DOCUMENTA 8 ALS EFTELING DER BEELDENDE KUNST Bredanaar Harrie de Kroon naar Kassei als performer Honde; JACQUES K ocumenta 8 Kassei (12 juni-20 september) is méér dan ooit tot een fenomeen gewor den; een soort 'Cannes' van de beeldende kunst. Kas sei als totaal-kunstwerk, waarvan de som der delen méér beantwoordt aan de U(nterhaltende Kunst/kunst als vermaak) dan de E(rnste Kunst/serieuze kunst) - twee begrippen die hier weer opduiken. Documenta 8 geeft, aldus zijn samensteller Manfred Schneckenbur- ger, een inzicht in de relatie kunstenaar-maatschappij. Afgezien van de vele open deuren die daarbij inge trapt worden, biedt Kassei een soort kermis-maat- schappij voor de incrowd in plaats van het publiek, dat naar men hoopt uit een half miljoen bezoekers zal be staan. Grote Lulligheid Navelstaarderig Woedende graffiti Toeters en bellen Verstoring en verval Levende sculpturen Doodskoppen Toestanden Waardigheid Kentering knokke/hilvers ren geleden dat Johnr televisie is gesignalee Hard nodig D Door Henk Egbers Kassei is een vriendelijke en keurig aan geharkte Duitse provinciestad met een tiental musea. Rond de Documenta is een uitvoerig programma van andere theatermanifestaties georganiseerd, die het theater-Documenta niet tot de enige troef maken voor een reis naar de regio bij het ijzeren gordijn. Zoals wellicht be kend exposeren de ruim 400 kunstenaars in twee klassieke gebouwen: het eerste museum op het Europese continent, het Fredericianum (1779), en de een kilome ter verder gelegen Orangerie (1710). In de Tweede Wereldoorlog danig ver woest, werden de buitenkanten goed her steld en de binnenkanten behoorlijk ver knoeid, aldus architect Vladimir Lalo Nikolic (1941 Zagreb). Hij heeft daarom, op een goede manier, de afzonderlijke zalen en hokken aangepast aan de expo serende kunstenaars. Sedert 1955 worden er Documenta ge houden; om de vijf jaar. De roem Van Kassei begon pas te groeien eind zesti ger, begin zeventiger jaren toen deze ex positie werd afgezet tegen de Biennale van Venetië. De dogenstad zou nog een en al oubolligheid zijn en in Kassei was te zien wat er wérkelijk aan de hand is in de moderne kunst. Een nieuwe mythe werd geboren. Na twee dagen op de achtste Documenta rondgelopen te hebben, ben ik alleen maar triest geworden; had zelfs een beetje heimwee naar Venetië. Ik meen mezelf toch wel zó te kennen dat ik me niet kan voorstellen dat dit gevoel met een reactionaire houding te maken heeft. Ik vroeg me af: ben ik blasé geworden (en ik sluit dat niet uit na dag in dag uit naar kunst te kijken) of is de kunst zelf in een blaséstijl terecht gekomen? Zoveel negativisme, relativisme, cynisme etc. Hoewel het relativisme kan staan tegen over het absolutisme waarmee deze we reld bestuurd wordt, üjkt het tijdperk van de Grote Lulligheid aangebroken. Toegegeven: dat is een generaliserend gevoel. Er zijn wel uitschieters die een Aha-Erlebnis geven. Er zijn knappe kop pen (hoe rationeel) die prima dingen be dacht hebben, maar het gros bevindt zich op het niveau van de goedkope mo ralisten die voor een kleine binnenwereld leuke spelletjes bedacht hebben. De scepsis ten aanzien van de maatschappij waarin geleefd moet worden, vertaald in techniekjes, maar 'het méér', dat de kick geeft voor 'kunst' ontbreekt. Dr. Manfred Schneckenburger, die tien jaar geleden ook al de samensteller was van de Documenta en nu de kwaad weg gelopen Eddy de Wilde verving (dat kwam goed uit, want twee keer een Ne derlander was teveel van het goede) zei bij de perspresentatie dat hij geen kritiek wilde hebben op zijn voorganger Rudi Fuchs uit Eindhoven. Maar toch... Do- cumanta 7, zei hij, was een soort navel staarderig gebeuren van kunst over kunst. Het neo-subjectivisme vierde daar hoogtij. Documenta 8 is veel objectiever bezig met kunst en maatschappij in plaats van kunstenaar met kunstenaar. Het neo-subjectivisme is mijns inziens echter vervangen door een neo-objecti- visme. Fout! Ik zie het verkeerd. Het postmodernisme met zijn gereprodu ceerde mythes is vervangen door een mo dernisme, waarvoor nog geen goede naam is uitgevonden. Hoewel de manier waarop die kunst journaliste uit Joegoslavië Schnecken burger c.s., tijdens de persconferentie met zo'n duizend journalisten, onder handen nam niet zo zinnig was, had ze mijns inziens volkomen gelijk. Ze ver weet de organisatie dat de Oostbloklan den genegeerd waren bij de selectie. Manfred zei: 'De goede kunstenaars uit die landen zitten in het Westen' en hij suggereerde dat de organisatie bij deze maatschappij-kritische Documenta geen boodschap heeft aan de maatschappij opvattingen uit dat blok. Ik zou nog ver der willen gaan en zeggen dat deze Documenta getuigt van een zeer sterke Westerse arrogantie. Alsof hier 'het' beeld gegeven wordt wat er in de mo derne kunstwereld aan de hand is. Oogkleppen. Kassei gedraagt zich als een pars pro toto, alsof Kassei de hele kunstwereld in zijn zak heeft. Wat ge beurt er momenteel in Afrika, Zuid- Amerika en Azië, om een paar achteraf- gebiedjes te noemen. Kassei heeft er geen boodschap aan. Het meest geëngageerde kunststukje op deze bla-bla-vertoning is nog de woe dende graffiti (toch ook kunst) van vrou welijke activisten op de gevel van de Orangerie. Daarmee wordt gezegd dat het geen lolletje is te leven binnen de ge toonde mannenwereld. Een andere vrouw was -in opdracht van die man nenwereld- bezig de teksten weg te poet sen, maar dat lukt niet zo best. Tot de vijftien inleiders en begeleiders op deze expositie in band 1 van de catalogus was tenslotte al één vrouw doorgedrongen; in de afdeling performances. Die catalogus is trouwens niet niks. Drie banden met zo'n dikke 800 pagina's voor de prijs van DM 90 (geïmporteerd betaal je er 149 voor). In het eerste deel wordt door gere nommeerde auteurs de achtergrond van het actuele kunstgebeuren in het alge meen en dat van de Documenta 8 in het bijzonder geanalyseerd. Maar van een hechte visie op het geheel is geen sprake. In band 2 worden alle deelnemende kun stenaars in woord en beeld gedocumen teerd, waarbij de performance- en me dia-kunstenaars op het tweede plan in een aanhangsel worden gestopt. In band 3 hebben de deelnemende kunstenaars (behalve die uit genoemde aanhangsel) ieder twee pagina's mogen vullen. Alles Fredericianum In Kassei. De kermis van Kassei Rachel Rosenthal, Rachel's Brain, 1987. Antony Gormly: To the ends of the Earth, Martinez 1987. - FOTO MONIKA NIKOLIC bijeen een aardig boekwerk en documen tatie (zoals zo vaak 'mooier' dan de ex positie zelf, omdat dit weer een nieuw kunstwerk is), dat meer de moeite waard is dan een bezoek aan Kassei. Documenta 8 heeft dus te maken met het leven, met de maatschappij. Niet de maatschappij zoals de inrichters die zou den willen formuleren, aldus Schnecken burger, maar zoals die door de kunste naars ingevuld en aangedragen wordt. En om dat beeld zo volledig mogelijk te maken, zijn talrijke invalshoeken geko zen om te demonstreren waar de kunst staat na Beuys en Baselitz. In tegenstel ling tot de vorige Documenta worden er bijna geen geschilderde doeken e.d. ge toond, maar dingen, environments en in stallaties. Toeters en bellen. In de Orangerie ligt het accent op ar chitectuur en design, terwijl in het Fre dericianum vooral de maatschappijkriti sche tonelen in poütieke zin worden op gevoerd. In de Orangerie gaat het met name om het ironiseren van een neo-ka- pitalistisch burgerdom. Geïnspireerd door Le Corbussier heeft Nicolic op het dak van het Fredericianum een Media centrum gebouwd op basis van vierkant, driehoek en cirkel. Ruimtes waarin je ge confronteerd wordt met akoestische kunst (radio) van o.a. Cage, Kagel, Tus- cewsky en Ramm; video-kunst en ge luidsstudio. De tegenstelling kunst-leven wordt frap pant tot uitdrukking gebracht door de Chileen Alfredo Jaar. Drie grote foto's van benen van Chileense arbeiders (le ven) worden op een even simpele als ver nuftige manier in relatie gebracht met drie gouden lijsten (kunst). Verstoring en verval der menselijke existentie wordt ook tot uitdrukking gebracht in een envi ronment van de onlangs overleden Jo seph Beuys; een zesenhalve meter hoge 'Blitzschlag mit Lichtschien auf Hirsch' in leem. Een oude rot in het vak, die met middelen van de bewustzijnsindustrie de tegenstelling leven en economie helder maakt is Hans Haache. Hij doet dat met een gelikte stand rond Mercedez Benz en de Deutsche Bank en hun grote belangen in Zuid-Afrika. Kiefer maakte weer ba rokke 'Schlagzeilen' met een doek van ruim twintig vierkante meter en interes sante 'boeken', die minder ongeloof waardig zijn binnen de maatschappij- omvattende context van de Documenta dan zo'n theatraal gebaar. Holle pathos is er trouwens niet van de lucht. 'Stiekem' kun je dan op zoek gaan naar intieme dingen die misschien zo maar mooi kunnen zijn, als een scha- duwplastiekje van Borkenhagen, een paar granieten stoelen van Burton, vazen van Crag of de verkoolde balken waar mee Toshikatsu Endo een 'Zielegraf maakte. Vaak bekroop me het gevoel van jongens ga maar weer 'gewoon' schilderen of mooie beelden maken; me tegelijk realiserend dat dit al veel ge beurt. Nederland is trouwens ook 'vertegen woordigd' door een schilder, Rob Schol- te, die samen met Nick Kemps de laatste tijd een duo-export-produkt is. Tja, als je eenmaal in het circuit zit. Kemps doet dat met een grote glazen plastiek, als een luxe kijkdoos vol theorieën. Scholten steekt de draak (als de zoveelste hier) met 'de' schilderkunst. Zijn buurman Robin Coliyer heeft er een soort caravan neergezet, waarvan de catalogus zegt dat hierdoor de genormeerde massaproduk- tie een betekenis krijgt die uitwijst boven] de soortgelijke objecten in de werkelijk heid. Dat zal dan wel. Vermeld dienen nog wel te worden in dat Fredericianum enkele aspecten van videokunst. Op zol der heeft Fabrizio Plessi met speeltuin- vermogen een marmerzagerij geïmiteerd. De spoelgoot bestaat uit tientallen beeldschermen, die via een beeldband het water in beweging laten zien en ho ren. Indrukwekkender is de ritmisch mooi getimede beeldtoren van de sche Marie-Jo Lafontaine, die haar vi deobeelden weet om te zetten in levende sculpturen. Wat 'de club' van twaalf architecten ii de Orangerie vertoont rond het thema 'het ideale museum' lijkt nergens Eigenlijk is het wel 'grappig' dat via de door hun ingerichte kabinetten het staande dilemma/tegenstelling beeldend] kunstenaar-architect tot uitdrukking komt. Zelfs architecten als Rossi, Hof lein, Sottsas etc. hebben er op een Ma- durodamachtige manier grapjes utge- haald waarop de geattaqueerde maat schappij niet zit te wachten. Design ver keert, in de Kasselse optie, helemaal in de Memphis-sfeer en erger. Een tapijt I van uitgezaagde planken als patroon i> goed en leuk voor een cartoon. Kassei als de Efteüng! Anton Pieck brouwde eil meer van. Als je buiten een luchtje gaat schep om te bekomen, is het bijvoorbeeld wél] de moeite waard om te kijken naar door Wewerka gebouwde paviljoen. Op I Sonsbeek vorig jaar waren de paviljoen ook beter dan de kunstwerken daarin Over Sonsbeek gesproken: Thomas Schütte bouwde daar' een bunker. It Kassei een rond gebouwtje waarin je iji en koffie kunt kopen. Merz bracht dt neon-installatie daarin aan. Deze rond reizende kunstenaar maakte er ook nog met onder meer doodskoppen, een Vitto-1 ria del Sole; heel kleurig en netjes. project met veel tekst om uit te Over teksten gesproken: onder de archi tectonische inzendingen over het ideale museum was er één die de schilderij:: terugbracht naar de grootte van de bij-I passende teksten en de teksten had opge blazen tot de omvang van de schilderij en. Waar gaat het om? Om het woord ol het beeld? Daarom: stop! Bekijk maar de beelden, waarvan in dit verhaal niet meer dan tien procent werd aange tipt. Goede reis. Documenta 8 Kassei. Tot 20 septeffl-l ber dagelijks 10.00-20.00 uur. Cataloog I DM 90 en kleine gids DM 12. Toegang I ééndaags ticket DM 10; tweedaags ticket! DM 15; driedaags ticket DM 20 en s zoenkaart DM 80. Harrie de Kroon tijdens een perfor mance. - FOTO ERIK VAN DE SCHALIE. Door Henk Egbers „Ik vind het op de eerste plaats fijn dat ik op de Documenta van Kassei een werk kan maken. Verder maak ik me geen illusies ten aanzien van mijn loop baan als kunstenaar. Belangrijker vind ik dat ik er mensen ontmoet", aldus Harrie de Kroon uit Breda, die uitgenodigd werd, temidden van een omvangrijk in ternationaal programma, op 21 en 22 augustus in de Renthof van Kassei per formances te geven. Je kunt verder denken over 'Kassei' wat je wilt, maar je komt er niet zo maar terecht. Waarom werd Harrie wel ge vraagd? Hij is een geboren tekenaar. „Een verhaal met de wereld", noemt hij die activiteit. Dat verhaal kreeg zijn, misschien toen wat modieuze, perfor mance-gestalte in 1973. Dat was in de roemruchte Trapkes in Breda, waar on der leiding van Piet Jonker en Ruud Bax -achteraf gezien- heel wat artistiek pio nierswerk werd verricht. Kom daar nu eens om. Maar voor Harrie brak de perfor mance pas écht door toen de betreurde Wies Smals in 1976 hem in De Appel, Amsterdam, de kans gaf voor het eerst voor een wildvreemd publiek op te tre den. „Het thema was: waar is het me dium, waar de werkelijkheid actief? En dat is eigenlijk nu nog het gegeven". Via de Appel reisde Harrie met zijn per formances vanuit Breda naar onder meer Lyon, Parijs, Berlijn, Lissabon, Stock holm, New York, Warschouw, Lublin, Antwerpen, Keulen. Tot eind 1980 dreunde de wereld van performances festivals. En bij alle grote toestanden werd Harrie uitgenodigd, want men vond dat hij wat te 'zeggen' had. Nadat de Appel zijn ideologie wat verlegd had in 1980, zwom Harrie op zijn eigen ma nier verder. Hij herinnert zich een 'Kon- zilium' in 1980 in Stuttgart, waar 70 per- formance-artisten gedurende één maand, bij elkaar waren. Die bijeenkomst was niet alleen van invloed op zijn houding tegenover 'kunst'; daar leerde hij ook Elisabeth Jappe uit Keulen kennen, die nu voor de performances in de organisa tie van Kassei zit. Maar zo eenvoudig is het nu ook weer niet gegaan. In 1985 zakte Harrie van Stockholm af, via Kopenhagen naar Keulen. Overal hield hij zijn perfor mance over de 'eeuwigdurende millime ter', samen met een container-project van Doris Nieslony. Lisbeth vroeg hem nog vier optredens in Duitsland te ver zorgen. Zonder dat hij het vermoedde volgde daarna een uitnodiging voor de Documenta 8. Harrie: „Ik was zeer verrast. De laat ste jaren willen kunstpolitici niets van doen hebben met dingen die je niet kunt kopen -zoals performances. De kunst is momenteel zeer ding-gericht". In de catalogus lees je dat Harry ('ver domme' zegt Harrie) de Kroon - '1948 lebt in Breda' - het project ZSARK- VêFK-NUM-KUA brengt -'ca 1 Stun- de'. Hij vertelt dat deze zal bestaan uit dans, video, teksten (in het Duits), teke ningen en muziek. Hij krijgt daarbij me dewerking van de celliste Lena Bik uit Leiden, de danseressen Erna Verhoeven uit Oosterhout en Colien Langerwerf uit Breda, de musici Cyril Havermans en Eric Haamen uit Breda. Voor 1500 moeten ze de hele klus klaren. De instal latie van Documenta 8 kost zo'n tien miljoen gulden Harrie: „Iedereen brengt zijn eigen werkstuk mee. Ik coördineer op basis van het afgesproken thema. Inhoudelijk heeft dat te maken met 'het lijden dat in waardigheid wordt overwonnen'. Ik zeg dat bewust zo gedragen om aan te geven dat ik, in tegenstelling met de inhoud loosheid van het postmodernisme, er e menselijke dimensie aan wil geven, ftl vormgeving mag geen clichés bevatte!-! Ik wens geen enkele vrijblijvendheid. I'l tegenstelling met het rollenspel op b"| toneel gaat het hier om 11 van de soon en zijn optreden. Ik ben geen pijl cho-therapeut. Ik begin niet bij ntil maar bij afspraken. Zeker, je kunt al tojl proviserend op die afspraken wel bij ffll uitkomen. Maar iedereen moet zich v»| lig voelen binnen de groep". Harrie de Kroon ziet de belangstellinjl van de Documenta voor de performail ces niet als een wezenlijke kentering "I de belangstelling. De hoos was in de ra ren '75- '82. Wat wel opvalt is dat allerlei individuen, die in die periode met i'l kunstmedium bezig waren, nu aanstel ting zoeken bij groepen. Trad Toin'l Horvers uit Tilburg nog als individu tfl in Kassei, de oud- Bredanaar Jacqura van Poppel en de Arnhemmer Arno Aira treden in groepsverband op. Zo o»| Harrie de Kroon, die inmiddels met evl posities in de Zaak in Groningen e(l Virtu in Nijmegen het zien dat de gé kende tekentaal hem momenteel <x> I zeer boeit. De critici reageerden daa'l heel positief op. Nu Kassei nog. Vanavond is de zeventig en nog wel in het vooral gramma 'Nederland m uur). Hij zingt opnieuw het lied hem landelijk bekend maak 'Och was ik maar bij moet thuisgebleven'. Maakt, na Zangeres Zonder Naam Manke Nelis nu ook Joh Hoes zijn come-back in de h parades? „Er is een grote honger na produkt van eigen bodem", z« Johnny Hoes in zijn appart ment aan de Belgische kust Knokke. „Als het nationale r pertoire geen kans krijgt c naar buiten te komen, ome het in Hilversum niet wor gedraaid, dan horen de mens het niet en kopen het ook ni Ze weten niet eens dat het b I staat." Johnny Hoes heeft zijn lev lang op de bres gestaan vo het nationale repertoire. ,A Johnny Hoes er niet was g weest, had er helemaal ge< Nederlandstalig repertoire b staan", omschreef Sjak Schram ('Glaasje op, laat je ri den') het werk van Hoes. Lange tijd werd Hoes door platenbazen in de Randstt met de nek aangekeken. In Be gië werden zijn eerste liedj op de plaat gezet. Toen in 191 Eddy Christiani Johnny's 'Ze< manshart' voor de radio zor en er vraag naar het lied on stond, raakten de Nederland; platenfirma's geïnteresseerd i het repertoire. „Of ik het leuk vind om we I op de tv te komen? Het is vo< het eerst sinds 'De lach ei traan shows' dat ik ja heb g< zegd tegen een verzoek om m< te werken aan een televisiepr* gramma. Maar veel liever ha ik weer een programma a destijds gemaakt. Een moo show met allemaal Nedei landstalige artiesten om n heen. Die mensen hebben d reclame hard nodig. Ze worde door de Nederlandse omroepe stiefmoederlijk bedeeld." AMSTERDAM (ANP) Het amusement is altij onderschat. Ten onrechti want het heeft grote emo tionele waarde. Bovendie geeft het een beeld van d levende opvattingen en d heersende mentaliteit. H« is daarmee een soort spie gel van de tijd. Bevlogen praat Jacque Klöters, 'amusementsdeskun dige' bij het Nederland Theater Instituut in Amster dam, over het onderwer waar hij al 15 jaar intensk mee bezig is: het ontstaan e de groei van het amusemen in Nederland. Ter gelegenheid van he 100-jarig bestaan van Carr en het feit dat Amsterdam di jaar Culturele Hoofdstad vai Europa is, stelde hij deze ge schiedenis op schrift. Op 1 j ui wordt het boek '100 jaar amu sement in Nederland' bij d opening van de gelijknamig tentoonstelling over dit on derwerp in de voormalig stallen van Carré gepresen teerd. In zijn boek registreer Klöters de veranderende sa menleving in het midden vai de vorige eeuw, de behoeft* aan een andere organisati* van het vermaak dan d* aloude kermis en de amuse- mentsvormen die daarom heen bestonden en de bloei- tijd van het kritische cabaret de nieuwe houding tegenovei de overheden, satire, kïitiel en protest. Circus, kermis, va- riëté, revue, volkstoneel, ca baret, operette en musical, a deze genres worden in de con text van de tijd geplaatst er door middel van onder ander* annekdotes en teksten var

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 28