Gehaaide vrouwen en andere moderne rampen De valstrikken bij het ouder worden SAUL BELLOW: 'ER STERVEN ER MEER VAN LIEFDESVERDRIET' Yanvugt en de andere waarheid over ons koloniaal verleden De bevrediging van het 'eilandgevoel' Melopee Christine Pisan schree een akelig actueel boe t±St Over literatuur denken met slavist Kees Verheul (ffe, 6 -zuh DE STEM GIDS 2 ZATERDAG 25 JUN11988 „HET IS niks om aca demicus te zijn in Amerika. Mij boeit mijn vak, maar hoeveel mensen zou je uit hun stoel kunnen krijgen voor zoiets - ik bedoel: als je het vergelijkt met Bruce Springsteen of kolonel Gadaffi of de leider van de meerder heid in de Ameri kaanse senaat", laat Saul Bellow een van zijn hoofdpersonen, een wetenschapper, zeggen in zijn nieuwste boek 'Er sterven er meer van liefdesverdriet'. Gloeilamp 'DE STRIK' NIEUW BOEK VAN HUGO RAES Vernieling -iff STEM GIDS 3 Strand 'BOEK VAN DE STAD DER VROUWE Vaders interland Suske en Wiske: VERSCHENEN G2 Door Dirk Vellenga Schrijven over academici doet Saul Bellow, een van de meest vooraanstaande schrijvers in Amerika en Nobelprijswin naar, graag. 'Elitair' is voor hem geen scheldwoord, hij ge bruikt zijn hoogopgeleide hoofdfiguren om op het aller hoogste niveau van ironie ver nietigende commentaren te le veren op de moderne wereld. Bellow is een intellectuele spotter, die slimme filosofietjes onderbrengt in een uitermate knap geconstrueerde roman. Mensen die zijn werken ken nen, van 'Herzog' (1964) tot 'De decaan en diens december' (1982), weten waar ze aan toe zijn. 'Er sterven er meeris eigenlijk van begin tot eind een gesprek tussen Kenneth Trach- tenberg, assistent-hoogleraar in de Russische letterkunde, en zijn oom Benn Crader, een bo tanicus, die over de hele wereld vermaardheid geniet als top deskundige in de anatomie en morfologie van planten. Ken neth dweept met zijn oom, maar stoort zich aan de hard nekkige onhandigheid waar mee Benn de vrouwen bena dert. Benn Crader is een beetje wereldvreemd, maar Kenneth vraagt zich af of zijn naïviteit ten opzichte van vrouwen nu gespeeld is of echt. Hij is een man die alles weet van sappen van planten, maar is hij dan automatisch een man die onbe kend is met menselijk bloed, 'beladen met verlangen'? Na de dood van zijn vrouw wordt Benn Crader door ver schillende vrouwen misbruikt. Zijn bovenbuurvrouw Delia Bedell lokt hem het bed in met het smoesje dat er een gloei lamp verwisseld moet worden. Ze blijft hem daarna bestoken met de vraag: „Waar moet ik heen met mijn seksualiteit?" Aan het strand komt hij in con- Straling tact met Caroline Bunge.erfge- name van een warenhuismag naat uit Cleveland. Als hij aan stuurt op een snel huwelijk, stapt hij in het vliegtuig om een tijdje onvindbaar te zijn. Tegen Matilda Layamon, 25 jaar jonger, is oom Benn niet bestand. Hij trouwt stiekem en dat wordt hem zeer kwalijk ge nomen door neef Kenneth, die zelf ook nogal sukkelt in de liefde. Neef heeft een vriendin in Seattle, die een kind van hem heeft, maar niet met hem wil trouwen. Benn verlaat zijn ver trouwde woning en trekt in bij Matilda en haar ouders. Als snel blijkt hij in de tang van de familie te zitten. Benn werd ooit opgelicht door zijn neef Harold Vilitzer, maar liet het bij een halfzacht proces. De fa milie Layamon wil Vilitzer, in middels hartpatiënt en in de tachtig, alsnog aanpakken, zo dat er een leuke cent overblijft voor Matilda en Benn. Benn Crader moet zijn familie aanpakken om zijn jonge, mooie vrouw te behouden. Je kunt je zorgen maken over de grote wereldvraagstukken, de liefde blijft het allergrootste probleem, stelt Kenneth: „Het is natuurlijk veschrikkelijk, maar er sterven er volgens mij meer van liefdesverdriet dan aan straling." Saul Bellow laat zijn zwarte geestigheid los op verschillende culturen. De vader van Ken neth leeft als bon-vivant in Pa rijs, zijn moeder werkt onder de Ethiopische vluchtelingen in Somalië. Kenneth is een kenner van de Russische literatuur. Hij reist met oom Benn naar Japan waar de moderne Ja panse samenleving aan de tand wordt gevoeld. Er valt veel te grijnzen en af en toe zorgt Bellow zelfs voor een schaterlach. „Voor mij had oom hoe-heet-het-ook-weer - charisma. Ik vertrouw dat woord niet helemaal. Het klinkt als een ziekte. 'Waar is die vent aan gestorven?' 'Ik ge loof dat hij charisma had'." Het verhaal zit vol spitsvon dige uitweidingen en grimmige grappen en op sommiger mo menten is het allemaal te veel van het goede. Je krijgt het idee dat Bellow meer geeft om een sluwe constructie dan om een verhaal met voelbare emo ties. Meer sap dan bloed dus. Saul Bellow. fotoagathon Maar in zijn genre is hij de ab solute meester en de geestelijke verwarring van Benn Crader had waarschijnlijk door nie mand anders beter getekend kunnen worden. Saul Bellow (73) is geboren in het Canadese Quebec, maar heeft het grootste deel van zijn leven doorgebracht in acade mische sferen in de Ameri kaanse Mid-West, net als Benn Crader, en ook hij heeft Rus sisch-joodse ouders. De over eenkomsten met de schutte rende botanicus en zijn neef (zijn alter-ego) zijn duidelijk. Bellow legt het op zijn eigen manier uit in zijn mededeling vooraf: „Hoewel delen van deze roman berusten op werkelijke gebeurtenissen, is elk perso nage erin verzonnen, een aan verschillende mensen en de verbeelding ontleend geheel." Saul Bellow: 'Er sterven er meer van liefdesverdriet'. Uitg. Agathon, prijs 32,50. Door Henk Egbers DE Bosschenaar Ewald Vanvugt probeert de laat ste jaren onderzoekend en schrijvend te komen ach ter de waarheid van 'de waarheid' die gekend is over Neerlands koloniaal verleden. In een boek met de niet mis te verstane titel 'Het dubbele gezicht van de koloniaal' bundelde hij veertien artikelen, die eerder voor een deel in an dere media verschenen. De harde en vaak verbloe mende werkelijkheid wordt door hem met scherpe pen beheerst en zo tastbaar gemaakt, dat Neerlands politiek ermee gediend zou kunnen zijn. Ik vrees dat niet het geval zal zijn, als je het actuele politieke gemanipuleer met de Oost en de West ziet. In het eerste hoofdstuk richt Vanvugt het Koloniaal Mu seum (dat nu eufemistisch Tropisch heet) fictief opnieuw in. De koloniale versluiering wordt daarin ondermeer doorbroken met aandacht voor de Nederlandse opium- handel in Azië. Over die han del zwijgen de geschiedenis boeken. Niet alleen is het goud van Hollands Gouden Eeuw voor een belangrijk deel afkomstig uit de over heidshandel in opium, maar ook in de 19e en 20e eeuw heeft Nederland zich officieel door middel van het heulsap verrijkt. De statistieken ver melden dit niet. Het dubbele gezich blijkt dan bijvoorbeeld uit het feit dat de staatswinst op opium in 1930 27 miljoen gulden was en heel schijnheilig aan de anti-opiumvereniging in het zelfde jaar elfduizend gulden subsidie gegeven werd Van vugt onderbouwt zijn verhaal met 'pakkende' feiten. Wie in de actuele politiek kruipt ont dekt dat er weinig veranderd is en de sociaal-maatschap pelijke zorg, de ethiek, de naastenliefde, het protest te gen de apartheid en vul maar in nog steeds via de porte- monnaie loopt. Vanvugt besteedt ook aan dacht aan een van de boeiendste figuren uit de ko loniale tijd: de in 1857 in Oos- terhout geboren Christiaan Snouck Hungronje. Hij staat model voor het feit dat 'de Nederlandse verovering en bezetting van de koloniën niet uitsluitend een zaak was van politici, militairen en hande laren, mar dat ook de mannen van de wetenschap daarbij een onmisbare rol hebben ge speeld'. Hungronje die echt of voor het oog moslim werd en door zijn boek 'Mekka' een in ternationaal beroemd arabist werd, is de tegenpool van Multatuli bij het onafhanke lijkheidsstreven van de be woners der Indische archipel. Een boeiende figuur. Ewald Vanvugt: „Wat de essentie van de Indische her inneringen zou kunnen zijn - de geldzucht - wordt hier nog bijna altijd verdonkere maand achter gezellige ver halen." Achter de kwasi-ope- rette van tante LienDe ge schiedenis van het Indische leger, dat het 'amorele stelsel van de nja's' (huishoudsters) in stand hield en de soldaten tot gesubsidieerde opium schuivers maakte, wordt door hem verteld met als (te) opti mistische conclusie dat nu 'de laatste paar oogkleppen van de KNIL-cavalerie in het mu seum Bronbeek in Arnhem aan de muur hangen'. Wie in Indonesië geïnteres seerd is komt telkens in kon- takt het de zogeheten 'Ethi sche Richting', de jongens die het allemaal zo goed meenden met de Javaantjes. Vanvugt prikt er doorheen. Een artikel maakt duidelijk dat Neder- Ewald Vanvugt. land niet 350 jaar het bestuur over de Indische archipel heeft gevoerd maar eerst tus sen 1894 en 1914 het grootste deel van het eilandenrijk heeft veroverd en bezet. Het zogeheten Cultuurstelsel werd Indonesië tot één grote slavenstaat van Nederland gemaakt en van de opbrengst bouwden wij in Nederland havens, spoorwegen, bankge bouwen en buitenhuizen. De manier waarop Neder land in Bali heeft huisgehou den in het begin van deze eeuw (nog geen honderd jaar geledenmaakt van de fel bestreden opmerkingen van Lou de Jong over het Neder landse gedrag in Indonesië in de veertig jaren 'onschuldige' verhalen. Ook dat vind je uit voerig terug in dit schrij nende boek. In de laatste bij drage pakt Vanvugt de Leidse prof Fasseur aan dit nog steeds 'de mythe hoog houdt dat het Nederlandse - foto archief de stem optreden in de koloniën wel vaart en voordeel gebracht heeft aan de inheemsen'. Ik denk dat er inderdaad Neder landers (dat is wat anders dan de Nederlandse staat) ge weest zijn die in de koloniën welvaart en voordeel ge bracht hebben. Met name missie en zending hebben dat gedaan, ook al waren de mo tieven waarmee ze werkten niet altijd te loven. Maar de 'officiële politiek' heeft in de koloniën dikwijls een vals spelletje gespeeld. En omdat dit nog vaak gebeurt is het te hopen dat politici dit boek le zen. Omdat bovendien het 'Volksempfinden' besmet wordt door die officiële poli tiek, is het zaak dat ook niet- politici de andere kant van 'de' waarheid tot zich nemen. Dat kan via dit boek. Ewald Vanvugt: 'Het dubbele gezicht van de koloniaal'. Uitg. In de Knipscheer, prijs 27,50. Door Henk Egbers „Een soort obsederende slagzin spookte steeds weer door zijn hoofd: Valstrik voor heer." Zo denkt in het slothoofdstuk van 'De strik' een man, die nogal wat trekjes van de schrijver Hugo Raes heeft, als hij aan de herfst van zijn leven be gint. Het terugblikken in de historie in relatie met het nu - in menige roman van Raes aan de orde - krijgt hier ogenschijnlijk bijna het karakter van een bekente nisroman. Henk Eist heeft als docent aan een middelbare school afscheid genomen. Pensioen. Hij klust wat en neemt zijn hobby, het aquarelleren, weer op. Hij zoekt een vrouwelijk model. In het eerste hoofdstuk stapt ze bij hem, een kamertje achteraf, binnen. Nee, het is niet wat ze denkt. Henk stoeit met zijn in tegriteit. Zij is de opmaat voor zijn terugblik op zijn leven met Inge, zijn vrouw en eerste mo del; met de vrouwen in zijn le ven. Een terugblik op zijn lera- rentijd, op school, op de meisjes in de klas. Het ouder-worden, het staan in de tijd met al je menselijke dromen, idealen en mislukkin gen geeft de context aan dit boek. Er is afscheid. Maar is er ook nog toekomst. Wordt die toekomst artificieel gecompo neerd als protest tegen af scheid Er zijn minder visioe nen dan weleer in zijn boeken. En als ze er al zijn dan worden ze begeleid door een relative rende glimlach. Maar de val strikken zijn niet weg. Zijn model troont hem mee naar een opname voor een pornofilm: een grandguinolachtige situa tie om zijn eigen naïviteit be wust te worden. Verder waren er nog wat niet bijster interes sante avontuurtjes met Deense dames tijdens een onderwijs- congres; hangt een school meisje zich aan hem op etcete ra. Maar zijn Inge stijgt er ten slotte torenhoog bovenuit in een wat laf opgegroeid besef. En als je dan ook nog leraar bent op een school, waar colle ga's en het systeem je mateloos ergeren, dan zeg je 'pfff' als je ervan bevrijd bent en kunt gaan schilderen. Door Henk Egbers 'Opstellen over literatuur' luidt de ondertitel van het boek 'Een volmaakt over woekerde tuin'. Velen zul len bij voorbaat afhaken. Niet doen, want de auteur Kees Verheul maakt van zijn beschouwingen over li teratuur een zeer interes sant gebeuren. Geen droge analyses en katheder-ge praat, maar een subjectief reageren op goede schrij vers dat meer lezers kan aanspreken dan in eerste instantie voor mogelijk wordt gehouden bij dit gen re. Deze essaybundel is opgedeeld in vier themata: Nederland, Rusland, Elders en Een herin nering. Aan deze vier uitgangs punten zijn daarbij horende auteurs onder de loep genomen door de slavist Kees Verheul, die eerder al bewezen heeft goed te kunnen schrijven (on der meer in 'Verlaat debuut'). Bovendien is hij een weten schapsman die een groot gevoel heeft voor de menselijke con text van hetgeen als literatuur te boek staat; wetenschappelijk genoeg om de wetenschap niet te infantiliseren en menselijk genoeg om niet de wezens vreemde purist uit te hangen. Verheul start in Nederland. Daarbij komt het bijna on-Ne- derlandse aspect van de sa menhang tussen Eros en litera- tur - vooral in homo-erotische zin - sterk naar voren. Dat ge beurt in beschouwingen over Gezelle, Boutens, De Haan, Wilfred Smit, Ouwens en Leo pold. Typerend is voor zijn houding bijvoorbeeld dat hij zegt voor 'de pater' Gezelle (hij behoorde tot de seculiere cle rus) bewondering gekregen heeft, ook al was hij hem niet meteen sympathiek en staat hij nog even ver van hem af als voordat hij zich in zijn werk begon te verdiepen. Tenslotte 'kunst is er om genoten te wor den', aldus zijn eerste zin van het Leopold-essay. Dat is wel een vernauwende opvatting over kunst. Als hij Boutens zet tegenover een Kavafis of een De Haan, als angsthaas met betrekking tot zijn openhartigheid over zijn homoseksualiteit in zijn werk, dan is er wat anders aan de hand dan esthetisch genot. Er zijn, zo meent hij, overigens maar weinig levende dichters beneden de vijftig die iets we zenlijks hebben toegevoegd aan zijn besef van de poëtische mo gelijkheden van onze taal. Kees Ouwens is een uitzondering. Zijn serie Russische essays begint met het titelverhaal, waarin hij zijn grote bewonde ring voor Gogols' Dode zielen adstrueert. In een afzonderlijk essay komen de illustratoren van die Dode zielen in woord en beeld aan bod (Laptjev, Agin, Boklevski, Sokolov en Chagall). De slavist is aan het woord als hij het Engels en Russisch vergelijkt (de analyti sche tegenover de synthetische taal) in relatie met Brodsky. Van deze naar het westen geë migreerde dichter vertaalt hij rechtstreeks een gedicht in het Nederlands, al blijft daarbij de soort relatie tussen beide talen voor de lezer in het vermoeden steken. Dat vermoeden is wat af te leiden uit zijn kritiek op de vertaling van Achmatova in het Nederlands. In de afdeling 'Elders' stelt Verheul aan de orde 'De moei lijke jaren' van Henry James, een biografische studie over Eliot en vrij uitvoerig Celine. Met name zijn analyses over Celine's taalgebruik en poli tieke opvattingen zijn instruc tief, zodat je mogelijke weer standen tegen deze geruchtma kende schrijver kunt verwer ken bij het lezen van zijn boe ken. Hetzelfde geldt, zij het in mindere mate ten aanzien van Ernst Jünger ('een zeer Pruisi sche Don Quichotte'), die hij ook op de snijtafel legt. Het vierde deel 'Een herin nering' is een soort toegift, waarin Verheul zijn Vestdijk obsessie (kwijtgeraakt in Ame rika) tijdens zijn middelbare schooltijd in herinnering brengt; mede aan de hand van brieven die Vestdijk hem toen schreef. Een onderhoudend verhaal als slot van een zeer onderhoudende bundel. Kees Verheul: 'Een volmaakt overwoekerde tuin'. fJitg. Que- rido, prijs 39.50. Maar schoolmeester blijf je. Raes doet af en toe echt een (school)boekje open over de le vensfasen en vult de psycholo gische processen in vanuit het dictaat. „De vernieling is een kerngegeven. Geen denken is hier tegen opgewassen. Even min het ultrasonische aanvoe len. Hij is gedoemd dit inferno waar te nemen, te registreren. Er zijn bedenkingen bij te ma ken en zijn onvermijdelijke ge volgtrekkingen. Tegen de tijd dat hij zover is, is het zachte zand in de zandloper al half weg. Na de kinderziekten ko men die van de volwassene en van de verouderende mens. Verrassingsaanvallen, evenzo veel pogingen om het kwets bare broze leven abrupt of slinks te eindigen. Aanslagen. Aan de ingebouwde vernieti gingen zal ooit niet langer te ontkomen vallen." Ja, Raes is zeer goed in staat dat dictaat li terair te vertalen. Hij is een rasschrijver; een wat rommelig Hugo Raes. schrijver, die toch altijd weer op zijn pootjes terecht komt; een schrijver van het soort dat je blijft lezen ook al vertelt het onzin. Mijn houding ten aanzien van De strik is wat ambivalent. Het thema dat Raes behandelt is overmatig veel aan de orde binnen onze cultuur waarin we de kunst van het ouder worden Er zijn handelaren in onroerend goed die zich spe-1 cialiseren in het verkopen van eilanden. Ze doen I goede zaken. Waarom? Misschien omdat het bezit I van een eiland een droom is, die slechts werkelijk, heid wordt voor een luttel aantal materieel gezegen, den onder ons? Ons eilandgevoel dient zich doorgaans te tevreden te stellen tot het koninkrijk van een twee-onder-een- kapper in de huizenzee van een slaapwijk. Wat is een eilandgevoel? Volgens schrijver-journa list John Jansen van Galen ligt het perfecte eilandge voel ergens 'halverwege de benauwing van het opge sloten zijn en de ver trouwdheid van een over- zichtelij ke samenleving'. Van Galen leerde het ge voel kennen tijdens vakan ties op Vlieland. Hij raakte er chronisch mee behept en bezocht ter bevrediging een groot aantal insulaire oor den. Op Tobago, het eiland waar Robinson Crusoe's avonturen zich zouden he- ben afgespeeld, bekroop hem het verlangen voor al tijd te willen blijven. An dere eilanden zoals Saba gaven hem een overdosis aan beklemming en bene penheid. Het eldorado voor eilandzoekers is wellicht Sint Helana. Je kunt er één keer in de twee maanden vertrekken. Van Galen be schrijft het eiland als een gestagneerde samenleving, maar 'nog steeds Brits, bij zonder Brits'. Sint Helana, ooit de laatste verblijf plaats van Napoleon, is ont- bost. Geiten ingevoerd door de Britisch East India Com- pagny hebben het eiland kaal gevreten. De gouverneur vertelt hem, een beetje bitte: men hier nodig heeft is eer, invasie door een vreemde mogendheid zoals op de Falklands". Even oppert de man om de Angolezen uitte nodigen om zodoende het Britse moederland te dwin gen aandacht te besteden aan deze vergeten open- lucht gevangenis in de At lantische Oceaan. Niet alleenNapoleon, opstandige Zuidafrikaanse boeren en Zoeloe-koningei hebben er opgesloten geze ten. „Het is nog steeds eer, gevangenis, maar nu voor de eilanders", zelf verzucht de gouverneur.Dat is dan de benauwing, de schaduw kant van het eilandgevoel, John Jansen van Galea: •Het eilandgevoel'. Uitg, Balans, prijs f22,50 P.d.S. Onder de maan schuift de lar Over de lang rivier schuift m Onder de maan op de lange r Langs het hoogriet langs de laagwei schuift de kano naar zee schuift met de schuivende m< Zo zijn ze gezellen naar zee d Waarom schuiven de maan zee Paul van Ostayen Door Marja Klein Obbink Sommige passages zouden nu nog geschreven kunn worden. Maar de schrijfster is geboren in 1364, dat mat het allemaal zo onwerkelijk. Christine de Pisan schr 'Het Boek van de Stad der Vrouwen'. Daarin trekt zij strijde tegen de, wat we nu zouden noemen, discrimint van de vrouw. De vooroordelen die daaraan ten grom slag liggen zijn nu nog akelig actueel. Christine de Pisan, geboren in Venetië en opgegroeid aan het hof van Karei V in Parijs, voert een voor haar tijd zeer elitaire strijd. Een uitzonderlijke, ta lentvolle vrouw, die in haar tijd al als 'femme des lettres' door het leven ging. Hoe komt het toch dat vrou wen als domme, tweederangs wezens worden gezien, dat vrouwen worden geminacht, kortom dat vrouwen van alle (mannelijke) kanten worden aangevallen? Christine de Pi san zoekt verbeten naar het antwoord; daarbij geholpen door drie vrouwen: Vrouwe Recht, Vrouwe Rede en Vrouwe Rechtvaardigheid. Zij raden Christine aan een stad voor vrouwen te bouwen, die zal dienen als schuilplaats te gen zoveel aanvallers. De pen van Christine dient als houweel. De heldendaden van dappere vrouwen vormen de fundamenten. De deugd- De golven trekken aan he strand en wissen sporen uit he schuim. Ik zoek geen schelpen meer maar schrijf braille met mij duim. Van zand alleen of enkt water houdt mijn kasteel gee stand; voor emmertjes ben ik te ouc? De zomer en ik, wij zij veranderd. Ik zet de wereld op zijn ko en loop over plukken watten naar overkant. Mijn boek verbergt de zon. Daar heeft niemand last van Ik sla de bladzijden om m heen. Wie mij nog kennen wil ka komen lezen; Mijn vader heeft het voetba len uitgevonden - de televisie kan er nog van 1( ren - maar ze luisteren nooit. En wat erger is: de ande: landen spelen vals. Pas als Nederland heeft g< wonnen zegt vader dat het mooie eerlijk was. Ik vind het zoenen leuk, kussen ze alleen spelers van de eigt ploeg. Of kun je maar maxima met zijn elven vrijen? Uit: 'Van verdriet kun je grap hoedje hout. zaamheid en kennis van vrouwen leveren de stenen met de verhalen over martelaressen zet ze torens de huizen. Ereburgeres zal) ria worden, de 'koningin var hemel'. Het boek is eerder, in verschenen bij Uitgeverij Nijgh Van Ditmar hel hiervan een goedkope her gave gemaakt. De verhalen - 'simpel' gemaakt: herhalin jj^ies vouwen van Ted van L en bombastisch zijn 'weggeschrapt'. Watoi blijft is een zeer leesbaar en momenten zelfs span» boek. Van sommige vrou» had ik nog nooit gehoord. E nooit geweten dat er toen al veel dappere vrouwen roni pen. Daarom alleen al is boek zo aardig: je steekt ei historisch gebied zoveel van Christine de Pisan: 'Het B van de Stad der Vrouw Uitg. Nijgh van Ditmar, p ƒ22,50. - foto ger dijkstra - met Veronica in onze nek - verleerd zijn. Dit boek beves tigt dat eerder dan dat het iets nieuws inbrengt. Maar het is vooral de manier van schrijven - uit de losse pols ogenschijn lijk, maar toch heel consies - die je kan blijven boeien. Hugo Raes: 'De Strik'. Uitg. De Bezige Bij, prijs 27,50. Arte van Veen: 'Van zij trawler naar hektrawler'. Uitg. De Alk, prijs 49,90. Een lees- en kijkboek over de ontwikke ling van de vissersschepen vanaf het begin van deze eeuw. Via stoomtrawlers en stoom- loggers vertelt de auteur het verhaal van de modernisering van de Nederlandse visserij. Harry de Groot en Jan Bie- zenaar: 'Rijn-en binnenvaart in beeld'. Uitg. De Alk, prijs 55. Het boek vertelt met pas sie het verhaal van dertig jaar binnenvaart op belangrijkste rivier van Europa. Het boek is gebaseerd op sfeerrijke foto's van Jan Biezenaar. Harry de Groot zorgde voor de begelei dende tekst. Luise Rinser: 'Dagboek uit de gevangenis'. Uitg. Nijgh Van Ditmar, prijs 28,50. Vijf entwintig jaar na de eerste uit gave is de Nederlandse verta ling weer verkrijgbaar. Luise Rinser zat als Duitse in Duits land in de Tweede Wereldoor log gevangen wegens 'staatsge vaarlijke handelingen'. Haar wachtte de doodstraf. Een vriend verhinderde dat het vonnis werd uitgevoerd. Al die tijd hield zij een geheim dag boek bij dat bij hef verschij na de oorlog veel indruk ma te. Luise Rinser wilde twk jaar geleden geen derde 4 van haar boek. Zij vond 1 ervaringen in geen verhouc staan tot die van andere c logsslachtoffers. In 1963 ver derde zij van mening en toestemming voor een herdn Peter Taylor: 'Familiet den'. Uitg. Amber, prijs 3 Schrijver van korte verh» won met dit boek ('A sun® to Memphis') de Pulitzer Pi in 1987. Een boekenverzat laar verlaat New York on Memphis een familiecoii rond zijn vader op te Zijn vader wil een jonge on* Hctfnbone wijzeres trouwen en zijn drag maakt veel herinnerin! aan vroeger los. Ira Levin: 'Een kus voor sterft'. Uitg. A.W. Bruna, ƒ25. Deze meesterlijke thri was een tijd niet meer krijgbaar, maar is nu herdn Een jongeman versiert me| trouwt met ze en vermoord! We leren hem door en kennen, maar weten alleen naam niet. De spanning tot het laatst zeer groot.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 34