Eerste paal bouwenquête Tot grond toe afgebroken an Algemene Rekenkamer staat voor schut ONDERVOORZITTER VAN REY ENQUÊTECOMMISSIE: ISRAËLISCH Enquêtecommissie slaat reus op lemen voeten bewusteloo Washington r)E STEM BUITENU DE STEM EXTRA BINNENLAND WOENSDAG 9 MAART 1988 DEN HAAG - „Ex-staatssecretaris Gerrit Brokx is totaal ongeschikt gebleken voor de contróle en naleving van regels, waarvan hij er één zelfs he lemaal heeft helpen ontwerpen. Daar rommelde hij mee. Wat dat betreft was het een knoeier. de onderste steen boven Toekomst Onervaren bouw-emquete Boosdoener VERNIETIGEND OORDEEL OVER BROKX EN GRUUTERS: BIVRIEZEN TEGOE T48 DEN HAAG - De Algemene Rekenkamer staat voor schut. Dit instituut, dat sinds jaar en dag voor de Staten-Generaal de in- en uitgaven van de departe menten controleert, is met een harde klap van haar voetstuk gestoten door de enquêtecommissie bouw- subsidies. Volgens de enquêtecommssie heeft de top van de Algemene Rekenkamer stelselmatig waarschuwende rapporten van ondergeschikten over oneigen lijk gebruik van bouwsubsidies naast zich neergelegd. De overheid moet, zo schrijft de commissie, contróle bij de partementen voortaan dan ook maar door externe acountants laten uitvoeren. De Algemene Rekenkamer heeft zaken bewust niet in de jaarverslagen opgenomen en de Tweede Kamer informatie onthouden. De Rekenkamer heeft in de periode van 1971-1980 over 1293 departementale onderwerpen gerapporteerd. Maar hoewel er bij het ministerie van Volks huisvesting naar verhouding het meeste geld omgaat, had den slechts 21 onderwerpem betrekking op dit het ministe rie. Van die 21 onderwerpen heeft het overgrote deel geen betrekking op bouwsubsidies. In de jaarverslagen, die tussen 1968 en 1983 uitkwamen, is geen enkele passage opgenomen over Volkshuisvesting. Als de Rekenkamer al rapporteerde, dan gebeurde dit veel en veel te laat, aldus de felle kritiek. Volgens onder-voorzitter van de Enquête-commissie, Van Rey, heeft de Algemene Rekenkamer al die jaren in coma gelegen. In 1984 rappor teerde de Algemene Rekenka mer over over een declaratie van 10.000, die in de formatie- tijd van een nieuw kabinet ge maakt was. Daar werden wat zure opmerkingen over ge maakt. Dat er tegelijkertijd on terecht honderden miljoenen guldens subsidies de bouwput ten in borrelden is de top van de Rekenkamer ontgaan. De rapporten die daarover bin nenkwamen, werden voor ken nisgeving aangenomen," zo verklaarde Van Rey desge vraagd. Brokx was 'een knoeier' Door Marcel van Lingen Ik had gedacht dat hij veel verstandiger zou zijn geweest. Hij wilde blijkbaar niet luisteren." De ondervoorzitter van de Par lementaire Enqueêtecommisie Bouwsubsidies (PEB), het WD-Tweede-Kamerlid Jos van Rey, aarzelt geen moment om de reeks opmerkingen over de ex-staatssecretaris van volkshuisvesting in het eind rapport in te dikken tot een paar korte zinnen. „Het rapport van de commis sie gaat over een groot aantal regelingen, bestrijkt een reeks van jaren en spreekt daar een hele rij verschillende oordelen over uit Je moet natuurlijk uitkijken om één persoon daar voortdurend uit te lichten. Maar Brokx heeft nu eenmaal bij verschillende onderzochte regelingen een vinger in de pap gehad. Dan krijg je zoiets. Hoge bomen vangen veel wind," al dus Van Rey. De ondervoorzitter laat zich niet uit over de politieke toe komst van de al eerder versto ten staatssecretaris. „Daar heb ik het niet over. De eindconclu sies laten we over aan de Tweede Kamer en dan moeten we maar zien wat er van komt. Ondervoorzitter Van Rey zal als Tweede-Kamerlid daarin een uiterst bescheiden rol ver vullen," zo zegt hij. Na de perspublikaties op 19 augustus 1986 over mogelijke miljoenenfraude door het Al gemeen Burgerlijk Pensioen fonds (ABP) heeft Van Rey zich bijna constant beziggehouden met 'de zaak' en was de eerste die van de daken schreeuwde dat er een parlementaire en quête moest komen. „Een dag nadat die berichten verschenen. Ja, dat klopt. Die arme Joris (WD-fractievoor- zitter Voorhoeve,MvL.) belde me daar onmiddellijk over op: 'Heb je dat echt zo gezegd, Jos?' Natuurlijk, natuurlijk, heb ik dat gezegd. Die beerput moet open, man." Sinds die dag bemoeide het Roermondse WD-kamerlid zich bijna alleen nog met 'de bouw' en werd, toen de parle mentaire enquête een feit was, gekozen tot ondervoorzitter van de enquêtecommissie. En kele jaren daarvoor had Van Rey zich nadrukkelijk bezigge houden met malversaties in de bouwwereld. Gerommel bij de Sittardse wo ningstichting SBDI zorgde er voor dat Van Rey frontaal op de toenmalige staatssecretaris Brokx botste. „Ik was toen net in de Tweede Kamer en dus on ervaren. Dat heb ik geweten, want Brokx maakte daar han dig gebruik van. Ik ben er nu van overtuigd dat Brokx toen, in 1984, wist wat er op nog veel grotere schaal in de bouwwe- reld én op zijn ministerie scheef zat Dat wist hij. Kan niet anders. Die SBDI-zaak was het topje van een giganti sche ijsberg. De reactie van Brokx toen was waarschijnlijk zo furieus omdat hij toen al vreesde dat de ijsberg zou kan telen." Van Rey is na anderhalf jaar onderzoek tevreden over de parlementaire enquête, maar is „geschokt" over de eindresulta ten. „Je houdt het toch niet voor mogelijk dat een compleet ministerie hartstikke slecht opereert. Dat is een schok, als je zoiets moet constateren, dat verzeker ik je. Het vervelende is dat ik geloof dat het bij an dere departementen niet veel anders zal zijn. Voor het minis terie van onderwijs vrees ik het ergste. Daar gaat zoveel geld om. Ik heb er een tijdje over nagedacht. Ook over dat gigan tische geklungel met die stu diefinanciering. Er moet een parlementair onderzoek komen naar de problemen bij de stu diefinanciering. Deetman is de boel nu op poten aan het zetten, maar daarvoor hebben ik- weet-niet-hoeveel mensen zit ten blunderen. Ik stel mijn fractie voor om de mogelijk heid van een dergelijk onder zoek eens te bekijken. De Tweede Kamer heeft nog lang Stempel op Brokx niet al het materiaal daarover ontvangen," aldus Van Rey. Van Rey is „een heel klein beetje opgelucht" dat de beleg gers in ieder geval niet als de grote boosdoener uit het en quêterapport bouwsubsidies tevoorschijn komen. Voor het rommelig opererende departe ment en voor de Algemene Re kenkamer ligt dat anders. „De torenhoge stapel van blunders die de Algemene Re kenkamer bij elkaar heeft we ten te sprokkelen, dat heeft mij het meest verbijsterd. Werke lijk ongelooflijk, dat dit zoge naamde 'geweten' van Neder land het er zo bij heeft laten zitten. De Algemene Rekenka mer heeft al die jaren in coma gelegen. In 1984 rapporteerde de Rekenkamer over een decla ratie van 10.000 die Nijpels in de formatietij d inleverde. Daar werden wat zure opmerkingen over gemaakt. Dat er tegelij kertijd onterecht honderden miljoenen guldens subsidie de bouwputten in gleden, is de top van de rekenkamer ontgaan. De rapporten die daarover bin nenkwamen, werden voor ken nisgeving aangenomen. Dat to tale gebrek aan controle, zowel bij het ministeries zelf als de Algemene Rekenkamer: niet te geloven, niet te geloven." Voelt Van Rey zich na an derhalf jaar rekenen, onder zoeken en uitpluizen, geassis teerd door een leger medewer kers, niet „een oud wijf" dat al les achteraf narekent en er dan een meetlat naast legt? Ex-di recteur Wiarda van het ABP schreeuwde Van Rey die kwa lificatie toe tijdens zijn ver hoor. „Het zal me een zorg zijn dat iemand me een oud wijf noemt, of zo. Deze parlementaire en quête heeft zijn nut volledig bewezen. Zelfs als je ruim re kening houdt met de druk die er op het ministerie werd uit geoefend, is er aangerommeld met gemeenschapsgeld. Dat staat als een paal boven wa ter." Het CDA-kamerlid Paulis, tevens lid van de enquêtecom missie liet begin februari we ten dat dergelijke langlopende onderzoeken veel en veel kor ter moeten. Van Rey, staand achter zijn bureau met het eindrapport onder zijn arm: „Het was blijkbaar nodig dat het zo lang moest duren, dat is op zich al erg genoeg. Iedereen mag zeggen wat hij wil. Maar als Paulis zoiets roept, die ge durende de enqueête nauwe lijks iets gedaan heeft, dan haal ik mijn schouders op voor zo'n uitlating." Het einde van een onderzoek. Tweede Kamer-voor zitter Dolman krijgt van enqxietevoorzitter De Vries de bevindingen aangeboden. - fotoa» De eerste paal voor de parlementaire enquête bou- subsidies werd via perspublicaties in augustus 1986 geslagen. Er werd bekendgemaakt dat het Rijk hon derden miljoenen teveel aan bousubsidies had be taald. PvdA, WD en CDA stelden daar schriftelijke vragen over aan de toenmalige staatssecretaris Brokx. Het Openbaar Ministerie was toen al bezig met een strafrechtelijk onder zoek. Op 1 september gaf staatssecretaris Brokx een voorlopig antwoord op de kamervragen en deelde hij mee dat hij maatregelen zou nemen. Woordvoerders van de fracties in de Tweede Kamer wil den echter aanvullende informatie. De WD-er Van Rey verklaarde dat er een Parlementaire Enquête gehouden moest worden. Brokx begon vanaf die tijd tientallen kilo's materiaal toe te sturen aan Tweede kamer en pers. Op 15 oktober 1986 zond Brokx de Tweede Kamer ewen 'tussentijdse evalua tie', maar een dag later besloten twee kamercommissies dat er onderzocht moest worden of een Parlementaire En quête ingesteld moest worden. Diezelfde dag, zo bleek later, zond CDA-fractievoorziter Bert de Vrie een vertrouwelijke brief aan premier Lubbers waarin hij schreef „dat het twijfelachtig is of iemand, die in de komende tijd regelmatig vereenzelvigd zal worden met een beleid, dat ruimte liet voor ontoelaatbare praktij ken van beleggers, voldoende politiek gezag zal behouden om beleidsmatig en in het verkeer met beleggers orde op zaken te stellen." Bert de Vries meende „dat Gerrit (Brokx red.) er- zowel politiek als persoonlijk- wijs aan zou doen de weg vrij te maken voor een andere bewindspersoon op deze post." De brief lekte een week later via deze krant uit en Brokx diende zijn ontslag in. Op 26 november werd besloten tot een Parlementaire Enquête, met als voorzitter de PvdA-er Klaas de Vries en de ondervoorzitters Weijers (CDA) en Van Rey (WD). Vanaf 12 januari 1987 begon een leger medewerkers aan de voorbereiding van de enquête. Op 20 augustus waren hadden al ruim 84 voorgesprekken plaatsgevonden met ge tuigen. De openbare verhoren begonnen op 31 augustus. De laatste van de 77 openbare getuigenverhoren vond plaats op 5 november. Het eindrapport met een omvang van 3000 pagina's werd, na enkele vertragingen, gisteren officieel aangebo den aan de voorzitter van de Tweede Kamer' De enquêtecommissie lette op de kleintjes, want van het toegestane budget is nog ongeveer 1 miljoen gulden over. Van onze Haagse redactie DEN HAAG - Niet de beleg gers in de bouw, maar een bedroevend slecht werkend departement van Volks huisvesting én de Algemene Rekenkamer zijn verant woordelijk voor een ver spilling van honderden mil joenen guldens aan bouw subsidies. Ex-staatssecretaris Brokx heeft op vele punten gefaald, de Tweede Kamer herhaalde ma len bewust geen inlichtingen verschaft en op eigen houtje subsidieregels toegepast. Het gebrek aan controle door Brokx was onverantwoord en het toezicht daarop van de Al gemene Rekenkamer volstrekt ontoereikend. De solo-acties van ex-minister Gruijters wa ren ontoelaatbaar en zijn ver klaring daarvoor slechts vis serslatijn. In het gisteren aan de Tweede Kamer aangeboden eindrapport van de Parlemen taire Enquêtecommissie Bouw subsidies (PEB) worden het de partement van Volkshuisves ting, de eigen Accountants dienst en de Algemene Reken kamer tot de grond toe afge broken. Na anderhalf onderzoek en 77 getuigenverhoren pleit de Enquêtecommissie de grote be leggers echter praktisch vrij: het departement liet zoveel on duidelijkheid bestaan voor be leggers dat deze niet van „laak baar" gedrag kunnen worden beschuldigt. Het ministerie van Volks huisvesting controleerde wél de sociale woningmarkt, maar bewust niet de beleggers die de premie-huurwoningen voor him rekening namen. Volgens de enquêtecommisie is dat on toelaatbaar. De vrijheid die de beleggers daarom kregen en de prijs die het departement daarvoor over had was te hoog. „Het departe ment vond het belangrijker be leggers niet af te schrikken dan om subsidies zorgvuldig uit te keren. Veel van datgene wat als een onjuiste en onbedoelde uitvoering en toepassing van de regelingen kan worden be schouwd, is in dit licht de prijs die door het departement min of meer bewust is betaald voor de participatie van de beleg gers in de bouw," zo oordeelt de enqueêtecommissie. Deze ja renlang volgehouden opvatting van het departement heeft tot een gigantische verspilling van overheidsgeld geleidt. „De ge brekkige controle op het depar tement heeft het mede mogelijk gemaakt dat door foutieve ambtelijke toepassing van de regels honderden miljoenen guldens ten onrechte zijn uit gekeerd". Ex-staatssecrtetaris Brokx, die in oktober 1986 moest op stappen omdat CDA-fractie- voorzitter Bert de Vries vond dat hij gedurende een parle mentair onderzoek geen staats secretaris kon zijn, wordt door de enquêtecommissie van alle bewindslieden het hardst aan gepakt. Bij de drie onderzochte bouwsubsidies, de 'regeling '68' de regeling '75' en bij de omzetting van pre- miehuur- naar premiekoopwo ningen (OKH) heeft de ex-be windsman op meerdere gebie den gefaald. De kern van de regeling '68' was dat beleggers per huis (ob ject) een vast subsidiebedrag kregen, dat hoger was naar mate de bouwkosten lager wa ren. Het ministerie moest dus goed controleren of de door de beleggers opgegeven bouwkos ten klopten. Dit gebeurde ech ter niet, ondanks het feit dat het ministerie daar herhaalde malen voor gewaarschuwd wa ren. De 'trucs' die beleggers toepasten om de bouwkosten te drukken werdenb door het mi nisterie getolereerd. „Het feit dat de stichtingskosten van be leggers woningen niet werden gecontroleerd berustte minder op een concreet besluit bij de voorbereiding dan op een reeds lang binnen het departement gevolgde gedragslijn," aldus het rapport. De commissie heeft echter geen bewijs gevonden van het zogenaamde herenakkoord tussen het ABP en het ministe rie. Daarin zou afgesproken zijn dat het ministerie ooglui kend zou toestaan dat bouw kosten onjuist werden opgege ven. Ex-directeur beleggingen van het ABP, Masson beweerde dat het herenakkoord wel was afgesproken. De Algemene Rekenkamer, die de in -en uitgaven van alle departemten controleert, heeft absoluut gefaald bij de controle op die bouwkosten. Ondanks jartenlange rapportages over het foutieve gebruik van de re geling '68 negeerde de top van de Rekenkamer die rapporta ges: „volstrekt ontoereikend," aldus de enquêtecommissie. De kritische rapporten vie len ook bij het ministerie in de prullenmand. Top-ambtenaar Steensma wordt door de en- quêtecomissie hiervoor gena deloos afgestraft. „Een niet mis te verstaan signaal over een onbedoelde toepassing van de regeling is op basis van onei genlijke argumenten terzijde geschoven. Deze nalatigheid heeft mogelijkerwijs ook nog grote financiële gevolgen voor het Rijk gehad," zo luidt het keiharde verwijt. Bij de uitvoering van de nieuwe regeling, de '75', die de regeling '68' rond 1975 verving faalden volgens ex-minister Gruijters en ex-staatssecreta ris Brokx. Met die nieuwe re geling wordt meer rekening met inflatie en schommelende kosten. Kenmerk van de rege ling is dat er nu juist méér sub sidie te verkrijgen is als de bouwkosten hoger uitvallen. De beleggers zien er niet veel in.Het eigenmachtig genomen besluit van Gruijters om, ter wijl de regeling '68' formeel al afgeschaft is, beleggers nog maanden te laten profiteren na de oude regeling zonder de Tweede kamer daarvan op de hoogte te brengen, is ontoelaat baar. Gruijters afgebroken. Ook de wijze waarop de mi nister de oude regeling nog toe paste vindt de commissie uiterst bedenkelijk. Gruijters zei in zijn verhoor dat hij via het uitzetten van een klein visje (het laten gebruiken van een oude regeling) een grote vis wilde vangen (beleggers warm maken voor een minder aan trekkelijke regeling). Volgens de commissie heeft Gruijters zijn doel hier niet mee bereikt. „Het verhaal over de visjes en de vissen beschouwt zij als vis serslatijn." De commissie vindt dat een minister niet van de re gels mag afwijken. Prof. mr. Scheltema, hoogleraar be stuursrecht, noemt de handel wijze van Gruijters ook on juist. Volgens de commissie heeft staatssecretaris Brokx én zijn ambtelijke top gefaald bij de behandeling van de beruchte nota Post. In die nota gaf hoofd-ingenieur Post een voor beeld, hoe het ABP in de rege ling '75 onjuiste, te hoge, bouw kosten opgaf om zo meer subsi die in de wacht te slepen. Post stuurde de nota persoonlijk aan de verantwoordelijke di recteur-generaal Koopman. Die deed er niets mee, en zei la ter dat iedereen die zijn aan dacht wil hebben dat krijgt door bij hem binnen te lopen. De commissie; „Deze verkla ring is niet afdoende. In de ivo ren toren van het departement in Zoetermeer wist men dat de werkelijkheid anders was en er bestond kennelijk geen aanlei ding om eens met de brenger van de boodschap naar de door hem geconstateerde feiten te kijken." Het verwijt aan Brokx is - foto anp harder. Deze is volgens de com missie op de hoogte gebracht van de nota Post en heeft aan al deze verslagen onvoldoende aandacht besteed. Brokx ging volgens de en quêtecommissie opnieuw in de fout toen hij het ABP onder hands één procent extra subsi die beloofde. Hij meldde dat niet aan de Tweede Kamer. Dit vindt de commissie een vorm van ongelijke behandeling en bovendien meent de commissie dat Brokx de Kamer op dit punt onvolledig geïnformeerd heeft. De ex-staatssecretaris maakt ook fouten bij de derde, door de parlementaire enquê tecommissie onderzochte sub sidieregeling. Bij deze OKH- regeling (omzetting van pre- miehuur- naar premiekoopwo ningen) heeft Brokx volstrekt op eigen houlje gehandeld. Doordat premiehuurwoningen slecht verhuurd werden ont wierp Brokx een regeling, zo dat die woningen omgzet kon den worden in premiekoopwo ningen. Brokx liet ook, zonder dit te melden, 947 vrije sector woningen omzetten. „Er valt van een beleidslijn weinig te ontdekken. De ministerraad, de Tweede Kamer en het ministe rie van Financiën is voorge houden dat de omzetingsrege- ling gold voor premiekoopwo ningen. In de praktijk is daar aan niet de hand gehouden," aldus de commissie. Brokx had het Kabinet en de Tweede Ka mer moeten informeren. „De omzetting van vrije sectorwo ningen heeft zich in het sche merduister afgespeeld," aldus het commissie-oordeel over de derde onderzochte regeling. Door Marcel van Lingen DEN HAAG - Op de derde dag van de openbare verhoren van de Parlementaire Enquête Bouwsubsidies, 3 september vorig jaar, zette de de directeur van een van de grote beleggingsmaatschappij Nationale Nederlanden, J. C van Spronsen, de toon voor het gisteren aangeboden eindrapport van de enquêtecommissie. Afgemeten en strak articulerend trok hij ten strijde tegen iedereen die de beleggers tot die tijd als de Grote Boze Wolf in Subsidieland beti telde. „Hier en daar zijn er berichten over subsi diefraudes. Na vandaag zou ik dat woord niet meer willen horen," aldus Van Spronsen. Hij voegde daar later nog aan toe dat „er dus is ge praktiseerd in overleg met het ministerie, met medeweten van het ministerie en met de leiding van het ministerie." Dat was andere koek. Tot die tijd was ieder een er op basis van beschikbare gegevens vanuit gegaan dat de beleggers als een een horde bloed zuigers de Volkshuisvestingskas ongemerkt hadden leeggezogen. De enqueqêtecommissie dacht dit ook. De on derzoeksopdracht van de commissie ruikt naar een aanstaande slachting van de beleggers. Na 77 getuigenverhoren en 93 voorgesprek ken, bestudering van vijf externe studies en 12 kilometer archiefmateriaal is de bij velen ver wachtte openbare executie van 'De Belegger' van de agenda afgevoerd. Voor wie graag bloed wilde zien heeft de enquêtecommissie echter een andere hoofdschotel rauw opgediend. Nog nooit in de geschiedenis van de Neder landse ambtenarij is een ministerie zo vernieti gend door de mangel gewrongen als in het eind rapport van de enquêtecommissie bouwsubsi dies. Regels waren ondeugdelijk voorbereid, con trole werd noodzakelijk geacht maar stelselma tig vermeden. Lager in rang staande ambtena ren die jaren achtereen vanuit een gloeiend plichtsbesef met niet aflatende ijver onjuisthe den per telex, telefoon, brief en rapport aan hun superieuren in de ivoren toren meldden kregen hun wettelijke jaarlijkse salarisverhoging, maar hoorden of zagen nooit meer iets van hun noodkreten. De subsidiestroom bleef vloeien en door die foutieve ambtelijke toepassing werden honderden miljoenen guldens ten onrechte uit gekeerd. De opstellers en uitvoerders van de regelin gen worden met in totaal 68 negatieve opmer kingen van de commissie de mantel uitgeveegd. De kritiek op het ministerie van Volkshuisves ting mag echter niet helemaal als een hagelbui op het hoofd van die ambtenaren alleen tercht- komen. Afgezien van een onvoorstelbare reeks bta ders en voorbeelden zoals de ambtenaar die jaar lang negatieve rapporten schrijft overi subsidieverlening en eveneens 15 jaar lang gt negeerd wordt door zijn bazen, zijn die eerzam ambtenaren niet altijd geheel uit eigen vrije s zo gul van hand geweest. Jaar na jaar heeft de Tweede Kamer, inns volging van gemeentebesturen, provincies ondernemers de achtereenvolgende minsistes staatssecretarissen en ambtenaren met het m op de keel gedwongen om te zorgen dat de nieuwbouwwijk na de andere uit de grond stampt werd. De flegmatieke minister Schi werd tot grote verbazing bijna door de PvdAi laan uitgestuurd omdat hij in een bepaald ju een paar honderd woningen niet had weten air leveren. De moties, spoeddebatten, interpellaties f schriftelijke vragen voor meer woningen volf den elkaar op met de regelmaat van een toeren stampende hei-installatie. Het departement én de verantwoordelijk zoals Gruijters en Brokx is echter het kwalijk te nemen dat noodzakelijk geachte cd tröles stelselmatig niet nageleefd werden. OS werpers van nieuwe regelingen besteedt maanden om een regeling min of meer dicht te krijgen. Controles werden verplicht f' steld, maar als gevolg van de tot kunst verhev eigenschap om langs elkaar heen te werken, t* landden waarschuwende rapporten nauwelijl bij de man of vrouw die maatregelen zou W nen nemen. De doodenkele keer dat een rappW voorzien van een indrukwekkend aantal diers: stempels, de eindstreep haalde, werd het v(# kennisgeving aangenomen. Het meest onthutsende is echter nog dat' drang om niet te controleren, een eerbiedwaï dig instituut vergiftigde wiens enige taak hel te 'controleren'. De Algemene Rekenkar»5 heeft zich van een onverwacht negetieve laten bewonderen. Zonder met de ogen te knipperen heeft dit stituut jarenlang niet gedaan waar het voor If stemd is. Keiharde rapporten werden terzü' geschoven. Een ambtenaar van de Ai Rekenkamer, gedetacheerd bij het ABP, de loop der jaren kilometers lange telexen stuurd naar zijn superieuren. Het is niet verwonderlijk dat in een van aanbevelingen van de commissie gepleit wo» voor de aanstelling van externe accountants1 het ministerie. Die reeks aanbevelingen is een van de f nige vrijheden die de enqueêtecommissie i veroorloofd heeft toen zij zich soms verbal' soms onthutst door die zee van merkwaai feiten en omstandigheden worstelden. De commissie heeft een reus op lemen voet met een enorme dreun bewusteloos geslaf' Het aftellen gaat binnenkort verder in de rinfj s: Paestijnse jongere gooit met DIN HAAG (ANP) - Pro- teftdemonstraties en sta- kiigen lijken de sterke min van Panama, Manuel Aitonio Noriega, niet te raken. Beschuldigingen o»er drugshandel, corrup- tii en politieke moorden d»et de generaal af als laigenachtige verzinsels vin zijn vijanden. fen aanklacht tegen hem in e Verenigde Staten wegens zjn betrokkenheid bij de La- tjnsamerikaanse drugs- anokkel is volgens Noriega een 'politieke daad' om hem 'th andere nationalistische ltiders in Latijns-Amerika die de VS durven te bekriti- ®ren bang te maken'. Toen de Panamese presi dent, Eric Arturo Delvalle, met Amerikaanse steun de generaal de laan uit wilde sturen, bleek hoe zelfverze kerd Noriega over zijn machtspositie kon zijn. Niet hij moest opstappen, maar de president kon zijn biezen pakken. Maar de macht van de ge neraal dreigt sinds eind vo rige week snel af te brokke len. Behalve politiek en juri- 1 (iisch proberen de VS No- riega nu economisch onder 1 druk te zetten en volgens waarnemers met succes. Met 1 het bevriezen van de Pana- mese tegoeden in de VS lij- 1 ken de Amerikanen de achil- leshiel van Noriega te hebben c UI m s//m is.koopt meteen een lot. Want c f° n mijoen loten. Verdeeld over 3 trekk. lot het half miljoen. Eerste trek- 'rê volgende week woensdag. P^EE

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 4