ESTEM BURMA GAAT DOOR MET ZELFGEKOZEN ISOLATIEPOUTIEK SEiliiig jpplgs iffIÉT BIRMA BasseinfloA, 1 ZATERDAGIH 19 SEPTEMBER 19871 ÊI US: ussen de moessonwolken door laait het vliegtuig boven Burma in de richting van de internationale luchthaven van Rangoon. Het vliegveld blijkt uit niet veel meer te bestaan dan een groot, dras- lig weiland temidden van nog drassiger rijstvelden. Irgens aan de rand van het veld staan een paar be- onnen gebouwen. Eenmaal binnen worden alle reizi- jers door uiterst vriendelijke beambten van de ene ba le naar de volgende gestuurd. Zeven controleposten mevenzovele formulieren verder arriveren we bij een oket, waar ik samen met drie medepassagiers bonnen ;oop een taxi naar de stad. Als ik heb afgerekend rankt de beambte me, en vraagt op fluistertoon: „You rant to sell whiskey, cigarets De slof 555-sigaret- en en de fles whiskey die ik op het vliegveld in Bang- ,ok heb gekocht verwisselen onder de toonbank van ligenaar. De transactie levert een aardige winst op. Grootste staat ie leerjaar: e leerjaar: leerjaar: aart1i pWPS: Kwaad bloed Zwarte markt Karen Patstelling Tempels Myitkyina Katha/f Mandalay j> *- Kengtoeng iProme RANGOENi :Moulmein, T Door Hart van den Boogaard i een mooie, goed onderhouden En- e taxi uit de jaren veertig worden we irhet centrum van Burma's hoofdstad mgoon vervoerd. De chauffeur pro- eert ons onderweg ervan te overtuigen lat we onze dollars zonder meer het best ij hém kunnen wisselen. Overmoedig tworden door het handeltje op het jiegveld besluit ik op het aanbod in te i. Ik steek de chauffeur wat dollarbil- Jen toe. |Even later zit ik met een plastic zak I Burmese 'Khyats' in mijn handen. Ier hun waarde tast ik inmiddels volle dig in het duister. De straat waarin we rijden wordt buiten onze taxi nog gevuld met een paar aftandse auto's en bussen, ossekarren en een enkele fietser. Ver wonderd vraag ik me af in wat voor land ik terecht ben gekomen. 3 Merwedestraat 1 4335 XR MiddelWS 01180-23951 10-C en MMO-BD van1 liddelburg bedanken organisaties, die m ar onze MMO-leerling tbben binnen hun beo j te doen. stageprogramma voor re schooljaar is als voig' 10 november t/m 19 Ö87 en van 6 juni t/fl1 november t/m 19 deo® 2 februari t/m 26 ma open voor de nie"*hejf weer op een vrucht»! werking met het Ze leven. ilingen van het derwijs, Inatoren. Burma is de grootste staat op het vaste land van Zuid-Oost-Azië. Een socialisti sche natie van 35 miljoen mensen, gere geerd door een partijleider en een klein groepje van zijn vertrouwelingen. Econo misch en cultureel gezien is Burma bijna volledig geïsoleerd van de buitenwereld. Een arm land vol vriendelij ke, devote boeddhisten. Een land ook waar nooit iets ge beurt, en waar je dus nooit iets over hoort. Zo lijkt het althans, en de Burmese re gering is er zeker niet onge lukkig mee. De basis voor het huidige Burma werd gelegd in 1948, toen het zijn onafhankelijk heid kreeg van Groot-Brit- tannië. De leider van de na tionalisten, U Nu, moest proberen van het door de Tweede Wereldoorlog totaal verwoeste land een nieuwe eenheid te smeden. Een haast onmogelijke taak, ge zien het feit dat Burma be woond wordt door niet min der dan 67 volken en stam men, die samen meer dan honderd talen spreken. U Nu, een zeer overtuigd boeddhist, kiest voor een op het boeddhisme gebaseerde vorm van socialisme. Van het begin af aan worden de Burmanen, die de vrucht bare riviergebieden bewo nen en de grootste bevol kingsgroep in Burma vor men, sterk bevoordeeld. Deze 'Burmanisatie' wordt gedurende de eerste 14 jaar na de onafhankelijkheid grondig doorgevoerd. An dere belangrijke volken als de Shan, Karen, Chin en Arakans komen er bekaaid af. De Karen wordt niet eens een eigen staat binnen Een straatbeeld In Rangoon. Burma vertoont alle trekken van een achtergebleven land. FOTO'S HAN VAN DEN BOOGAARD Boeddha in socialistenjas - *0tn< Het boeddhisme neemt In Burma nog altijd een prominente plaats In. de statenfederatie Burma gegund. Dit alles zet kwaad bloed, en vanaf die tijd strijden deze en andere volken in Burma vrijwel onophoudelijk voor hun onafhankelijkheid. Het lijkt een einde loze strijd te zullen gaan worden, want zowel de opstandelingen als het Burmese leger zijn tot nu toe niet in staat geble ken een duidelijke, laat staan een defini tieve overwinning te boeken. De strijd van de opstandige Burmese volken leidt in 1958 al tot een politieke crisis die vier jaar duurt. In 1962 grijpt de chefstaf van het leger, generaal Ne Win, de macht. In tegenstelling tot de populaire U Nu staat hij een harde lijn voor. Hij moet niets hebben van deelsta ten, volksvertegenwoordigingen en an dere democratische instellingen. Voor buitenlandse invloeden blijkt hij hele maal allergisch. Ne Win doet Burma 'op slot'. Tot 1970 komt praktisch geen buitenlander het land meer binnen, en wordt er nau welijks buitenaldnse hulp aanvaard. On der de strenge leiding van 'sterke man' Ne Win slaat Burma zijn eigen weg in, de zogenaamde 'Burmese Weg naar het Socialisme'. De gevolgen zijn op zijn zachtst gezegd nogal ingrijpend. Er wordt voortaan nog maar één poütieke partij toegestaan, de Burmese Socialisti sche Programma Partij. Uit het politieke manifest van De Partij blijkt dat gene raal Ne Win op het Marxisme geba seerde doeleinden nastreeft, waarvan de toepasbaarheid op de Burmese situatie op zijn minst betwijfeld mag worden. Het wordt slechts een zeer beperkte elite mogelijk gemaakt lid te worden van de BSPP. Met de boedhistische leefwijze van de bevolking wordt weinig rekening meer gehouden. De opstandige bevol kingsgroepen worden met harde mili taire middelen aangepakt. Er wordt een planeconomie ingevoerd, en alles wat nog niet in handen is van de regering wordt genationaliseerd. Ten opzichte van het buitenland wordt een extreem neutrale politiek aangehouden die in 1979 zelfs leidt tot de opzegging van het lidmaatschap van de Beweging van Niet- Gebonden Landen, die nota bene mede door Burma zelf is opgericht. Het particuliere bedrijsleven en de vrije handel kwamen daarmee vanaf 1962 vrijwel volledig tot stilstand. Maar in dit economisch vacuüm bloeide onvermijde lijk een gigantische zwarte markt op. En generaal Ne Win was en is wel gedwon gen deze zwarte markt te tolereren. Wat de staat zelf produceert is bij lange na niet toereikend om de behoeften van de bevolking te bevredigen. De zwarte eco nomie zorgt voor de noodzakelijk aan vullingen, en houdt daarmee de bevol king rustig. Bovendien verdienen vele ambtenaren en legerofficieren er fortui nen mee. De oogluikend toegestane zwarte eco nomie heeft een merkwaardige situatie doen ontstaan. Alles in Burma heeft twee prijzen. Officieel krijgt men 9 khyats voor een dollar, maar op straat, nog geen tien meter buiten de bank, kan men al het drie- tot viervoudige krijgen. Voor wat betreft etenswaren en ge bruiksgoederen ligt de situatie nog extre mer: de zwarte prijzen üggen soms tien maal hoger dan de officiële. Luxe goederen zijn alleen in staats winkels voor dollars te koop. Maar de grote Bogyoke aung San-markt in Rang oon geeft een heel ander beeld te zien. Het is een zogenaamde Open Market, en alle denkbare goederen zijn er te koop. Ijskasten bijvoorbeeld, en cassetteband jes. T-shirts met opschriften als 'I love breakdancing'. Alles eigenlijk wat op de markten in buurland Thailand te krijgen is. Want daar komt het allemaal van daan. De Karen, een van de bevolkingsgroepen die al sinds 1948 naar onafhankelijkheid streeft, bewonen een groot deel van het grensgebied met ThaÖand. Zij zijn het die de goederen in Thailand inkopen en vervolgens door de jungle over de grens smokkelen en naar de markten in Burma vervoeren. Van de winst worden vooral wapens gekocht, waarmee ze hun gewa pende strijd gaande kunnen houden. De smokkelhandel maakt volgens schattin gen 70 tot 80 procent van de import in Burma uit. Driekwart van de totale eco nomie drijft op het zwarte circuit. Vanaf 1971 is een wat liberalere koers door de regering ingezet. Er wordt weer wat meer speelruimte gelaten voor parti culiere initiatieven, en voor buitenlandse toeristen is het mogelijk Burma te bezoe ken. Zij het dat men zich dan wel volle dig aan de 'Burmese manier' dient te on derwerpen. Een bezoeker mag bijvoor beeld niet langer dan zeven dagen in het land blijven. Bovendien moet hij of zij alles, van het kopen van een treinkaartje tot het bestellen van een hotelkamer, la ten regelen door Tourist Burma, de 'Grote Broer' die het gaan en staan van de toeristen in de gaten houdt. 'Het centrale toeristenbureau dwingt niemand ergens toe, maar het wordt nieuwsgierige reizigers duidelijk 'afgera den' bepaalde 'onrustige' deelstaten te bezoeken. Niet helemaal ten onrechte overigens. De legertjes van Shan-opstan- delingen, die in de jungle van opium- en heroïne-opbrengsten leven, of de groe pen Karen-smokkelaars wensen beslist niet bij hun activiteiten op de vingers ge keken te worden en zeker niet door naïeve toeristen voor de voeten gelopen te worden. v V- De Burmese autoriteiten zijn nog steeds niet in staat om de veiligheid van reizi gers in grote delen van het land te garan deren. In feite is slechts de helft van Burma daadwerkelijk in handen van de regering. Ondanks het feit dat de mili taire uitgaven tot 30% van de nationale begroting zijn gestegen is de militaire patstelling niet doorbroken. Hoewel Ne Win geen generaal en pre sident meer is - in 1972 werd hij burger en in 1981 werd generaal San Yu presi dent- blijft hij partijleider en feitelijk heerser. Burma is weliswaar wat opener geworden, maar niets wijst erop dat Ne Win andere gedachten is gaan koesteren over autonomie voor allerlei ontevreden stammen, om over onafhankelijkheid nog maar te zwijgen. Tegelijkertijd blijft Burma een van de minst geïndustrialiseerde landen in Azië. En dat ondanks het feit dat het eigenlijk het potentieel rijkste land van Azië is. Burma heeft grote voorraden eigen olie, aardgas, steenkool, edelstenen en teak hout. Maar die bronnen worden nog nauwelijks aangeboord. Het gemiddelde jaarinkomen van de bevolking ügt onder de 200 dollaar. Buitenlandse hulp wordt alleen aange nomen als dat strikt noodzakelijk is voor het voortbestaan van het land. Maar al deze terughoudendheid heeft ook zijn positieve keerzijde. Een aantal van de grote problemen waar veel Derde We reldlanden mee kampen zijn (nog) onbe kend in Burma. Er is geen overbevol king. Het natuurlijke milieu is zo goed als intakt. En ook de trek van het platte land naar de steden, en de verpaupering die daar mee gepaard gaat, is tot nu toe niet op gang gekomen. Niemand sterft in Burma van de honger. De armoede lijkt geüjk over de bevolking verdeeld. Maar het blijft armoede. De rigoureuze maatregelen van de afge lopen 25 jaar lijken de oeroude cultuur van Burma niet of nauwelijks te hebben aangetast. Het boeddhisme speelt nog steeds een belangrijke rol in het leven van alledag. De ontelbare tempels wor den dagelijks bezocht door mensen uit alle lagen van de bevolking. Zij willen het leven van Boeddha als een voorbeeld voor hun eigen leven nemen. En moch ten er acute problemen rijzen dan kan men altijd zijn toevlucht nemen tot de carroussels met de wensbakjes, die in de tempels ronddraaien. Slaagt men erin een munt in een bakje te werpen dan heeft men kans verlost te worden van minstens zeven vijanden, of te slagen voor een examen. In tegenstelling tot het wereldbe roemde Strand-hotel, dat tussen de met mos begroeide huizen in het centrum van Rangoon nauweüjks nog opvalt, staat de enorme gouden Schwedagon-pagode er prachtig en springleven bij. Monniken in oranje kleden lopen er blootvoets en met opgestoken paraplu over het ingelegde marmer van de tempelvloer. Ergens bij een van de vier toegangstrappen, aan het eind van een lange rij kraampjes en win keltjes, staat een oude man rookwaren te verkopen. Als ik een grote Burmese si gaar van hem koop, en tegen hem mijn bewondering uitspreek voor de pracht van de tempel kijkt hij me glimlachend aan. „Boeddha draagt een socialisten- jas", zegt hij in ouderwets, maar vloeiend Engels. „Maar hij heeft ons geleerd dat niets voor eeuwig is."

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 25