DE STEM ZLER B 1ESSENS IHOF VALS- L Camavalfabet Mi na carnaval i kun staon or nieuwe ntzleraon c r\» I I9 O! R LEUTIG iRMORKEN )ok uw CARNAVALS FOTO'S A 1 A As SPORTARTIKELEN dijk Carnaval is rijk aan traditie en gebruiken. Wie door de jaren heen het wel en wee van carnaval gevolgd heeft, zal wellicht geconstateerd hebben dat carnaval carnaval niet meer is. Carnaval barst tegenwoordig van de vermakelijke, maar ook bedenkelijke uitwassen. Alfabetsgewijs vol gen hier wat kanttekeningen bij het carnavals feest. Het gros van de op- en aanmerkingen is ontleend aan het proefschrift 'Verwording van vastenavond', waarop schrijfster dezes begin maart aan de Katholieke Universiteit Tilburg hoopt te promoveren. iaval, maar het blijft )REN - FAHR OOGST PLOEGEN - f3-KLOOSTERZANDE ■RAAT 43 - BRESKENS ectie laaf. De uitroep Alaaf komt waarschijnlijk uit Limburg en even waar schijnlijk is hij naar Zuid-West-Nederland gekomen samen met de fi- ^guren die inmiddels allerlei toppuncties in het Brabantse en Zeeuwse bedrijfs-, verenigings- en openbare leven bekleden. Die Limburgers zullen, gelijk Duitsers, je vertellen dat het bij hen allemaal veel beter is, zeker waar het carnaval betreft. Laat je echter niets wijsmaken, Limburgers zijn geen betere carnavallers; hun moeilijk verstaanbare dialect wekt hooguit de in druk dat ze voortdurend inkennelijke staat verkeren. De betekenis van alaaf is niet duidelijk. Er wordt verondersteld dat het iets met laven te ma ken heeft. Alaaf zou dan dus kunnen betekenen: allemaal drinken. ier. Een beetje carnavalier kan van bier niet genoeg van krijgen. Naarmate het carnaval vordert kun je ook steeds meer bier verdragen. Legendes en ver halen dat in sommige cafés het bier tijdens caraval met water aangelengd wordt, doen al jaren de ronde. Duide lijkheid over die malversaties is niet te verkrijgen. Wel zijn er volop cafés die je in de drukte meer schuim dan bier voorzetten. Pas ook op voor de bietsers die onder het mom van 'sorry, ik dacht dat het mijn bier was' zich de hele carnaval gratis weten te laven. onsumptiebonnen. Consumptiebonnen zijn betrekkelijk nieuw in de carnavals- 'historie, maar ze zijn snel een van de voornaamste bestanddelen geworden. Tal van bierhuizen, zalen en cafés verkopen uitslui tend bonnen, liefst voor minimaal een tientje, zodat het bezoeken van tien kroegen op een carnavalsavond je al gauw op honderd gulden komt te staan. In de hiërarchie van carnavals clubs en -stichtingen wordt de belangrijkheid van de persoon afgemeten aan de dikte van zijn stapeltje gratis consumtiebonnen. Dweilen. In tal van westbrabantse plaatsen is dweilen dé manier om zich in gezelschap tij dens carnaval over straat te verplaatsen. De dweil-beweging heeft iets weg van zwalken en doel loos heen en weer bewegen. De sportverslaggeving, altijd tuk op clichés, heeft zich inmiddels het dwei len al toegeëigend. Als Hein Vergeer eens een dag niet goep presteert dan rijdt hij als een dweil. Erwtensoep. Doorgewinterde carnavallers weten dat een goede bo dem onmisbaar is, wil men tijdens het carnaval de nodige alcoholi sche versnaperingen kunnen blijven consumeren. Omdat het met carnaval nog wel eens bitter koud wil zijn, nemen sommige carnavallers nogal eens hun toevlucht tot stevige kost als erwtensoep. Inderdaad is erwtensoep een uitstekende maagvulling en kan een hongerige carna- I .aller er veel van consumeren, maar in combinatie met grote hoeveelhe- I aan bier kan erwtensoep vooral 's anderendaags voor veel overlast zor- I gen. Niet alleen het ondergoed loopt direct gevaar, maar ook de mede- carnavallers kunnen er ernstige hinder van ondervinden. A102 ptocht. Er wordt tijdens carnaval geen optocht gehouden of er is wel heibel over. Jury's worden beticht van partijdigheid en/of corruptie en carnavalsverenigingen betichten elkaar van het stelen van eikaars ideeën en bevechten elkaar op leven en dood. Elk jaar is er wel weer een carnavalsclub die tijdens het bou wen van de wagen geen rekening heeft gehouden met de grote van de deur van de schuur, waarin het pronkstuk zich bevindt of zich verkeken heeft op de hoogte van de lantarenpalen langs de route. In grote plaatsen gaat het bij de hoofdprijzen in de optocht om grote bedragen en net als elders in de samenleving slaat dan de moor dende concurrentie toe. Wij wachten dan ook met smart op de car navalsplaats die een gewoon kratje bier als hoofdprijs in de optocht durft in te stellen. De jaarlijkse optocht verrast en verbaast iedere keer opnieuw. Zouden de Brabanders dagelijks zoveel originaliteit, creativiteit en durf aan de dag leggen, dan hadden ze geen commis saris nodig die overal op deze aardbol noodgedwongen hun belan gen behartigt. De prins is tijdens carnaval zeker in de gro tere plaatsen een grotere despoot dan de Prinsen van Oranje in hun ergste dagen. Was carnaval vroeger een volksfeest, tegenwoordig is het vaak een evenement dat bol staat van de opvallende onzin. In geen enkele andere tak van onze samenleving durven prominenten zichzelf zo schaamteloos op de borst te kloppen als in het carnavalswereldje en nergens an ders viert de vriendjespolitiek nog zo hoogtij als in de kringen van carnavalsnotabelen. Raad. De Raad van Elf is doorgaans een se lect clubje uitverkorenen, dat zich opwerpt als gangmakers c.q. bedenkers van alles wat met carnaval te maken heeft. De raad van elf doet ongetwijfeld goed werk, maar de meeste le den zijn maar al te vaak kleine Van Agtjes; ze wil len maar al te graag horen hoe goed ze wel niet zijn. Ze worden eerder dronken van macht dan van bier. W V eerder uKleQu, De naam- I geving van de di- verse prinsen is eef^werhaal apart. Veelal wordt gekozen voor na men die op -us kunnen eindigen zoals Tinus, Dri- kus, Rinus, Nillus en noem maar op. Het diep tepunt in naamgeving werd enige jaren geleden in Breda bereikt toen de toen regerende prins zich QuKleQu liet noemen. Er- was geen kip die daar iets van begreep. Breda wordt wat bezopen namen be treft op de voet gevolgd door Tilburg dat zijn hui dige leutvorst naar een duur whisky-merk noemt: prins Dimple d'n irste. id afgewerkt bij UWELIER -KLOOSTERZANDE aal 18 februari 01148-1691 Friet. Er zijn carnavallers die vijf dagen lang leven op een streng dieet van bier en friet, hooguit verrijkt met een enkel kroketje of frikandelletje. Deze le venswijze is niet aan te bevelen. Niet alleen krijgt het car navalskostuum plakaten van in diverse stadia van ontbin ding verkerende mayonaiseklodders, maar ook de stoel gang ondervindt ernstige hinder van een teveel aan friet. Graaien. Typische Hollandse interpre tatie van carnaval. Randstedelingen, die met carnaval afzakken tot bene den de rivieren denken dat carnaval bestaat uit versieren en overspel plegen. Bij de min ste of geringste losbandigheid van een zui delijke deerne gaan Hollanders meteen over tot graaien in of onder het carnavalskos tuum. Hollanders zitten vol vooroordelen over carnaval. Zo denken ze dat carnaval een massaal festijn van verleiding en over spel is. Hoe meer we het jaar 2000 naderen, hoe meer die vooroordelen bewaarheid wor den. Hossen. De herkomst van het hossen is moeilijk te achterhalen. De beweging heeft rechtstreeks te maken met de bij de carnaval ho rende muziek. Die nodigt niet uit tot echt dansen en om toch enigszins van maatgevoel blijk te kunnen geven, gaat de carnavalier over tot het hossen. De hos-beweging is in zijn oorspronkelijke vorm nog terug te vinden in de binnenlanden van Irian Jaya en wellicht ook nog in zaaltjes tussen Tonnekreek en Zwingelspaan. Een jaar of twintig geleden werd de gloednieuwe kiel of pet in het eerste carnavalsjaar voor zien van, twee geinigestickers. Op de eerste stond: 'Ziede gij me gèrekus me danDe andere sticker droeg de carnavaleske dooddoener 'Agge mar leut 'ed'. Tl Door An Siekloopedie Inhaken. Inhaken is vooral dankzij het programma 'Op losse groeven' bekend geworden, maar het gebruik stak al veel eerder de kop op in gekende Vlaamse danszalen als De Salamander en de Veer tien Billekes. Inhaken en meedeinen biedt minder-validen en bejaarden de kans om op hun wijze het carnaval mee te vieren. Tij. Jij is het negatieve wachtwoord voor car- I navalsvierder. Word je met jij aangesproken J dan heb je of te maken met een boven-Moer- dijker, die hier zijn vooroordelen over carnaval komt bevestigen of met import die wanhopig pro beert te integreren. In beide gevallen weet u wat e te doen staat. Er is een uit zondering: Noord- Brabant heeft in zijn Noordwesthoek 'Het land yan jij en weet je' liggen. Plaatsen als Klundert, Heijningen, Willemstad en Dinteloord zijn ooit zo Hollands geweest dat je en jij er in plaats van ge an gij in het plaatselijk dialect verankerd zijn. Er wordt in die plaatsen carnaval gevierd, maar lang niet altijd van harte en liefst niet op zondag. Voor uitbundige feesten moet je daar op koninginne dag zijn. Vraag bijvoorbeeld maar eens in Klun- uert wat er onder 'Oranjeboompje planten' ver staan wordt. richtTDe iel, kapel, kater. Over de kiel heeft Wim Koek on langs nog uitvoerig be- 5e kapel maakt muziek op plaatsen waar men nog weet wat carnavalsmuziek is. Jam mer is alleen dat veel kapellen zich in de zomermaanden ont poppen tot oude-stijl-jazz-or- kesten en dan straat en terras opschrikken met erbarmelijke klanken, die tijdens carnaval nog te billijken zijn, maar die 's zomers ronduit storen. De kater kan voor sommige carnavallers een probleem zijn. ledereen heeft er wel een of ander paar- demiddel tegen dat varieert van een stevig ontbijt tot een hand vol vitamine c-pillen. De door gewinterde carnavalier weet echter dat er maar één middel echt helpt: vlug een paar glazen bier. iterzande - 01148-132; Leut. Leut is een brabants woord dat alleen nog maar rond carnaval gesproken wordt. Lang leve de leut is even het credo en wie het in zijn hoofd haalt om tij dens de carnavalsdagen de krant te lezen, die ziet dat de carnavalsoptocht steevast omschreven wordt als leut- stoet. Een jaar of twintig geleden werd, althans in de streek waar schrijfster dezes vandaan komt, de gloed nieuwe kiel in het eerste carnavalsjaar voorzien van twee 'geinige' stickers. Op de eerste stond: 'Ziede gij me gère, kus me dan'. De andere sticker droeg de carnavaleske dooddoener 'Agge mar leut 'ed'. ■oerdijk. Moerdijk is een cruciale plaats in de carnavalsviering. Boven de Moerdijk, zoals dat beet, snappen ze geen snars van wat carnaval nou eigenlijk inhoudt en bene den de Moerdijk zien ze die van boven de Moerdijk met carnaval liever gaan dan komen. Moerdijk zelf (met carnaval bpieringkruiersgat') stelt tijdens carna val amper iets voor, net als de rest van bet jaar trouwens. Nar. Een beetje prins heeft in zijn hofhouding ook een nar zitten. Die nar moet nog leuker zijn dan de prins zelf en in negen van de tien gevallen blijkt dat een te grote opgave te zijn. Hollanders zitten vol vooroordelen over carnaval. Zo denken ze dat car naval een massaal festijn van verleiding en overspel is. Hoe meer we het jaar 2000 naderen, hoe meer die vooroordelen bewaarheid worden. - FOTO'S ARCHIEF DE STEM Sauwelen. Sauwelen, mauwen of tonprao- ten is een van de leukste gebeurtenissen in carnavalstijd. Een beetje sauwelèr c.q. mauwerd c.q. tonpraoter is leuker dan een hele optocht. Toch slaat ook hier de vercom mercialisering toe. Er zijn al sauwelèrs die complete schrijversteams (meestal journalis ten van de plaatselijke krant) in de arm nemen om zo spits mogelijk voor de dag te kunnen komen. Hoe gênant dat uit kan pakken, hebt u op Oudejaarsavond nog bij Seth Gaaikema kunnen zien. >ullepetaonestad. Het is traditie dat tijdens de carnavalsdagen de naam van dorp of stad omgedoopt wordt. Meestal wordt dan een naam gekozen die iets zegt over het verleden van de plaats. Daar naast wordt vaak de scheldnaam, waaronder die plaats in omringende dor pen bekend staat, als geuzenaam aangenomen. Zo heet het dorp Roosen daal in carnavalstijd Tullepetoanestad. Breda is het minst origineel van alle plaatsen. Men is daar niet verder gekomen dan de povere benaming 'Kiele- gat'. Het lafst is Lage Zwaluwe. In de wijde omgeving staat dat bekend als 'Donkerlaand'. De Zwaluwenaren noemen hun plaats heel onnozel 'Het rijk van de Biesboschrakkers'. Uittocht. Steeds vaker hoor je van mensen die tijdens de carnavalsdagen de wijk ne men naar een wintersportland. Die men sen haten carnaval zo erg dat ze het in het open baar niet over carnaval hebben, maar over de krokus-vakantie. Eenmaal in tussen de be sneeuwde bergen gaan deze wintersporters zich te buiten aan Glühwein, Stroh Rum en andere lo kale alcoholica. Eenmaal op temperatuur werpen ze alle schroom van zich af, beginnen voorzichtig te zingen en aan het eind van de avond gaat de complete Nederlandse kolonie hossend door de tent. Terug thuis zal men zeggen dat men blij is dat men carnaval heeft kunnen ontwijken. Vastenavond. Vroeger beperkte carnaval zich tot de dinsdag, van oudsher de vastenavond geheten. Te genwoordig lijkt carnaval steeds vroeger te beginnen. Leden- en prinsen-bals vinden vaak al het weekend voor het carnavalsweekend plaats en wie zich een beetje in het offiële carnavalswereldje heeft weten binnen te dringen, kan in de week voor carnaval elke dag terecht op recepties, prinsendi ners en soortgelijke met de nodige status omgeven evene- 'menten. Carnaval zelf begint officeel eigenlijk 's zaterdags pas, maar op vrijdagavond is er al geen café meer te vinden, waar nog geen carnaval gevierd wordt. Woensdag, as-, Aswoensdag is geen carnaval meer, maar toch slagen steeds meer carnavalsvierders erin om ook op woensdag nog even door te gaan. Onder het mom van het café mee helpen schoonmaken of 'kijken of ik mijn jas daar niet heb laten hangen' schiet men de kroeg in om er nog eentje te nemen om het af te leren. Een askruisje halen is er bijna niet meer bij, gevast wordt er sowieso niet en de door de katholieke kerk voorge schreven 'onthouding' wordt hooguit daar toegepast, waar katers c.q. buikgriepjes hebben toegeslagen. --benen. X-benen zijn een typisch vrouwelijk carnavalsverschijnsel. Te veel bier en te lang hos sen stellen de blaas danig op de proef en wie goed kijkt, ziet op de dansvloer menige vrouw met x-benen meehos- sen in de hoop dat ze zich dadelijk eindelijk los kan ma ken uit deze nu al een kwar tier durende polonaise. U'IJ. Veel West-Brabanders hebben pro blemen met de H. Waar die letter wel uit gesproken moet worden hoor je hem niet en waar hij niet uitgesproken moet worden hoor je hem wel. Dat klinkt ongeveer zo: West-Braban ders kunnen de 'a niet huitspreken. Zeggen de ze met carnaval van iemand "IJ 'ed d'r al genog g'ad' dan betekent dat, dat die feestganger geen drank meer krijgt. Ook de Zeeuwen hebben pro blemen met de h. Zij spreken hem nogal eens uit als een g, terwijl de g als h uitgesproken wordt. Als niet-Zeeuw moet je dan ook niet lachen als je tijdens een kerkbezoek aldaar hoort spreken over 'de gulp van hod' of 'de geilige drieëenheid'. j—w at. Een echte carnavalsvierder wordt nimmer m zat. Hij kan drinken zo veel hij wil, hij zweet en w j host de kwalijke dampen er allemaal weer uit. Te veel drinken kan wel tot een overbelaste blaas leiden en wie daar last van krijgt zal zich veelvuldig een gang naar het toilet moeten getroosten. Het is onder bierdrinkers een bekend gegeven dat tegen over de twee glazen bier die je naar binnen giet er minimaal drie staan die op het toilet weer naar bui ten willen. Daar is maar een middel tegen: niet drin ken. Maar ja, dan kun je net zo goed geen carnaval vieren.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 15