DE STEM NEDERLAND IS ER NAUWELIJKS PROTEST GEWEEST DE SI LATE p 22 december 1986 komen de verkeersministers van Frankrijk, België, Nederland en West-Duitsland bij elkaar. Onderwerp van gesprek: een net voor de hogesnelheidstrein in Europa. Naar Frans voorbeeld, waar al jaren de Train a Grande Vi tesse (TGV) langs de grote steden zoeft, moet die trein voor supersnelle verbindingen tussen Amsterdam, Brussel, Keulen en Parijs gaan zorgen. De ministers besluiten de plannen verder uit te werken, om in okto ber '87 een definitieve beslissing te kunnen nemen. Onlangs zei de Tweede Kamer in principe 'ja' tegen de plannen. Nu het uur U nadert is hier en daar toch sprake van onrust. Zo verklaarden Gedeputeerde Sta ten van Noord-Brabant vorige week de TGV absoluut niet te zien zitten. Dat protest komt wellicht te laat, want de plannen kijken allang gesmeed. De TGV komt eraan, de vraag is alleen: over welk spoor. Haalbaar "-..."•/•r Driehoek Europees Waarschuwen Fietsen vendonk' slecht: schop Ernst van liek Nederland wijde ambtsdré Augustijnerpater opleiding voor een open vraag geval zijn eerste Bosman, een brc teur is geweest i stituut voor kinc Een gesprek ove Opleiding ZATERDAGI O 27 JUN119871 Een situatieschets met mogelijke trajecten aan de Belgisch-Nederlandse grens. - KAART OPENBAAR VERVOER O Door Jos FrIJters Wanneer de verkeersminister van de vier landen inderdaad groen licht geven aan de Europese TGV, betekent dat automa tisch dat het bestaande spoornet aange past moet worden. Gedeelteüjk moet er zelfs nieuwe spoorlijn aangelegd worden. Immers, waar het allemaal om gaat zijn de spectaculaire reistijd-winsten. Die worden echter alleen gehaald als de trei nen de maximale snelheid (300 km per uur) kunnen halen. Op het bestaande spoorwegnet is dat niet mogelijk. Een dure klus derhalve. Alleen Nederland gaat het nieuwe lijntje al zo'n zes tot acht miljard gulden kosten. Volgens minister van Verkeer en waterstaat Smit-Kroes wordt dat bedrag door particuliere investeerders betaald. Zo zouden zowel de Europese als de Na tionale Investeringsbank en ook de AMRO en de ABN al belangstelling ge toond hebben. Wat Nederland betreft staat het sein op groen voor de hogesnelheidstrein. Meteen na de vergadering in december vormde Smit-Kroes een groepje ambte naren van Verkeer en Waterstaat die zich full-time met het Euro-net gingen bezig houden. Zij bogen zich over de di verse plannen en bekeken de mogelijkhe den voor ons land. Op die manier zijn er vier varianten uit de bus gerold. P. Ruhl, directeur van het stafbureau planning van Verkeer en Waterstaat, had de lei ding over die denktank. „De varianten hebben voornamelijk betrekking op de tracés die gekozen worden tussen Brussel en Keulen en Brussel en Amsterdam. Daarbij wordt in sommige varianten ge bruik gemaakt van grotendeels nieuwe lijnen, waardoor meestal de maximum snelheid gehaald kan worden (variant 1 en 3, jf.) In andere varianten wordt voor het grootste deel gebruik gemaakt van bestaande lijnen, waardoor niet zo'n hoge snelheid gehaald kan worden", legt Ruhl uit. Eigenlijk zijn maar drie van de vier va rianten haalbaar voor Nederland. De vierde mogelijkheid is een soort mag- neetbaan. Voor zo'n 'science fiction baan' moet heel wat gebouwd worden en dat is veel te duur. Van de drie varianten die overblijven lijkt nummer twee de minste kans te hebben omdat bij die mo gelijkheid veelal over bestaand spoor ge reden wordt. Funest voor de tijdwinst dus. Toch is ingenieur Ruhl daar niet zo ze ker van. „De tweede variant heeft na tuurlijk het voordeel dat het een relatief goedkope oplossing is. Bovendien geeft deze variant minder problemen bij de ruimtelijke inpassing. In Nederland en ook België geeft het altijd veel proble men als een weg of een spoorlijn aange legd moet worden. Als je van bestaande spoorwegen gebruik maakt heb je die problemen niet. Waarvoor uiteindelijk gekozen wordt. Is nu nog niet zeker, maar je kan bepaald niet uitsluiten dat er geheel of voor een deel over bestaande lijnen gereden zal worden. Waarbij het dan altijd mogelijk is om ofwel ten noor den ofwel ten zuiden van Rotterdam een De Franse Train Grande Vitesse. Tegen het eind van deze eeuw moet een soortgelijke trein ook door ons land razen. FOTO OPENBAAR VERVOER De TGV is niet te stoppen HS spoorlijn m gebruik HS spoorlijn in aanleg HS-spoorh/n project/studie Klassieke lijn waarover thans HS-tremen rijden Klassieke lijn waarover t z1 TAnlwtp .n^,(|n|lll lllle ICJ,^ tmjL 1200 Munster WO HM»*,' J ~V.LL.fl Dortmund ?so I Maastricht «Mn •9* Aachen T Reims frenkluri Lu-- m! Wu'tbuifl t HQ Um>'" \lS0 V Yl Strasbourg,' 0 j Strasbourg,' t' "Jjj' #*250 Gunjburg J Basel u Wunchen - 200-, Kaart van West Europa met Hoge Snelheidslijnen Waar HS treinen doorgaande verbindingen (gaan) verzorgen via klassieke spoorlijnen is dat aangegeven mèt de daarbij verwachte baanvaksnelheid Kaart van West-Europa met bestaande en geplande Hoge Snelheidslijnen. - KAART OPENBAAR VERVOER nieuwe lijn te hebben en op het andere traject wel over bestaande lijnen te rij den." De derde variant is een bijna geheel nieuw traject. Ruhl is duidelijk voorstan der van deze mogelijkheid. „In de derde variant is in het noorden van België een driehoek gepland. Daardoor kan je met doorgaande treinen vanuit Amsterdam en Rotterdam niet alleen naar Brussel en Parijs, maar ook naar Keulen rijden. Het grote voordeel van deze variant is dat er zo veel mogelijk over nieuwe lijnen gere den wordt, dus de snelheid is verzekerd. Maar het is ook een veel efficiënter sys teem, omdat van elke tak dubbel gebruik wordt gemaakt." Deze variant maakt voor Nederland niet zo'n verschil met de eerste variant. Dat ligt in België anders, waarbij in de eerste variant veel over bestaande lijnen wordt gereden, terwijl dat bij de derde mogelijkheid juist niet zo is. In België is dan ook fel protest tegen de derde va riant. Natuurliefhebbers zien de nieuwe spoordriehoek in het noorden van België absoluut niet zitten. „Die driehoek op een andere plaats wegleggen zou een hele simpele oplossing zijn", aldus een laco nieke Ruhl. Wanneer de hogesnelheidstrein naar Nederland komt, kiezen ook de Neder landse Spoorwegen voor variant drie. Maar de NS zijn sowieso nadrukkelijk voorstander van de komst van de super- trein naar Nederland. „Wij zien hier zulke grote voordelen in voor het Euro pese verkeer, maar ook voor het natio naal belang, dat wi alles in het werk zul len stellen om die train hier te krijgen", vertelt NS-voorüchter W. Meyer. „Je moet de TGV zien in een hele ruime Europese zin. Het geeft een opwaartse druk aan het hele verkeerssysteem in de EG, waardoor we een hoogwaardiger vorm van openbaar vervoer krijgen. Daardoor weer zullen meer mensen de trein kiezen in plaats van vüegtuig en auto. En dat is gunstig voor de economi sche ontwikkeling in Europa. Juist daarom is het belangrijk dat Nederland daarbij betrokken is, en niet buitenspel staat wanneer in de rest van Europa deze ontwikkeling zich in gang zet", betoogt de NS-voorlichter. De Nederlandse Spoorwegen zijn dus voorstander van variant drie. Waarom juist voor deze mogelijkheid „Het is een geheel nieuw traject. Nieuw naar Brussel, dan nieuw via He rentals naar Rotterdam. Even ten zuiden van die stad de in aanbouw zijnde tunnel door. En vanaf daar op de bestaande üjn, de nieuwe Westelijke bak, naar Am sterdam CS. Waarom we voor dit tracé kiezen lijkt me duidelijk. Deze variant buit de mogelijkheden van een super snelle trein het beste uit. Je krijgt dan werkelijk spectaculaire tijdwinsten. Bin nen drie uur reis je van Amsterdam naar Parijs. Nu duurt dat zeker zes uur", ver telt NS-voorlichter Meyer. Het is al gezegd: veel protest tegen een hogesnelheidstrein door Nederland is er eigenlijk niet geweest. Er is welgeteld één protestdemonstratie te melden. Tijdens de vergadering van de verkeersministers protesteerde de actiegroep 'TGV-Nee' tegen mogelijke aantasting van het 'groene hart', hét natuurgebied in de randstad door de TGV. Er kwam geen respons. Een ander, licht, protest kwam uit on verwachte hoek. De vereniging reizigers openbaar vervoer, ROVER, heeft duide lijke twijfels. „Weliswaar zien wij veel mogelijke voordelen van de hogesnel heidstrein, maar toch ook nogal wat na delen", zegt woordvoerder K. Wierda. „Ten eerste vinden we dat het milieu niet al te veel schade mag ondervinden. Ten tweede vinden we het erg belangrijk dat het overige openbaar vervoer niet de dupe mag worden van de komst van die trein. Een gevaar dat er wel in zit. Verder moet zo'n trein toegankelijk zijn voor alle reizigers. Het mag geen elite-trein worden." Toch denkt ROVER dat de TGV een prima middel is om het imago van het openbaar vervoer wat op te krikken. „Maar we kunnen er eenvoudig niet om heen dat aan zo'n nieuwe ontwikkeling ook negatieve kanten zitten. Vandaar dat we een genuanceerd standpunt inne men. We willen eigenlijk een waarschu wende vinger opsteken. Naar de spoor wegen toe om de belangen van alle reizi gers in de gaten te houden, en de integra tie van de TGV en de gewone treinen te bewerkstelligen. Maar vooral ook naar de politiek, die het hele openbaar ver voer dient te bevorderen, en niet slechts een paradepaardje als een hogesnelheids trein", betoogt Wierda. De Stichting Natuur en Milieu is ook niet echt blij met de TGV-plannen. „Onze voornaamste angst is dat die nieuwe trein teveel het landschap aan tast. „Wij ervaren die plannen enigszins als een dilemma. Aan de ene kant zijn positieve milieu-effecten te verwachten. Reizigers zouden eerder de schone trein kunnen nemen, in plaats van de vervui lende auto of het vliegtuig. We zijn ech ter tegen een nieuwe lijn omdat die te veel schadelijke effecten voor het land schap met zich mee zal brengen", vertelt B. van Grondelle namens de stichting. „Daarom zijn wij ervoor om de be staande spoorlijn Rotterdam-Den Haag- Amsterdam te verbeteren, zodat zo'n 160 km per uur mogelijk is. Dan hoeft er dus geen nieuwe lijn aangelegd te worden." Als het aan de verkeersministers ligt, rijden aan het eind van deze eeuw super snelle treinen door heel Noord-West- Europa. Met andere woorden: je stapt in Amsterdam op en binnen drie uur ben je in Parijs voor een vers croissantje. In ok tober wordt de definitieve beslissing ge nomen. Tot die tijd kunnen de betrokke nen alle voor- en nadelen nog eens op een rijtje zetten. Milieuaspecten, reizi- gersbelangen en financiële perikelen. Het speelt allemaal een rol bij de besluit vorming. De grote vraag blijft: over welk spoor Je kunt merken dat de Tour de France voor de deur staat. De man van Mien Dobbelsteen laat de drank staan terwille van zijn wielertrai- ning, er verschijnen boekjes over helden, heiligen en duivels in de wielersport en Martin van Amerongen tracht in een door werkt stuk in NRC Handelsblad het bewijs te leveren dat wielrennen een typisch ka tholieke sport is, die in een nabij verleden werd geschraagd door erosvijandige impul sen. Kijk maar eens aan: de coureurs die door wijlen Jan Cottaar aan de meet wer den gevraagd naar hun belevenissen produ ceerden „het gerasp uit de Peel of het on gearticuleerde gerochel uit de Maasvallei"; het wielrennen vond veelal plaats op ge wijde bodem; de sport werd door geestelij ken aanbevolen aan jongelingen met co pieus werkende klierenstelsels om zondige gedachten te kunnen ontvluchten of zich zelf zodanig af te beulen dat „de lust tot lust" hen daardoor zou vergaan. Wielren nen had in dat opzicht een functie van spaak in het wiel. Van Amerongen verwijst, in zijn poging om aan het wielerpeloton een air van wap perende soutanes, een geur van wierook en de stoom van verdrongen seksualiteit mee te geven, naar de heroïsche gevechten van wijlen de wielergek Theo Koomen met zijn ontwakend libido aan een klein-seminarie te Arcen en hij voert de opmerkelijke vroomheid aan van Gino Bartali, die de voedzame sappen in zijn bidon aanlengde met wijwater. Het blijkt dat Martin Ros, schrijver van een mooie galerij wielerportretten, op geestelijk advies is gaan fietsen. U moet zich dat voorstellen in een tijdperk waarin jongelingen in aanzienlijke duisternis het beheer moesten zien te voeren, zonder on kuise nood- en kunstgrepen, over een kol kende interne heksenketel van verwarrende en verrassende gevoelens. Als je in nevelige verten een beha aan de waslijn zag hangen stond je al met een teen in de hel; in de Li- belle staarde je dromerig naar de curve van het destijds vermaarde Dulco corset en als je in de bus beklemd had gezeten tussen twee vrouwen, was je gedwongen mee te rijden tot aan het eindpunt. Het was een wat overspannen tijd. Zon dige visioenen als uit Portnoy's Complaint zoemden als lastige vliegen, neen horzels, om onze koppen. Ik zie Ros, als door een adder gebeten, op zijn fiets springen, het gevaar riskerend door een slordige sprong getroffen te worden door het Koos Taksyn- droom, een tragische vorm van zelfcastra- tie, die eeuwige zadelpijn aan de ziel ver oorzaakt. Ik betwijfel ten zeerste of de fiets ooit een libidokraker van betekenis of erosvij- andig vehikel kan zijn geweest. Reed Fausto Coppi zich niet te pletter voor de in de vijftiger jaren met een wolk van zoet schandaal omhulde „dame in het wit"? Het is waar, Bartali reed in dienst van de Hei lige Theresia van Lisieux en heel wat Bel gen zullen een oefening van volmaakt be rouw hebben gepreveld voordat ze zich van de flanken van machtige Alpenreuzen en Pyreneeënknotsen omlaag lieten donderen, maar een roomse processie is de Tour nooii geweest. Het enige katholieke van allure dat ik in de beschouwingen ontdek, is de affiniteit van wielrenners met groot afzichtelijk lij den. Hier stond Jean Robic, een kobolöje met een veel te groot hoofd, zijn mannetje. Geteisterd door chronische aambeien en steenpuisten zwoegde hij in het zadel van een speciaal voor hem ontworpen fietsje. Madame Robic heeft volgens Martin Ros van haar man, die in 1947 de Tour won, ge zegd: „Ik vind hem zo ontzettendf lelijk, zo aangrijpend lelijk, dat ik hem mooi vind." Dat is buitengewoon katholiek, namelijk engelachtig. Prins Bernhard zei onlangs in de Telegraaf: „Mij krijg je niet op de fiets. Ik doe het te paard." De prins is, zoals be kend, niet katholiek. I Door Jan Bouwt Dit jaar wordt het eerste de 'Priesteropleiding B Hoeven. Twee jaar eerder Drie priesterwijdingen: t\\ ligieuzen, beide de 50 rui en een 29-jarige, uit Poler minarist. Zij hebben op d rende opleiding twee jaar pen. Het had vier jaar gelede een noodgreep. Zeker voo den. Het aantal actieve pi immers alleen maar steeds enige nieuwe aanwas kon worden gesproken. Aan st theologische faculteiten ei geen gebrek, maar prieste amper op. Een opleiding voor late leek wel aren lezen op het pingen: sprokkelen om eru er maar in zou kunnen zitt toonde zich in elk geval ve initiatief van de Bredase ook wat argwanend. Was 1 in het Bredase diocees het 1 stel van het seminarie-oud een symptoom van restaura „Zijn we alert op verb» gen? Hebben we niet een te op de mogelijkheden om i priesterschap te brengen, alert genoeg op benutting v lijkheden?" Deze vragen, Vermeulen o.s.a., hebben bij het initiatief. Hij is direc in Nederland unieke oplei zich tot de job inspirei Nieuwtestamentische gedac gangers gewoon uit het vol nomen, ongeacht hun leeft we ons door dit gegeven w laten inspireren om verdt naar kandidaten, buiten de kende groep van jongeren gaan studeren?" Het initiatief had overigen start. Toon Hommel, prie bisdom Breda, was erin leegstaande diocesane gr( opnieuw te laten function» trum voor ontmoeting en b Broeder Gerhard Bosman

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 26