Vlaamse literatuur uit de fritesdamp Het verschil tussen polemiek en schelden 51e BOEKENBEURS IN BOUWCENTRUM ANTWERPEN GEOPEND JULIEN WEVERBERGH BLAAST BOK NIEUW LEVEN IN Peter Matthiessen doe onnodig vaag over Zen VERSCHENEN Beurse bei DE STEM BOEKENGIDS ZATERDAG 31 OKTOBER 1987 Gisteravond is de befaamde Boekenbeurs voor Vlaanderen voor de 51e keer geopend in het Bouwcentrum, Jan van Rijswijcklaan in Ant werpen. Grollen Bedenksels Spruitjeslucht Ontnuchterend Interessant Brabander I DE STEM GIDS Ch'an Alberto Moravi wordt tachtig Allerschoenen Suske en Wish Hamb> one- G2 Door Henk Egbers Tot en met woensdag 11 november laten alle Nederlands talige uitgevers er tienduizenden boeken zien aan het grote publiek; dagelijks van 10.00-18.00 uur. Als altijd zijn er dagelijks interessante programma's met auteurs te volgen. Bij gelegenheid van deze unieke beurs pakten we enkele boeken uit onze stapel Vlaamse boeken. Een heel mooi boek is 'Brieven uit Nergenshuizen' van Paul de Wispelaere. Deze roman is op gebouwd volgens een 'klassiek' stramien; hij bestaat uit brie ven. Daarin verwijst de auteur niet voor niets naar De Nerval en Proust. Daarbij stelt hij de autobiografie aan de orde. „De schrijver die er zich op beroemt dat hij ten aanzien van zijn eigen leven niets dan de naakte waarheid onthult, weet zelf niet over welke waarheid hij het heeft." Literatuur maakt van feiten een nieuwe werke lijkheid. De relatie schrijver-lezer bij dat proces wordt door De Wi spelaere knap uitgewerkt in deze brieven. .Academische kwesties worden levensecht in zijn min of meer beschouwende epistels aan een jonge vrouw. De antwoorden van deze fan worden in de brieven van de schrijver meegenomen. Het le ven, is daarbij vaak sterker dan de leer, omdat het intellectuele spel wordt gekruid met een groeiende erotiek. Daarbij ver telt hij over zijn voorbije liefde met Sarah. „Terwijl ik probeer haar realiteit toe te kennen vanuit de herinnering, geef ik jou, bijna op dezelfde manier ge stalte vanuit mijn verbeelding. In beide gevallen is de werke lijkheid onbereikbaar." De Wi spelaere neemt in deze roman veel problematieken rond schrijven en lezen mee (de functie van het woord; de rela tie kunst-leven; de autonomie van het literaire werk; soorten biografieën; etc.). Waarom schreef Proust? „Niet om de tijd vast te leggen en te doden, maar om hem integendeel een gestalte te verlenen die zolang zal blijven leven als er lezers zijn," antwoordt De Wispelae re. Deze week verscheen nog van Paul de Wispelaere: 'De broek van Sartre'. Wat in de roman speels wordt gebracht wordt in dit boek - veel uitvoe riger - gedoceerd door de hoog leraar van de universiteit van Antwerpen. De helft van het boek (221 pagina's totaal) bevat beschouwingen over Louis Paul Boon: een commentaar bij 'Mijn Ideine oorlog' - „Boon droomde in die tijd van een ac tieve samenwerking en een eenheid tussen de schrijver en zijn lezers"? - en een tweede analytische beschouwing bij 'De bende van Jan de Lichte'. „Onder zijn pen heeft de 'herschreven bladzijde uit onze geschiedenis' de vorm aange nomen van een tragikomedie waaraan hij slechts, met het ene been in de 18e en het an dere in de 20e eeuw, in zijn veelvoudige ambigue status van schrijver kon participeren. Verder bevat het boek analyses van werk geschreven door Ma rio Vargas Llosa, Monika van Paemel, Andreas Burnier en Max Frisch. Hij memoriseert dat Burnier aanvankelijk zijn kritische werk te saai, literair technisch en structureel vond en later zelf dit pad opging. Nog steeds geldt deze karakte ristiek wel een beetje. Je moet literair-technisch geïnteres seerd zijn, maar dan heb je aan dit boek met de Sartriaanse titel een boeiende kluif. O ja, dat is te vinden in het laatste artikel over Gombrowicz, die moeite krijgt met een man die gewoon in een broek rondloopt (Sartre) een filosoof ontstond. Herman Brusselmans mag met zijn laatste van de vier boeken ('Heden ben ik nuchter') ook een goede Nederlandse pers ge haald hebben, erg enthousiast ben ik niet over zijn vijfde ro man: 'Zijn er kanalen in Aalst?' Bij de eerste twee hoofdstukken ben ik nog en thousiast om het eigen vlotte toontje en sommige grollen en grappen, daarna wordt het ma teloos irriterend. Dat kan de spijer op de kop zijn omdat hij een irritant milieu beschrijft; weliswaar in het kwadraat, maar het bestaat. Waarover gaat het dan? Nergens over. Dat is 't 'm nou juist. Bijna 200 pagina's 'man nenpraat' met bladzijde na bladzijde, regel na regel over wijven, kutwijven, klootzak ken, neuken, konten, pilsjes, zuipen... Het zijn niet de ter- Paul de Wispelaere. - foto archief de stem men (ze zijn heel functioneel), maar de landerige eentonig heid waarmee Brusselmans ze toepast. Het 'verhaal' gaat over Eduard Kronenburg die in Brussel bij een overheidsin stantie de werklozen boven de vijftig jaar in de gaten moet houden. Saai werk dat hij ver teerbaar maakt met pilsjes en meisjes van het kantoor. Maar zijn Gloria houdt toch stand. Om in de termen te blijven: een klote-roman, maar waar schijnlijk zijn er die het leuk vinden. Een prima schrijver is Stefan Hertmans. Zijn intellectualisti sche spel, verwerkt in een mooie, erudiet geladen taal, schuift banale realiteit binnen absurdistische situaties zodat zijn verhalen de lezer voor op gaven stelt. In 'Gestolde wol ken' zijn twaalf van zijn be denksels gebundeld. In 'Are de Triomphe' staat: „....een van zijn onderhoudende essays, werd voor mij, als kind van dertien jaar, een onoverkome lijk raadselachtig bewijs van de macht der taal. Want ik had, toen al, alleen maar oog voor symbolen. Ik las bijgevolg veel onbegrijpelijks." Dit citaat zegt iets over de manier waarop Hertmans be zig is. In het eerste verhaal, 'Onooglijke angel', stoot je al op zijn scherpe observaties, die in het bizarre of onwerkelijke (wat is dat?) worden doorge trokken. Stootje in 'Edward' op een huwelijk waarin zwanger schappen vragen oproepen, die laten vermoeden, bij de laatste geboorte (de vierde) word je als lezer helemaal op het ver keerde been gezet. In het titelverhaal heeft hij het over prototypen, projecties en utopieën, die door de gene raties heen de wereld bewonen. Tussen Homerus en Augusti- nus' Civitas Dei ligt hier dan letterlijk een horror vacui, die je ook als lezer moeiliik kunt beheersen. Stefan Hertmans is bij alles ook een moralist die bijvoorbeeld constateert, dat het principe van het doorzet tingsvermogen en de voltooi- ïngsdrift het innerlijk af stompt. Een beschouwing over het omgaan met stank in 'Lo cum tenens' amplificeert deze constatering verder. Het verhaal 'Mango' begint met de constatering „De stad uit lopen bleek onmogelijk. Overal kwamen beelden uit de bioscopen op hem af, plaatsen zich als een scherm dwars over de straat en lieten hem te plet ter lopen tegen de tweedimen sionale droom van de verte." Geen wonder dat er sprake is van een implosie in de hersens, want behalve het feit dat de as sociatieve constructies je af en toe toch wel te machtig kunnen worden, krijg je ook het gevoel dat de auteur verzuipt in zijn eigen beeldspraak. Dan is zo'n lief eenvoudig verhaal van Jos Vandeloo 'Opa's Droom' een adempauze. Misschien een beetje een smartlap in België als één groot dorp, maar dan wel goed ver teld. Opa is een geboren op standeling, een recalcitrante man. Dat ondervinden niet al leen vrienden en geburen, maar ook de Duitsers in beide wereldoorlogen en de pastoor. Opa's leven ging niet over ro zen. Het was knokken gebla zen. Was hij maar rijk! Er ligt ergens een erfenis. Het lukt hem die te bemachtigen. Ze wordt tevens zijn ondergang. Allemaal niet zo bijster origi neel, maar een genoeglijk ver haal voor bij de haard. Waren de jaren zeventig in Ne derland gekenmerkt door een binnenhuisliteratuur waar de spruitjeslucht afsloeg, Vlaan deren heeft nu ook zijn recalci trante schrijvers die het. Vlaamse leven waar de frites damp uit opstijgt geselen. In de inleiding wordt gezegd dat er in en rond Antwerpen het we reldberoemde tijdschrift 'De Brakke Hond' in 1982 ontstond. Dat is ongetwijfeld een reactie geweest op het openen van het Vlaamse Cultureel Centrum in Amsterdam. Het eerste verhaal van de zestien gebundelde bijdragen laat Pamela Koevoets nota bene in Amsterdam spelen met Vrouw van Duyn op de loer en andere interessantigheden. 'Proza als de Belgische camem bert, glad en welriekend', zo wordt gezegd. Dat is geen aan beveling. Pol Hoste brengt op de eerste pagina's dan ook een uitgebreid frietverhaal, terwijl Jos Vandeloo. - foto g. dijkstra Jan Deloof, met een knipoog naar Etienne Leroux, de scène vult met het gezonde Vlaamse volk; van pastoor Notebaert die uit de ochtendmis komt, tot Mi chel Baert bij de Vrije Katho lieke Bibliotheek en Marcel Vandorpe die tegen het Heilig Hart vloekt. Het christelijk zedelijk leven wordt geleverd door Frankie Lemahieu die geperverteerde frustraties in het huwelijk met Marilyn Monroe de dood in stuurt. Herman Brusselmans laat voor de variatie de Duit sers achter zijn grootvader aanzitten en Frank Hellemans bespreekt de goddelijke omni- potentie in Vlaanderen, die on der meer bestaat in dwangneu rotische poetsen van de auto, het vastklampen aan een vrou wenschoot en het kuisen van de keuken. In 'Verhalen uit de Brakke Grond' dus veel ongein. Heel tegengesteld daarmee is de roman van Kristien Hem- merechts: 'Een zuil van zout'; het verhaal van een Vlaamse in Amsterdam. Heel ontnuchte rend, zakelijk en bijna gevoel loos. Hemmerechts, die in 1986 promoveerde op Jean Rhys, lijkt een beetje op een Vlaamse Rhys. In hoeverre dit verhaal autobiografisch is staat er niet bij en doet eigenlijk ook niet ter zaken. In ieder geval kreeg ze voor deze, haar eerste, roman de Prijs van de Provincie Bra bant 1987. Een Vlaamse vrouw, die in Amsterdam studeert, ver vreemdt van de Vlaamse wer kelijkheid. Dat blijkt uit de manier waarop ze bijvoorbeeld met de dood van haar ouders omgaat. Zij is voor haar Vlaamse neefjes en nichtjes een 'gekke tante'. Ze raakt zwanger van een Amerikaanse jongen die Europa doet. De zwangerschapsperiode brengt ze door in haar ouderlijk huis in de buurt van Brussel. Op een merkwaardige manier wordt in die periode haar verleden, dat ze probeert te ontkennen, verweven met haar actuele idealen en levensopvattingen (of het ontbreken ervan). Haar nauwelijks nog aan spreekbare grootmoeder, de ontluisterde boerderij van de grootouders, het maken van een videofilm over dat verle den en het plan een scriptie te maken over dit thema maken deel uit van die kloof tussen verleden en heden. De gevol gen: een doodgeboren kindje, letterlijk en figuurlijk. Een knappe roman, die hard is, maar niet wreed. Omkijken heeft geen zin, zoals de titel van het boek al suggereert. Hem merechts heeft dus in ddze ro man weinig gevoel voor de waarde van de historie. Ander zijds toont het verhaal aan, dat je er niet aan ontkomt. Graag of niet. Een enorme flux de bouche - om het in goed Vlaams te zeg gen - heeft Fons Schoeters. In 'Guy Vagenaars' Goddelijke Komedie' trekt hij veel regis ters open. Hij schrijft met vaart, met een gymnasiaal en hier en daar clericaal taalge bruik trapt hij tegen institu ties, niet in het minst tegen christelijke erfenissen. „Maar noblesse oblige. Wie zich het imago van de vooroorlogse Christus heeft aangemeten moet er de ongemakken bijne men." Guy Vagenaars doet dat allesbehalve. Hij is met zijn 45 jaar zijn huwelijk met Thea, een burgertrut, goed zat en heeft een liefje in het Neder landse Reusel. Opgevoed bij de jezuïeten in Turnhout heeft hij ook de soldaten van Christus toegemeten streken meegeno men en zwerft op en neer tus sen Antwerpen-Oostmalle en Reusel. Daar komt nog bij dat hij werkloos is. De Goddelijke Komedie die hij opvoert mag geen naam hebben. Maar je kunt je wel verlustigen aan de manier waarop Schoeters be hendig schrijft. Paul de Wispelaere: 'Brieven uit Nergenshuizen'. Uitg. H, 26 AO. Paul de Wispelaere: 'De broek van Sartre'. Uitg. H, 32,50. Herman Brusselmans: 'Zijn er ka nalen in Aalst'. Uitg. Bert Bakker, f24,90. Stefan Hertmans: 'Gestolde Wol ken'. Uitg. Meulenhoff, f 27 AO. Jos Vandeloo: 'Opa's Droom'. Uitg. Conserve, 15. 'Verhalen uit De Brakke Grond'. Uitg. H, 19,90. Kristien Hemerechts: 'Een zuil van zout'. Uitg. H, 22A0. Fons Schoeters: 'Guy Vagenaers' Goddelijke Komedie'. Uitg. H, 22,. 50. Door Henk Egbers POLEMIEK heet in het woordenboek 'pennestrijd'. Deze omschrijving is te mager. De kunst van het ruzie-maken of schelden als literaire vorm. stelt andere eisen dan boosaar dig recenseren of ordinair kafferen. „Polemiek betekent: reactie. Alleen integere personen die de waarheid dienen, de ware schrijvers, zullen de polemiek overleven", aldus Julien Weverbergh, die als auteur en uitgever de bundel Bok Elf samenstelde. „In het Winkler Prins Lexicon van de Nederlandse letter kunde staat te lezen dat het kritische tijdschrift BOK tus sen juli 1963 en november 1965 in tien gestencilde afleveringen verscheen. Het blad droeg in derdaad de ondertitel 'kriti sche', maar was in de eerste plaats polemisch getint. Ik was er de uitgever van, en vanaf nummer 5 de enige redacteur. In dat lexicon, uitgegeven door een nu tot mijn genoegen nage noeg verdwenen uitgeversmas todont (Elsevier, red.), kan men ook nog lezen dat het blad voor heel wat commotie in het Vlaamse literaire leven zorgde. En dat is waar. Er werden in die hoogtijdagen van de 'ge stencilde revolutie' heel wat re putaties geschonden, wonden geslagen waarvan sommigen vandaag nog niet geheeld zijn...", vertelt Weverbergh, die nu de tijd weer rijp acht om deze draad weer op te pakken. „De schaamteloosheid van de machthebbers is immers groter dan ooit. Echte schrijvers ont maskeren die. Het gespuis, de grote volksschrijvers die zich in hun werken als helden en in het leven als kruipers en kont1 likkers gedragen, zijn slechts grote schrijvers in schijn", zegt hij, in een polemisch voor woord. Wil polemiek, naar mijn ge voel, ook voor derden boeiend Boudewijn Büch: cash en carry-handel? foto anp Julien Weverbergh. foto archief de stem zijn dan moet je iets proeven van een haat-liefde verhouding tussen scribent en 'slachtoffer'. Daarbij komt het vermogen om zó te kunnen formuleren dat de tekst zelf los van de toevallige aanleidingen interessant is. Is dit allemaal niet het geval dan wordt vaak onder de dekman tel van zorgeheten polemiek een al te persoonlijke vete uit gevochten, wraak genomen of het eigen gelijk bevochten. De literaire wereld is letterlijk en figuurlijk klein. Er staan veel leuke dingen in dit boek, maar of je telkens van een 'polemiek' kunt spreken? Het kwam goed uit om de twin tig auteurs alphabetisch te rangschikken, want de start met Jeroen Brouwers is een goede. Het verhouding tussen Brouwers en Weverbergh is al tijd een polemische geweest Maar hier neemt hij Karei van het Reve op de hak. Hij toont mooi aan hoe deze zich bedient van 'lui en gemakzuchtig ge babbel'. Stel je daar tegenover de bij drage van bijvoorbeeld Mar- tien J.G. de Jong over 'Menno ter Braak en de AKO-prijs' dan is er sprake van een kriti sche reactie, die niet de allure van een polemiek heeft. Nie mand haalt trouwens het ni veau van een Brouwers. BOK- elf bevat hoogst interessante en soms amusante bijdragen, maar echt polemisch vuurwerk is bijna nergens te onderken nen. De titel 'Een uroloog die niet kan pissen' kan dat wel la ten veronderstellen, maar Her man de Coninck velt zijn eigen vonnis met de bemerking: „Ik heb mijn best gedaan om met Speliers van mening te ver schillen. Dat is echter niet ge makkelijk Meestal beweert hij namelijk niets." De Coninck ook niet. Opvallend is hoe vaak Boude wijn Büch onderhanden geno men wordt. Koos Hageraats mag dan schrijven over 'Vero nica als de beeldgeworden vuilniszak' en over 'Büch met zijn cash carry-afdeling boe ken', de 'polemische' opmerkin gen bewegen zich op het niveau van „Het zou me niet verwon deren als Boudewijn Büch een Brabander blijkt te zijn; het culturele credo van die provin cie luidt immers: "t Nukt nie és 't nie goe is, és 't maor veul is'...". Zelfs de bijdrage van Jaap Goedegebuure blijft ste ken in wat kul over het trioofje Warren/Komrij/Büch of: hoe men elkaar het balletje toe speelt in het wereldje der lite ratoren in plaats van mooi doortimmerende verontwaar diging. Lucas Ligtenberg analyseert nog eens de weliswaar mooie grap van Bob Polak en Lucas Ligtenberg met hun bundel 'Dichter bij de mens', maar van polemiek ook geen sprake. Ook Mare Reynebeau kietelt de stoute Jozef Deleu onder zijn kin, die openbaar durfde te zeggen dat nogal wat bekende auteurs in Vlaanderen collabo reerden met de Duitsers in de oorlog. Maar van polemiek? Ho maarEr komt weer wat echte polemische beweging op het eind van het alphabet als Paul de Wispelaere zich boos maakt over de zelfngenomen auteurs André Leysen en Ru- dolf van Moerkerke, terwijl Freddy de Vree zich (niet al te spits) boos maakt over de ac tuele kunstmarkt met zijn be devaartgangers naar Kassei, Venetië etc., waar de predikan ten der nieuwe kunt hoogtij vieren. Gelukkig zorgt Benno Ber nard weer voor echt vuurwerk als hij aan de hand van zijn pennestrijd met het blad 'Onze Taal' duidelijk maakt dat pole misch geschrijf moeilijk gep ruimd wordt. Hoewel hier ook persoonlijk gram wordt ge haald, ligt dit er te duimendik op als Tom Lanoye in een an dere bijdrage nasputtert over zijn niet geaccepteerde confe rence bij een of andere lus trumviering van de Kamer van Koophandel in Arnhem. Dat is te gemakkelijk. Kortom: er wordt in dit boek wat afgele- den, maar leuke polemieken... spaarzaam. J. Weverbergh: 'Bok Elf. Uitg. H, prijs 33,-. Marja du Crocq:.brak weer de draad en ging. Uitg. Intro, prijs 14,50. Dagboek van moeder van kjj dat stierf aan wiegedood, vij f maanden oud. Stephen King: 'Misery*. Uitg. Luitingh. Schrijf wordt geterroriseerd door lezeres, die het maar nj vindt dat hij hoofdpersoon Misery dood heeft laten gaa» A.C. Baantjer: 'Het achtste wonder*. Uitg. Teleboi prijs 15. Nieuwe verhalen uit crimineel Amsterdam. J. Huijbregt en E.T.J. Reindersma: 'In weer en win Uitg. Den Boer, Middelburg, prijs 34,50. Het boek ga een beeld van de oude visserij in Zeeland aan de hai van veel oude foto's. De tekst beperkt zich tot een alt mene schets van de Zeeuwse visserij, afgewisseld mete varingen van drie oude vissers. Veel aandacht krijgt de techniek van de verschillende soorten visserij. F. Köhnen: 'Heerlijke en hartige ovengerechten'. Ui Van Dishoeck, prijs 29,90. In de serie 'Een streling vo de Tong'. 'Gezond opgroeien'. Uitg. J.H. Gottmer, prijs 69,50. A les over gezondheid en ziekte van kinderen onder react van prof. dr. E. Eggermont, prof. dr. J. Fernandes, pn dr. G.B.A. Stoelinga. prof. dr. W.H.H. Tegelaers en pn dr. P.AS. Voüte. Praktische tips, ook ovr veiligheid huis, verzorging in het ziekenhuis, geneesmiddelen herkenning van ziekten. Met uitgebreid register. Alix Kirsta: 'Alles over stress'. Uitg. J.H. Gottme prijs 39,50. Over oorzaken en efecten van stress en thoden om te ontspannen: meditatie, yoga, massage etc' Midas Dekkers: 'De kanarie en andere beesten'. Uil Contact, prijs ƒ16,90. Korte verhalen over dieren met an woorden op vragen als: 'Wat is het verschil tussen hieli likken en kopjes geven?' Met tekeningen van MausSlai gen. Midas Dekkers. - foto ruuo wage«WC Door Wim van Leest In het wereldje van meditatie- en bewustwordingsceÉ neemt het Zen-boeddhisme een vooraanstaande plaatst althans in tal van centra worden Zen-lessen gegeven i wordt gepoogd iets van deze Japanse levensbeschotraii over te brengen op ons westerlingen. Zen is een tak van het boed- slag van zijn kennismaki dhisme die zich kenmerkt door het streven naar de verlichting. Die verlichting is volgens Zen een staat van genade, waarin het hoe en waarom van deze wereld zich in al zijn eenvoud aan de verlichte ontvouwt. De verlichting kan volgens de Zen-boeddhisten vooral be reikt worden via de meditatie (de zittende meditatie heet za- zen en de meditatieve loopoefe ningen heten kinhin) en door koan-studie. Koan zijn een soort hersenbrekers in de vorm van vragen of anekdotes die, mits op de juiste wijze begre pen, tot verlichting kunnen voeren. Een beroemde koan is bijvoorbeeld: 'Wat is het geluid van één hand?' Zen is bovendien een opvat ting van het boeddhisme, waarin het verstand de boven toon voert. In het gewone boed dhisme en ook in andere gods diensten is er volop ruimte voor mystiek, maar daarvan is in Zen nauwelijks sprake. In eerste instantie gaat het om de kracht van het heldere denk vermogen, daarna moet het vermogen aangewend worden om met de ogenschijnlijke on gerijmdheid van paradoxen overweg te kunnen en tenslotte is er een egoloosheid vereist die in staat is met een objectieve manier van denken de eenheid aller dingen te bevatten. van zijn met Zen en zijn 'verslinger! aan deze levensbeschouwii Het boek heeft als onderf 'Zen-dagboeken 1969-1982' bevat een tamelijk gedetó leerd verslag van Matthiessc verblijf in Amerikaanse kloosters en zijn worstelinf met de Zen-levenswijze. vendien bevat het boek verslagen van tochten door Himalaya en Japan en ben het Japanse reisverslag tevs een zeer uitgebreid historis overzicht van de ontwikkel van Zen in Japan. 'De Rivier van de Negenki! pige Draak' is tot op hoogte een zeer lezensv boek, omdat het altijd wel 1« zaam is om te lezen hoe ienu tot een bepaalde kijk op heil ven komt. Maar Matthies» slaagt ep niet in om het wea van Zen bij de lezer over brengen. Wat dat betreft is si boek niet meer dan een hiere daar wat dorre inleiding echte Zen-literatuur. Jeroen Brouwers: het gebabbel van Karei van het Reve. foto archief de stem Zen ontstond als Ch'an oor spronkelijk zo rond 500 na christus in China onder invloed van de Indiase boeddhistische zendeling Bodhidharma, maar beleefde zijn grote bloei in Ja pan. De invloed van Zen op de Japanse cultuur is enorm ge weest. Het Japanse gevoel voor verfijning dat zich onder an dere uit in de bonsai-cultuur en in de dichtvorm haiku is recht streeks uit de Zen afkomstig. Ook de Japanse teken- en schilderkunst heeft zijn hoge graad van perfectie aan Zen te danken, terwijl bovendien veel van de Japanse architectuur terug te leiden is op de vorm van de Zen-tempels en -kloos ters. In de Verenigde Staten is het Zen-boeddhisme al veel verder gevorderd dan in West-Europa. In Amerika werd langzamer hand een Amerikaanse Zen- tak opgebouwd en inmiddels zijn er Amerikaanse Zen-mon niken die al ver gevorderd zijn in de hiërarchie van de Zen kloosters. Bovendien is er sprake van een levendige uit wisseling van monniken tussen Japan en de VS en van het een richtingsverkeer, dat er ooit was, is allang geen sprake meer. De Amerikaanse schrijver Peter Matthiessen doet in zijn boek 'De Rivier van de Negen koppige Draak' uitgebreid ver- Het sprankelende en sende dat bijvoorbeeld panse Zen-poëzie te vinden' tref je bij Matthiessen vrjw nergens aam Hij schrijft W over de worstelingen metfl eigen ego dan over Zen. Als jaar Zen-studie niet meenF vert dan een toch tamelijk venwichtig boek als 'De®™ van de Negenkoppige I®* dan blijf je als geïnteresse® lezer op zijn minst met® vraag zitten of die Zen wel e* in staat is tot inzicht en e"y wichtigheid te leiden Peter Matthiessen: 'De tM»* de Negenkoppige Draak, ZttjH boeken 1969-1982*. Uitg. ""Wj prijs f 36,90 ANNECY (AFP) - Jkv1 veel me erg, maar grote drijfveer van ven", zegt Alberto de onvermoeibare liaanse auteur van roff die dikwijls fitó>scrJ werden, bij het nadere" zijn tachtigste veria2™ op 28 november. De bejaarde schrijver si nog grote activiteit ten Hij is communistisch alge, digde in het Europees ment en hij strijdt tegen wapens. Voor UNICEF^ hij zich vorig jaar naar en hij pleitte voor een c tie voor de Verdediging w Kind. Alberto Moravia is getrouwd en hij heeft oe hand gelegd aan zijn twin»: roman, 'La repetizione' na herlezing zal public®*0 Schoenen getekend Ik houd een allerschoe dag, allerschoenen aan de voi en een bijzondere schot vlag zal daarbij wappren mot De straten zijn vol van geluid, Paniek op de beurs: De beurshandelaren met dikke walien onde ogen. 's Nachts liggen z< te piekeren dan te s want het gaat slecht beurs. Zo slecht dat a. mensen zelfmoord h| gepleegd. In een paar hadden ze zoveel (son leend) geld verloren dat nooit meer konden 1 verdienen. Misschien heb je de weieens op tv gezien] enorme ruimte waar geklede mannen driftig] te telefoneren en met ren'te zwaaien. Ze ko] verkopen aandelen ei handel gaat razendsnel. Als je extra geld het diend met oppassen oi ken vullen, kun je dat g je spaarbankboekje De spaarbank leent da van jou en in ruil das krijg je rente. Je zou ook een as kunnen kopen van bij computerfabriek. Dat kent dat een klein deel tl fabriek van jou is, je bei aandeelhouder. Als de puters de deur uitvl verdient de fabriek goi jij dus ook. Je hebt een devol aandeel, en als toch zou willen verkop, je dat met winst doen. hebbers genoeg. Als het slecht gaat computers, moet je je ai len zo snel mogelijk kwijt te raken, want je Q" o 6un wolkje Mn oe hl mnosfEu zeekonm men OI/ioelm TEHEH muf 100m H006JE ZOU JE AJiT fEKWHlHTEK. JE NÓa K ALM EK NAÓ ItiLMER AA\ £>0ENJ

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 34