tormachtige ontwikkelingen in rundveehouderij de superkoe :ruyk e komst van Ltredende krachten rwijs Superheffing hakt in veestapel Gezondheidszorg bittere noodzaak gftTEM ZATERDAG 14 NOVEMBER 1987 ievolgen «een koe meer jmbryo-transplantatie en dubbel-doel-bedrijven zijn tref woorden in een stormachtige ontwikkeling die zich momenteel -oordoet in de rundveehouderij. Een ontwikkeling die in een troomversnelling is geraakt door de melkquotering. Van de lier die op zijn gemak zijn eigen vrouwvolk kon bijhouden en Ie boer die rustig voortploegde, is al lang geen sprake meer. Met allen en opstaan dringen de superstier, de superkoe en de bui- enlandse rundveerassen met specifieke kwaliteiten door in de Irabantse stallen en weilanden. Kassa Alternatief Transplanteur Spoelen De omwenteling die de superheffing te weeg heeft gebracht in de samenstelling van onze rundveestapel komt ook terug in kille cijfertjes van het Centraal Bu reau voor de Statistiek: in 1984 was melkveestapel op zijn grootst, de af name nadien wordt gecompenseerd door een toename van het vleesvee. In Noord- Brabant groeide het aantal melkkoeien van 371.000 in 1980 via 391.000 in 1982 tot het absolute record van 421.000 stuks in 1984. Braks c.s. brachten het aantal melkkoeien in Noord-Brabant vervol gens terug tot naar schatting 346.000 op dit moment. Het aantal mestkalveren in Noord-Brabant liep ondertussen op van 135.000 in 1983 tot 154.000 dit jaar. De groei van het jongvee voor de mesterij was zo mogelijk nog spectaculairder: van 77.000 in 1983 tot 137.000 dit jaar. Zeeland loopt niet helemaal in de pas bij de landelijke ontwikkelingen. Daarbij dient aangetekend dat de rundveehou derij in Zeeland, als gevolg van de spe cifieke infrastructuur van die provincie altijd al een moeizaam bestaan leidde. De afslanking van de melkveestapel manifesteerde zich er wél: van 19.000 stuks in 1980 tot 16.000 stuks op dit mo ment. De kalvermesterij is in het Zeeuwse een te verwaarlozen sector en, anders dan in de rest van Nederland daalde ook het jongvee voor de mesterij er in aantal: van 26.000 stuks in 1980 tot 20.000 stuks op dit moment. Een cruciale rol bij de kwaliteitsbewa king van de Brabantse rundveestapel speelt de Stichting Gezondheidsdienst voor Dieren in Noord-Brabant. Ziekten als abortus bang, mond- en klauwzeer en tuberculose kunnen rampen teweeg brengen, niet alleen voor de rundveesta pel maar ook en vooral voor de export positie van Nederland. Met name de ge regelde ontdekking van deze ziekten bij de import van vee toont aan dat controle bittere noodzaak is. Adjuct-directeur prof. M. Tielen van de Gezondheids dienst: „Bij die controle, maar ook in zijn algemeenheid ten behoeve van de gezondheidszorg onder het rundvee zijn identificatie en registratie van de dieren onontbeerlijk. Maar de sinds kort geau tomatiseerde burgerlijke stand van het rundvee is natuurlijk ook van belang bij bijvoorbeeld de melk-produktiecontro- le, de fokkerij en de kunstmatige inse minatie". Tiny Aarts met zijn assistente Ma rlon Lauwers In de keuken van de fa milie Van Beek (linksboven). De em bryo's worden gescheiden van de spoelvloelstof en vervolgens op kwali teit beoordeeld. Alleen de vakman of -vrouw ziet door de microscoop (rechtsboven) dat de bovenste twee embryo's, nog maar een fractie van een millimeter groot, niet le vensvatbaar zijn. Het spoelen van de koeien heeft meer embryo's opgeleverd dan er direct ge plaatst kunnen worden bij de 'draag moeders' op het eigen bedrijf. Het res tant wordt geleidelijk Ingevroren tot een temperatuur van -196" C. (linkson der) Onder het toeziend oog van Adrlon (I.) en Johan van Beek brengt Tlny Aarts een embryo In bij een van de 'draag koeten'. (rechtsonder) schip. Maar ook bij een vaarskalf moet je maar afwachten of de verwachtingen voor melkgift en exterieur uitkomen". Die kanttekeningen vormen echter maar een aanloopje naar de voordelen die ET volgens Aarts zeker óók heeft: „Je kunt in een hoger tempo het vrouwe lijk fokmateriaal verbeteren op het ge bied van melkgift en exterieur. Met min der stieren en in een hoger tempo kun je een fokstierenprogramma afwerken. En een goede koe kan op deze manier veel meer nakomelingen krijgen. Moet het dier haar kalveren zelf dragen, dan is één koeieleven goed voor slechts twee tot drie kalveren. Met ET haal je van een goede melkkoe zo maar zes kalveren. En dat is nog maar het begin van de pyrami- de. Dat heeft tot gevolg dat de melkvee houder embryo's of jonge kalveren kan verkopen zonder de kwaliteit van zijn veestapel aan te tasten. En zo komt er ook rechtstreeks geld terug". erwerkingspakket data! e top 2 van de Nederlands» lren. Na de introduktieopdt onse dermate groot dat wi gebruikers alsmede de een dealernetwerk als het zelfvertrouwen om ook 3 opereren. Een uitstekend) ligheid om flexibel mi atie, om te gaan achten wij en binnen deze snel le aan de basis wil staan iden flink uit de mouwen te aantrekkelijke bonus- een zich snel ontwikkelend nen een enthousiast team hoogwaardige produktet ngsmarkt. ven/tel. 040-582933 :h Onderwijs iratorium Onderwijs lomisch Administratief Ondenj [aal Agogisch Onderwijs 3t- en Vormgevings Onderwijs agogisch Onderwijs ondheidszorg Onderwijs pgisch Onderwijs (Pabo) startbekwaamheid van weer voor de klas wil- f-ochtenden. Br R.H. Mul, nascholings- Dr. J. Ingenhouszplein 2 Door Kees den Exter t superheffing op melk, ingevoerd in 14, zorgde voor een ommekeer in udveeland. De ongebreidelde groei j de melkveestapels zorgde voor gi- usche melkplassen. Op een slecht inent hikte de Europese Gemeen- ip aan tegen een boterberg van 1,3 oen ton en een melkpoederberg van miljoen ton. Met de afzet van een iljoen ton boter alleen al, is een bedrag emoeid van zeven miljard gulden. EG-landbouw-commissaris Frans An- liessen en in diens kielzog landbouw ster Gerrit Braks, haalden hard uit aar de melkveehouder. In 1984 moest Nederlandse boer 8,65 procent min er melk leveren dan in 1983. Elke liter tér bracht, vanwege forse boetes, am- nog iets op. In de jaren daarna werd jtvoor de boeren alleen maar erger. In- asief de korting van dit jaar mogen de ederlandse rundveehouders nu nog Kits 80 procent van de produktie van 983 leveren. Ir. L. Hooghiemstra, secretaris bij de tadbrabantse Christelijke Boeren- CJid(NCB): „De gevolgen van die kor- ig in het eerste jaar vielen nog best i, De inkomens kwamen onder druk, door het drukken van de kosten en et opvoeren van de produktie per koe de boeren hun inkomen nog wel landhaven. Maar wat de melkveestapel ec betreft, was de rek er daarmee wél lit, Nadien zijn de boeren echt naar al- eraatieven moeten gaan zoeken om het oofd boven water te houden". o kregen de melkquotering en de super- leffing gevolgen die in 1984 niet of am- ler te vermoeden waren en die zich nu and beginnen af te tekenen. Hooghiemstra somt ze in rad tempo over de funktie kan en worden bij Dhr. P. v. Hoppe, (-22911 erden worden verzocht een fbrief te richten aan |lding B.V., Postbus 2, sterhout, ouw E. Koops, afd. P.Z. oosterhout tel. 01620- 22911'. dinggevende kapaci- is van vrachtauto's, rerlenende of een iw schriftelijke ostbus 79. eer D. A. Zandvoort, Als er minder melkkoeien komen, dan er oók minder kalveren geboren, in zoals dat altijd gaat met een schaars de toch al niet zo florissante kal- ermesterij kreeg te maken met stijgende lankoopprijzen. De jongvee-opfokkers kregen steeds under aanbod, want de melkveehou- crs kregen op eigen bedrijf steeds meer talruimte om hun eigen jongvee op te okken. Datzelfde lot was de stierenmes- irs beschoren. Door het alsmaar stijgende aanbod an slachtvee daalde de vleesprijs tot een at Hooghiemstra noemt 'belabberd' ni- eau. Amper enkele jaren na het wegsmelten de boter- en de melkpoederberg aeeg een zuivelgigant als Campina te maken met een voor de leek moeilijk te jTijpen tekort aan melk. Ir. Hooghiemstra: „Feitelijke oorzaak dat Campina vooral produceert voor export én te maken heeft met een on- jelijkmatig aanbod van melk. Iedereen kan dan wel roepen dat een melktekort )nzin is, feit is dat een bedrijf als Cam- jina in de praktijk merkt méér melk no- cte hebben en dus gedwongen is van- Duitsland te importeren". Daarmee zijn enkele vertrekpunten pchetst voor een ontwikkeling waarin e hoofdlijn is dat de nog toegestane loeveelheid melk geproduceerd wordt ■Wi zo min mogelijk koeien en dat de ijkomende stal-, weide- en voedercapa- rendabel gemaakt (moeten) wor- 1 met rundvee dat in een zo kort mo- jke tijd de slachtrijpe staat bereikt. een tijd van torenhoge investeringen !m S ^0e kang geen koe meer. Een I ™hoe is alleen nog een melkkoe als zij voor een maximale melkgift en een r eeskoe is aUeen nog een vleeskoe als zij ld k°rt mogclijke tijd een rendabel lichtgewicht bereikt. Daarop is van- 6 de dag alles gericht, daarvoor wor- onverwachte en onvermoede kun- l«m uitgehaald. 1/err' kunstmatige inseminatie (K.I). 1de 1 kevruchting van 75 procent van •roeien komt geen stier meer te pas, v ans met lijfelijk. De eerste aanzet mnü i overgr°te deel van het jonge I ttnra Ven m het z"iden van ons land Da êegeven in Oerle, bij Veldhoven, ortw Staan ve'e tientallen fok- en vwfslleren van de (coöperatieve) KI- Ix,- "Jëmg Zuid met 8.000 leden in I Per t bant en L™burg. Drie keer I wee weken bespringen de stieren !ea koeiehuid afgedekte steüage ia.Zfr®en zo.voor gigantische sper- die in het naastgelegen labo- Ivoren word ^erZ°C'1 Istierm VOorraaci wordt aangevuld met I Van t0Pstieren uit de hele wereld. eio»„._L stieren is bekend hoe de I Ren ft i PPen ^j11 van hun nakomelin- kwaliteit"!®^6 gegevens daarbij zijn de van uier en spenen, de melk- 1 de bespiering, het exterieur, het beenwerk, de melkproduktiekenmer- ken, het exterieur en het verloop van de geboorte van de nakomelingen. Uitgebreide catalogi geven van tientallen stieren dergelijke gegevens weer en daar uit kan de boer zijn keuze maken. De stier komt niet meer langs op de boerde rij, maar de inseminator, met rietjes vol diepgevroren sperma. Valentin bijvoor beeld is de topstier van KI Zuid. Vorig jaar was hij in zijn eentje goed voor 108.000 inseminaties. Jaarcijfers van KI Zuid zijn een goede graadmeter voor de wijzigingen die zich voordoen in de populatie van onze stal len en weilanden. Het (roodbonte) Maas-Rijn-IJssel-vee (MRIJ) bijvoorbeeld is feitelijk dubbel- doel-vee: goed voor de melkproduktie maar met het accent op de vleesproduk- tie. Door de 'specialisatie per koe' daalde het aantal inseminaties met MRIJ- sperma bij KI-Zuid tussen 1980 en dit jaar van 60 procent naar 36 procent. De boeren stapten over op de Holsteiner en dan met name de rood-bonte Holsteiner, óók een dubbel-doel koe, maar met een zwaar accent op de melkproduktie. Het aandeel van de rood-bonte Holsteiner- inseminaties bij KI Zuid nam in zeven jaar tijd toe van vier naar 17 procent. Johan van Beek met Kaat 24 bij 2 van haar nakomelingen die vla embry- transplantatle ter wereld zijn gekomen. via fokprogramma's gaat de boeren te langzaam. Daarom kopen ze in het zui den alles wat los en vast zit". Volgens Laeven heeft deze nieuwe ontwikkeling talrijke negatieve aspecten: „Certificaten over de gezondheid en de afstamming van deze import-dieren hebben geen en kele betekenis. Je kunt ze in het buiten land gewoon kopen". Een mening overi gens die niet gedeeld wordt door de Stichting Gezondheidsdienst voor Die ren in Noord-Brabant. Fel tegenstander van die toenemende import is ook ir. A. Wassenberg, direc teur van de Veecentrale van de NCB: „Men laat zich maar wat aansmeren, als het bij voorkeur maar niet rood- of zwartbont is. Die import verloopt vol strekt chaotisch, met een onverant woorde prijsstelling en overdreven mar ges. Veel verstandiger is om in eigen land te werken aan goede fokprogramma's. We hebben er de kennis en de mogelijk heden voor". plantatie levert in toenemende mate een bijdrage aan de ombouw van onze rund veestapel. ET, want dat is de vakterm, maakt het voor de 'gewone' boer moge lijk om een topdier in huis te halen. Een boer kiest uit een catalogus een topstier of beter gezegd diens sperma. Daarmee worden koeien geïnsemineerd die de beste perspectieven hebben als het gaat om melkgift en exterieur. Dat dier krijgt door middel van een hormooninjectie een super-ovulatie: de tochtige koe pro duceert dan niet het ene gebruikelijk eitje, maar wel een tiental of meer. Ook de 'draagmoederdieren' krijgen hormo nen toegediend. Met deze hormonen wordt de tochtigheid van de beesten ge regeld. De tochtigheid van alle betrok ken koeien moet namelijk gelijk lopen. Embryo-transplantatie kampt nog met twee problemen. Gelet op de kosten is het aantal bevruchte eitjes per ingreep nog te beperkt. Bovendien kan het ge slacht van de embryo's nog niet bepaald worden. En een ET-stierkaïf is geen dub beltje meer waard dan een gewoon stier kalf. Het einde van de embryo-ontwikkelin gen is voorlopig nog niet in zicht. Er wordt al driftig gesproken over de ge slachtsbepaling van de embryo's. Als de boeren namelijk voor de transplantatie kunnen vaststeüen welke embryo man nelijk en welke vrouwelijk is, hebben ze nog meer greep op de 'natuur'. Dan kan van tevoren het ongewenste mannelijke geslacht verdwijnen en dat scheelt de boer weer in de kosten. Tiny Aarts, als embiyo-transplanteur in dienst bij KI Zuid, beweegt zich inmid dels al vijftien jaar in de wereld van em bryo-transplantatie. In 1971 studeerde hij af aan de afdeling Landbouw van de Hogere Agrarische School in Den Bosch. Hij ging als laborant aan de slag bij de afdeling verloskunde van de faculteit diergeneeskunde in Utrecht, bij profes sor Brand: „Daar heb ik me kunnen be kwamen in aUe facetten van embryo- transplantatie. De opdracht was om ET op niet-chirurgische wijze bedrijfsklaar te maken. In 1976 was het zo ver, maar de landbouw had amper belangstelling, druk als men was met de schaalvergro ting in de veeteelt. Op uitnodiging ben ik toen naar. Nieuw-Zeeland gegaan met een kennis van Brand die de opdracht had daar ET op poten te zetten. Toen hier in Nederland de belangstelling voor ET toenam ben ik teruggekomen". We ontmoeten Aarts op de boerderij van de familie Van Beek in Teteringen. Hoewel hij inschat de eerste transplan teur in Europa te zijn, staat hij met beide benen op de grond: ,,'t Is en 't büjft een gok. Door allerlei factoren kost een ET- kalf al bij de geboorte 500 gulden duur der dan een gewoon kalf. Is 't dan een stiertje, dan zit je voor 500 gulden in 't Alle stieren die in Oerle op stal staan, zijn eigendom van KI-Zuid. Door hun afstamming veelbelovende jonge stiertjes worden opgekocht voor de aantrekke lijke standaardprijs van 1500 gulden. Wordt de stier na de proefperiode opge nomen in de fokstierenstal, dan krijgt de oude eigenaar nog eens dat bedrag. Maar pas als het dier uitgroeit tot een topstier, dan gaat de kassa echt rinkelen voor de oude eigenaar. Want dan brengt ieder rietje sperma twee kwartjes op en in het geval van Valentin praten we dan over ruim 50.000 gulden op jaarbasis. Het aantal inseminaties onder de vlag van de KI Zuid is overigens over zijn toppunt heen. Extreem gesteld maakt een KI-vereniging zich vandaag de dag overbodig. Door het 'opfokken' van de melkgift per koe daalt het aantal runde ren dat voor onze melkplas nodig is. Daarnaast is er een sterke toename van de import van jongvee uit met name Bel gië en Frankrijk. Geschat wordt dat die import de laatste jaren 200.000 stuks be draagt. Ir. A. Laeven, directeur van KI Zuid: „De ombouw van onze rundveestapel naar zuiver melkvee en zuiver vleesvee Wassenberg zegt dat op termijn en als gevolg van de superheffing de vleeskoe het meest voor de hand liggende alterna tief is voor de melkkoe: „We hebben er de staüen voor, het land, het voer en de arbeidskracht. Van de dubbel-doel-koe moeten we toe naar de dubbel-doel-stal- len. Boeren moeten hun beste jonge koeien aanhouden voor de melkproduk tie en die daarop ook insemineren. De minder producerende melkkoeien moe ten dienen als uitgangspunt voor de vleesporduktie. Uit die hoek moet ook de opfok van jongvee komen". Ook de toepassing van embryo-trans- Met de inseminatie vererven de embryo's de kwaliteiten van de 'superstier' en de 'superkoe'. Zeven dagen na de bevruch ting wordt de zwangere koe 'gespoeld'. Met een speciale vloeistof worden de embryootjes, nog veel kleiner dan een millimeter, uit de baarmoeder gespoeld. In een provisorisch laboratorium, inge richt in de keuken van de boerderij, wor den de embryootjes gescheiden van de spoelvloeistof. Onder een microscoop worden de embryo's op hun kwaliteit be oordeeld. Vervolgens worden ze geïm planteerd bij andere koeien. Omdat de erfelijke eigenschappen van het toekom stige kalf dan al bepaald zijn doen de kwaliteit en de erfelijke eigenschappen van de 'draagmoeder' er al niets meer toe. Met een beetje geluk kunnen zo meerdere koeien voorzien worden van een super-embryo. Embryo's die 'over' zijn kunnen worden ingevroren of ver kocht. En drie weken later, bij de vol gende ovulatie van de superkoe, kan het zelfde kunstje herhaald worden. - FOTO'S DE STEM/JOHAN VAN GURP Tlny Aarts, bezig met het spoelen van de baarmoeder van Kaat 24. Johan van Beek kijkt toe.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 7