met hem beoefenden, en geen
ander doel hadden dan vol
waardig elkaar toebehoren.
Wat hij nu hoopte bereikt en
bemeesterd te hebben. Al het
andere was aanpraatsel en be
drog... Men zou er met man en
macht aan moeten werken dat
Mexico niet langer krioelt van
valse zusters van liefde of
pseudo-zusters zonder liefde,
maar dat er, allereerst in onze
bovenlaag, echte komen die in
zusterlijke, kameraadschappe
lijke en gelijkwaardige trouw
en liefde beoefenen." De kerk
moet je daarbij zien als een ar
cheologisch relict dat alleen
nog door de museummaniak
ken en hun ontwetende volge
lingen gekoesterd wordt
„Tweeduizend jaar, wat is
dat?"...
De roman is doorspekt met
de beschrijving van allerlei re
ligieuze feesten, waarin 'hei
dendom' en christendom hand
in hand gaan. De onderne
mende Indio, die nog met tal
rijke gevoelens en gebruiken
vastzit aan zijn aloude oor
sprong, tracht daar bovenuit te
komen. Niet alleen het vul-
kaangeweld, ook het geweld
van de hedendaagse 'bescha
ving' dwingt hem als het ware
zich terug te trekken in de nog
niet al te zeer aangetaste hoog
landen.
In Zusters van liefde heeft
Albert Helman op een hele
boeiende manier historische
processen en tegenstellingen
gevat in een (misschien wat te)
uitgesponnen verhaal dat me
nigeen, die gewend is redene
rend met deze materie om te
gaan, een zinvolle emotionele
dimensie kan geven.
Albert Helman: 'Zusters van
liefde'. Uitg. Nijgh Van Dit-
mar, prijs 45,-.
Door Eugene Verstraeten
Het door de Hopi-indianen
uit Arizona vereerde oer
wezen Maasauu wordt te
recht de 'Grote Geest' ge
noemd. Hij graveerde niet
alleen met enkele krachtige
ademstoten het Hopi-le-
vensplan in een rotswand,
maar voorspelde er meteen
de wereldgeschiedenis bij.
Volgens de beweringen van
deze Maasauu zou de aarde
twee keer zowat vernietigd
worden.
Vervolgens komt dan de derde
ramp, zeg maar het laatste oor
deel, waarbij enkel degenen die
de goede weg bewandelen ge
spaard blijven. Uiteraard wil
leb de Hopi daarbij horen en
eeuwen lang al vertikken ze
hét dan ook concessies te doen
aan de westerse 'beschaving'.
Dick de Soeten schreef een
boek over deze oeroude in
diaanse cultuur en gaf het met
récht de sub-titel 'deur van
verleden en toekomst mee'.
De 'Grote Geest' Maasauu
verscheen in voorhistorische
tijden op aarde. Daar zat hij
niet in luiheid neer. Voordat hij
zijn inscriptie 'graveerde' en
daarbij de nodige tekst en uit
lag gaf was hij immers druk
bezig geweest de mensheid in
ajlerlei nuttige zaken en wet
ten te onderrichten. Na gedane
arbeid draaide hij zich voldaan
om en werd prompt onzicht
baar. Echter niet nadat hij het
verbijsterde indianenvolkje
had beloofd tegen het einde der
tijden terug te keren.
Het 'levensplan' in de rots
wand zouden we schouderop
halend kunen afdoen, ware het
niet dat er in het gesteente wel
erg opmerkelijke zaken zijn
gekrast. Zo is er het symbool
dat verdacht veel op het Duitse
kruis lijkt en dat staat voor de
eerste wereldvernietiging. De
tweede wereldvernietiging die
Maasauu voorzag is gesymboli
seerd door een zonne-symbool
met daarin een hakenkruis.
Het verband met de eerste en
tweede wereldoorlog is over
duidelijk.
Als het daar nu bij bleef kon
iedereen met een genist hart
gaan slapen. Maar er komt, zo
weten de Hopi, nog een derde
wereldvernietiging. De verant
woordelijken daarvoor, zo
deelde Maasauu al mee, zullen
mensen zijn die rode mutsen
dragen of gekleed gaan in een
rode mantel. Worden hier wel
licht de Russen bedoeld? Wie
weet. Het is zoals een oude in
diaan al zei: profetieën kun je
alleen uitleggen als ze vervuld
zijn.
De voorspellingen van
Maasauu zijn overigens akelig
nauwkeurig gebleken. Immers,
voor hij vertrok waarschuwde
hij de Hopi dat er mensen zou
den opdagen in het teken van
een kruis met verlengde onder
zijde. Deze zouden komen met
een bedrieglijke leer en er al
leen op uit zijn de Hopi hun
land te ontnemen. Heel wat
eeuwen later landden de
Spaanse soldaten en missiona
rissen aan de Amerikaanse
kust...
Als we de Hopi mogen geloven
is de derde wereldramp niet
ver weg. Want uiteraard voor
spelde Maasauu ook de voorte
kenen van deze vernietiging.
Zoals de atoombom op Hiroshi
ma, de landing op de maan en
zelfs de verschijning van por
noboekjes. „In die dagen",
voegde hij er nog aan toe, „zul-
Chinook»
Ipoorboan
ATLANTISCHE
Showjien
V" Hopi Ch,y,1,n2>Ch«i*k»*»n
1 LCreeks
Zuni Pueblo. Y Kl0W0.g
Navajo'. Apachen
STILLE OCLAAN
Zo zag de kaart van Amerika er uit in het begin van de 18e
eeuw. Links onder bevindt zich het gebied van de Hopi.
len mensen met elkaar kunnen
spreken over grote afstanden,
omdat het land bedekt zal zijn
met een spinneweb van draden.
En aan het einde der tijden zul
len er wegen zichbaar worden,
heel hoog in de lucht". De ver
gelijking met het telefoonnet
en condensstrepen van vlieg
tuigen is wel erg verleidelijk.
Dick van Soeten gaat in zijn
boek jammer genoeg niet in op
de vraag wie deze Maasauu, die
lijfelijk onder de mensen ver
toefde, nu eigenlijk was. Hoe-
wel hij ook de 'Grote Schepper'
wordt genoemd, had hij met de
schepping op zich niets uit te
staan. Daar kwam een hele fa
milie andere goden bij kijken.
Het begon bij de 'oerschepper'
Tay'wah. Die schiep Soduk-
nang, die op zijn beurt Ko-
kyangwudi schiep. Deze laatste
had de hand in het ontstaan
van het leven op aarde. Tay
'wah bleef echter de baas, want
toen de prille mensen elkaar
gingen bevechten besloot hij de
eerste wereld te vernietigen.
Soduknang, die enkele mensen
van de ondergang had kunnen
redden, kreeg de ondankbare
taak alles weer opnieuw op te
bouwen. Maar een tijd later
ontstak Tay'wah, die blijkbaar
nogal snel geïrriteerd was, op
nieuw in woede en volgde een
tweede vernietiging. Dat het
kwaad onder de mensen sloop
had volgens de Hopi-overleve-
ring alles te maken met de toe
name van de technische kennis.
Naar verluidt leerden de
mensen in die tijd steden bou
wen en, het is kras maar waar,
vliegen. Daarvoor gebruikte
men een 'Paduwvoda', een vlie
gend schild. Hele eskadron's
van deze tuigen overvielen ste
den en het was dus logisch dat
Tay'wah zich weer eens niet
kon inhouden. Dit keer stuurde
hij een grote zondvloed op de
aarde af. De overlevenden red
den zich op vlotten en strand
den na lange tijd ronddobberen
over de oceaan in Amerika.
Toen pas verscheen daar
plotsklaps het wonderlijke
heerschap Maasauu ten tonele
om de mensen wetten en in
structies te geven. Hij kreeg de
Hopi op zijn hand door te ver
klaren dat ze het uitverkoren
volk waren. Maasauu was
trouwens niet alleen op aarde
verzeild geraakt. Hij had een
legertje metgezellen bij zich,
die door de Hopi Katsina's
worden genoemd. Toen Maas
auu met onbekende bestem
ming vertrok namen deze lie
den de leiding over. Maar naar
verluidt boterde het niet best
tussen de Hopi en de Katsina's,
waarna ook deze laatsten ver
trokken. Nu nog nemen de
jaarlijkse Katsina-ceremo-
nieën een belangrijke plaats in
bij de Hopi. Daarbij worden
deze wezens uitgebeeld met tot
de verbeelding sprekende mas
kers en bijpassende kleding.
De Hopi zijn pas na heel wat
omzwervingen op hun huidige
stek in Arizona neergestreken.
Immers, Maasauu zelf droeg
hen op alle uithoeken van het
land te verkennen. Na die ver
plichte omzwervingen zouden
ze uiteindelijk het 'beloofde
land' bereiken. Het werd geen
land van melk en honing, maar
een wat woeste en ruige streek.
Maar blijkbaar zijn de Hopi er
gelukkig mee.
Dick de Soeten plaatst in zijn
boek een interessante hypothe
se. Die houdt in dat allerlei an
dere indianenvolken, zoals de
Maya's en Azteken, wellicht af
stammelingen van de Hopi zijn.
Clans die de verplichte om
zwervingen wel welletjes von
den en zich vestigden op aan
trekkelijke plaatsen. Een ander
aspect is de overlevering dat de
overlevenden van de zondvloed
met vlotten in Amerika terecht
kwamen. Dat zou de nekslag
kunnen betekenen voor de tot
nu toe steeds aangevoerde ver
onderstelling dat het continent
bevolkt werd door stammen die
vanuit Azië over de Berings-
traat trokken. Maar gezien het
voorgaande is er niets tegen het
idee dat de volksverhuizingen
wel eens in omgekeerde rich
ting zouden hebben plaatsge
vonden. En dat zou de geschie
denis van de mensheid wel in
een heel ander daglicht stellen.
Immers, dan zouden de Hopi
het oudste volk op aarde zijn.
Dick de Soeten: 'Hopi. Deur
van verleden en toekomst'.
Uitg. Ankh-Hermes, prijs
39,85
Robbede Hert.
- FOTO ARCllEF DE STEM
Wannes van der Velde.
Door Marjan Mes
OPMERKELIJK is de
hausse in publicaties
over de jaren zestig. Er
heeft zich al bijna een
soort mythologie rond
die tijd gevormd. Waar
schijnlijk omdat ener
zijds de ludieke contesta
tie tegen de gevestigde
orde en het streven naar
een bijna anarchistische
'open' maatschappij
structuur anno 1988 als
een curiosum overko
men. Terwijl anderzijds
in de jaren zestig de basis
werd gelegd voor de poli
tieke en maatschappe
lijke bewustwording van
individuele burgers. Nog
altijd worden daar de
vruchten van geplukt.
In de gelijkwaardige ver
houding tussen mannen en
vrouwen bijvoorbeeld en de
veel grotere openheid bin
nen bedrijven, bestuursli
chamen, onderwijs en poli
tiek. Hoewel het feminisme,
de zogenaamde seksuele re
volutie en de democratise
ringsgolf uit die periode
misschien minder effect
hebben gehad dan toen
werd verwacht, lijkt de
mentaliteitsverandering die
erdoor werd veroorzaakt
een definitieve verworven
heid. Hoewel in deze tijd
veel om economische rede
nen moet worden terugge
schroefd, lijkt het toch on
denkbaar dat ooit de oude
gezagsverhoudeing - o.a. in
huwelijk en werk - terug
zullen keren.
Of die roemruchte jaren
zestig, toen studenten, ar
beiders en kunstenaars de
barricaden op gingen om
'inspraak' te eisen, van his
torisch belang zijn geweest
of dat ze slechts een mini
maal schakeltje waren in de
geschiedenis van de evolutie
van het menselijk bestaan,
daarover kan nog nauwe
lijks worden geoordeeld.
Een aardige publicatie
over deze 'magische' periode
is 'Antwerpen - De jaren
zestig' onder redactie van
Julien Weverbergh en een
aantal Vlaamse historici en
publicisten. Vooral voor wie
van de stad houdt en er de
afgelopen 25 jaar regelmatig
is gekomen om meer dan al
leen consumptieve redenen
is het een aantrekkelijk,
fraai geïllustreerd boek.
Antwerpen was in de jaren
zestig de stad waar niet, zo
als in Amsterdam en Parijs,
de studenten en arbeiders
contesteerden, maar vooral
beelend kunstenaars,
schrijvers en muzikanten.
Het was de tijd van het
bruine café De Muze met
volkszangers als Ferre
Grignard en Wannes van
der Velden en van café
Gard Sivik aan de Stads-
- F0"0 ARCHIEF DE STEM
waag waar de jazz hoogtij
vierde en het gelijknamige
literaire tijdschrift werd
opgericht. Maar ook van de
opkomst vai de artistieke
Belgische ciiema, met fil
mers als Herry Hümel en
Robbe De He-t.
Het stadsieeld wijzigde
zich in die jaien aanzienlijk,
dank zij de spelse bemoeie
nis van het creatieve deel
van de Antwirpenaars. Het
chique koniiklijke paleis
aan de Meir kon bijvoor
beeld een nternationaal
centrum voor actuele kunst
worden. Pananarenko en
Hugo Heyrnan hielden
happenings enmaakten in
stallaties op sraat die de
aandacht vroejen voor een
'utopische' sansnleving. In
het Hessenhuisen de Wide
White Space Callery von
den rumoerig kunste
naarsdebatten ei avantgar-
distische tentomstellingen
plaats.
Mare Reynebau, redac
teur van Knack noemt in
zijn openingsartilel de con
testanten vna de aren zes
tig 'de laatste avint-garde
van het modernime'. Dat
juist in Antwerpenhet kun-
stenaarsactivisme opbloei
de, wijt hij aan het raditio-
neel Antwerpse chuvinis-
me, dat in de jarei zestig
een nieuwe dynamiet kreeg
vanuit het verzet tigen de
culturele nivellering m ver
vlakking; 'de Belgisci-bur-
gerlijke uniformiserng en
banalisering en de verame
rikanisering'. De Antverpse
dialectzanger Wanne: van
der Velde acht hij d be
langrijkste represatant
van dit verzet.
Het boek plaatst d< ty
pisch Antwerpse versclijn-
selen uit die jaren ineen
bredere context. Zo besbedt
het bijvoorbeeld ook aan
dacht aan het dagelijks le
ven in België van kort na de
oorlog toen vader het tog
voor het zeggen had, de ty-
giëne minimaal was en
werkloosheid niet bestond
De welvaart van de 'gd-
den sixties' die erop volgle
was de oorzaak van de oni
vredenheid, omdat die ni
gekoppeld was aan de oui
gezagsverhoudingen. Puut
Antwerps is het boek beslist
niet en waar het dat wé is,
mis je toch een beetje debe-
schrijving van binneiuit,
zoals bijvoorbeeld een
schrijver of dichter die het
zelf allemaal heeft mege-
maakt, het zou hebben be
schreven. Daartegeniver
staat een tiental informitie-
ve, goed gedocumenterde
artikelen met veel feiteijk-
heiden.
Tot 2 oktober is er in het
Hessenhuis in Antwenen
ook een expositie over deja-
ren zestig ingericht. Iet
boek 'Antwerpen - de jaen
zestig' werd uitgegeven dor
Hadewijch in Baarn en kst
34,90.
20.43
Gay
Purr-ee
UPA-studio ontstond uit
industrie van Walt Dis-
Men wilde ook teken
voor een ouder publiek
Jduceren en zo ontstond
ay purr-ee'. Op een be
ulde manier uitgesproken
tekent dat 'Gay Paris'
lelijk Parijs). De film gaat
er het poezemeisje Mew-
tte, dat genoeg heeft van
I leven in Zuid-Frankrijk
je boerse katers daar. Ze
1 op avontuur in Parijs om
bte beren te leren kennen.
Een lot
voor Artls
;ze zomer presenteren Fred
jter en Myrna Goossen zes
^programma's recht
reeks vanuit Artis. Aan de
cks is een loterij verbon-
Di waarvan de opbrengst
bruikt wordt om de 150-ja-
re dierentuin op te knap-
n. De titel van het pro-
anuna luidt dan ook *Een
t voor Artis'. In het spelge-
geite gaan families met een
erennaam als achternaam
tegen elkaar opnemen.
at gebeurt er met de sport-
ld als hij over zijn top heen
Over dit thema gaat de
■eede aflevering van de
VU-serie 'De uitdaging',
jorthelden beginnen dik-
jjls een sport- of sigaren-
ak, als ze hun carrière
oeten beëindigen. Voor
echts enkelen is er een
ipbaan als trainer wegge-
|A
21.21
De
uitdaging
21.50
Even naar
het feest
in Guus van Waveren is
t korte tv-spel "Even naar
t feest' bij de NOS. Peter
iber en Marjon Brandsma
tien het echtpaar Ben en
<cy. Als de kinderen slapen
1 Ben nog even naar een
istje. Na lang aandringen
ijgt hij Lucy zover, dat ze
eegaat. Ben moet echter
:1 beloven niet te lang te
jven, maar na enkele bor-
Is is hij zijn belofte verge-
n. Lucy vertrekt woedend
haar eentje naar huis.
22.55 Das Ohr
l film speelt zich af in het
aag van 1952. De hoofdper-
nen Ludvik en Anna wor-
n na een regeringsfeestje
et een staatslimousine naar
lis gebracht Ludvik is
satssecretaris en sinds tien
ar met Anna getrouwd.
»or de deur van him villa
ngekomen kunnen ze de
lissleutel niet vinden.
M5 JE A5 PERTECTÉ
P/2B\/AL ZOU U/TVM
■Ou JE DEUR
'OHDEM PLAT-
HELOTEN.,