DE STEM DE GANG BEVINDT ZICH EEN DEUR DIE OP SLOT IS WEEK 100L BILDERBEEK ERNEUZEN et verpleegtehuis. Achter de zorg vuldig geïsoleerde muren speelt zich een groot ver driet af. Bewoond door vaders en moeders, opa's en oma's die lichamelijk of geestelijk zo veel te kort ko men dat ze niet meer voor zichzelf kunnen zorgen en dagelijkse verpleging nodig hebben. Sommigen zijn zich dat heel goed bewust en proberen er het beste van te maken. Anderen zetten zich af, boos en opstan dig. En er zijn mensen die dement zijn, in meerdere of mindere mate. Zij leven daar, in hun eigen kleine we reldje. Met momenten van plezier, verdriet, berusting, onrust en vooral niet-begrijpen. Mensen, afhankelijk van het bezoek, het personeel, de overheid. Het per soneel staat voor een zware taak die mensen te ver- of een afgeronde cursus tekst-1 zorgen, te troosten, te motiveren. Het verpleegtehuis Sancta Maria in Zevenbergen, in de wijde omgeving beter bekend als het Sancta, op een vrijdagavond. EDER EN KINDEREN ;n gescheiden Advocaat Huiskat ZATERDAG \A 20 JUN11987\H Rustig Drie rondjes Tanden een seizoen lang dansplezier!! SN voor de jeugd vanaf 14 jaar J msdag en zaterdag en in Hulst o3 Den Dullaert. Aanvang der /essen r SN voor (echtjparen - beginnen de dins- woens- en donderdai anaf22 september. EGROEPEN Group „Van Polka Tot Samk»'! Dobbelaar 01150-94636. 1 'P „The Petticoats" bespreken hil '150-94396 ÖIJ| op de le, 2e of 3e vrijdag '.stavonden, bruiloften, recepties1 nz. Muziek met disc-jockep van Naam tot UB 40. Dus voor eU traat 174-01150-12199 150 hét danscentrum van euwsch- Vlaanderen H 4700 GH Roosendaal 01650-49895 het Churchill-hotel in met als vakkenpakket algeme-l mmodellen, geautomatiseerde I en als typen, schaken of teke- allen computerspelletjes. :en van O A Adviesburo voor I omgaan: van beginner tot pro-1 tuigschrift; wanneer de cursus] certificaat. van het Churchill-hotel, tewe-| hotelgasten), bubble bad, crè-1 ret buitenbad en voor de grote 49895 Of 01150-94034 naar dit is als bedrijfsopleiding jk in. esteken één vakje benutten, van de advertentie wordt in een ezet. advertentie met het belangrijkste kort en bondig. Uw telefoonnummer in de ageert men gemakkelijk en snel. u AAN DE ZIJKANT HET BEDRAG toet betalen. Voor toezending van mmer dient u f 3,50 extra te ante betaling kunt u een groene een blauwe girokaart (dus géén schrijving) insturen, betaling ontvangt u een waarvoor wij u echter f 4,— ten in rekening moeten brengen. ilaatsing aan Dagblad De Stem, 10 MB Breda. advertenties., of inleveren op onze Prijs incl. 6% BTW f 5.88 f 7.84 f 9.80 f 11.77 f 13.73 f 15.69 Door Pauken Spieker Het avondhoofd begint om 17.45 uur met de overdracht. Met mevrouw A. ging het vandaag iets beter, maar meneer H. knapt niet erg op. Heeft weinig gedronken. Me vrouw G. kreeg vanmorgen een TLA (een tijdelijke storing in de hersenen die weer iel bijtrekt, maar mogelijk een voorloper een beroerte) en moet dus in de gaten houden worden. Ze is nu rustig, regel- matig bloeddruk meten. Meneer P. is helemaal de kluts kwijt. De reden voor z'n onrust is niets bekend. En de slaapmedicatie aan mevrouw L. wordt gestopt. Eens kijken hoe het zonder gaat. Veel oude mensen hebben weinig slaap no- Als mevrouw L. 's avonds over de g loopt en geen andere patiënten lastig I valt, is het niet erg. Meneer S. heeft nog koorts en'mevrouw T. heeft en uri- I aeweginfectie. Zij is begonnen met anti biotica. Meneer W., die gisteren ook al zo beroerd was, lijkt verder achteruit te gaan. Hij heeft bloed bij zijn urine, drinkt weinig en is misselijk. De familie wil op tijd ge- I waarschuwd worden. Op een klein blocnootje worden de be- I iangrijkste punten genoteerd. De avond- aster gaat haar ronde maken langs alle af- delingen. Het bezoek is nog aanwezig en in 's gemeenschappelijk zitkamers staat de I televisie aan. Keihard, want niet iedereen boort even best. Per afdeling zijn er drie Ekenverzorgenden die de patiënten gaan I oorbereiden op de nacht. Mensen naar brengen, helpen met uitkleden, nog I even een plasje doen. De meesten werken I gewillig mee, blij om naar bed te kunnen. I De afdelingen twee en drie van het ver- I pleegtehuis worden bevolkt door 'somati- ie patiënten. Mensen die lichamelijk I met in orde zijn. Veel van hen zijn bedle- In de zitkamer zitten nog een paar en, onder wie broeder Liborius. Hij beeft multiple sclerose en zit al 12 jaar in een rolstoel. Op een plateau voor zijn buik I staat een asbak. Hij vraagt om een sigaret. I Zelf opsteken kan niet meer.fhKar roken I ®g wel. De sigaret bungelt in zijn mond- I soek. Met een handige knik van zijn hoofd I taikt hij de as in <%&sbak. Soms valt de as J °P zijn kleding. Goea tegen de mot. Broeder Liborius is een van de weinigen w een eigen kamer. Probeert er het beste Ij® te maken. „Je moet hier persoonlijk- I seid büjven. Zorgen dat je niet geïnstitu- I jiooaliseerd wordt. Het is niet altijd mak- I lelijk, soms moet je echt op je tanden bij- I fa. Je kent alle eigenaardigheden van elk- laar. De een is opstandig, de ander sluit lach volkomen af. En toch zijn er hier veel loensen waar ik enorm veel respect voor heb". De broeder heeft 40 jaar als leraar hand- vaardigheid in Brabant gewerkt en kan nu lots meer met z'n handen. „Ik ben nu veel I?® het lezen. Vooral over geschiedenis. Ik I b® munten gaan sparen, ben üd geworden |,J» de heemkundekring en ik ben lid van e bibliotheek. Als het een beetje lekker liter is, ga ik alleen het dorp in. Bang ben t niet. Elke auto die jou in je karretje ziet lijden, vind je maar een vreemd voorwerp t met een grote boog om je heen". Telefoon: ■Afdeling 1Midden in de gang zit een deur lm' S'ot 's' Achter de deur wonen de- I ®te bejaarden en die mogen niet de I ®s krijgen om weg te lopen. Aan de an- hant van de deur leven mensen met li- I unelijke kwalen. De deur is te openen I el een speciale sleutel of door het intik- en van een code op een toetsenbordje aan e muur. Die code is al jarenlang 1,2,3,4. de dementerende mannen en vrou- ,e ingewikkeld om te onthouden, personeel en familie te gemakkelijk vergeten. de deur staat een demente vrouw te naar wat er aan de andere kant ge- De bedrijvigheid op de gang maakt haar onrustig. De scheidingsdeur is eigen lijk een noodoplossing. De somatische pa tiënten willen absoluut niet vergeleken worden met de dementerende ouderen. Ook voor de familie is dat een teer punt. Daarom zijn er verder aparte afdelingen. Op afdeling 1 kan het niet anders. In de zitkamer van het afgesloten deel van afdeling 1 zit een meneertje met een keurig kostuum in een leunstoel. „Ik ben hier ook vreemd. Ik ben gisteren geko men", vertelt hij met een droeve glimlach. Later vertelt het avondhoofd dat de man hier al jaren woont. Het avondhoofd is die avond José Westen, getrouwd, drie kinderen en pas per 1 ja nuari in dienst bij Sancta. Daarvoor heeft ze als verpleegkundige in een ziekenhuis gewerkt. „Ik had weinig ervaring met de mente ouderen", vertelt ze. „Hier word je er met je neus bovenop gedrukt. Het kan jou straks ook overkomen". De ouderen krijgen, als ze dat willen, bij gelegenheid weieens een borreltje. Er wordt dan veel advocaat geschonken. „Als je vergeten bent of je dat wel lekker vindt, krijg je dus een advocaatje voor je neus. Daarom is het handig datje als verpleegkundige dat soort kleine dingen weet, want je wilt iemand niet iets geven wat ie z'n hele leven al niet lustte. Het contact met de familie is dus heel belangrijk. Ik zal later trouwens laten vastleggen dat ik niet van advocaat hou". Het is José opgevallen dat de verpleeg huis-arts anders met de patiënten omgaat dan de ziekenhuis-arts. „Toen ik hier net was, lag er iemand erg slecht. In het zie kenhuis zouden ze dan niet erg veel moeite meer doen, de ziekenhuis-arts had het op gegeven. Hier gingen ze er nog eens extra tegenaan. Omdat als de patiënt er bovenop zou komen, nog een paar goede levensja ren te verwachten waren. Toch wordt het leven hier niet ten koste van alles gerekt. Het .gebeurt ook wel dat bijvoorbeeld het geven\Vafi Sonde-voedingWBdt gestaakt in overleg mefltjetfamilie". 1 Het gebruik van medicijnen valt volgens José Westen erg mee. „Als je soms ziet hoe de mensen .hiel* soms binneqlromen, met potten vol medicijneifc-Daar stoppen ze hier resoluut mee. Er worden wel veel me dicijnen gebruikt om rustig te worden of te kunnen slapen. Soms moet je wel iets ge ven. Als iemand pas binnenkomt, hele maal van streek is en niet op wil geven. Die moet je in zijn eigen belang iets geven; je moet ze niet 'platspuiten', maar ze wel wat rust gunnen. Maar ook over de medi cijnen is er veel overleg met de familie". Tegen negenen is op de afdelingen 4 en 5 (demente bejaarden) iedereen naar bed. In de lege gang praat het nachthoofd met een van de afdelingszusters. Gijs, de zwarte huiskat van afdeling vier, komt van zijn Voetje voor voetje door de gangIn een kleine eigen wereld. FOTO'S DE STEM/BEN STEFFEN De wereld van het Sancta De afdelingszuster maakt rapport op, de nachtzuster verzamelt de belangrijkste gegevens van het hele huls. vaste stek bij het aquarium de gang in ge lopen om te horen wat de twee zusters be spreken. Als blijkt dat het niet interessant genoeg is, loopt hij terug en vlijt zich loom uit op een tafel. De beide afdelingen zijn pas nieuw, het meubilair dat in allerlei hoeken en gaten staat opgesteld is een zooitje ongeregeld. In allerlei hoeken staan luie stoelen, vaak meegenomen door patiënten die zo nog iets eigens hadden. Aan de kamers, waar de rust nu groot is, zijn wc en badkamer aangebouwd. De mensen hoeven nu niet meer de gang op waar zij dan vaak de weg terug niet kunnen vinden. Op afdeling 1 (die met de deur in het midden) zijn de bellen kapot. Een kwalijke zaak, want de zieke mensen kunnen de zuster of broeder niet meer waarschuwen als er iets is. Voor de 'achterkant', de afde ling demente bejaarden is er geen man overboord. Die slapen toch wel, of kunnen hun bed uit als er iets is. Voor de 'voor kant' toch wel een groot bezwaar. Het avondhoofd beslist dat de technische dienst moet worden opgeroepen. Een zus ter op de afdeling overweegt om sommige mensen een asbak te geven, waarmee ze dan in geval van nood lawaai kunnen ma ken door ermee tegen het bed te slaan. Twee mannen van de technische dienst ar riveren en moeten constateren dat er nu niets aan te doen valt. In een van de ka mers moet er een kortsluiting zitten. Het is geen doen om, terwijl iedereen slaapt, alle kamers te controleren. Het avondhoofd zit er een beetje mee, want er zal maar iets ge beuren. Met een zwaar shaggie in de mond stapt een van de technische heren een ka mer met slapende mensen in en doet het grote ücht aan. Het avondhoofd wordt kwaad: „Dat kan je toch niet doen, die mensen slapen hoor". Het gesprek gaat door op de gang. Morgen overdag moet de zaak maar worden opgelost. Terug naar boven, naar afdeling drie waar het met meneer W. nog steeds niet veel beter gaat. Opnieuw overweegt het avondhoofd of ze de familie moet laten ko men. Er is weinig verandering in zijn toe stand. Nog maar afwachten dus. Alle ver diepingen worden per trap bezocht. De lift is taboe, 's avonds en 's nachts. Wantje zal als avondhoofd maar in je eentje ergens tussen twee verdiepingen vast komen te zitten. Een vast punt in de avonddienst is een controlerondje door het hele huis. Het avondhoofd neemt iemand mee, - want ie weet maar nooit wat je tegen komt- en controleert of de deuren op slot zijn die op slot moeten zijn, of de verwarmingskelder niet onder water staat, of allerlei machines het nog doen. Tijdens dat rondje zwaaien ineens allerlei openstaanden deuren dicht. Brandalarm. Even later blijkt het loos alarm te zijn. De telefooncentrale in on dertussen ook gestoord. Slechts met één toestel kan je naar buiten bellen. Dat geeft verder weinig, want vrijwel iedereen slaapt. Behoudens de technische storingen is het verder rustig in huis. Op afdeling twee gaat tegen tienen de laatste patiënt naar bed. In de gangen staan rolstoelen en karren met schoon wasgoed en luiers. Sommige ka merdeuren staan open, omdat de patiënten dat prettig vinden. Af en toe loopt er een broeder of zuster met een po. Het licht is gedempt, maar in de zusteipost schijnt het felle TL-ücht van de realiteit. De afde lingszuster maakt rapport op, de nachtzus ter verzamelt de belangrijkste gegevens van het hele huis. Tegen elven komt Ton Brocatus, het nachthoofd. 's Nachts zit er per afdeling één ziekenverzorgende, alleen op afdeling 5 (zwaar demente bejaarden) zijn twee mensen. En dan is er het nachthoofd, die door het huis zwerft. Als alles rustig blijft nét genoeg personeel. Als er iemand dood gaat of erg ziek is, heeft het hoofd z'n han den vol en kan hij niet elders een handje helpen. Dan is het improviseren geblazen. Het avondhoofd kan het nachthoofd vertellen dat het tot nu toe een rustige avond is. Ze maakt zich alleen zorgen over meneer W., waarmee het steeds slechter gaat. „De familie wil niet dat er nog een nieuwe behandeling wordt gestart, en wil tijdig gewaarschuwd worden om afscheid te nemen". Het nachthoofd noteert het al lemaal in zijn boekje. Brocatus werkt al jaren bij Sancta Maria en kent het klappen van de zweep. Zijn nachtelijk ritme: drie keer een rondje ma ken langs alle afdelingen, een maal een rondje door de kelder om nog eens te con troleren of er niks lekt en alles wel goed op slot is. Dat rondje wil er nog wel eens bij in schieten: „Als er mensen ziek zijn ga ik niet kijken of alle deuren wel op slot zijn". Zijn opdracht: helpen waar nodig en een bezoekje brengen aan de twee bejaarden verzorgsters van Huize Zevenbergen, het bejaardenhuis dat aan Sancta vast zit. Ver der heeft het nachthoofd een uitgekiende pieper die hem bij alarm meteen vertelt wat er precies loos is. Voor hij z'n verplichte rondjes maakt gaat hij even bij meneer W. kijken. Zijn er varing zegt hem dat de familie niet gewaar schuwd hoeft te worden. „Je eerste nacht in de nachtdienst is de moeilijkste. Dan is de situatie nog nieuw, ken je alle gegevens nog niet uit je hoofd". Tegen elven blijkt de verwarming uitgevallen te zijn. Broca tus kent ondertussen de zwakke punten in de technische installaties. In de kelder aan gekomen brandt er ergens een lampje dat uit had moeten zijn. Met een druk op de knop is het probleem opgelost. Even later, hetzelfde alarm. Opnieuw de wandeling naar beneden en de druk op de knop. „Als het nog een keer gebeurt, bel ik de man van de technische dienst uit z'n bed". Op afdeling één, achterkant, loopt midden in de nacht een mevrouw in onderbroek en bedjasje en zonder tanden in het toilet te zoeken. Ze wordt snel geholpen en weer te rug in bed gelegd. Naast haar op het nachtkastje, haar kunstgebit. Eerder die avond op afdeling vier, ging het ook over tanden. Op de afdeling met licht demente be jaarden zit een groepje grijze vrouwen bij elkaar. „Woont u hier ook?", vraagt een van de dames vriendelijk. Het avondhoofd vertelt dat het een mevrouw van de krant is. Dat maakt - gelukkig - geen enkele in druk. „Zijn dat uw eigen tanden?", ver volgt ze. Meteen schuift ze met haar tong haar inmiddels vaal geworden kunstgebit naar voren. „Ik heb ook m'n eigen tanden nog", vertelt ze trots. Het illustreert de wereld van de ver pleeghuis-patiënt. De waarden zijn ver legd, zodat het leven toch iets zinvols be vat om geleefd te worden. Je eigen tanden in je mond, bijvoorbeeld.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 31