Vlaamse literatuur uit de fritesdamp
Het verschil tussen polemiek en schelden
51e BOEKENBEURS IN BOUWCENTRUM ANTWERPEN GEOPEND
JULIEN WEVERBERGH BLAAST BOK NIEUW LEVEN IN
Peter Matthiessen doe
onnodig vaag over Zen
VERSCHENEN
Beurse bei
DE STEM BOEKENGIDS ZATERDAG 31 OKTOBER 1987
Gisteravond is de befaamde Boekenbeurs voor
Vlaanderen voor de 51e keer geopend in het
Bouwcentrum, Jan van Rijswijcklaan in Ant
werpen.
Grollen
Bedenksels
Spruitjeslucht
Ontnuchterend
Interessant
Brabander
I DE STEM GIDS
Ch'an
Alberto Moravi
wordt tachtig
Allerschoenen
Suske en Wish
Hamb>
one-
G2
Door Henk Egbers
Tot en met woensdag 11 november laten alle Nederlands
talige uitgevers er tienduizenden boeken zien aan het
grote publiek; dagelijks van 10.00-18.00 uur. Als altijd
zijn er dagelijks interessante programma's met auteurs
te volgen. Bij gelegenheid van deze unieke beurs pakten
we enkele boeken uit onze stapel Vlaamse boeken.
Een heel mooi boek is 'Brieven
uit Nergenshuizen' van Paul de
Wispelaere. Deze roman is op
gebouwd volgens een 'klassiek'
stramien; hij bestaat uit brie
ven. Daarin verwijst de auteur
niet voor niets naar De Nerval
en Proust. Daarbij stelt hij de
autobiografie aan de orde. „De
schrijver die er zich op beroemt
dat hij ten aanzien van zijn
eigen leven niets dan de naakte
waarheid onthult, weet zelf
niet over welke waarheid hij
het heeft." Literatuur maakt
van feiten een nieuwe werke
lijkheid.
De relatie schrijver-lezer bij
dat proces wordt door De Wi
spelaere knap uitgewerkt in
deze brieven. .Academische
kwesties worden levensecht in
zijn min of meer beschouwende
epistels aan een jonge vrouw.
De antwoorden van deze fan
worden in de brieven van de
schrijver meegenomen. Het le
ven, is daarbij vaak sterker dan
de leer, omdat het intellectuele
spel wordt gekruid met een
groeiende erotiek. Daarbij ver
telt hij over zijn voorbije liefde
met Sarah.
„Terwijl ik probeer haar
realiteit toe te kennen vanuit
de herinnering, geef ik jou,
bijna op dezelfde manier ge
stalte vanuit mijn verbeelding.
In beide gevallen is de werke
lijkheid onbereikbaar." De Wi
spelaere neemt in deze roman
veel problematieken rond
schrijven en lezen mee (de
functie van het woord; de rela
tie kunst-leven; de autonomie
van het literaire werk; soorten
biografieën; etc.). Waarom
schreef Proust? „Niet om de
tijd vast te leggen en te doden,
maar om hem integendeel een
gestalte te verlenen die zolang
zal blijven leven als er lezers
zijn," antwoordt De Wispelae
re.
Deze week verscheen nog
van Paul de Wispelaere: 'De
broek van Sartre'. Wat in de
roman speels wordt gebracht
wordt in dit boek - veel uitvoe
riger - gedoceerd door de hoog
leraar van de universiteit van
Antwerpen. De helft van het
boek (221 pagina's totaal) bevat
beschouwingen over Louis
Paul Boon: een commentaar bij
'Mijn Ideine oorlog' - „Boon
droomde in die tijd van een ac
tieve samenwerking en een
eenheid tussen de schrijver en
zijn lezers"? - en een tweede
analytische beschouwing bij
'De bende van Jan de Lichte'.
„Onder zijn pen heeft de
'herschreven bladzijde uit onze
geschiedenis' de vorm aange
nomen van een tragikomedie
waaraan hij slechts, met het
ene been in de 18e en het an
dere in de 20e eeuw, in zijn
veelvoudige ambigue status
van schrijver kon participeren.
Verder bevat het boek analyses
van werk geschreven door Ma
rio Vargas Llosa, Monika van
Paemel, Andreas Burnier en
Max Frisch. Hij memoriseert
dat Burnier aanvankelijk zijn
kritische werk te saai, literair
technisch en structureel vond
en later zelf dit pad opging.
Nog steeds geldt deze karakte
ristiek wel een beetje. Je moet
literair-technisch geïnteres
seerd zijn, maar dan heb je aan
dit boek met de Sartriaanse
titel een boeiende kluif. O ja,
dat is te vinden in het laatste
artikel over Gombrowicz, die
moeite krijgt met een man die
gewoon in een broek rondloopt
(Sartre) een filosoof ontstond.
Herman Brusselmans mag met
zijn laatste van de vier boeken
('Heden ben ik nuchter') ook
een goede Nederlandse pers ge
haald hebben, erg enthousiast
ben ik niet over zijn vijfde ro
man: 'Zijn er kanalen in
Aalst?' Bij de eerste twee
hoofdstukken ben ik nog en
thousiast om het eigen vlotte
toontje en sommige grollen en
grappen, daarna wordt het ma
teloos irriterend. Dat kan de
spijer op de kop zijn omdat hij
een irritant milieu beschrijft;
weliswaar in het kwadraat,
maar het bestaat.
Waarover gaat het dan?
Nergens over. Dat is 't 'm nou
juist. Bijna 200 pagina's 'man
nenpraat' met bladzijde na
bladzijde, regel na regel over
wijven, kutwijven, klootzak
ken, neuken, konten, pilsjes,
zuipen... Het zijn niet de ter-
Paul de Wispelaere.
- foto archief de stem
men (ze zijn heel functioneel),
maar de landerige eentonig
heid waarmee Brusselmans ze
toepast. Het 'verhaal' gaat over
Eduard Kronenburg die in
Brussel bij een overheidsin
stantie de werklozen boven de
vijftig jaar in de gaten moet
houden. Saai werk dat hij ver
teerbaar maakt met pilsjes en
meisjes van het kantoor. Maar
zijn Gloria houdt toch stand.
Om in de termen te blijven: een
klote-roman, maar waar
schijnlijk zijn er die het leuk
vinden.
Een prima schrijver is Stefan
Hertmans. Zijn intellectualisti
sche spel, verwerkt in een
mooie, erudiet geladen taal,
schuift banale realiteit binnen
absurdistische situaties zodat
zijn verhalen de lezer voor op
gaven stelt. In 'Gestolde wol
ken' zijn twaalf van zijn be
denksels gebundeld. In 'Are de
Triomphe' staat: „....een van
zijn onderhoudende essays,
werd voor mij, als kind van
dertien jaar, een onoverkome
lijk raadselachtig bewijs van
de macht der taal. Want ik had,
toen al, alleen maar oog voor
symbolen. Ik las bijgevolg veel
onbegrijpelijks."
Dit citaat zegt iets over de
manier waarop Hertmans be
zig is. In het eerste verhaal,
'Onooglijke angel', stoot je al op
zijn scherpe observaties, die in
het bizarre of onwerkelijke
(wat is dat?) worden doorge
trokken. Stootje in 'Edward' op
een huwelijk waarin zwanger
schappen vragen oproepen, die
laten vermoeden, bij de laatste
geboorte (de vierde) word je als
lezer helemaal op het ver
keerde been gezet.
In het titelverhaal heeft hij
het over prototypen, projecties
en utopieën, die door de gene
raties heen de wereld bewonen.
Tussen Homerus en Augusti-
nus' Civitas Dei ligt hier dan
letterlijk een horror vacui, die
je ook als lezer moeiliik kunt
beheersen. Stefan Hertmans is
bij alles ook een moralist die
bijvoorbeeld constateert, dat
het principe van het doorzet
tingsvermogen en de voltooi-
ïngsdrift het innerlijk af
stompt. Een beschouwing over
het omgaan met stank in 'Lo
cum tenens' amplificeert deze
constatering verder.
Het verhaal 'Mango' begint
met de constatering „De stad
uit lopen bleek onmogelijk.
Overal kwamen beelden uit de
bioscopen op hem af, plaatsen
zich als een scherm dwars over
de straat en lieten hem te plet
ter lopen tegen de tweedimen
sionale droom van de verte."
Geen wonder dat er sprake is
van een implosie in de hersens,
want behalve het feit dat de as
sociatieve constructies je af en
toe toch wel te machtig kunnen
worden, krijg je ook het gevoel
dat de auteur verzuipt in zijn
eigen beeldspraak.
Dan is zo'n lief eenvoudig
verhaal van Jos Vandeloo
'Opa's Droom' een adempauze.
Misschien een beetje een
smartlap in België als één groot
dorp, maar dan wel goed ver
teld. Opa is een geboren op
standeling, een recalcitrante
man. Dat ondervinden niet al
leen vrienden en geburen,
maar ook de Duitsers in beide
wereldoorlogen en de pastoor.
Opa's leven ging niet over ro
zen. Het was knokken gebla
zen. Was hij maar rijk! Er ligt
ergens een erfenis. Het lukt
hem die te bemachtigen. Ze
wordt tevens zijn ondergang.
Allemaal niet zo bijster origi
neel, maar een genoeglijk ver
haal voor bij de haard.
Waren de jaren zeventig in Ne
derland gekenmerkt door een
binnenhuisliteratuur waar de
spruitjeslucht afsloeg, Vlaan
deren heeft nu ook zijn recalci
trante schrijvers die het.
Vlaamse leven waar de frites
damp uit opstijgt geselen. In de
inleiding wordt gezegd dat er
in en rond Antwerpen het we
reldberoemde tijdschrift 'De
Brakke Hond' in 1982 ontstond.
Dat is ongetwijfeld een reactie
geweest op het openen van het
Vlaamse Cultureel Centrum in
Amsterdam.
Het eerste verhaal van de
zestien gebundelde bijdragen
laat Pamela Koevoets nota
bene in Amsterdam spelen met
Vrouw van Duyn op de loer en
andere interessantigheden.
'Proza als de Belgische camem
bert, glad en welriekend', zo
wordt gezegd. Dat is geen aan
beveling. Pol Hoste brengt op
de eerste pagina's dan ook een
uitgebreid frietverhaal, terwijl
Jos Vandeloo. - foto g. dijkstra
Jan Deloof, met een knipoog
naar Etienne Leroux, de scène
vult met het gezonde Vlaamse
volk; van pastoor Notebaert die
uit de ochtendmis komt, tot Mi
chel Baert bij de Vrije Katho
lieke Bibliotheek en Marcel
Vandorpe die tegen het Heilig
Hart vloekt.
Het christelijk zedelijk leven
wordt geleverd door Frankie
Lemahieu die geperverteerde
frustraties in het huwelijk met
Marilyn Monroe de dood in
stuurt. Herman Brusselmans
laat voor de variatie de Duit
sers achter zijn grootvader
aanzitten en Frank Hellemans
bespreekt de goddelijke omni-
potentie in Vlaanderen, die on
der meer bestaat in dwangneu
rotische poetsen van de auto,
het vastklampen aan een vrou
wenschoot en het kuisen van de
keuken. In 'Verhalen uit de
Brakke Grond' dus veel ongein.
Heel tegengesteld daarmee is
de roman van Kristien Hem-
merechts: 'Een zuil van zout';
het verhaal van een Vlaamse in
Amsterdam. Heel ontnuchte
rend, zakelijk en bijna gevoel
loos. Hemmerechts, die in 1986
promoveerde op Jean Rhys,
lijkt een beetje op een Vlaamse
Rhys. In hoeverre dit verhaal
autobiografisch is staat er niet
bij en doet eigenlijk ook niet ter
zaken. In ieder geval kreeg ze
voor deze, haar eerste, roman
de Prijs van de Provincie Bra
bant 1987.
Een Vlaamse vrouw, die in
Amsterdam studeert, ver
vreemdt van de Vlaamse wer
kelijkheid. Dat blijkt uit de
manier waarop ze bijvoorbeeld
met de dood van haar ouders
omgaat. Zij is voor haar
Vlaamse neefjes en nichtjes
een 'gekke tante'. Ze raakt
zwanger van een Amerikaanse
jongen die Europa doet. De
zwangerschapsperiode brengt
ze door in haar ouderlijk huis
in de buurt van Brussel. Op een
merkwaardige manier wordt
in die periode haar verleden,
dat ze probeert te ontkennen,
verweven met haar actuele
idealen en levensopvattingen
(of het ontbreken ervan).
Haar nauwelijks nog aan
spreekbare grootmoeder, de
ontluisterde boerderij van de
grootouders, het maken van
een videofilm over dat verle
den en het plan een scriptie te
maken over dit thema maken
deel uit van die kloof tussen
verleden en heden. De gevol
gen: een doodgeboren kindje,
letterlijk en figuurlijk. Een
knappe roman, die hard is,
maar niet wreed. Omkijken
heeft geen zin, zoals de titel van
het boek al suggereert. Hem
merechts heeft dus in ddze ro
man weinig gevoel voor de
waarde van de historie. Ander
zijds toont het verhaal aan, dat
je er niet aan ontkomt. Graag
of niet.
Een enorme flux de bouche -
om het in goed Vlaams te zeg
gen - heeft Fons Schoeters. In
'Guy Vagenaars' Goddelijke
Komedie' trekt hij veel regis
ters open. Hij schrijft met
vaart, met een gymnasiaal en
hier en daar clericaal taalge
bruik trapt hij tegen institu
ties, niet in het minst tegen
christelijke erfenissen. „Maar
noblesse oblige. Wie zich het
imago van de vooroorlogse
Christus heeft aangemeten
moet er de ongemakken bijne
men." Guy Vagenaars doet dat
allesbehalve. Hij is met zijn 45
jaar zijn huwelijk met Thea,
een burgertrut, goed zat en
heeft een liefje in het Neder
landse Reusel. Opgevoed bij de
jezuïeten in Turnhout heeft hij
ook de soldaten van Christus
toegemeten streken meegeno
men en zwerft op en neer tus
sen Antwerpen-Oostmalle en
Reusel. Daar komt nog bij dat
hij werkloos is. De Goddelijke
Komedie die hij opvoert mag
geen naam hebben. Maar je
kunt je wel verlustigen aan de
manier waarop Schoeters be
hendig schrijft.
Paul de Wispelaere: 'Brieven uit
Nergenshuizen'. Uitg. H, 26 AO.
Paul de Wispelaere: 'De broek van
Sartre'. Uitg. H, 32,50.
Herman Brusselmans: 'Zijn er ka
nalen in Aalst'. Uitg. Bert Bakker,
f24,90.
Stefan Hertmans: 'Gestolde Wol
ken'. Uitg. Meulenhoff, f 27 AO.
Jos Vandeloo: 'Opa's Droom'. Uitg.
Conserve, 15.
'Verhalen uit De Brakke Grond'.
Uitg. H, 19,90.
Kristien Hemerechts: 'Een zuil van
zout'. Uitg. H, 22A0.
Fons Schoeters: 'Guy Vagenaers'
Goddelijke Komedie'. Uitg. H,
22,. 50.
Door Henk Egbers
POLEMIEK heet in het woordenboek 'pennestrijd'. Deze
omschrijving is te mager. De kunst van het ruzie-maken of
schelden als literaire vorm. stelt andere eisen dan boosaar
dig recenseren of ordinair kafferen. „Polemiek betekent:
reactie. Alleen integere personen die de waarheid dienen,
de ware schrijvers, zullen de polemiek overleven", aldus
Julien Weverbergh, die als auteur en uitgever de bundel
Bok Elf samenstelde.
„In het Winkler Prins Lexicon
van de Nederlandse letter
kunde staat te lezen dat het
kritische tijdschrift BOK tus
sen juli 1963 en november 1965
in tien gestencilde afleveringen
verscheen. Het blad droeg in
derdaad de ondertitel 'kriti
sche', maar was in de eerste
plaats polemisch getint. Ik was
er de uitgever van, en vanaf
nummer 5 de enige redacteur.
In dat lexicon, uitgegeven door
een nu tot mijn genoegen nage
noeg verdwenen uitgeversmas
todont (Elsevier, red.), kan men
ook nog lezen dat het blad voor
heel wat commotie in het
Vlaamse literaire leven zorgde.
En dat is waar. Er werden in
die hoogtijdagen van de 'ge
stencilde revolutie' heel wat re
putaties geschonden, wonden
geslagen waarvan sommigen
vandaag nog niet geheeld
zijn...", vertelt Weverbergh, die
nu de tijd weer rijp acht om
deze draad weer op te pakken.
„De schaamteloosheid van de
machthebbers is immers groter
dan ooit. Echte schrijvers ont
maskeren die. Het gespuis, de
grote volksschrijvers die zich
in hun werken als helden en in
het leven als kruipers en kont1
likkers gedragen, zijn slechts
grote schrijvers in schijn", zegt
hij, in een polemisch voor
woord.
Wil polemiek, naar mijn ge
voel, ook voor derden boeiend
Boudewijn Büch: cash en carry-handel?
foto anp
Julien Weverbergh.
foto archief de stem
zijn dan moet je iets proeven
van een haat-liefde verhouding
tussen scribent en 'slachtoffer'.
Daarbij komt het vermogen om
zó te kunnen formuleren dat de
tekst zelf los van de toevallige
aanleidingen interessant is. Is
dit allemaal niet het geval dan
wordt vaak onder de dekman
tel van zorgeheten polemiek
een al te persoonlijke vete uit
gevochten, wraak genomen of
het eigen gelijk bevochten. De
literaire wereld is letterlijk en
figuurlijk klein.
Er staan veel leuke dingen in
dit boek, maar of je telkens van
een 'polemiek' kunt spreken?
Het kwam goed uit om de twin
tig auteurs alphabetisch te
rangschikken, want de start
met Jeroen Brouwers is een
goede. Het verhouding tussen
Brouwers en Weverbergh is al
tijd een polemische geweest
Maar hier neemt hij Karei van
het Reve op de hak. Hij toont
mooi aan hoe deze zich bedient
van 'lui en gemakzuchtig ge
babbel'.
Stel je daar tegenover de bij
drage van bijvoorbeeld Mar-
tien J.G. de Jong over 'Menno
ter Braak en de AKO-prijs'
dan is er sprake van een kriti
sche reactie, die niet de allure
van een polemiek heeft. Nie
mand haalt trouwens het ni
veau van een Brouwers. BOK-
elf bevat hoogst interessante en
soms amusante bijdragen,
maar echt polemisch vuurwerk
is bijna nergens te onderken
nen. De titel 'Een uroloog die
niet kan pissen' kan dat wel la
ten veronderstellen, maar Her
man de Coninck velt zijn eigen
vonnis met de bemerking: „Ik
heb mijn best gedaan om met
Speliers van mening te ver
schillen. Dat is echter niet ge
makkelijk Meestal beweert hij
namelijk niets." De Coninck
ook niet.
Opvallend is hoe vaak Boude
wijn Büch onderhanden geno
men wordt. Koos Hageraats
mag dan schrijven over 'Vero
nica als de beeldgeworden
vuilniszak' en over 'Büch met
zijn cash carry-afdeling boe
ken', de 'polemische' opmerkin
gen bewegen zich op het niveau
van „Het zou me niet verwon
deren als Boudewijn Büch een
Brabander blijkt te zijn; het
culturele credo van die provin
cie luidt immers: "t Nukt nie és
't nie goe is, és 't maor veul
is'...". Zelfs de bijdrage van
Jaap Goedegebuure blijft ste
ken in wat kul over het trioofje
Warren/Komrij/Büch of: hoe
men elkaar het balletje toe
speelt in het wereldje der lite
ratoren in plaats van mooi
doortimmerende verontwaar
diging.
Lucas Ligtenberg analyseert
nog eens de weliswaar mooie
grap van Bob Polak en Lucas
Ligtenberg met hun bundel
'Dichter bij de mens', maar van
polemiek ook geen sprake. Ook
Mare Reynebeau kietelt de
stoute Jozef Deleu onder zijn
kin, die openbaar durfde te
zeggen dat nogal wat bekende
auteurs in Vlaanderen collabo
reerden met de Duitsers in de
oorlog. Maar van polemiek?
Ho maarEr komt weer wat
echte polemische beweging op
het eind van het alphabet als
Paul de Wispelaere zich boos
maakt over de zelfngenomen
auteurs André Leysen en Ru-
dolf van Moerkerke, terwijl
Freddy de Vree zich (niet al te
spits) boos maakt over de ac
tuele kunstmarkt met zijn be
devaartgangers naar Kassei,
Venetië etc., waar de predikan
ten der nieuwe kunt hoogtij
vieren.
Gelukkig zorgt Benno Ber
nard weer voor echt vuurwerk
als hij aan de hand van zijn
pennestrijd met het blad 'Onze
Taal' duidelijk maakt dat pole
misch geschrijf moeilijk gep
ruimd wordt. Hoewel hier ook
persoonlijk gram wordt ge
haald, ligt dit er te duimendik
op als Tom Lanoye in een an
dere bijdrage nasputtert over
zijn niet geaccepteerde confe
rence bij een of andere lus
trumviering van de Kamer van
Koophandel in Arnhem. Dat is
te gemakkelijk. Kortom: er
wordt in dit boek wat afgele-
den, maar leuke polemieken...
spaarzaam.
J. Weverbergh: 'Bok Elf.
Uitg. H, prijs 33,-.
Marja du Crocq:.brak weer de draad en ging.
Uitg. Intro, prijs 14,50. Dagboek van moeder van kjj
dat stierf aan wiegedood, vij f maanden oud.
Stephen King: 'Misery*. Uitg. Luitingh. Schrijf
wordt geterroriseerd door lezeres, die het maar nj
vindt dat hij hoofdpersoon Misery dood heeft laten gaa»
A.C. Baantjer: 'Het achtste wonder*. Uitg. Teleboi
prijs 15. Nieuwe verhalen uit crimineel Amsterdam.
J. Huijbregt en E.T.J. Reindersma: 'In weer en win
Uitg. Den Boer, Middelburg, prijs 34,50. Het boek ga
een beeld van de oude visserij in Zeeland aan de hai
van veel oude foto's. De tekst beperkt zich tot een alt
mene schets van de Zeeuwse visserij, afgewisseld mete
varingen van drie oude vissers. Veel aandacht krijgt
de techniek van de verschillende soorten visserij.
F. Köhnen: 'Heerlijke en hartige ovengerechten'. Ui
Van Dishoeck, prijs 29,90. In de serie 'Een streling vo
de Tong'.
'Gezond opgroeien'. Uitg. J.H. Gottmer, prijs 69,50. A
les over gezondheid en ziekte van kinderen onder react
van prof. dr. E. Eggermont, prof. dr. J. Fernandes, pn
dr. G.B.A. Stoelinga. prof. dr. W.H.H. Tegelaers en pn
dr. P.AS. Voüte. Praktische tips, ook ovr veiligheid
huis, verzorging in het ziekenhuis, geneesmiddelen
herkenning van ziekten. Met uitgebreid register.
Alix Kirsta: 'Alles over stress'. Uitg. J.H. Gottme
prijs 39,50. Over oorzaken en efecten van stress en
thoden om te ontspannen: meditatie, yoga, massage etc'
Midas Dekkers: 'De kanarie en andere beesten'. Uil
Contact, prijs ƒ16,90. Korte verhalen over dieren met an
woorden op vragen als: 'Wat is het verschil tussen hieli
likken en kopjes geven?' Met tekeningen van MausSlai
gen.
Midas Dekkers.
- foto ruuo wage«WC
Door Wim van Leest
In het wereldje van meditatie- en bewustwordingsceÉ
neemt het Zen-boeddhisme een vooraanstaande plaatst
althans in tal van centra worden Zen-lessen gegeven i
wordt gepoogd iets van deze Japanse levensbeschotraii
over te brengen op ons westerlingen.
Zen is een tak van het boed- slag van zijn kennismaki
dhisme die zich kenmerkt door
het streven naar de verlichting.
Die verlichting is volgens Zen
een staat van genade, waarin
het hoe en waarom van deze
wereld zich in al zijn eenvoud
aan de verlichte ontvouwt. De
verlichting kan volgens de
Zen-boeddhisten vooral be
reikt worden via de meditatie
(de zittende meditatie heet za-
zen en de meditatieve loopoefe
ningen heten kinhin) en door
koan-studie. Koan zijn een
soort hersenbrekers in de vorm
van vragen of anekdotes die,
mits op de juiste wijze begre
pen, tot verlichting kunnen
voeren. Een beroemde koan is
bijvoorbeeld: 'Wat is het geluid
van één hand?'
Zen is bovendien een opvat
ting van het boeddhisme,
waarin het verstand de boven
toon voert. In het gewone boed
dhisme en ook in andere gods
diensten is er volop ruimte
voor mystiek, maar daarvan is
in Zen nauwelijks sprake. In
eerste instantie gaat het om de
kracht van het heldere denk
vermogen, daarna moet het
vermogen aangewend worden
om met de ogenschijnlijke on
gerijmdheid van paradoxen
overweg te kunnen en tenslotte
is er een egoloosheid vereist die
in staat is met een objectieve
manier van denken de eenheid
aller dingen te bevatten.
van zijn
met Zen en zijn 'verslinger!
aan deze levensbeschouwii
Het boek heeft als onderf
'Zen-dagboeken 1969-1982'
bevat een tamelijk gedetó
leerd verslag van Matthiessc
verblijf in Amerikaanse
kloosters en zijn worstelinf
met de Zen-levenswijze.
vendien bevat het boek
verslagen van tochten door
Himalaya en Japan en ben
het Japanse reisverslag tevs
een zeer uitgebreid historis
overzicht van de ontwikkel
van Zen in Japan.
'De Rivier van de Negenki!
pige Draak' is tot op
hoogte een zeer lezensv
boek, omdat het altijd wel 1«
zaam is om te lezen hoe ienu
tot een bepaalde kijk op heil
ven komt. Maar Matthies»
slaagt ep niet in om het wea
van Zen bij de lezer over
brengen. Wat dat betreft is si
boek niet meer dan een hiere
daar wat dorre inleiding
echte Zen-literatuur.
Jeroen Brouwers: het gebabbel van Karei van het Reve.
foto archief de stem
Zen ontstond als Ch'an oor
spronkelijk zo rond 500 na
christus in China onder invloed
van de Indiase boeddhistische
zendeling Bodhidharma, maar
beleefde zijn grote bloei in Ja
pan. De invloed van Zen op de
Japanse cultuur is enorm ge
weest. Het Japanse gevoel voor
verfijning dat zich onder an
dere uit in de bonsai-cultuur en
in de dichtvorm haiku is recht
streeks uit de Zen afkomstig.
Ook de Japanse teken- en
schilderkunst heeft zijn hoge
graad van perfectie aan Zen te
danken, terwijl bovendien veel
van de Japanse architectuur
terug te leiden is op de vorm
van de Zen-tempels en -kloos
ters.
In de Verenigde Staten is het
Zen-boeddhisme al veel verder
gevorderd dan in West-Europa.
In Amerika werd langzamer
hand een Amerikaanse Zen-
tak opgebouwd en inmiddels
zijn er Amerikaanse Zen-mon
niken die al ver gevorderd zijn
in de hiërarchie van de Zen
kloosters. Bovendien is er
sprake van een levendige uit
wisseling van monniken tussen
Japan en de VS en van het een
richtingsverkeer, dat er ooit
was, is allang geen sprake
meer.
De Amerikaanse schrijver
Peter Matthiessen doet in zijn
boek 'De Rivier van de Negen
koppige Draak' uitgebreid ver-
Het sprankelende en
sende dat bijvoorbeeld
panse Zen-poëzie te vinden'
tref je bij Matthiessen vrjw
nergens aam Hij schrijft W
over de worstelingen metfl
eigen ego dan over Zen. Als
jaar Zen-studie niet meenF
vert dan een toch tamelijk
venwichtig boek als 'De®™
van de Negenkoppige I®*
dan blijf je als geïnteresse®
lezer op zijn minst met®
vraag zitten of die Zen wel e*
in staat is tot inzicht en e"y
wichtigheid te leiden
Peter Matthiessen: 'De tM»*
de Negenkoppige Draak, ZttjH
boeken 1969-1982*. Uitg. ""Wj
prijs f 36,90
ANNECY (AFP) - Jkv1
veel me erg, maar
grote drijfveer van
ven", zegt Alberto
de onvermoeibare
liaanse auteur van roff
die dikwijls fitó>scrJ
werden, bij het nadere"
zijn tachtigste veria2™
op 28 november.
De bejaarde schrijver si
nog grote activiteit ten
Hij is communistisch alge,
digde in het Europees
ment en hij strijdt tegen
wapens. Voor UNICEF^
hij zich vorig jaar naar
en hij pleitte voor een c
tie voor de Verdediging w
Kind.
Alberto Moravia is
getrouwd en hij heeft oe
hand gelegd aan zijn twin»:
roman, 'La repetizione'
na herlezing zal public®*0
Schoenen getekend
Ik houd een allerschoe
dag,
allerschoenen aan de voi
en een bijzondere schot
vlag
zal daarbij wappren mot
De straten zijn vol van
geluid,
Paniek op de beurs:
De beurshandelaren
met dikke walien onde
ogen. 's Nachts liggen z<
te piekeren dan te s
want het gaat slecht
beurs. Zo slecht dat a.
mensen zelfmoord h|
gepleegd. In een paar
hadden ze zoveel (son
leend) geld verloren
dat nooit meer konden 1
verdienen.
Misschien heb je de
weieens op tv gezien]
enorme ruimte waar
geklede mannen driftig]
te telefoneren en met
ren'te zwaaien. Ze ko]
verkopen aandelen ei
handel gaat razendsnel.
Als je extra geld het
diend met oppassen oi
ken vullen, kun je dat g
je spaarbankboekje
De spaarbank leent da
van jou en in ruil das
krijg je rente.
Je zou ook een as
kunnen kopen van bij
computerfabriek. Dat
kent dat een klein deel tl
fabriek van jou is, je bei
aandeelhouder. Als de
puters de deur uitvl
verdient de fabriek goi
jij dus ook. Je hebt een
devol aandeel, en als
toch zou willen verkop,
je dat met winst doen.
hebbers genoeg.
Als het slecht gaat
computers, moet je je ai
len zo snel mogelijk
kwijt te raken, want je
Q" o 6un wolkje Mn oe hl
mnosfEu zeekonm men
OI/ioelm TEHEH muf 100m
H006JE ZOU JE AJiT fEKWHlHTEK.
JE NÓa
K ALM EK NAÓ
ItiLMER AA\
£>0ENJ