Leven van
orang
oetan
ontrafeld
Vlindertje tart cocabazen
1
Koppensnellers en vruchteneters hebben
de rode bosmensen de bomen ingejaagd
WETENSCHAP
Monnikenwerk over
verbreider van
4het nieuwe denken'
Ons bizarre brein is 'n lappendeken
pflfiTEM WETENSCHAP DINSDAG 14 JUN11988
Bit
jjjT engelse meisje
jane Goodall mocht be
gin jaren zestig naar de
chimpansees in Tanza
nia gaan kijken. Meer
^n twintig jaar is ze
nU te vinden in het
Gombe Stream-reser-
vaat. Dian Fossey deed
in de bergen op de
grens tussen Zaïre en
Ruanda de gorilla's,
totdat ze in december
1985 door stropers werd
vermoord. Biruté Gal-
ikas uit Canada mocht
in 1970 met de orang
oetans op Borneo be
ginnen.
Relaties
Gekkenwerk
Meervoudig
Soortgenoot?
REGERING PERU KRIJGT FLADDEREND WAPEN
Ontbladeren
Weerstand
Arme boeren
NIEUWSFEITEN
Nieuwe theorie over geeuwen
Australiërs melden vondst hooikoorts-gen
Bacterie helpt goudwinning
Videobeelden vergankelijk
Geslachtshormonen beïnvloeden geest
Onderzoek naar houding en beweging
T49
fel
Door Uur Crouzen
De grote man achter deze
drie vrouwen was de oude
Louis Leakey, vader van
Richard, die geheel in fa-
j milie-traditie faam ver-
I wierf met het zoeken en
j vinden van onze fossiele,
aapmens-achtige voorou
ders. Louis Leakey wilde
via studie en observatie
1 van moderne mensapen
I meer over de oeroude aap
mensen te weten komen.
Jan Goodall schreef over chim
pansees als haar vrienden en
familie-leden: heel emotioneel
en betrokken Dian Fossey ver
dedigde haar berggorilla's te
vuur en te zwaard tegen de
I hebzucht en jachtlust van stro
pers. Biruté Galdikas zegt - in
[het juni-nummer van het
maandblad 'Grasduinen' - dat
I orang oetans kluizenaars zijn
en alleen maar talen naar eten
en sex.
I In dit rijtje van beroemde
ape-kijksters past ook een Ne
derlandse man met een heel
I andere stijl: Herman Rijksen.
Hij promoveerde in 1980 aan de
I Landbouw-universiteit van
Wageningen op een proef-
1 schrift over het leven van de
j laatste orang oetans in het re-
I genwoud van Noord-west-Su-
matra. Sinds 1975 heeft hij sa-
I men met zijn vrouw Ans in het
Gunung Leuser-reservaat de
I Orangs bekekea Rijksens me
ning over de orang oetan en de
J mensaap in het algemeen voegt
heel wat nuances toe aam de
ltotnutoe gepubliceerde bevin-
I dingen
Dat blijkt uit het bij de
[Maastrichtse uitgeverij Natuur
I en Techniek verschenen boek
I 'Orang Oetans, de laatste bos-
mensen'. Dat is een door Conny
[Sykora omgewerkte versie van
Rijksen proefschrift, rijkelijk
voorzien met prachtige jungle-
foto's en mensaap-portretten.
Iedere promovendus zou ver-
j plicht moeten worden zo met
zijn wetenschappelijk werk
De geografische ligging van het Gunung Leuserreservaat
in Noord-West-Sumatra en een overzicht van de natuurlijke
gesteldheid van het terrein. - foto's n»t
De orang oetan.
voor een groot publiek om te
gaan.
Maar afgezien daarvan: in
een tegen de emoties van Fos
sey en Goodall afstekende sys
tematische opzet ontrafelt
Rijksen het zogenaamd een
zame bosleven van de orang
oetans. Na een historische in
leiding over de ontdekking van
het dier, zijn naamgeving, be
schrijft Herman Rijksen het
dierenleven in het regenwoud
van Sumatra, de verspreiding
van planten en bomen. Lang
zaam weeft Rijksen in dat net
van gecompliceerde relaties de
orang als vruchten-eter en pas
dan komt het verhaal van zijn
zoektocht naar het dier en zijn
kennismaking ermee.
Tegen wil en dank is de orang
oetan hoog de bomen inge-
Een historische afbeelding
van de orang oetan uit een
werk van Nicolaas Tulp uit
de zeventiende eeuw.
klommen, leeft een minder so
ciaal leven als zijn collega
mensapen inclusief de mens.
De orang oetan is best in staat
relaties met soortgenoten aan
te knopen, zowel vriendschap
pelijk als sexueel en ook voor
langere tijd. Hij is er intelligent
genoeg voor en lijkt in zijn ge
drag ook op zijn familie-lid, de
chimpansee. De moeder-kind-
verhouding is zelfs buitenge
woon teder. De volwassen
mannetje hebben territoria, die
ze met gebrul verdedigen. En
verder hebben de dieren een
soort zesde zintuig waarmee ze
elkaar blindeling kunnen vin
den en snel bomen met rij
pende vruchten opsporen.
De orang oetan heeft zich te
ruggetrokken en is een beetje
eenzelvig geworden, omdat hij
in de eerste plaats als vruchte
neter moest concurreren met
de mens en dat sinds onheuge
lijke tijden. Daardoor is hij een
meester-verstopper geworden.
Dat is Rijksen voornaamste
stelling als antwoord op de
vraag, waarom een orang oetan
zich toch tamelijk afwijkend
gedraagt vergeleken met de
andere* mensapen. Naar zijn
mening moet zelfs de primi
tieve Homo erectus, de Recht-
oplopende mens honderddui
zenden jaren geleden al jacht
gemaakt hebben op de orang
oetan. Eind vorige eeuw ont
dekte de Eijsdense arts Eugéne
Dubois een fossiel schedeldak,
een dijbeen en een kies van
deze vroege mensachtige. De
Rechtoplopende mens kwam al
een miljoen jaar geleden naar
Zuid-Oost-Azië. De mensapen
van bv West-Afrika hebben
pas enkele tienduizenden jaren
met de mens te maken.
De orang oetan is weggepest,
niet alleen omdat de mensaap
graag vruchten van bijvoor
beeld vijgebomen eet, die de
mensen ook zo lekker vinden.
Volgens Rijksen zijn de koppen
van de mensapen een begeerde
trofee geweest voor de koppen
snellers uit de Sumatraanse
oerwouden van lang geleden
Fossiele menselijke beenderen
zijn samen met orang-oetan-
schedels in grotten gevonden.
Die ongelijke strijd heeft de
qua aanleg allerminst a-sociale
orang oetan veranderd in een
schuw eenzelvig wezen, omdat
alleen de dieren met die uitge
sproken karakter-trekken
konden ontsnappen. Want
eigenlijk is het geklim van de
mensaap gekkenwerk. Met zijn
gewicht van 50 tot 100 kilo is
het dier eigenlijk veel te zwaar.
Hetgeen ook blijkt, wanneer
per ongeluk soms een dier naar
beneden valt: ze lopen dan ern
stige verwondingen op en val
len vaak morsdood.
De moderne onderzoeker, die
chimpansees gebruikt voor me
dische proeven, is volgens
Rijksen geen haar beter dan de
koppensneller die in afgehakte
apekoppen vitaliteit verzamelt.
Deze constatering laat Rijksen
volgen door een pleidooi voor
het behoud van het leefgebied
van de orang oetan: het laag
land-regenwoud op Sumatra
en Borneo. Want zelfs in de
laatste verstopplekjes van het
dier, reservaten als Gunung
Leuser, vinden illegaal of on
der het mom van natuurbeheer
boom-kap-expedities plaats.
Herman Rijksen doceert mo
menteel natuurbeheer aan een
hogeschool in het Indonesische
Bogor, misschien een plek waar
hij invloed heeft op hoe hout
exploitanten en overheden in
de Derde Werels omgaan met 's
wereld rijkste zuurstofbron:
het regenwoud.
Herman en Ans Rijksen,
„Orang Oetans, De laatste bos
mensen?" Uitgeverij Natuur en
Techniek, Maastricht, f 69,50.
Door Kees Buijs
Ons brein is een onoverzichtelijk, bizar
en niet erg deugdelijk apparaat. Het kost
de grootste moeite om onze geest in be
dwang te houden
Toch hebben de meeste mensen zoveel gezond
verstand, dat de modernste 'zelfdenkende' Inhaalrace
computerprogramma's hiermee vergeleken
maar knoeiers zijn.
Hoe kan onze geest zo boordevol tekortko
mingen zitten, zo griezelig gemakkelijk te be
ïnvloeden zijn, en tegelijk zo vindingrijk blij
ken?
Zonder deze eenvoudige vuistregels hadden
onze voorouders de barre strijd om het be
staan niet overleefd. Maar dezelfde vuistre
gels breken ons nu op. En die niet alleen; ook
het zelfbedrog dat wij evenwichtige, verstan
delijke denkers zouden zijn.
wij sturen, maar
uielj
alle excursies in
twee per dag, ma*1'
personen - helemaal
kt. Wel is het mogeW
Knardijk bij Lelyst®
.oorten vogels te ktekij'
een observatie-hut j
n, overigens zonder
:n en paarden te óëb
cort komen er in »e1
en het zuiden van h«
log twee vrij toegang:
)bservatie-punten
chatting 30.000 mens®
r bezoeken de Knardi]^
e volksmond al de 'pK
ilevard' heet. Daar v-
7B ook een graantje va
ken tot woede van
:scherming. De doorn^
Inardijk mag niet in e®
?che autoroute van 01
Genieten van de n>'
ioet eindelijk ook ee|?
het geronk van keren?
runnen. De plassen w
t helemaal veilig,
ans Vera, „De Oostv»''
ïsen", uitgave IVN/G""
f 44.50.
Waarschijnlijk is de zwakheid van het men
selijk brein tevens zijn kracht Onze geest cir
kelt van de ene toestand naar de andere, en
kiest onderweg allerlei stukjes uit Daardoor
nebben we soms van die rare, onverwachte in
vallen Maar vaak kiezen we niet het juiste
stukje geest op het juiste tijdstip. Zo komen tal
van misverstanden en problemen in de we
reld.
De Amerikaanse psychologiehoogleraar Ro
bert Ornstein schreef er een bijzonder helder
en aansprekend boek over: Ons meervoudig
brein, een nieuwe kijk op het menselijk ge
wag. Ornstein haalt zijn gegevens en voor
beelden uit het onderzoek naar de bouw en de
werking van onze hersenen, uit de psychologie
en uit ervaringen met hypnose. Het boek lees
ie inéén adem uit.
Onze geest is niet één geheel, zoals de geleer-
ben lange tijd dachten. Evenmin is de geest
een twee-eenheid, waarbij het rationele zetelt
m be linker hersenhelft en het intuïtieve in de
rechter. De werkelijkheid is veel ingewikkel-
ff' tw0®* Ornstein: onze geest is meervou-
wg. De inhoud van het brein is een mengel
moes. Het brein bestaat uit afzonderlijke frag
menten, elk met hun eigen doel, maar met een
onnavolgbaar samenspel. Onze talent-lapjes
wrse sdf6 gep'°°i(^e g^ükte Heken van onze
tenten te^rk!"56118660 10883118 tot 31 onze
loor'6 t0eg3ng wordt nauwlettend bewaakt
simLl80 ^tuig-portier, die een aantal heel
eevSfr ^iregels hanteert. Zo is hij uiterst
v riu voor recente informatie. Ook is hij
VaJbenieuwd naar het plotseling opduiken
tend bekends. Hij lijkt vrijwel uitslui-
u de voorpaginakoppen van de krant te le-
Volgens Ornstein leidt de combinatie van pre
historische vuistregels en de westerse nadruk
op intellectuele vaardigheden tot systemati
sche vertekeningen in onze geest. Juist het
deel van onze geest dat zich met oordelen be
zig houdt, is hard aan een inhaalrace toe.
Zowel de westerse intellectuele traditie als
de psychoanalytici van Freud hebben elk
slechts oog gehad voor één facet van de men
selij ke geest, betoogt hij. En nu maken veel
ontwerpers van kunstmatige intelligentie (de
zogenaamde zelfdenkende computerprogram
ma's) dezelfde fout. Het verbale geheugen
werkt mogelijk als een eenvoudige machine,
maar andere soorten geheugen niet. „Er zijn",
schrijft Ornstein, „te veel soorten geheugen in
te veel afzonderlijke delen van de geest om te
spreken van een simpel informatieverwer
kend systeem."
We zijn dus geen computers, gelukkig.
Wordt de computer een soortgenoot? Deze
vraag stellen filosofen en natuurwetenschap
pers in een gelijknamig boekje, dat het resul
taat is van een activiteiten van een reformato-
risch-wijsgerige studiegroep. Het boekje stelt
meer vragen dan het antwoorden geeft - in dit
opzicht lijken de filosofen de overhand te heb
ben gehad.
De mens ervaart zich als eenheid in zijn
veelzijdigheid, stellen de schrijvers. Daar zijn
z'n hersenen op afgestemd. Het unieke van de
mens schuilt niet in zijn denkactiviteit, maar
in de opbouw en samenhang van al zijn denk
werk. Een conclusie die ook Ornstein voor z'n
rekening zou kunnen nemen.
Een toegankelijk boekje is het bepaald niet.
Het staat vol opvattingen van anderen en vol
definitiekwesties. Wel wordt duidelijk, dat het
verschil tussen mens en computer niet simpel
weg is: de mens denkt, de computer voert al
leen uit. Het is telkens weer ingewikkelder
dan je denkt.
R. Ornstein: Ons meervoudig brein. Ede, Zomer Kru
lling, 29,90.
P. Blokhuis, AJ. Bosch, S. Huizing», M. Verkerk en A
Zijlstra: Wordt de computer een soortgenoot? Kok Kam
pen, ƒ17,50.
Door Frank Westerman
Zo nu en dan kondigt de Pe
ruaanse regering een spec
taculaire maatregel aan te
gen de internationale
drugsmafia. Daaruit zou
moeten blijken dat het haar
ernst is met het aanpakken
van de omvangrijke cocaï-
neproduktie en -handel in
dat land.
Met haar jongste plan wil de
regering van Peru de illegale
verbouw van coca bestrijden.
Het behelst een biologische
oorlogsvoering met behulp van
een klein, wit vlindertje.
Begin februari meldde het
Engelse wetenschapsblad
NewScientist, dat het anders zo
zeldzame malumbiavlindertje
dit jaar voor het eerst voor een
ware plaag in de illegale coca
plantages van Peru heeft ge
zorgd. De rupsen van dit vlin
dertje voeden zich bij voorkeur
met de blaadjes van de coca-
plant. Het zijn juist deze blaad
jes die de grondstof vormen
voor de 'pasta basica', de basis
pasta waaruit de zuivere co
caïne wordt gewonnen.
De schade is groot. De telers
hebben nog wel geprobeerd om
met chemische bestrijdings
middelen - zoals DDT - de rup
sen een halt toe te roepen. Toch
konden zij niet verhinderen dat
de beestjes zich een weg vraten
door naar schatting twintig
duizend hectare coca-aanplant.
Daardoor zouden de gezamen
lijke cocabazen een verlies van
zeventig miljoen gulden heb
ben geleden.
De malumbiavlinder flad
derde vooral in grote zwermen
in de moeilijk toegankelijke
streek rondom de stad Tarapo-
tot, in het oerwoud van de pro
vincie San Martin. Deze streek
heeft zich de laatste jaren ont
popt als het belangrijkste pro
ductiegebied van coca in heel
Peru.
Het paradoxale van de situa
tie is dat de tegenslag van de
vlinderplaag wel eens een te
ken kan zijn dat het de cocaba
ronnen voor de wind gaat. Ir.
Frans Meerman van de vak
groep entomologie (insekten-
kunde) van de Landbouwuni
versiteit Wageningen legt uit
waarom.
„Een plaag ontstaat natuur
lijk nooit zomaar. Wellicht is er
jaar in jaar uit coca verbouwd
in monocultuur, over steeds
grotere oppervlakten, waar
door het vlindertje de kans
heeft gekregen zich explosief te
vermeerderen."
De regering van president Alan
Garcia speelt nu met de ge
dachte om de vlinders in te zet
ten tegen de cocateelt. Het Pe
ruaanse ministerie van Land
bouw heeft onderzoekers ge
vraagd een methode te ontwik
kelen om de vlinders te kwe
ken. In een later stadium zou
den die vanuit een vliegtuig
boven de cocaplantages kun
nen worden gedropt.
„Een omslachtige aanpak,
waarbij nog veel komt kijken",
meent Meerman. „Maar bij
voorbaat kansloos? Nee, dat ze
ker niet. Een chemisch ontbla-
deringsmiddel werkt natuur
lijk veel direkter, maar een
vorm van biologische bestrij
ding is wel zo vriendelijk."
Meerman verloochent zijn
vak niet: „Er zijn talloze ge
slaagde toepassingen van bio
logische bestrijding. Ook met
vlinders. In Australië bijvoor
beeld is de wildgroei van een
bepaalde cactus met de rupsen
van een vlinder tegengegaan.
Maar in alle gevallen van bio
logische bestrijding is onder
zoek vooraf een absolute nood
zaak."
Het gaat bij een dergelijk on
derzoek om meer dan alleen
het vinden van een snelle
voortplantingsmethode. De
vraag is ook of de vlinders wel
snel genoeg weerstand kunnen
opbouwen tegen chemische be
strijdingsmiddelen. Want on
getwijfeld zullen de coca telers
de schade voorlopig wel weten
te beperken door in het ko
mende seizoen vroegtijdig te
spuiten met landbouwgif.
Slechts wanneer de vlinders
daartegen binnen afzienbare
tijd resistent worden, kan het
uitzetten van de insekten het
beoogde effect sorteren. Vol
gens Meerman is het onderzoek
naar die resistentie geen een
voudige zaak, temeer daar er
over de malumbiavlinder wei
nig meer bekend is dan zijn
wetenschappelijke, Latijnse
naam Eloria Noyesi.
Uitgebreide experimenten
zijn nodig. Ir. G. Pak, collega
entomoloog van Meerman en
verbonden aan dezelfde Wage-
ningse vakgroep, waarschuwt
ervoor dat een met opzet gesti
muleerde plaag beheersbaar
moet blijven. „Dat de vlinder
strikt monofaag is, dat wil zeg
gen dat de rupsen uitsluitend
van cocablad kunnen leven,
zou wel heel bijzonder zijn. Er
moet getest worden of de rup
sen ook genoegen nemen met
andere, aan coca verwante
planten. Dat zou dan vérstrek
kende gevolgen hebben voor de
verspreiding van de ploeg", al
dus Pak.
Zelfs al zou de rups uitsluitend
op de cocaplant gedijen, dan
nog is het zaak om de vlinder-
plaag in de hand te houden. In
Peru is namelijk niet alle coca
teelt bij de wet verboden. Het
zelfde geldt voor het buurland
Bolivia. De overwegend In
diaanse bevolking van de
straatarme bergstreek van de
Andes mag op beperkte schaal
coca verbouwen. Van oudsher
kauwen de boeren de coca
blaadjes als een soort pruimta
bak. Tegenwoordig wordt er
ook thee van gezet. Hoewel de
bergstreek ver weg ligt van de
illegale cocaplantages in de
jungle, blijft volgens Pak de
kans bestaan dat de plaag
overslaat.
Waarom geeuwen dieren? Stomme vraag misschien, maar een
psychiater heeft er een nieuwe verklaring voor gevonden. Vol
gens Malcolm Weller, verbonden aan een Londens ziekenhuis,
leidt het aanstekelijke gegaap van dieren ertoe dat ze met z'n
allen gaan slapen. En dat zou hun overlevingskansen weer ver
groten.
Niet alleen dieren die in kuddes en groepen jagen, hebben baat
bij gezamenlijke rust- en 'werk'tijden. Hetzelfde geldt voor
hun mogelijke slachtoffers. Wanneer een hele groep prooidie
ren ligt te slapen, is de kans voor een dier kleiner om het
slachtoffer te worden van een aanvaller dan wanneer een dier
in z'n eentje een tukje doet.
Andere onderzoekers denken dat geeuwen vooral een li
chaamsreactie is. Wanneer dieren (en mensen) een tijdje traag
in- en uitademen, hebben de longblaasjes een oppepper nodig.
Dan helpt geeuwen; maar een keer diep inademen helpt ook.
Een groep Australische onderzoekers denken in gras het gen te
hebben gevonden dat bij mensen hooikoorts veroorzaakt. Het
gen, onderdeel van het erfelijk materiaal van het Engelse raai-
gras, produceert een eiwit dat via stuifmeelkorrels de lucht in
gaat. Eenmaal in de luchtwegen van mensen, reageert het eiwit
met lichaamscellen die er gevoelig voor zijn. Allergie en hooi
koorts zijn het gevolg.
De ontdekking van het gen maakt de weg vrij voor een betere
behandeling van hooikoortslijders. De onderzoekers, verbon
den aan de universiteit van Melbourne, hebben achttien jaar
werk gestoken in de stuifmeelkorrels van raaigras, de belang
rijkste veroorzakers van hooikoorts.
Zwaveletende bacteriën zijn een goudmijntje, zo hebben Cana
dese wetenschappers ontdekt. Het zijn reusachtige hulpjes bij
de winning van goud uit zwavelhoudende rotsen.
Meer dan dertig procent van al het goud ter wereld zit in zwa
velhoudende gesteenten. De zogeheten Thiobacillus ferrooxy-
dans gebruikt zwavel als energiebron, en breekt de structuur
van de goudhoudende gesteenten zo af, dat er gemakkelijker
goud uit te winnen is. Via behandeling met chemische midde
len krijgt men minder dan zeventig procent van het goud uit de
steenlagen, met bacteriën bijna honderd procent, zo bleek uit
proeven. De bacteriën worden al bij de winning van koper in
gezet. Maar daar hebben ze soms jaren nodig om uit een steen
hoop koper te winnen; bij goud slechts enkele dagen.
Het meeste videomateriaal moet na toen tot vijftien jaar als af
geschreven worden beschouwd. Bijna de helft van de VCR-
banden uit de jaren zeventig speelt niet meer. Dat meldt Bob
Vos, voormalig videomedewerker van de stichting Film en We
tenschap, in de PWT-nieuwsbrief Iota.
De problemen worden vooral veroorzaakt door de zogeheten
binder, het materiaal waatmee het chroom- of ijzeroxyde op de
band wordt geplakt. Na verloop van tijd begint die binder te
vloeien, waardoor het magnetisch materiaal loslaat, de banden
plakkerig worden, zich slecht laten spoelen en zelfs gaan vast
lopen. In minder ongunstige gevallen verbleken de kleuren, be
gint het beeld te strepen of valt het contrast weg.
Vrouwen hebben gemiddeld een grotere spreekvaardigheid
dan mannen, terwijl mannen beter zijn in het oplossen van
problemen waarvoor ruimtelijk denken nodig is. Deze ver
schillen in intelligentiekenmerken worden beïnvloed door ge
slachtshormonen, zo blijkt uit Westduits onderzoek.
Dr. Kerrin Christiansen en prof. Rainer Knussmann van de
universiteit van Hamburg kwamen achter de rol van ge
slachtshormonen, toen zij bij mannen die ongevoelig bleken
voor het mannelijk sekshormoon testosteron, de intelligentie-
kenmerken aantroffen die 'typisch vrouwelijk' zijn. Onderzoek
onder meer dan tweehonderd proefmannen bevestigden dit
verband. Het resultaat komt overeen met nieuwe inzichten,
volgens welke de hersenen van volwassenen speciale aankno
pingspunten (receptoren) voor geslachtshormonen bezitten. Of
het Duitse onderzoek ook voor het 'denkapparaat' van vrou
wen opgaat, moet nog blijken, zo meldt de maandelijkse we-
tenschapsuitgave van de Deutscher Forschungsdienst.
Veel rug-, nek- en schouderklachten zijn het gevolg van een
verkeerde houding tijdens het werk. Een op de vijf ziektedagen
en een op de drie nieuwe gevallen van arbeidsongeschiktheid
komen voort uit problemen met het menselijk bewegingsappa
raat.
Belangrijke oorzaken zijn het krachtzetten bij het tillen, trek
ken en duwen, en eenzijdige werkhoudingen tijdens het staan
en zitten. Bij een gebukte werkhouding is de belasting onder
aan de rug bijvoorbeeld meer dan tweehonderd kilo.
Met speciale camera's gaat TNO mensen tijdens de uitvoering
van hun arbeiddtaak bekijken, waarna de computer de posi
ties, snelheden en versnellingen van lichaamsdelen en ge
wrichten uitrekent. Op grond hiervan schat men de belasting
van spieren en gewrichten.
Hiervoor heeft TNO een nieuw laboratorium voor houdings-
en bewegingsanalyse ingericht. Het is ondergebracht in het
Nederlands instituut voor preventieve gezondheidszorg in Lei
den.
DR. C. BERKVENS-STEVELINCK, adjunct-conserva
tor van de afdeling westerse handschriften van de Uni
versiteitsbibliotheek in Leiden, heeft een biografie vol
tooid van de Frans-Nederlandse geleerde en boeken-
agent Prosper Marchand. Ze geeft daarmee een beeld
van het netwerk van relaties in geleerd Europa in de eer
ste helft van de achttiende eeuw.
Mevrouw Berkvens heeft ook
in ruim tweehonderd dichtbe
drukte pagina's de handschrif
ten van Marchand minutieus
beschreven; een karwei waar
voor tot nu toe alle onderzoe
kers uit binnen- en buitenland
waren teruggedeinsd. Beide
boeken zijn eind mei in Leiden
gepresenteerd in de biblio
theek, waar in de uitleenhal tot
24 juni een aan Marchand ge
wijde tentoonstelling is te zien.
Marchand was indertijd een
van de beste boekhandelaren in
Parijs. In 1709 week hij als ge
volg van het onverdraagzame
Franse regime van Lodewijk
de Veertiende naar Holland uit.
Marchand liet bij zijn dood op
14 juni 1756 zijn hele biblio
theek, zijn correspondentie en
zijn wetenschappelijke aante
keningen na aan de universi
teit in Leiden.
Deze instelling was, naar de
mening van Marchand, te wei
nig gericht op het niewe den
ken van de achttiende eeuw.
Monsieur Prosper a la Haye,
zoals Voltaire de literaire agent
Marchand noemde, zette zich
zijn leven lang in voor de sprei
ding van de ideeën varvde Ver
lichting. Met zijn schenking
aan de universiteit lag in de bi
bliotheek een unieke sleutel om
die spreiding te bestuderen.
Vooral de laatste jaren werpt
de boekenschenking vruchten
af, met name sedert de acht
tiende eeuw is ontdekt als een
tijd van ingrijpende vernieu
wingen, waarin de grondslagen
zijn gelegd van het moderne
denken. De brieven uit de nala
tenschap, gericht aan Mar
chand, zijn geschreven door
Europeanen met uitgebreide
kennis, smaak en kritische zin:
Fransen aan het hof van Fre-
derik de Tweede van Pruisen,
Engelse geleerden als Anthony
Collins, en Italiaanse bibliofie
len als Vincente Minutoli.
De duizenden aantekeningen
van Marchand zelf hebben tot
nu toe alle onderzoekers afge
schrikt, eenvoudig omdat men
meende dat er geen beginnen
aan was. Ze vormen evenwel
de kern van de collectie. Dat is
de reden waarom mevrouw
Berkvens zich aan de beschrij
ving ervan zette. Daarmee
heeft zijn na ruim twee eeuwen
een der beste Parijse boekhan
delaren opnieuw ontdekt.