EXTRA BE
Politieke
BANKBILJETTEN BEZORGEN NEDERLANDSCHE BANK HANDENVOL WERK
EG en ASEAN
spreken
over Cambodja
ROL VAN FRUIT
DE STEM EXTRA DINSDAG 3 ME11988
pE STEM BUITENU
ROERMOND (ANP) - H
moordaanslagen op de Bri
mond en Bergen verloopt
diverse getuigen gehoord
trokken maar die hebben
verd.
Geld stinkt niet, zeiden de Romeinen. 'Pecu
nia non olet'. Maar onverbiddelijk leggen de
sorteermachines van de Nederlandsche
Bank aan het Frederiksplein in Amsterdam
al het geld opzij waar een luchtje aan zit.
Gescheurd geld. Vies en vuil geld. Vals geld.
Losgeld?
Als je dat woord bij De Nederlandsche Bank
laat vallen in combinatie met 'beveiliging' of
'geldtransport' slaan ze op tilt. Uit 'beveili
gingsoogmerk' wil men er beslist niet op in
gaan. Maar de geïnteresseerde leek kan in
het door de bank zelf uitgegeven boek 'Het
Nederlandse bankbiljet in zijn verscheiden
heid' (Kluwer, 1986, Monetaire Monografieën
nr. 6) best het een en ander aan de weet ko
men.
Verknipt
#SL ML
Sleet
Toegenomen
Drie miljoen
De Ruyter
Buitenland
Campagne
Boek
WARSCHAU (RTR/AFP/
DPA)De staking in Polen
heeft zich maandag in ras
tempo uitgebreid. Tegen de i
3000 werknemers van de 6
Lenin-werven in de haven- e
stad Gdansk, de geboorte-
plaats van het - verboden -
vakverbond Solidariteit,
legden het werk neer uit so- i
lidariteit met de stakers in
de Lenin-staalfabriek in t
jjowa Huta in het zuiden t
van het land. i
Moeia
Een vrouw uit Roermond me
van de auto van de drie Brits
tuur centrum 'De Oranjerie'
vluchten in een auto. Welk k
zegt ze niet met zekerheid te a
lands kenteken geweest zijn. E
van het onderzoeksteam H.
mee.
Hij noemde de resultaten toch
niet teleurstellend omdat het
hier gaat om een erg omvang
rijk onderzoek en het veilig
stellen van sporen de hoogste
prioriteit heeft. Er zijn enkele
patronen gevonden maar nog
niet is vastgesteld van welk
kaliber. Ze moeten uit een
automatisch wapen afkomstig
zijn. Komende woensdag zullen
de twee wagens van de bij de
aanslagen betrokken Britse
militairen aan een nader on
derzoek worden onderworpen.
Mogelijk dat hieraan ook de in
middels gearriveerde twee des
kundigen op het gebied van ex
plosieven uit Engeland mede
werking zullen verlenen.
Daar de dader of daders van
de aanslagen eventueel nog in
DEN HAAG (ANP) - Minis
ters van Buitenlandse Za
ken van de twaalf landen
van de Europese Gemeen
schap en de zes van het Ver
bond van Zuidoostaziati-
sche Staten (ASEAN) gaan
deze dagen in Dusseldorf na
hoe de samenwerking op
politiek en economisch ge
bied kan worden verbeterd.
Zulke bijeenkomsten worden
elk jaar gehouden, beurtelings
in het Westeuropese land dat
voorzitter is van de EG en in
een der ASEAN-staten - Indo
nesië, Thailand, Maleisie, Sin
gapore, de Filippijnen en Bru
nei.
De EG-landen beperken zich
tot politieke steun aan de coali
tie en vermijden systematisch
contact met de Rode Khmer, de
ASEAN-landen verlenen het
verzet ook humanitaire steun,
en sommige leveren wellicht
ook wapens. Het Amerikaans-
Russisch akkoord over terug
trekking van de Sovjettroepen
uit Afghanistan heeft de hoop
op een oplossing van de Cam
bodjaanse kwestie doen stijgen.
Door Frans Boogaard
BRUSSEL - 'De bekendste
Belg na koning Boudewijn'.
'De beroemdste burgemees
ter van België'. 'De show-
boer van Voeren'. Aan poli
tieke troetelnaampjes heeft
het José Happart nooit ont
broken.
Toch lijkt de rol van de 41-ja-
nge fruitkweker en waarne
mend burgemeester van Voe
ren, die in België een snellere
Politieke carrière maakte dan
Wle °ok, ver uitgespeeld.
Op Europees vlak - de man is
Europarlementariër - mag hij
zich van de socialistische partij
alleen laten gelden in verkie
zingstijd: als stemmentrekker.
Nationaal geldt hetzelfde. En
ue kans dat Happart 1988 als
waarnemend burgemeester
van Voeren mag volmaken, is
sinds een week ook niet veel
groter dan nul.
Het tijdperk-Happart, dat
nu op zo'n dramatische wijze
ureigt te eindigen, heeft op de
«opi af tien jaar geduurd. Maar
die periode heeft de ama-
^ur"Politicus dan ook wel van
n sPreken. De taalstrijd
m België, die in 1963 na 133 jaar
laamse verdrukking en
Geen geld met luchtjes
betekent dat altijd het gevaar
van verbranden, versnippe
ren, verbleken of welke be
schadiging dan ook dreigt. Zo
schijnen koeien met graagte
hele portefeuilles van boeren
te verorberen, zijn potkachels
nog altijd geliefde opberg
plaatsen en zijn muizen gek
op geld in gootsteenkastjes,
achter de plinten en het be
hang.
Bij de Nederlandsche Bank
heeft de laboratoriumafdeling
er dagwerk aan de biljetten
letterlijk uit te pluizen die al
dan niet met asla of koeie-
maag worden ingeleverd. In
dat verband een tip van de
bank in uw voordeel: berg
nooit uw geld op in kunststof
kluisjes. Als die in brand vlie
gen versmelt het spul met het
geld en is het niet meer te ach
terhalen. Stalen kluizen over
leven eerder het vuur en als
de rooie haan toch vat krijgt
op het papiergeld is vaak nog
wel een deel in de as te achter
halen.
Groothoff„Naar rato van
het herkenbare oppervlak
krijgt men geld terug. Dat
gaat in achtste delen: bij ze
ven achtste krijgt men nog het
totaal terug, bij een achtste
niets meer. Bewust is dus die
maatstaf van herkenbaarheid
als heel biljet genomen en niet
de originele kleuren".
„Mensen doen de gekste din
gen. We hebben eens iemand
gehad die de kluts kwijt was
en al z'n geld verknipt had.
Zijn kinderen kwamen ten
einde raad hier. We konden de
biljetten niet meer aan elkaar
plakken, maar het bewijs dat
we hier met honderdjes te ma
ken haden kregen we toen we
honderd van die blindenstip-
pen vonden waarvan er één op
elk honderdje zit.
„Het meeste raakt door een
ongeluk in het ongerede hoor,
maar je hebt natuurlijk ook
33 Briefjes van duizend in 1967 toen 1000 gulden nog heel veel tvaard uxis.
•3*
Het nieuwe briefje van 250 gulden wekt verbazing en argwaan.
thans voor het betalingsver
keer niks meer waard. Nou
hebben maar weinigen die
stap gezet want die biljetten
doen in verzamelaarskringen
tien tot vijftien gulden".
Het eerstvolgende biljet dat
ons gaat verlaten is dat van
vijf gulden met de beeltenis
van Joost van den Vondel.
Twee exemplaren zijn ervan:
een uit '66, één uit '76. Beide,
evenals de De Ruyter, een ont
werp van Oxenaar in de serie
'Erflaters II'. Andere coryfeeii
uit die serie zijn Spinoza (dui
zendje), Sweelinck (25) en
Frans Hals (tientje). De daar
aan voorafgaande serie Erfla
ters I van Eppo Doeve (Rem
brandt, Erasmus, Huygens en
Hugo de Groot) ging er in 1977
in zijn geheel uit. Oxenaar
ontwierp overigens ook de
snip (100), zonnebloem (50) en
vuurtoren (250).
Het vijfguldenbiljet ging zich
net zo sleets gedragen als een
muntbiljet en werd zo duur
dat de aanmaak van een munt
lonender is. Op 1 mei krijgen
we daarom een vijf gulden
munt, voorlopig naast het
vijfguldenbiljet dat nog niet
meteen wordt ingetrokken.
Een munt van tien gulden zit
er overigens voorlopig nog
niet in.
De bankbiljetten, hoe sterk
ook, (gemaakt van katoen en
dus krimpend in de was!),
blijven 'papiergeld'. En dat
van zaken bij de Nederland
sche Bank blijkt dat momen
teel ruim 33 miljard in omloop
is. In '87 is drie miljard meer
aan geld in omloop gekomen
dan in '86 en de waarde nam
daarbij veel meer toe dan het
aantal biljettén. Vooral dui
zendjes en biljetten van 250
werden opgenomen.
Een deel is gaan zitten in toe
genomen uitgaven. Maar
Groothoff schat dat hoogstens
twee van de drie miljard door
angst voor bij voorbeeld de
fiscus (opgave van rente) is
opgenomen. Particuliere
banktegoeden zijn aangespro
ken, geld is in het buitenland
naar banken gebracht (maar
dat beïnvloedt op zich de fy
sieke geldcirculatie niet). De
voorraad extra opgenomen
geld is vooral opgepot: in de
oude sok of de boekenkast.
Maar dén krijg je toch hele
maal geen rente.Groothoff:
„Nee, maar neem nou de si
tuatie van een bejaard echt
paar, dat het bejaardentehuis
in moet en zich gedwongen
ziet zij n vermogen eerst op te
eten en de rente ten dele kwijt
is aan de fiscus. Die mensen
nemen hun spaargeld op en
stoppen het in een oude sok, of
geven het aan hun kinderen.
Niemand dwingt je in dit land
tenslotte je geld op de bank te
zetten en te laten".
Niemand zal er ooit bij stil
staan, maar de voorraad
bankbiljetten van De Neder
landsche Bank is een „schuld
aan het Nederlandse volk".
Aan die 'schuld' kunnen wij
als argeloze consumenten ove
rigens ook weer niet allerlei
rechten onlenen. Want de
bank der banken wil wel veel
vergoeden aan kapotte bank
briefjes, maar geen valse bil
jetten. Wie dus met zo'n vals
briefje zit is dus in feite zijn
geld kwijt. Naar de politie
gaan getuigt van burgerzin,
maar daarmee heb je je geld
niet terug.
Dus signaleert Groothoff
het zeer menselijke verschijn
sel dat mensen dat valse bil
jetje weer proberen te slijten
aan de volgende onwetende.
'Stropverschuiving' noemen
ze dat bij de politie. Verschui
ving tot aan de underdog die
niet zo handig is en met het
valse geld blijft zitten.
Eén troost misschien voor
de gedupeerde die zich on
machtig voelt: de 'gewone'
commerciële bank krijgt ook
niks terug voor zijn valse bil
jetjes als hij die bij de Neder
landsche Bank inlevert Die
lijdt dus in feite verlies.
Groothoff: „Anders zou je een
beloning op valsemunterij
gaan zetten en dat lijkt me
toch niet de bedoeling".
Door Inge Crul, ANP
Zoals het feit dat het
spoor van de geldcassettes
van elke commerciële
bank naar de Nederland
sche Bank te traceren is.
En dat de biljetten een
uniek nummersysteem
hebben dat je ook zou
kunnen gebruiken als in
formatie voor j ustitiële
autoriteiten. Een kleurige
folder van bankbiljetten-
drukker Joh. Enschedé en
zonen in Haarlem deelt
ons tenslotte mee dat de
sorteermachines met hon
derd procent zekerheid
alle falsificaten en ver
dachte biljetten uit het
geld halen.
De Nederlandsche Bank en
ons papiergeld: in het gebouw
aan het Frederiksplein ge
beurt méér dan het denkwerk
om onze gulden waardevast te
houden. Zoals de Rijksmunt in
Utrecht de munten uitgeeft,
zorgt de centrale bank voor de
uitgifte van het papiergeld. En
dat geld circuleert, veroudert,
vervuilt en moet vernieuwd.
De commerciële banken heb
ben een rekening bij hun
bank, de Nederlandsche Bank
- de 'Bank der banken' dus.
Veel gebeurt op papier, giraal.
Maar een deel is cash. Zo arri
veren iedere dag drie miljoen
bankbiljetten van de commer
ciële banken bij De Neder
landsche Bank. Twee miljoen
biljetten komen weer in om
loop. Maar één miljoen moet
worden vervangen en wordt
'afgedankt'.
Vroeger betekende dat ver
branden, waarbij dan wel
eens een half biljetje door de
schoorsteen wilde ontsnappen.
Nu wordt het geld samenge
perst tot briketten waarvan
de kleur alleen nog aan de
oorsprong herinnert. Daar
stookt de gelddrukker Johan
Enschedé in Haarlem zijn ke
tels weer mee. Waarmee de
kringloop compleet is.
Hier een blik op die
kringloop: van 'waardeloos
papier' in de kluis van de Ne
derlandsche Bank dat zijn
waarde paf krijgt bij uitgifte,
tot 'waard .loze brandstof'.
„De Nederlander is zuinig
op zfjn geld", zegt drs. A.G.
Papiergeld, de Neder
landsche Bank heeft er veel
werk aan. - foto s archief de stem
Groothoff, chef externe be
trekkingen van de Nederland
sche Bank. „We hebben ver
trouwen in ons geld. We leven
in het besef dat je vandaag
evenveel met het bankbiljet
kan doen als morgen. Of vol
gend jaar".
Hij guldert bijna wanneer
hij praat over de nette manier
waarop we met ons geld om
gaan. Niet dat beeld van ver
frommelde biljetjes achteloos
in de kontzak, nee, we vouwen
op de toonbank van de Hol
landse kruidenier onze netjes
opgevouwen kleurige vuurto
rens, zonnebloemen en snip
pen uit.
Soms wil daar ook nog wel
eens een 'oud' biljetje tussen
zitten. Een 'De Ruyter' bij
voorbeeld, het honderdje dat
nog niet zolang geleden, in
1986, uit de circulatie werd ge
nomen en vervangen door 'de
snip'. Beleid is om successie
velijk biljetten die 'te bekend'
worden te vervangen door
nieuwe, met geavanceerdere
technieken gemaakte biljet
ten.
Niet dat 'de consument' de
waarde van dat geld dan met
een kwijt is. Als een biljet uit
roulatie is genomen heeft hij
een half jaar de tijd het nog
bij zijn eigen bank in te leve
ren. Daarna bestaat nog der
tig j aar de mogelij kheid het
geld in te wisselen bij De Ne
derlandsche Bank.
Maar dan moet de 'vinder'
wel met een goede reden bij
het loket komen. Op de afde
ling van Groothoff komen da
gelijks zo'n vijftien tele
foontjes binnen van mensen
over 'oud' geld. Groothoff:
„Meestal komt er geld te voor-
schijn bij een verhuizing of bij
een verbouwing of als opa en
oma naar het bejaardentehuis
gaan. Dat zijn legitieme rede
nen, dan krijgt men zijn hon
derd gulden terug in geldig
geld".
„Maar stel nou, dit is fictief
hoor, stel, iemand komt met
een koffer met tweehonderd
oude biljetten van honderd,
die zouden bij een verbouwing
van zijn huis naar boven zijn
gekomen. Maar die man
woont daar pasDan is er
wel argwaan. Tja, er komt een
hoop intuïtie bij kijken.Of
iemand zegt dat hij het op een
vuilnisbelt heeft gevon
den.
Met een lichte glimlach:
„Die is dan schatvinder. En
het duurt dertig jaar voor je
eigenaar van een schat bent
dus dan ben je ook te laat om
het hier nog in te wisselen
Dén is de winst na tien jaar
voor de bank.
Tot troost deelt Groothoff mee
dat het meeste geld wel op tijd
terug komt. Een klein deel
ging bij voorbeeld in as op of
viel letterlijk in het water of
hangt ergens in het buiten
land. Eind '87 waren er nog 1,8
miljoen van alle ooit uitgege
ven De Ruyter-bankbiljetten
in omloop. Dat is 180 miljoen
gulden, niet meer dan een half
procent van alle De Ruy-
tertjes.
Groothoff: „Op het totaal
dus niet veel. Wel hinderlijk is
dat toeristen als ze in eigen
land alvast geld omwisselen
voor Nederlands geld nogal
eens de De Ruytertjes krijgen
en dan daarmee hier komen.
Frankrijk, Spanje en de Scan
dinavische landen hebben
daar wel eens een handje van.
Geen opzet natuurlijk, laten
we het maar op onwetendheid
houden".
De zogenoemde 'muntbiljet
ten' van een gulden en een
rijksdaalder zijn papiergeld
dat pas sinds kort echt hele
maal verdwenen is. Het mi
nisterie van financiën trok ze
onlangs in. Groothoff: „Je zag
ze al 25 jaar niet meer, maar
tot 1 april van dit jaar kon je
ze inwisselen. Nu zijn ze al-
gevallen dat geld expres 'ver
minkt' wordt. Die mensen
krijgen niets terug. Zoals die
winkelier die biljetten door
midden knipte als reclame
stunt: de ene helft had hijwie
de andere helft aandroeg
kreeg een beloning. Maar van
ons kreeg hij niets meer te
rug!"
Wie opschrikt van berich
ten over vals geld kan wat
Groothoff betreft rustig gaan
slapen. De meeste publiciteit
gaat zitten in het geld dat bij
een inval in een drukkerij
wordt aangetroffen. Van de 33
milj ard aan geld in omloop is
slechts 0,02 procent vals. „Van
al het valse geld dat in omloop
is maakt de Amerikaanse dol
lar tachtig procent uit door
zijn grote verspreiding en
doordat het biljet al sinds '28
niet meer veranderd is en
daardoor betrekkelijk makke
lijk na te maken is".
Bij ons gaat het op dit mo
ment vooral om valse hon
derdjes, al leidt dat niet tot
zo'n vermindering van ver
trouwen dat die nu meteen uit
de markt worden genomen en
vervangen door bij voorbeeld
meer biljetten van vijftig.
Duizendjes geef je nu eenmaal
niet elke dag uit op de Albert
Cuyp. En bovendien is iedere
kassier erop getraind de valse
duizendjes te ontdekken
dankzij moderne techniek
met ultraviolet licht.
Bij de introductie van het
nieuwe 250-guldenbiljet (de
vuurtoren) heeft de bank voor
het eerst een campagne, com
pleet met folders, gehouden
om de mensen te waarschu
wen voor vervalsingen. Het
procédé (niet te fotokopiëren),
het reliëf van het biljet, het
watermerk, het konijntje en
de scholekster die zich ver
scholen houden zijn waarbor
gen tegen vervalsing.
En niet te vergeten de mi
nuscule, alleen met een ver
grootglas te lezen tekst met
een deel van het gedicht Kust
land van Slauerhof :„De gol
ven slaan in woeste dans,
De wolken stormen langs de
zon
En breken op den horizon,
De vuurtoren staat in 't ge
klots,
Fier op zijn eenzaamheid, zijn
rots
Alsof de zware stalen trans
Zich zonder hem niet welven
kon".
Poëzie die zich een weg
baande op de biljetten sinds
het eerste 'Roodborstje' van
1814 met zijn rand van spe
ciaal voor Enschedé gesneden
muziektekens. Bijbelspreuken
haalden al eerder het bankbil
jet en eenmaal eerder, in 1922,
sierde de dichtregel 'Gezegend
zij het land waar het kind zijn
moer verbrandt' (moer is be
halve 'moeder' ook 'veenslik')
een ontwerp voor een vijf
guldenbiljet. Dit biljet werd
echter nimmer uitgegeven.
Het door de Nederlandsche
Bank uitgegeven en in de
boekhandel verkrijgbare boek
'Het Nederlandse bankbiljet
en zijn vormgeving' van dr. J.
Bolton, verhaalt van deze tek
sten, de geschiedenis van de
biljetten, de wel en niet goed
gekeurde ontwerpen, het
geeltje en de rooie rug die al
leen nog bestaan in het bar-
goens.
En van de eeuwigdurende
slijtageslag tussen drukker
Enschedé en ontwerpers, het
conflict tussen (vermeende)
technische en beveiligingsele
menten met esthetische waar
den. Een voorbeeld van de in
vloed van de drukker is het
oordeel van Enschedé over een
twintig guldenbiljet van ont
werper Roozendaal, Zeemeer
min (ongeveer 1948): 'Men
denkt als men dit ziet niet aan
geld; misschien wel aan een
dameskapsalon'.
De 'gewone' Nederlander,
met uitzondering van de ver
zamelaar, zal minder geïnte
resseerd zijn in het ontwerp
van de biljetjes in zijn knip
dan in de waarde. Al dat ge
signaleerde vertrouwen in de
stabiliteit van onze geldpa-
piertjes geeft ook vastigheid
bij het oppotten: als je het nu
in die oude sok doet knispert
het nog even mooi als je het er
over een jaar pas weer uit
haalt.
En wat blijkt? Terwijl het
geld zijn dagelijkse cirkelgang
maakt via consumenten, com
merciële banken en Neder
landsche Bank (gemiddeld
komt een biljet ruim twee
keer per jaar terug, de ene
soort uiteraard vaker dan de
ander), wordt meer geld opge
nomen dan terugkomt. Uit de
wekelijks gepubliceerde stand