Gehaaide vrouwen en
andere moderne rampen
De valstrikken bij het ouder worden
SAUL BELLOW: 'ER STERVEN ER MEER VAN LIEFDESVERDRIET'
Yanvugt en de andere
waarheid over ons
koloniaal verleden
De bevrediging van
het 'eilandgevoel'
Melopee
Christine Pisan schree
een akelig actueel boe
t±St
Over literatuur denken
met slavist Kees Verheul
(ffe, 6 -zuh
DE STEM GIDS 2 ZATERDAG 25 JUN11988
„HET IS niks om aca
demicus te zijn in
Amerika. Mij boeit
mijn vak, maar hoeveel
mensen zou je uit hun
stoel kunnen krijgen
voor zoiets - ik bedoel:
als je het vergelijkt met
Bruce Springsteen of
kolonel Gadaffi of de
leider van de meerder
heid in de Ameri
kaanse senaat", laat
Saul Bellow een van
zijn hoofdpersonen, een
wetenschapper, zeggen
in zijn nieuwste boek
'Er sterven er meer van
liefdesverdriet'.
Gloeilamp
'DE STRIK' NIEUW BOEK VAN HUGO RAES
Vernieling
-iff STEM GIDS 3
Strand
'BOEK VAN DE STAD DER VROUWE
Vaders
interland
Suske en Wiske:
VERSCHENEN
G2
Door Dirk Vellenga
Schrijven over academici doet
Saul Bellow, een van de meest
vooraanstaande schrijvers in
Amerika en Nobelprijswin
naar, graag. 'Elitair' is voor
hem geen scheldwoord, hij ge
bruikt zijn hoogopgeleide
hoofdfiguren om op het aller
hoogste niveau van ironie ver
nietigende commentaren te le
veren op de moderne wereld.
Bellow is een intellectuele
spotter, die slimme filosofietjes
onderbrengt in een uitermate
knap geconstrueerde roman.
Mensen die zijn werken ken
nen, van 'Herzog' (1964) tot 'De
decaan en diens december'
(1982), weten waar ze aan toe
zijn.
'Er sterven er meeris
eigenlijk van begin tot eind een
gesprek tussen Kenneth Trach-
tenberg, assistent-hoogleraar
in de Russische letterkunde, en
zijn oom Benn Crader, een bo
tanicus, die over de hele wereld
vermaardheid geniet als top
deskundige in de anatomie en
morfologie van planten. Ken
neth dweept met zijn oom,
maar stoort zich aan de hard
nekkige onhandigheid waar
mee Benn de vrouwen bena
dert.
Benn Crader is een beetje
wereldvreemd, maar Kenneth
vraagt zich af of zijn naïviteit
ten opzichte van vrouwen nu
gespeeld is of echt. Hij is een
man die alles weet van sappen
van planten, maar is hij dan
automatisch een man die onbe
kend is met menselijk bloed,
'beladen met verlangen'?
Na de dood van zijn vrouw
wordt Benn Crader door ver
schillende vrouwen misbruikt.
Zijn bovenbuurvrouw Delia
Bedell lokt hem het bed in met
het smoesje dat er een gloei
lamp verwisseld moet worden.
Ze blijft hem daarna bestoken
met de vraag: „Waar moet ik
heen met mijn seksualiteit?"
Aan het strand komt hij in con- Straling
tact met Caroline Bunge.erfge-
name van een warenhuismag
naat uit Cleveland. Als hij aan
stuurt op een snel huwelijk,
stapt hij in het vliegtuig om een
tijdje onvindbaar te zijn.
Tegen Matilda Layamon, 25
jaar jonger, is oom Benn niet
bestand. Hij trouwt stiekem en
dat wordt hem zeer kwalijk ge
nomen door neef Kenneth, die
zelf ook nogal sukkelt in de
liefde. Neef heeft een vriendin
in Seattle, die een kind van
hem heeft, maar niet met hem
wil trouwen.
Benn verlaat zijn ver
trouwde woning en trekt in bij
Matilda en haar ouders. Als
snel blijkt hij in de tang van de
familie te zitten. Benn werd
ooit opgelicht door zijn neef
Harold Vilitzer, maar liet het
bij een halfzacht proces. De fa
milie Layamon wil Vilitzer, in
middels hartpatiënt en in de
tachtig, alsnog aanpakken, zo
dat er een leuke cent overblijft
voor Matilda en Benn.
Benn Crader moet zijn familie
aanpakken om zijn jonge,
mooie vrouw te behouden. Je
kunt je zorgen maken over de
grote wereldvraagstukken, de
liefde blijft het allergrootste
probleem, stelt Kenneth: „Het
is natuurlijk veschrikkelijk,
maar er sterven er volgens mij
meer van liefdesverdriet dan
aan straling."
Saul Bellow laat zijn zwarte
geestigheid los op verschillende
culturen. De vader van Ken
neth leeft als bon-vivant in Pa
rijs, zijn moeder werkt onder
de Ethiopische vluchtelingen in
Somalië. Kenneth is een kenner
van de Russische literatuur.
Hij reist met oom Benn naar
Japan waar de moderne Ja
panse samenleving aan de tand
wordt gevoeld.
Er valt veel te grijnzen en af
en toe zorgt Bellow zelfs voor
een schaterlach. „Voor mij had
oom hoe-heet-het-ook-weer -
charisma. Ik vertrouw dat
woord niet helemaal. Het
klinkt als een ziekte. 'Waar is
die vent aan gestorven?' 'Ik ge
loof dat hij charisma had'."
Het verhaal zit vol spitsvon
dige uitweidingen en grimmige
grappen en op sommiger mo
menten is het allemaal te veel
van het goede. Je krijgt het
idee dat Bellow meer geeft om
een sluwe constructie dan om
een verhaal met voelbare emo
ties. Meer sap dan bloed dus.
Saul Bellow. fotoagathon
Maar in zijn genre is hij de ab
solute meester en de geestelijke
verwarring van Benn Crader
had waarschijnlijk door nie
mand anders beter getekend
kunnen worden.
Saul Bellow (73) is geboren in
het Canadese Quebec, maar
heeft het grootste deel van zijn
leven doorgebracht in acade
mische sferen in de Ameri
kaanse Mid-West, net als Benn
Crader, en ook hij heeft Rus
sisch-joodse ouders. De over
eenkomsten met de schutte
rende botanicus en zijn neef
(zijn alter-ego) zijn duidelijk.
Bellow legt het op zijn eigen
manier uit in zijn mededeling
vooraf: „Hoewel delen van deze
roman berusten op werkelijke
gebeurtenissen, is elk perso
nage erin verzonnen, een aan
verschillende mensen en de
verbeelding ontleend geheel."
Saul Bellow: 'Er sterven er
meer van liefdesverdriet'. Uitg.
Agathon, prijs 32,50.
Door Henk Egbers
DE Bosschenaar Ewald
Vanvugt probeert de laat
ste jaren onderzoekend en
schrijvend te komen ach
ter de waarheid van 'de
waarheid' die gekend is
over Neerlands koloniaal
verleden. In een boek met
de niet mis te verstane
titel 'Het dubbele gezicht
van de koloniaal' bundelde
hij veertien artikelen, die
eerder voor een deel in an
dere media verschenen. De
harde en vaak verbloe
mende werkelijkheid
wordt door hem met
scherpe pen beheerst en zo
tastbaar gemaakt, dat
Neerlands politiek ermee
gediend zou kunnen zijn.
Ik vrees dat niet het geval
zal zijn, als je het actuele
politieke gemanipuleer
met de Oost en de West
ziet.
In het eerste hoofdstuk richt
Vanvugt het Koloniaal Mu
seum (dat nu eufemistisch
Tropisch heet) fictief opnieuw
in. De koloniale versluiering
wordt daarin ondermeer
doorbroken met aandacht
voor de Nederlandse opium-
handel in Azië. Over die han
del zwijgen de geschiedenis
boeken. Niet alleen is het
goud van Hollands Gouden
Eeuw voor een belangrijk
deel afkomstig uit de over
heidshandel in opium, maar
ook in de 19e en 20e eeuw
heeft Nederland zich officieel
door middel van het heulsap
verrijkt. De statistieken ver
melden dit niet.
Het dubbele gezich blijkt
dan bijvoorbeeld uit het feit
dat de staatswinst op opium
in 1930 27 miljoen gulden was
en heel schijnheilig aan de
anti-opiumvereniging in het
zelfde jaar elfduizend gulden
subsidie gegeven werd Van
vugt onderbouwt zijn verhaal
met 'pakkende' feiten. Wie in
de actuele politiek kruipt ont
dekt dat er weinig veranderd
is en de sociaal-maatschap
pelijke zorg, de ethiek, de
naastenliefde, het protest te
gen de apartheid en vul maar
in nog steeds via de porte-
monnaie loopt.
Vanvugt besteedt ook aan
dacht aan een van de
boeiendste figuren uit de ko
loniale tijd: de in 1857 in Oos-
terhout geboren Christiaan
Snouck Hungronje. Hij staat
model voor het feit dat 'de
Nederlandse verovering en
bezetting van de koloniën niet
uitsluitend een zaak was van
politici, militairen en hande
laren, mar dat ook de mannen
van de wetenschap daarbij
een onmisbare rol hebben ge
speeld'. Hungronje die echt of
voor het oog moslim werd en
door zijn boek 'Mekka' een in
ternationaal beroemd arabist
werd, is de tegenpool van
Multatuli bij het onafhanke
lijkheidsstreven van de be
woners der Indische archipel.
Een boeiende figuur.
Ewald Vanvugt: „Wat de
essentie van de Indische her
inneringen zou kunnen zijn -
de geldzucht - wordt hier nog
bijna altijd verdonkere
maand achter gezellige ver
halen." Achter de kwasi-ope-
rette van tante LienDe ge
schiedenis van het Indische
leger, dat het 'amorele stelsel
van de nja's' (huishoudsters)
in stand hield en de soldaten
tot gesubsidieerde opium
schuivers maakte, wordt door
hem verteld met als (te) opti
mistische conclusie dat nu 'de
laatste paar oogkleppen van
de KNIL-cavalerie in het mu
seum Bronbeek in Arnhem
aan de muur hangen'.
Wie in Indonesië geïnteres
seerd is komt telkens in kon-
takt het de zogeheten 'Ethi
sche Richting', de jongens die
het allemaal zo goed meenden
met de Javaantjes. Vanvugt
prikt er doorheen. Een artikel
maakt duidelijk dat Neder-
Ewald Vanvugt.
land niet 350 jaar het bestuur
over de Indische archipel
heeft gevoerd maar eerst tus
sen 1894 en 1914 het grootste
deel van het eilandenrijk
heeft veroverd en bezet. Het
zogeheten Cultuurstelsel
werd Indonesië tot één grote
slavenstaat van Nederland
gemaakt en van de opbrengst
bouwden wij in Nederland
havens, spoorwegen, bankge
bouwen en buitenhuizen.
De manier waarop Neder
land in Bali heeft huisgehou
den in het begin van deze
eeuw (nog geen honderd jaar
geledenmaakt van de fel
bestreden opmerkingen van
Lou de Jong over het Neder
landse gedrag in Indonesië in
de veertig jaren 'onschuldige'
verhalen. Ook dat vind je uit
voerig terug in dit schrij
nende boek. In de laatste bij
drage pakt Vanvugt de
Leidse prof Fasseur aan dit
nog steeds 'de mythe hoog
houdt dat het Nederlandse
- foto archief de stem
optreden in de koloniën wel
vaart en voordeel gebracht
heeft aan de inheemsen'. Ik
denk dat er inderdaad Neder
landers (dat is wat anders
dan de Nederlandse staat) ge
weest zijn die in de koloniën
welvaart en voordeel ge
bracht hebben. Met name
missie en zending hebben dat
gedaan, ook al waren de mo
tieven waarmee ze werkten
niet altijd te loven. Maar de
'officiële politiek' heeft in de
koloniën dikwijls een vals
spelletje gespeeld. En omdat
dit nog vaak gebeurt is het te
hopen dat politici dit boek le
zen. Omdat bovendien het
'Volksempfinden' besmet
wordt door die officiële poli
tiek, is het zaak dat ook niet-
politici de andere kant van
'de' waarheid tot zich nemen.
Dat kan via dit boek.
Ewald Vanvugt: 'Het dubbele
gezicht van de koloniaal'.
Uitg. In de Knipscheer, prijs
27,50.
Door Henk Egbers
„Een soort obsederende
slagzin spookte steeds weer
door zijn hoofd: Valstrik
voor heer." Zo denkt in het
slothoofdstuk van 'De strik'
een man, die nogal wat
trekjes van de schrijver
Hugo Raes heeft, als hij aan
de herfst van zijn leven be
gint. Het terugblikken in de
historie in relatie met het
nu - in menige roman van
Raes aan de orde - krijgt
hier ogenschijnlijk bijna het
karakter van een bekente
nisroman.
Henk Eist heeft als docent aan
een middelbare school afscheid
genomen. Pensioen. Hij klust
wat en neemt zijn hobby, het
aquarelleren, weer op. Hij
zoekt een vrouwelijk model. In
het eerste hoofdstuk stapt ze
bij hem, een kamertje achteraf,
binnen. Nee, het is niet wat ze
denkt. Henk stoeit met zijn in
tegriteit. Zij is de opmaat voor
zijn terugblik op zijn leven met
Inge, zijn vrouw en eerste mo
del; met de vrouwen in zijn le
ven. Een terugblik op zijn lera-
rentijd, op school, op de meisjes
in de klas.
Het ouder-worden, het staan
in de tijd met al je menselijke
dromen, idealen en mislukkin
gen geeft de context aan dit
boek. Er is afscheid. Maar is er
ook nog toekomst. Wordt die
toekomst artificieel gecompo
neerd als protest tegen af
scheid Er zijn minder visioe
nen dan weleer in zijn boeken.
En als ze er al zijn dan worden
ze begeleid door een relative
rende glimlach. Maar de val
strikken zijn niet weg. Zijn
model troont hem mee naar een
opname voor een pornofilm:
een grandguinolachtige situa
tie om zijn eigen naïviteit be
wust te worden. Verder waren
er nog wat niet bijster interes
sante avontuurtjes met Deense
dames tijdens een onderwijs-
congres; hangt een school
meisje zich aan hem op etcete
ra. Maar zijn Inge stijgt er ten
slotte torenhoog bovenuit in
een wat laf opgegroeid besef.
En als je dan ook nog leraar
bent op een school, waar colle
ga's en het systeem je mateloos
ergeren, dan zeg je 'pfff' als je
ervan bevrijd bent en kunt
gaan schilderen.
Door Henk Egbers
'Opstellen over literatuur'
luidt de ondertitel van het
boek 'Een volmaakt over
woekerde tuin'. Velen zul
len bij voorbaat afhaken.
Niet doen, want de auteur
Kees Verheul maakt van
zijn beschouwingen over li
teratuur een zeer interes
sant gebeuren. Geen droge
analyses en katheder-ge
praat, maar een subjectief
reageren op goede schrij
vers dat meer lezers kan
aanspreken dan in eerste
instantie voor mogelijk
wordt gehouden bij dit gen
re.
Deze essaybundel is opgedeeld
in vier themata: Nederland,
Rusland, Elders en Een herin
nering. Aan deze vier uitgangs
punten zijn daarbij horende
auteurs onder de loep genomen
door de slavist Kees Verheul,
die eerder al bewezen heeft
goed te kunnen schrijven (on
der meer in 'Verlaat debuut').
Bovendien is hij een weten
schapsman die een groot gevoel
heeft voor de menselijke con
text van hetgeen als literatuur
te boek staat; wetenschappelijk
genoeg om de wetenschap niet
te infantiliseren en menselijk
genoeg om niet de wezens
vreemde purist uit te hangen.
Verheul start in Nederland.
Daarbij komt het bijna on-Ne-
derlandse aspect van de sa
menhang tussen Eros en litera-
tur - vooral in homo-erotische
zin - sterk naar voren. Dat ge
beurt in beschouwingen over
Gezelle, Boutens, De Haan,
Wilfred Smit, Ouwens en Leo
pold. Typerend is voor zijn
houding bijvoorbeeld dat hij
zegt voor 'de pater' Gezelle (hij
behoorde tot de seculiere cle
rus) bewondering gekregen
heeft, ook al was hij hem niet
meteen sympathiek en staat hij
nog even ver van hem af als
voordat hij zich in zijn werk
begon te verdiepen. Tenslotte
'kunst is er om genoten te wor
den', aldus zijn eerste zin van
het Leopold-essay. Dat is wel
een vernauwende opvatting
over kunst.
Als hij Boutens zet tegenover
een Kavafis of een De Haan, als
angsthaas met betrekking tot
zijn openhartigheid over zijn
homoseksualiteit in zijn werk,
dan is er wat anders aan de
hand dan esthetisch genot. Er
zijn, zo meent hij, overigens
maar weinig levende dichters
beneden de vijftig die iets we
zenlijks hebben toegevoegd aan
zijn besef van de poëtische mo
gelijkheden van onze taal. Kees
Ouwens is een uitzondering.
Zijn serie Russische essays
begint met het titelverhaal,
waarin hij zijn grote bewonde
ring voor Gogols' Dode zielen
adstrueert. In een afzonderlijk
essay komen de illustratoren
van die Dode zielen in woord
en beeld aan bod (Laptjev,
Agin, Boklevski, Sokolov en
Chagall). De slavist is aan het
woord als hij het Engels en
Russisch vergelijkt (de analyti
sche tegenover de synthetische
taal) in relatie met Brodsky.
Van deze naar het westen geë
migreerde dichter vertaalt hij
rechtstreeks een gedicht in het
Nederlands, al blijft daarbij de
soort relatie tussen beide talen
voor de lezer in het vermoeden
steken. Dat vermoeden is wat
af te leiden uit zijn kritiek op
de vertaling van Achmatova in
het Nederlands.
In de afdeling 'Elders' stelt
Verheul aan de orde 'De moei
lijke jaren' van Henry James,
een biografische studie over
Eliot en vrij uitvoerig Celine.
Met name zijn analyses over
Celine's taalgebruik en poli
tieke opvattingen zijn instruc
tief, zodat je mogelijke weer
standen tegen deze geruchtma
kende schrijver kunt verwer
ken bij het lezen van zijn boe
ken. Hetzelfde geldt, zij het in
mindere mate ten aanzien van
Ernst Jünger ('een zeer Pruisi
sche Don Quichotte'), die hij
ook op de snijtafel legt.
Het vierde deel 'Een herin
nering' is een soort toegift,
waarin Verheul zijn Vestdijk
obsessie (kwijtgeraakt in Ame
rika) tijdens zijn middelbare
schooltijd in herinnering
brengt; mede aan de hand van
brieven die Vestdijk hem toen
schreef. Een onderhoudend
verhaal als slot van een zeer
onderhoudende bundel.
Kees Verheul: 'Een volmaakt
overwoekerde tuin'. fJitg. Que-
rido, prijs 39.50.
Maar schoolmeester blijf je.
Raes doet af en toe echt een
(school)boekje open over de le
vensfasen en vult de psycholo
gische processen in vanuit het
dictaat. „De vernieling is een
kerngegeven. Geen denken is
hier tegen opgewassen. Even
min het ultrasonische aanvoe
len. Hij is gedoemd dit inferno
waar te nemen, te registreren.
Er zijn bedenkingen bij te ma
ken en zijn onvermijdelijke ge
volgtrekkingen. Tegen de tijd
dat hij zover is, is het zachte
zand in de zandloper al half
weg. Na de kinderziekten ko
men die van de volwassene en
van de verouderende mens.
Verrassingsaanvallen, evenzo
veel pogingen om het kwets
bare broze leven abrupt of
slinks te eindigen. Aanslagen.
Aan de ingebouwde vernieti
gingen zal ooit niet langer te
ontkomen vallen." Ja, Raes is
zeer goed in staat dat dictaat li
terair te vertalen. Hij is een
rasschrijver; een wat rommelig
Hugo Raes.
schrijver, die toch altijd weer
op zijn pootjes terecht komt;
een schrijver van het soort dat
je blijft lezen ook al vertelt het
onzin.
Mijn houding ten aanzien
van De strik is wat ambivalent.
Het thema dat Raes behandelt
is overmatig veel aan de orde
binnen onze cultuur waarin we
de kunst van het ouder worden
Er zijn handelaren in onroerend goed die zich spe-1
cialiseren in het verkopen van eilanden. Ze doen I
goede zaken. Waarom? Misschien omdat het bezit I
van een eiland een droom is, die slechts werkelijk,
heid wordt voor een luttel aantal materieel gezegen,
den onder ons?
Ons eilandgevoel dient zich
doorgaans te tevreden te
stellen tot het koninkrijk
van een twee-onder-een-
kapper in de huizenzee van
een slaapwijk.
Wat is een eilandgevoel?
Volgens schrijver-journa
list John Jansen van Galen
ligt het perfecte eilandge
voel ergens 'halverwege de
benauwing van het opge
sloten zijn en de ver
trouwdheid van een over-
zichtelij ke samenleving'.
Van Galen leerde het ge
voel kennen tijdens vakan
ties op Vlieland. Hij raakte
er chronisch mee behept en
bezocht ter bevrediging een
groot aantal insulaire oor
den.
Op Tobago, het eiland
waar Robinson Crusoe's
avonturen zich zouden he-
ben afgespeeld, bekroop
hem het verlangen voor al
tijd te willen blijven. An
dere eilanden zoals Saba
gaven hem een overdosis
aan beklemming en bene
penheid.
Het eldorado voor
eilandzoekers is wellicht
Sint Helana. Je kunt er één
keer in de twee maanden
vertrekken. Van Galen be
schrijft het eiland als een
gestagneerde samenleving,
maar 'nog steeds Brits, bij
zonder Brits'. Sint Helana,
ooit de laatste verblijf
plaats van Napoleon, is ont-
bost. Geiten ingevoerd door
de Britisch East India Com-
pagny hebben het eiland
kaal gevreten.
De gouverneur vertelt
hem, een beetje bitte:
men hier nodig heeft is eer,
invasie door een vreemde
mogendheid zoals op de
Falklands". Even oppert de
man om de Angolezen uitte
nodigen om zodoende het
Britse moederland te dwin
gen aandacht te besteden
aan deze vergeten open-
lucht gevangenis in de At
lantische Oceaan.
Niet alleenNapoleon,
opstandige Zuidafrikaanse
boeren en Zoeloe-koningei
hebben er opgesloten geze
ten. „Het is nog steeds eer,
gevangenis, maar nu voor
de eilanders", zelf verzucht
de gouverneur.Dat is dan
de benauwing, de schaduw
kant van het eilandgevoel,
John Jansen van Galea:
•Het eilandgevoel'. Uitg,
Balans, prijs f22,50
P.d.S.
Onder de maan schuift de lar
Over de lang rivier schuift m
Onder de maan op de lange r
Langs het hoogriet
langs de laagwei
schuift de kano naar zee
schuift met de schuivende m<
Zo zijn ze gezellen naar zee d
Waarom schuiven de maan
zee
Paul van Ostayen
Door Marja Klein Obbink
Sommige passages zouden nu nog geschreven kunn
worden. Maar de schrijfster is geboren in 1364, dat mat
het allemaal zo onwerkelijk. Christine de Pisan schr
'Het Boek van de Stad der Vrouwen'. Daarin trekt zij
strijde tegen de, wat we nu zouden noemen, discrimint
van de vrouw. De vooroordelen die daaraan ten grom
slag liggen zijn nu nog akelig actueel.
Christine de Pisan, geboren in
Venetië en opgegroeid aan het
hof van Karei V in Parijs, voert
een voor haar tijd zeer elitaire
strijd. Een uitzonderlijke, ta
lentvolle vrouw, die in haar
tijd al als 'femme des lettres'
door het leven ging.
Hoe komt het toch dat vrou
wen als domme, tweederangs
wezens worden gezien, dat
vrouwen worden geminacht,
kortom dat vrouwen van alle
(mannelijke) kanten worden
aangevallen? Christine de Pi
san zoekt verbeten naar het
antwoord; daarbij geholpen
door drie vrouwen: Vrouwe
Recht, Vrouwe Rede en
Vrouwe Rechtvaardigheid. Zij
raden Christine aan een stad
voor vrouwen te bouwen, die
zal dienen als schuilplaats te
gen zoveel aanvallers.
De pen van Christine dient
als houweel. De heldendaden
van dappere vrouwen vormen
de fundamenten. De deugd-
De golven trekken aan he
strand
en wissen sporen uit he
schuim.
Ik zoek geen schelpen meer
maar schrijf braille met mij
duim.
Van zand alleen of enkt
water
houdt mijn kasteel gee
stand;
voor emmertjes ben ik te ouc?
De zomer en ik, wij zij
veranderd.
Ik zet de wereld op zijn ko
en loop
over plukken watten naar
overkant.
Mijn boek verbergt de zon.
Daar heeft niemand last van
Ik sla de bladzijden om m
heen.
Wie mij nog kennen wil ka
komen lezen;
Mijn vader heeft het voetba
len uitgevonden -
de televisie kan er nog van 1(
ren -
maar ze luisteren nooit.
En wat erger is: de ande:
landen spelen vals.
Pas als Nederland heeft g<
wonnen
zegt vader dat het mooie
eerlijk was.
Ik vind het zoenen leuk,
kussen ze
alleen spelers van de eigt
ploeg.
Of kun je maar maxima
met zijn elven vrijen?
Uit: 'Van verdriet kun je grap
hoedje
hout.
zaamheid en kennis van
vrouwen leveren de stenen
met de verhalen over
martelaressen zet ze torens
de huizen. Ereburgeres zal)
ria worden, de 'koningin var
hemel'.
Het boek is eerder, in
verschenen bij Uitgeverij
Nijgh Van Ditmar hel
hiervan een goedkope her
gave gemaakt. De verhalen -
'simpel' gemaakt: herhalin jj^ies vouwen van Ted van L
en bombastisch
zijn 'weggeschrapt'. Watoi
blijft is een zeer leesbaar en
momenten zelfs span»
boek. Van sommige vrou»
had ik nog nooit gehoord. E
nooit geweten dat er toen al
veel dappere vrouwen roni
pen. Daarom alleen al is
boek zo aardig: je steekt ei
historisch gebied zoveel van
Christine de Pisan: 'Het B
van de Stad der Vrouw
Uitg. Nijgh van Ditmar, p
ƒ22,50.
- foto ger dijkstra
- met Veronica in onze nek -
verleerd zijn. Dit boek beves
tigt dat eerder dan dat het iets
nieuws inbrengt. Maar het is
vooral de manier van schrijven
- uit de losse pols ogenschijn
lijk, maar toch heel consies -
die je kan blijven boeien.
Hugo Raes: 'De Strik'. Uitg. De
Bezige Bij, prijs 27,50.
Arte van Veen: 'Van zij
trawler naar hektrawler'. Uitg.
De Alk, prijs 49,90. Een lees-
en kijkboek over de ontwikke
ling van de vissersschepen
vanaf het begin van deze eeuw.
Via stoomtrawlers en stoom-
loggers vertelt de auteur het
verhaal van de modernisering
van de Nederlandse visserij.
Harry de Groot en Jan Bie-
zenaar: 'Rijn-en binnenvaart
in beeld'. Uitg. De Alk, prijs
55. Het boek vertelt met pas
sie het verhaal van dertig jaar
binnenvaart op belangrijkste
rivier van Europa. Het boek is
gebaseerd op sfeerrijke foto's
van Jan Biezenaar. Harry de
Groot zorgde voor de begelei
dende tekst.
Luise Rinser: 'Dagboek uit
de gevangenis'. Uitg. Nijgh
Van Ditmar, prijs 28,50. Vijf
entwintig jaar na de eerste uit
gave is de Nederlandse verta
ling weer verkrijgbaar. Luise
Rinser zat als Duitse in Duits
land in de Tweede Wereldoor
log gevangen wegens 'staatsge
vaarlijke handelingen'. Haar
wachtte de doodstraf. Een
vriend verhinderde dat het
vonnis werd uitgevoerd. Al die
tijd hield zij een geheim dag
boek bij dat bij hef verschij
na de oorlog veel indruk ma
te. Luise Rinser wilde twk
jaar geleden geen derde 4
van haar boek. Zij vond 1
ervaringen in geen verhouc
staan tot die van andere c
logsslachtoffers. In 1963 ver
derde zij van mening en
toestemming voor een herdn
Peter Taylor: 'Familiet
den'. Uitg. Amber, prijs 3
Schrijver van korte verh»
won met dit boek ('A sun®
to Memphis') de Pulitzer Pi
in 1987. Een boekenverzat
laar verlaat New York on
Memphis een familiecoii
rond zijn vader op te
Zijn vader wil een jonge on* Hctfnbone
wijzeres trouwen en zijn
drag maakt veel herinnerin!
aan vroeger los.
Ira Levin: 'Een kus voor
sterft'. Uitg. A.W. Bruna,
ƒ25. Deze meesterlijke thri
was een tijd niet meer
krijgbaar, maar is nu herdn
Een jongeman versiert me|
trouwt met ze en vermoord!
We leren hem door en
kennen, maar weten alleen
naam niet. De spanning
tot het laatst zeer groot.