Brieven en onmogelijke idealen van Hölderlin Helman voltooit Mexicaanse trilogie ujujejeihi Hopi-god kraste wereldgeschiedenis in rots PRACHTIGE ROMAN OVER CHRISTELIJK WEGGEWERKTE INDO'S --7 Antwerpen was anders in magische Jaren '60 DE STEM EXTRA DONDERDAG 21 JUL11988 DE jongste roman van Albert Helman (1903), 'Zusters van liefde' vol tooit niet alleen zijn Mexicaanse trilogie, maar getuigt van de boeiende vitaliteit van deze schrijver, die zo lang hij leeft blijft af rekenen. Wat mij be treft kan hij dat blijven doen, omdat in zijn boeken (ook in dit boek) samengaan vertel kracht, schrijfkunst en maatschappelijk enga gement. 'MANNEN MET RODE MUTSEN ONTKETENEN WERELD VERNIETIGING' Russen Uitverkoren Nekslag LUDIEK VERZET TE BOEK GESTILD ff STEM GIDS 2 jEDERLAND 3 DUITSLAND 2 uske en Wiske: „D T49 Door Henk Egbers FRIEDRICH Hölderlin (1770-1843), tijdens zijn leven miskend, misbruikt als de dich- tèr in dienst van de nazistische Volksgeist, is de laatste tijd weer bijzonder in de aan dacht. De aangevochten en bejubelde ver taling van een grote selectie uit zijn ge dichten door Ad den Besten en de vertaling door Ben Schomakers van Hölderins brief- rpman Hyperion zijn daar terecht debet aan. Hölderlin, die aanvankelijk theologie studeerde, maar geen zin had om predikant te worden (al thans in een kerk, want in zijn werk 'preekt' hij tot en met) voorzag zich in zijn levensonderhoud als huisonderwijzer. Een grote bewondering vatte hij, bij een van zijn baantjes, op voor de vrouw des huizes, Dusette Gontard, die hij Dio- tima noemde. In haar symboliseerde hij zijn idealen van het herstel van een volkomen har monische mens-zijn in de geest der klassieke oudheid. Gebed in een omgeving waarin hij samen met ondermeer Hegel en Schelling niet alleen theo logie studeerde maar nog meer geïnteresseerd raakte in de levensfilosofieën van Rousseau, Schiller, Kant, Fichte e.d. werden zijn gedachten pantheïstisch gevuld en droomde hij van een nieuw Hellas op Duitse bodem. Schiller en Goe the waren aanvankelijk van invloed op zijn dichterlijk werk, maar beiden erkenden hem niet. Zijn echte erkenning is pas geruime tijd na zijn dood gekomen, onder meer door toedoen van Wilhelm Dilthey. Relatief is hij maar een betrekkelijk kort deel van zijn leven echt har monieus produktief geweest. Hij verbleef enige jaren in een psychiatrische inrichting en werd nadien door velen, tot in onze tijd, voor gek ver klaard. Zonder te ontkennen dat Hölderin war rige tijden in zijn persoonlijke leven door maakte (zijn werk is daarvan op den duur de weerslag) gaat dat te ver. Den Besten heeft een uitvoerige inleiding ge schreven op het honderdtal vertaalde gedichten, waarbij telkens de originele Duitse tekst staat afgedrukt. Daarin geeft hij behalve achter grondinformatie over Hölderlins leven ook een verantwoordiing over zijn wijze van vertalen. Globaal gesproken heeft Den Besten niet gepro beerd om de dichter uit de 18e eeuw tot een dich ter uit de 20e eeuw te maken. Daardoor is zijn vertaling nogal archaiserend van toon (veel eli sies; de gij-vorm etc.). Daarover kun je vallen. Je komt in dezelfde discussie terecht als bij de muziek: moet/kun je Bach spelen met de instrumenten uit zijn tijd De een juicht de ander roept boeh. Dat is ook het geval met de vertaling van Den Besten. Echte vertaalkritiek blijft er dan nog over bij de inter- preatie van woorden, samengestelde beelden en bijna nu onvertaalbare uitdrukkingen. Er zijn uitgebreide annotaties gemaakt bij de vertaling die vaak zeer interessant en verhelderend zijn. Ik ben niet enthousiast over de dooddoener 'over smaak valt niet te twisten' bij discussies over kunst - er valt zeker over te twisten -maar wel is het de vraag of je de sfeer, de mentaliteit die uit zijn lyrische gedichten spreekt nog kunt smaken „Waarom, echo des Hemels o heilig hartwaarom verstomt gij onder de sterflij ken en sluimert, door de goddelozen, vrije voorgoed de nacht verbannen 7" (begin van Er- munterung). Of: „Ja het is waar, dat hij nacht en dag verzoent met elkander en het hemelge- sternt' eeuwig wentelen doet, vreugdevol steeds, als het loof van de immer groenende .pijnboom, dat hem behaagt, en de krans van 'klimop, hem gewijd"... (uit Brot un Wein). Titels als Gesang des Deutschen, An die Deut- schen, Die Heimat, Der Tod fürs Vaterland e.d. laten vermoeden waarom hij in de nazi-tijd werd binnengehaald. In 'Diotima' lees je: „Kom, gij die eens elementen wist te verzoenen, en breng toch, /hemelse Muze, tot rust in hij de chaos des tijds, orden de woedende strijd met vredeklanken des hemels, tot in mijn sterfe lijke borst zich het verdeelde vereent, totdat der mensen oude natuur, de rustige, grote, zich uit de gistende tijd machtig en stralend ver heft"... Hölderlin op zoek naar idealen, onmogelijke idealen. Dat is kenmerkend voor zijn psycholo gische geaardheid, die onder druk van een ver slindende moederfiguur stond. En zoals bekend heeft dat, zeker bij het ontbreken van een va derfiguur waarmee identificatie mogelijk is, vaak funeste gevolgen gehad. Onder meer een brute levenswijze en het hollen achter geobjec tiveerde idealen zijn dan mogelijk. Zijn onmogelijke liefde, getransformeerd in die van Hyperion voor Diotoma heeft hij uitge schreven in zijn brievenroman Hyperion: de jonge Griek wiens lot na de dood van zijn ge liefde op het zijne lijkt. Toch geeft het geen pas Hyperion een autobiografie te noemen, waarin slechts wat werkelijke namen van personen en landen door fictieve vervangen zouden zijn, meent vertaler Schomakers. „In de roman Hyperion schept Hölderin een soort proeftuin waarin hij zijn held laat experi menteren met verschillende levens die in aan merking komen om het raadsel van het frag ment von Hyperion - dat zich ook manifesteert als een onmogelijkheid rust te vinden, een af wijzen van elk uitgeprobeerd leven, als de be lofte dat er elders iets anders, beters is - naar buiten te brengen; en die pogingen blijken spoe dig neer te komen op het achterhalen van een schoonheidsbegrip." De wat geëxcalteerde lyrische toon van de brieven die ons heen en weer slepen tussen de goden in Hellas, van de blinde Oedipus naar de Duitsers, tussen Diotoma en Hyperion vragen om een bijzondere lees-instelling, die wortels heeft in een beleven van de rosevingerige dage raad bij Homerus e.d. Friederich Hölderlin: 'Gedichten'. Uitg. De Prom, prijs 65,-. Friederich Hölderlin: 'Hyperion'. Uitg. Thoth, prijs 29,50. Door Henk Egbers Helman is een begrip, in positieve- en negatieve zin (en daarom zo écht) voor een bepaalde generatie. Te vaak hoor ik bij jongere ge neraties dat hij onbekend is; dat hij niet meer zoals voor heen, met o.a. zijn 'Stille Plan tage', voorkomt op de boeken lijsten van de school. Dat is jammer, omdat hij, mijns in ziens, een niet te verwaarlozen schakel is binnen het Neder landse culturele patrimonium. Soms krijg ik het kwade ver moeden dat zelfs in het onder wijs tussen Bredero en Wolkers een behoorlijk stuk literatuur geschiedenis - zeker wanneer deze te maken heeft met ons kwade geweten: het koloniale verleden - gefrustreerd wordt. Albert Helman, pseudoniem voor Lou Lichtveld, werd in 1903 in Paramaribo geboren. Hij is een Nederlandstalige auteur, die via talrijke romans vooral het Zuidamerikaanse leefklimaat (i.e. Suriname en Mexico) prachtig heeft overge dragen; vanaf Zuid-Zuid-West (1926), De Stille Plantage (1931) tot De foltering van Eldorado (drie eeuwen koloniale historie 1983) en nog meer. In de derti ger jaren actief in De Gemeen schap brak hij met de r.-k. kerk en ging naar Spanje om in de burgeroorlog aan de kant van de anti-fascisten (anti-Franco) te staan. Na de oorlog was hij een paar jaar minister van onder wijs in Suriname. Helman is een globetrotter, die tot voor kort nog directeur van het mu seum in Tobago was; een zwer vende auteur, romantische rea list en een bewonderd en ver guisd mens. In zijn boeken vind je veel terug van zijn levens strijd. In 'Mijn vriend Pieter' (Van der Meer de Walcheren) uit 1980 vond je daarvan nogal wat terug. Maar evenzeer in de roman 'Zusters van liefde'... Zusters van liefde is een begrip dat hier in het Zuiden samen hangt met een uit Schijndel stammende zusterscongregatie. Met alle waardering bedenkt de stem des volks telkens min der vleiende epitheta daarbij, zoals in dit geval 'Krengen van barmhartigheid' of 'Alles voor ons' in plaats van 'Alles voor Albert Helman. allen', zoals een Bredase con gregatie in het schild voert. Helman zegt dat niet in deze termen - daarvoor is hij een te goed schrijver - maar zijn ge voel in deze roman deelt wel deze volkse reacties. De zusters van liefde staan in deze roman model voor de frustraties die de vanuit Spanje geïmporteerde r.-k. kerk in Mexico het oor spronkelijke levensgevoel daar heeft opgeleverd. De oorsprong ligt bij de indianen. Helman die zelf indiaans bloed in zijn ade ren heeft, blijft ook in deze ro man wroeten naar deze roots. Verder zit er een scheut Spanje, inclusief het fascisme in. Ook in Mexico is de strijd tussen kerk en staat in volle gang en V.i y FOTO NIJGH EN VAN DITMAR Helman steekt niet onder stoe len en (kerk)banken hoe hij daarbij staat. Eigenlijk is hij een betogend en moraliserend schrijver. Maar, voor mijn gevoel, niet hinderlijk omdat hij zijn inten ties en gevolens verpakt in ly rische verhalen. Het is onge looflijk hoe hij Mexico met zijn historie en actuele situatie (het speelt allemaal tijdens de Tweede Wereldoorlog) onder huids weet mee te geven. Al- bert Helman is een verteller voor lezers met lange adem, voor hen die kunnen luisteren en niet door haast worden op gevreten. Er lopen twee/drie love-story's door de 437 pagina's Mexico- story heen. Daarbij staan cul turen zo haaks op elkaar, dat zij het Mexicaanse element nog beter helpen uitlichten. De ge beurtenissen zijn gebaseerd op concrete gegevens. Dat begint al met de arts Carpio in Puebla, die geconfronteerd wordt met een luguber, geheim non nenklooster. Clericalen probe ren dit tehuis met zijn maso chistische praktijken te ont trekken aan staatscontrole. Carpio heeft een relatie met de Amerikaanse Laurette die archeologisch onderzoek pleegt in Mexico. Botst de arts met de middeleeuwse religieuze prak tijken, in zijn relatie worstelt hij met de Amerikaanse (VS) cultuur. Een tweede hoofdfi guur is Hector, een uit het fas cistische Spanje uitgeweken kunstschilder. Op zoek naar een model wordt hij geconfron teerd met het zich laten scha ken van vrouwen; met de posi tie van de vrouw in Zuid-Ame rika. De zich opdringende Leo- cadia wordt later 'vervangen' door de bedeesde Ena, die weer een ander aspect van die positie laat zien. „Zusters van liefde dat wa ren alleen degenen die als het ware zusters van vlees en bloed, lief en leed deelden met hun uitverkoren partner, de ware liefdesdaad kenden en met hem beoefenden, en geen ander doel hadden dan vol waardig elkaar toebehoren. Wat hij nu hoopte bereikt en bemeesterd te hebben. Al het andere was aanpraatsel en be drog... Men zou er met man en macht aan moeten werken dat Mexico niet langer krioelt van valse zusters van liefde of pseudo-zusters zonder liefde, maar dat er, allereerst in onze bovenlaag, echte komen die in zusterlijke, kameraadschappe lijke en gelijkwaardige trouw en liefde beoefenen." De kerk moet je daarbij zien als een ar cheologisch relict dat alleen nog door de museummaniak ken en hun ontwetende volge lingen gekoesterd wordt „Tweeduizend jaar, wat is dat?"... De roman is doorspekt met de beschrijving van allerlei re ligieuze feesten, waarin 'hei dendom' en christendom hand in hand gaan. De onderne mende Indio, die nog met tal rijke gevoelens en gebruiken vastzit aan zijn aloude oor sprong, tracht daar bovenuit te komen. Niet alleen het vul- kaangeweld, ook het geweld van de hedendaagse 'bescha ving' dwingt hem als het ware zich terug te trekken in de nog niet al te zeer aangetaste hoog landen. In Zusters van liefde heeft Albert Helman op een hele boeiende manier historische processen en tegenstellingen gevat in een (misschien wat te) uitgesponnen verhaal dat me nigeen, die gewend is redene rend met deze materie om te gaan, een zinvolle emotionele dimensie kan geven. Albert Helman: 'Zusters van liefde'. Uitg. Nijgh Van Dit- mar, prijs 45,-. Door Eugene Verstraeten Het door de Hopi-indianen uit Arizona vereerde oer wezen Maasauu wordt te recht de 'Grote Geest' ge noemd. Hij graveerde niet alleen met enkele krachtige ademstoten het Hopi-le- vensplan in een rotswand, maar voorspelde er meteen de wereldgeschiedenis bij. Volgens de beweringen van deze Maasauu zou de aarde twee keer zowat vernietigd worden. Vervolgens komt dan de derde ramp, zeg maar het laatste oor deel, waarbij enkel degenen die de goede weg bewandelen ge spaard blijven. Uiteraard wil leb de Hopi daarbij horen en eeuwen lang al vertikken ze hét dan ook concessies te doen aan de westerse 'beschaving'. Dick de Soeten schreef een boek over deze oeroude in diaanse cultuur en gaf het met récht de sub-titel 'deur van verleden en toekomst mee'. De 'Grote Geest' Maasauu verscheen in voorhistorische tijden op aarde. Daar zat hij niet in luiheid neer. Voordat hij zijn inscriptie 'graveerde' en daarbij de nodige tekst en uit lag gaf was hij immers druk bezig geweest de mensheid in ajlerlei nuttige zaken en wet ten te onderrichten. Na gedane arbeid draaide hij zich voldaan om en werd prompt onzicht baar. Echter niet nadat hij het verbijsterde indianenvolkje had beloofd tegen het einde der tijden terug te keren. Het 'levensplan' in de rots wand zouden we schouderop halend kunen afdoen, ware het niet dat er in het gesteente wel erg opmerkelijke zaken zijn gekrast. Zo is er het symbool dat verdacht veel op het Duitse kruis lijkt en dat staat voor de eerste wereldvernietiging. De tweede wereldvernietiging die Maasauu voorzag is gesymboli seerd door een zonne-symbool met daarin een hakenkruis. Het verband met de eerste en tweede wereldoorlog is over duidelijk. Als het daar nu bij bleef kon iedereen met een genist hart gaan slapen. Maar er komt, zo weten de Hopi, nog een derde wereldvernietiging. De verant woordelijken daarvoor, zo deelde Maasauu al mee, zullen mensen zijn die rode mutsen dragen of gekleed gaan in een rode mantel. Worden hier wel licht de Russen bedoeld? Wie weet. Het is zoals een oude in diaan al zei: profetieën kun je alleen uitleggen als ze vervuld zijn. De voorspellingen van Maasauu zijn overigens akelig nauwkeurig gebleken. Immers, voor hij vertrok waarschuwde hij de Hopi dat er mensen zou den opdagen in het teken van een kruis met verlengde onder zijde. Deze zouden komen met een bedrieglijke leer en er al leen op uit zijn de Hopi hun land te ontnemen. Heel wat eeuwen later landden de Spaanse soldaten en missiona rissen aan de Amerikaanse kust... Als we de Hopi mogen geloven is de derde wereldramp niet ver weg. Want uiteraard voor spelde Maasauu ook de voorte kenen van deze vernietiging. Zoals de atoombom op Hiroshi ma, de landing op de maan en zelfs de verschijning van por noboekjes. „In die dagen", voegde hij er nog aan toe, „zul- Chinook» Ipoorboan ATLANTISCHE Showjien V" Hopi Ch,y,1,n2>Ch«i*k»*»n 1 LCreeks Zuni Pueblo. Y Kl0W0.g Navajo'. Apachen STILLE OCLAAN Zo zag de kaart van Amerika er uit in het begin van de 18e eeuw. Links onder bevindt zich het gebied van de Hopi. len mensen met elkaar kunnen spreken over grote afstanden, omdat het land bedekt zal zijn met een spinneweb van draden. En aan het einde der tijden zul len er wegen zichbaar worden, heel hoog in de lucht". De ver gelijking met het telefoonnet en condensstrepen van vlieg tuigen is wel erg verleidelijk. Dick van Soeten gaat in zijn boek jammer genoeg niet in op de vraag wie deze Maasauu, die lijfelijk onder de mensen ver toefde, nu eigenlijk was. Hoe- wel hij ook de 'Grote Schepper' wordt genoemd, had hij met de schepping op zich niets uit te staan. Daar kwam een hele fa milie andere goden bij kijken. Het begon bij de 'oerschepper' Tay'wah. Die schiep Soduk- nang, die op zijn beurt Ko- kyangwudi schiep. Deze laatste had de hand in het ontstaan van het leven op aarde. Tay 'wah bleef echter de baas, want toen de prille mensen elkaar gingen bevechten besloot hij de eerste wereld te vernietigen. Soduknang, die enkele mensen van de ondergang had kunnen redden, kreeg de ondankbare taak alles weer opnieuw op te bouwen. Maar een tijd later ontstak Tay'wah, die blijkbaar nogal snel geïrriteerd was, op nieuw in woede en volgde een tweede vernietiging. Dat het kwaad onder de mensen sloop had volgens de Hopi-overleve- ring alles te maken met de toe name van de technische kennis. Naar verluidt leerden de mensen in die tijd steden bou wen en, het is kras maar waar, vliegen. Daarvoor gebruikte men een 'Paduwvoda', een vlie gend schild. Hele eskadron's van deze tuigen overvielen ste den en het was dus logisch dat Tay'wah zich weer eens niet kon inhouden. Dit keer stuurde hij een grote zondvloed op de aarde af. De overlevenden red den zich op vlotten en strand den na lange tijd ronddobberen over de oceaan in Amerika. Toen pas verscheen daar plotsklaps het wonderlijke heerschap Maasauu ten tonele om de mensen wetten en in structies te geven. Hij kreeg de Hopi op zijn hand door te ver klaren dat ze het uitverkoren volk waren. Maasauu was trouwens niet alleen op aarde verzeild geraakt. Hij had een legertje metgezellen bij zich, die door de Hopi Katsina's worden genoemd. Toen Maas auu met onbekende bestem ming vertrok namen deze lie den de leiding over. Maar naar verluidt boterde het niet best tussen de Hopi en de Katsina's, waarna ook deze laatsten ver trokken. Nu nog nemen de jaarlijkse Katsina-ceremo- nieën een belangrijke plaats in bij de Hopi. Daarbij worden deze wezens uitgebeeld met tot de verbeelding sprekende mas kers en bijpassende kleding. De Hopi zijn pas na heel wat omzwervingen op hun huidige stek in Arizona neergestreken. Immers, Maasauu zelf droeg hen op alle uithoeken van het land te verkennen. Na die ver plichte omzwervingen zouden ze uiteindelijk het 'beloofde land' bereiken. Het werd geen land van melk en honing, maar een wat woeste en ruige streek. Maar blijkbaar zijn de Hopi er gelukkig mee. Dick de Soeten plaatst in zijn boek een interessante hypothe se. Die houdt in dat allerlei an dere indianenvolken, zoals de Maya's en Azteken, wellicht af stammelingen van de Hopi zijn. Clans die de verplichte om zwervingen wel welletjes von den en zich vestigden op aan trekkelijke plaatsen. Een ander aspect is de overlevering dat de overlevenden van de zondvloed met vlotten in Amerika terecht kwamen. Dat zou de nekslag kunnen betekenen voor de tot nu toe steeds aangevoerde ver onderstelling dat het continent bevolkt werd door stammen die vanuit Azië over de Berings- traat trokken. Maar gezien het voorgaande is er niets tegen het idee dat de volksverhuizingen wel eens in omgekeerde rich ting zouden hebben plaatsge vonden. En dat zou de geschie denis van de mensheid wel in een heel ander daglicht stellen. Immers, dan zouden de Hopi het oudste volk op aarde zijn. Dick de Soeten: 'Hopi. Deur van verleden en toekomst'. Uitg. Ankh-Hermes, prijs 39,85 Robbede Hert. - FOTO ARCllEF DE STEM Wannes van der Velde. Door Marjan Mes OPMERKELIJK is de hausse in publicaties over de jaren zestig. Er heeft zich al bijna een soort mythologie rond die tijd gevormd. Waar schijnlijk omdat ener zijds de ludieke contesta tie tegen de gevestigde orde en het streven naar een bijna anarchistische 'open' maatschappij structuur anno 1988 als een curiosum overko men. Terwijl anderzijds in de jaren zestig de basis werd gelegd voor de poli tieke en maatschappe lijke bewustwording van individuele burgers. Nog altijd worden daar de vruchten van geplukt. In de gelijkwaardige ver houding tussen mannen en vrouwen bijvoorbeeld en de veel grotere openheid bin nen bedrijven, bestuursli chamen, onderwijs en poli tiek. Hoewel het feminisme, de zogenaamde seksuele re volutie en de democratise ringsgolf uit die periode misschien minder effect hebben gehad dan toen werd verwacht, lijkt de mentaliteitsverandering die erdoor werd veroorzaakt een definitieve verworven heid. Hoewel in deze tijd veel om economische rede nen moet worden terugge schroefd, lijkt het toch on denkbaar dat ooit de oude gezagsverhoudeing - o.a. in huwelijk en werk - terug zullen keren. Of die roemruchte jaren zestig, toen studenten, ar beiders en kunstenaars de barricaden op gingen om 'inspraak' te eisen, van his torisch belang zijn geweest of dat ze slechts een mini maal schakeltje waren in de geschiedenis van de evolutie van het menselijk bestaan, daarover kan nog nauwe lijks worden geoordeeld. Een aardige publicatie over deze 'magische' periode is 'Antwerpen - De jaren zestig' onder redactie van Julien Weverbergh en een aantal Vlaamse historici en publicisten. Vooral voor wie van de stad houdt en er de afgelopen 25 jaar regelmatig is gekomen om meer dan al leen consumptieve redenen is het een aantrekkelijk, fraai geïllustreerd boek. Antwerpen was in de jaren zestig de stad waar niet, zo als in Amsterdam en Parijs, de studenten en arbeiders contesteerden, maar vooral beelend kunstenaars, schrijvers en muzikanten. Het was de tijd van het bruine café De Muze met volkszangers als Ferre Grignard en Wannes van der Velden en van café Gard Sivik aan de Stads- - F0"0 ARCHIEF DE STEM waag waar de jazz hoogtij vierde en het gelijknamige literaire tijdschrift werd opgericht. Maar ook van de opkomst vai de artistieke Belgische ciiema, met fil mers als Herry Hümel en Robbe De He-t. Het stadsieeld wijzigde zich in die jaien aanzienlijk, dank zij de spelse bemoeie nis van het creatieve deel van de Antwirpenaars. Het chique koniiklijke paleis aan de Meir kon bijvoor beeld een nternationaal centrum voor actuele kunst worden. Pananarenko en Hugo Heyrnan hielden happenings enmaakten in stallaties op sraat die de aandacht vroejen voor een 'utopische' sansnleving. In het Hessenhuisen de Wide White Space Callery von den rumoerig kunste naarsdebatten ei avantgar- distische tentomstellingen plaats. Mare Reynebau, redac teur van Knack noemt in zijn openingsartilel de con testanten vna de aren zes tig 'de laatste avint-garde van het modernime'. Dat juist in Antwerpenhet kun- stenaarsactivisme opbloei de, wijt hij aan het raditio- neel Antwerpse chuvinis- me, dat in de jarei zestig een nieuwe dynamiet kreeg vanuit het verzet tigen de culturele nivellering m ver vlakking; 'de Belgisci-bur- gerlijke uniformiserng en banalisering en de verame rikanisering'. De Antverpse dialectzanger Wanne: van der Velde acht hij d be langrijkste represatant van dit verzet. Het boek plaatst d< ty pisch Antwerpse versclijn- selen uit die jaren ineen bredere context. Zo besbedt het bijvoorbeeld ook aan dacht aan het dagelijks le ven in België van kort na de oorlog toen vader het tog voor het zeggen had, de ty- giëne minimaal was en werkloosheid niet bestond De welvaart van de 'gd- den sixties' die erop volgle was de oorzaak van de oni vredenheid, omdat die ni gekoppeld was aan de oui gezagsverhoudingen. Puut Antwerps is het boek beslist niet en waar het dat wé is, mis je toch een beetje debe- schrijving van binneiuit, zoals bijvoorbeeld een schrijver of dichter die het zelf allemaal heeft mege- maakt, het zou hebben be schreven. Daartegeniver staat een tiental informitie- ve, goed gedocumenterde artikelen met veel feiteijk- heiden. Tot 2 oktober is er in het Hessenhuis in Antwenen ook een expositie over deja- ren zestig ingericht. Iet boek 'Antwerpen - de jaen zestig' werd uitgegeven dor Hadewijch in Baarn en kst 34,90. 20.43 Gay Purr-ee UPA-studio ontstond uit industrie van Walt Dis- Men wilde ook teken voor een ouder publiek Jduceren en zo ontstond ay purr-ee'. Op een be ulde manier uitgesproken tekent dat 'Gay Paris' lelijk Parijs). De film gaat er het poezemeisje Mew- tte, dat genoeg heeft van I leven in Zuid-Frankrijk je boerse katers daar. Ze 1 op avontuur in Parijs om bte beren te leren kennen. Een lot voor Artls ;ze zomer presenteren Fred jter en Myrna Goossen zes ^programma's recht reeks vanuit Artis. Aan de cks is een loterij verbon- Di waarvan de opbrengst bruikt wordt om de 150-ja- re dierentuin op te knap- n. De titel van het pro- anuna luidt dan ook *Een t voor Artis'. In het spelge- geite gaan families met een erennaam als achternaam tegen elkaar opnemen. at gebeurt er met de sport- ld als hij over zijn top heen Over dit thema gaat de ■eede aflevering van de VU-serie 'De uitdaging', jorthelden beginnen dik- jjls een sport- of sigaren- ak, als ze hun carrière oeten beëindigen. Voor echts enkelen is er een ipbaan als trainer wegge- |A 21.21 De uitdaging 21.50 Even naar het feest in Guus van Waveren is t korte tv-spel "Even naar t feest' bij de NOS. Peter iber en Marjon Brandsma tien het echtpaar Ben en <cy. Als de kinderen slapen 1 Ben nog even naar een istje. Na lang aandringen ijgt hij Lucy zover, dat ze eegaat. Ben moet echter :1 beloven niet te lang te jven, maar na enkele bor- Is is hij zijn belofte verge- n. Lucy vertrekt woedend haar eentje naar huis. 22.55 Das Ohr l film speelt zich af in het aag van 1952. De hoofdper- nen Ludvik en Anna wor- n na een regeringsfeestje et een staatslimousine naar lis gebracht Ludvik is satssecretaris en sinds tien ar met Anna getrouwd. »or de deur van him villa ngekomen kunnen ze de lissleutel niet vinden. M5 JE A5 PERTECTÉ P/2B\/AL ZOU U/TVM ■Ou JE DEUR 'OHDEM PLAT- HELOTEN.,

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 18