s p E C I F I E K 'T DESTEM PRAKTISCH BOEK OVER OMGAAN MET DEMENTEN UW AUTO ANTI ROEST BEHANDELD? H.0.MJ j taris, penningmeester, tter. Het gemiddelde or van een beetje club. Wee voorzitters, twee ins op één schip, uit ze. Bingo EEN VEILIG 6EV0EU LAAT UW AUTO GRATIS INSPECTEREN T HORECAPAPIEREN huur gevraagd van p* soon uit Terneuzen tÏ 01883-19293. eb. iath HD- lid met Zat. 14 nov. om 19.30 café Sleepbootje, Dom» 119, Kieldrecht (B). VRIJDAG 13 NOVEMBER 1987 Een goede onder- binnenbehandeling js van groot belang L. Reksestraat 4 Terneuzen Tel.: 01150- 4.00 Jan ent oewel, er is een club net twee voorzitters dan voortreffelijk uit >eten kan: de Kadett voorzien van o.a. be- mstrips op de flanken, banden met sport n, exclusieve striping, eve bekleding, van m uit verstelbare nspiegels, waarschu- szoemer voor brandend dagteller, mistachter- plus een fraai Club- eem op de zijkant ïn dan nog is volop extra leverbaar: schuif- automaat getint glas, egt het maar. Onder de motor kap biedt de Club ook ruime keuze. Uit de 1.3, de 1.6, de 1.8 schone Euronorm-motor en de 1.6 Diesel-motor. )e Kadett Club is er 3, 4 of 5 deuren. En met gemak ruimte drie kinderen met hun >r en moeder. Die voor n dus. ÏL KADETT CLUB: (TAF f23.376,-. jementie krijgt de laatste jaren steeds meer aandacht. De lijst boeken over het verschijnsel groeit. Daarmee vordt langzaam maar zeker een la- ie in de Nederlandse literatuur op terrein opgevuld. Die lijst is on langs verrijkt met een opvallend boek van Huub Buijssen. Opvallend in die zin dat Buijssen tal van praktische tips geelt voor de omgang met de- oenterende ouderen. Met andere voorden: het boek ('Dementie: Een praktische handreiking voor de om- rang met dementerende ouderen', litgeverij Boom) voegt iets toe aan de sstaande literatuur. Door Theo Vliegenberg e oen ik een jaar of tien geleden stage liep in een verpleeghuis in Enschede wist ik me geen raad met demente mensen. Van sommigen hoorde ik steeds hetzelfde verhaal. Moet ik luisteren of het gesprek af breken, bedacht ik. Ik wist het niet. Al met al was het heel raar. Medebe woners zaten te lachen. Ze kenden het verhaal al en beseften dat er iemand gek zat te doen. Dat ze zelf ook zo waren, zagen ze niet'. We zijn nu tien jaar verder en voor Huub Buijssen is er veel veranderd. Hij studeerde af in de psychogeron- tologie en mag op basis daarvan deskundig heten als het gaat om de psychologische kanten van het ver ouderingsproces. Bij het Kruiswerk in Breda, waar hij stafmedewerker is, en bij de gespreksgroepen voor fa milieleden van dementerende oude ren wordt dikwijls een beroep ge daan op zijn deskundigheid. „Probeer de oudere geen nieuwe dingen meer te leren. Dit is verspilde energie. Activiteiten die tot voor kort nog uitgevoerd konden worden, maar nu te ingewikkeld zijn geworden -bijvoorbeeld het bed opmaken of eten met mes en vork- kunnen niet meer aangeleerd worden, omdat het geheugen te kort schiet: men vergeet te snel". Een woord dat wat Huub Buijssen betreft gerust tussen aanhalingste kens geplaatst mag worden. Want was is deskundigheid? „Ik moet in mijn beroep mensen adviseren hoe ze zich tegenover dementerenden het beste kunnen gedragen. Maar toen mijn vader dementeringsver- schijnselen vertoonde, reageerde ik net zo machteloos als de mensen die ik als zogenaamde deskundige moet helpen. Mijn vader was 58 toen hij de ziekte van Parkinson kreeg en na ja renlang medicijngebruik verschijnse len van dementie ging vertonen. Hij is nu 70. In de loop van de tijd is hij zover achteruitgegaan, dat hij met al les geholpen moet worden. Het idee dat ik mijn ouders, naast hopelijk veel andere mensen, misschien zou kunnen helpen met tips is voor mij een extra reden geweest het boek te schrijven". EXTRA DIMENSIE „Ik kende allerlei droevige ervarin gen van familieleden van demente- „Pas u aan aan het tempo van de oudere. Alles verloopt traag, ook het denkproces. Omdat de oudere .(bijna) alles wat hij meemaakt vergeet, zijn veel bij ons bekende en vertrouwde dingen voor hem nieuw en onbekend". 'Aanvaarden kun je het niet' renden, maar de ziekte van mijn va der gaf een extra dimensie aan dit al les. De herkenbaarheid werd er niet alleen groter door, maar ook emotio neler. Elke keer als ik mijn moeder in Hegelsom opbel gaat ons gesprek over vader. Vaak barst moeder dan in huilen uit. En dat terwijl ze hele maal niet klagerig van aard is. Als moeder van negen zoons en drie dochters weet ze juist van aanpak ken. Elke keer na ons telefoonge sprek bekruipt me dat gevoel van machteloosheid, verdriet en kwaad heid. Waarom moet het ons overko men, denk je dan. Waarom kan ik er zo weinig aan doen?" Het idee van het boek 'Dementie' ontstond een jaar of drie geleden. De verpleegarts Theo Razenberg uit Geertruidenberg kwam met een script van 100 pagina's bij Buijssen met de vraag het eens te bekijken. Huub Buijssen had al verschillende publicaties over hulpverlening aan ouderen op zijn naam staan. (Een re cent boek van hem is 'Zorgen voor Ouderen'). „Het bleef niet bij redige ren. Van de 100 pagina's ging er ruim de helft uit, waarna ik het boek, in goed overleg met Theo Razen- berg, uitbreidde tot 150 pagina's. Er zat te weinig in over de omgang met dementerenden, vooral in de thuissi tuatie. Ik wilde tips en praktijkerva ringen doorgeven". EHVARING In het boek van Huub Buijssen en Theo Razenberg staat de verpleeg kundige invalshoek centraal. „De mentie is geen medisch probleem. Een arts heeft een reparerende func tie. Als hij te maken krijgt met een ziekte waartegen geen kruid is ge wassen, staat hij met de mond vol tanden. Dementie is zo'n verschijn sel. De ziekte is een feit, kan niet ge nezen en dus zit je met de vraag wat je moet doen om de situatie te ver lichten. Verpleging en verzorging ko men dan om de hoek kijken. Demen tie is een praktijkkwestie, gericht op de patiënt en zijn omgeving". Vergeet de humor niet. Moeilijke situaties zijn vaak gemakkelijker te hanteren als u kunt lachen. Ook de dementerende vindt het prettig als hij iemand ziet lachen (zolang hij niet het gevoel heeft dat hij zelf wordt uitgelachen). De lach is een taal die een dementerende tot aan zijn dood toe begrijpt. Een speelse, niet al te serieuze aanpak is überhaupt vaak de beste manier om met de dementerende om te gaan. Ernst bedrukt de dementerende nog meer dan onszelf". „Als je praktijkvoorbeelden wilt weten, moet je die vragen aan ver pleegkundigen. De gezinsverzor ging, verpleegkundigen en familiele den van dementerenden weten een heleboel op dit terrein. Ik heb allerlei gegevens verzameld van gespreks groepen, waarin partners en kinde ren van dementerenden zitten. Die mensen kunnen elkaar helpen. Ze praten uit ervaring". KINDERACHTIG „Zelfhulpgroepen zijn erg belangrijk. Op de eerste plaats brengen ze een stuk herkenning. Je hoort dat je niet de enige bent die met schuldgevoe lens zit. Elk familielid van een de menterende mens heeft daar last van. Je merkt dat je niet de enige bent die zijn geduld wel eens ver liest". „Op de tweede plaats reiken de deelnemers aan zelfhulpgroepen elkaar tips aan hoe je met bepaalde problemen moet omgaan. Een voor beeld: een van de deelnemers ver telde dat hij niet meer wist hoe hij zijn demente moeder bezig moest houden. 'Weet je wat ik vaak doe?', zei een ander. 'Ik leg een hoop cen ten, stuivers, dubbeltjes en kwartjes op tafel en ik laat haar sorteren: cen ten bij centen, stuivers bij stuivers enzovoorts'. Dit lijkt kinderachtig, maar voor de dementerende is dat sorteren niet alleen nuttig, maar ook aangenaam werk. Trouwens, wij de den vroeger toch niet anders met leg-puzzels". JALOERS De persoonlijke omstandigheden van Huub Buijssen vormden een ex tra motivatie om het boek 'Dementie' te schrijven. „Het probleem van mijn vader is het drama van mijn moeder. Ik zie hoe ze de ene keer verdriet heeft en dan weer kwaad of machte loos is. Hoe ze jaloers kan zijn op an deren die wel een gezonde partner hebben. Er wordt wel eens gezegd dat, als de man gaat dementeren, de vrouw weduwe wordt van iemand die nog leeft. Dat is waar. Alleen ziet de omgeving dit vaak niet. 'Je hebt hem toch nog', krijgt de vrouw dan te ho ren". „Dat de omgeving je niet altijd be grijpt komt ook, omdat iemand die dement is dikwijls een opleving ver toont als er bezoek komt. Als hij niet in een te ver gevorderd stadium is, tenminste. Vanmorgen zei een col lega tegen me: 'Mijn moeder is aan het dementeren en mijn vader staat er helemaal alleen voor. Als er fami lie op bezoek komt kan mijn moeder plotseling veel meer dan gewoonlijk. De mensen zeggen dan: zo slecht is het niet. En ze zetten vraagtekens bij het verhaal van mijn vader'. Je ziet vaak dat dementerende mensen op hun tenen lopen om een goede in druk te maken. Zeker als ze nog be seffen dat er iets mis is". EINDELOOS GEDULD Huub Buijssen voelt zich betrokken bij de problematiek rond dementie. Dat blijkt uit het enthousiasme waar mee hij over bepaalde hulpmiddelen spreekt. Dat is af te leiden uit de „Neem de oudere serieus en behandel hem als een volwassene. Ook een dementerende kan bijvoorbeeld schaamtegevoelens hebben bij het uitkleden voorde wasbeurt. Hij vindt het eveneens vervelend als hij ergens naar toe wordt gebracht zonder dat men hem heeft verteld wat er gaat gebeuren. Neem de oudere niet zijn portemonnee af: het bezit van geld biedt hem een stuk veiligheid". ernst waarmee hij de symptomen van het verschijnsel belicht. „Aanvaar den kun je de ziekte niet. Je moet proberen er onder de gegeven om standigheden het beste van te ma ken. Dat is moeilijk, want bij demen tie is er steeds sprake van een ach teruitgang van de patiënt. Je kunt je dus niet instellen op iets stabiels. Je loopt altijd achter de feiten aan. Als verzorger of als partner moet je steeds bijstellen. Dat kost eindeloos geduld. Bovendien verloopt het hele proces in een emotionele sfeer. Kijk, ik zie mijn vader niet als een de mente man, maar als mijn vader. En ik hoor de stem van hem van tien jaar geleden". „Dementerenden hebben veel behoefte aan orde en regelmaat. Alle dagelijkse levensverrichtingen zoals eten, wassen en naar bed gaan dienen iedere dag zoveel mogelijk in dezelfde volgorde en op dezelfde tijd te gebeuren. Met het aanbrengen van veranderingen in de omgeving moet men voorzichtig zijn. Orde en regelmaat zijn nodig om de oudere het gevoel van veiligheid te laten behouden". Huub Buijssen (34) studeerde psychologie in Nijmegen, hoofdrichting psychogeron- tologie. Sinds 1983 is hij stafmedewerker bij de Kruisvereniging Breda. In deze func tie geeft hij consultatie en onderwijs (over onder andere dementie) aan wijkverpleeg kundigen. Daarnaast begeleidt hij ge spreksgroepen voor familieleden van de menterenden. Hij is vooral geïnteresseerd in de mogelijkheden wetenschappelijk on derzoek te vertalen naar de praktijk van al ledag, vooral naar ouderen, hun familiele den en eerstelijnswerkers toe.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 15