BOEKEN' Beethovens strijd om het bestaan De liefde tussen Margot en Marie Kurt Tucholsky en zijn Pyreneeënboek Wonen op Rel rond Multatuli Almanak van Aarts OVER iruïie boeken GESPROKEN J.D. Salinger wint proces Boekenweek Nieuwe Kafka Literaire postzegels Aad Nuis hambone ZATERDAG 7 FEBRUAR11987 NIEUW DEEL IN GOTTMER-SERIE 'HET GEHEIM VAN EEN OPGEWEKT HUMEUR' VAN H.C. TEN BERGE Verlangen Frankrijk Afstand hrantindehlas Beethoven. - FOTOARCHIEF DE STEM Door Hans Rooseboom In het door lichamelijke ram pen geteisterde leven van Ludwig van Beethoven draaide alles om geld. De man die aan alle ziekten leed waar aan een mens kan lijden, en die bovendien nog de zware strijd moest uitvechten met zijn hoge artistieke roeping, wilde in ieder geval aan één vorm van narigheid niet lij den: geldgebrek. Beethoven was noodge dwongen een kleine zelfstan dige. Hij had geen werkgever en moest zijn kostje dag na dag bij elkaar scharrelen in een onzekere en onverschillige wereld. Uitkeringen, subsi dies, fondsen, beurzen, stipen dia, BKR of andere luxueuze voorzieningen voor kunste naars bestonden niet in het Wenen van rond 1800. Wat wél bestond, ook voor grote kunstenaars, was de realiteit van alle dag: een dak boven je hoofd, eten op tafel, belastingen, personeel, geld verslindende familieleden, en dat moest Beethoven allemaal in zijn eentje opbrengen. Beethovens biografie toont niet alleen de ongelijke strijd tegen het voortwoekerende li chamelijke verval (doofheid was nog het minste ongemak), maar ook het gevecht om het naakte bestaan. In de tijden vóór hem stelden componisten zich in vaste dienst van de kerk (Bach), van de koning (Handel) of van een rijke, mu- ziekminnende vorst (Haydn). In later tijden waren er func ties te vergeven als orkestlei der (Mendelssohn), operadi recteur (Mahler), conservato riumdirecteur (Liszt) of mu- ziek-criticus (Debussy). Beethoven leefde ongeluk- kerwijs juist in de overgangs tijd tussen enerzijds het aris tocratisch en kerkelijk maece- naat (18e eeuw) en anderzijds Door Henk Egbers Dat vrouwen van elkaar hou den, seksuele relaties onder houden, is binnen onze cultuur ogenschijnlijk wat meer ac ceptabel geworden. Er wordt althans openlijker over ge praat dan in het begin van deze eeuw, toen Margot en Marie, twee Franse vrouwen, elkaar hun liefde betuigden. Sociaal-maatschappelijk ge zien is daarom het boek van Régine Deforges, 'Uit liefde voor Marie Salat', achterhaald en zelfs wat vervelend; als poëtisch-historisch document interessant en.- wie weet - zelfs nog actueel-spannend. Régine Deforges, die in 1968 als eerste vrouw in Frankrijk een uitgeverij begon, speciali seerde zich in het uitgeven van erotische werken. Bekendheid kreeg ze door haar trilogie over de oorlog '40-'45. 'Uit liefde voor Marie Salat' is ge baseerd op een historisch feit en door Deforges aan haar eigen fantasie uitgeleverd. In het dorpje Malagar, in de Ga ronne, ontdekte ze bij een han delaar in oude spullen enkele beschreven kaarten waardoor ze ontroerd werd en in verle genheid raakte: 'Een vrouw betuigde daarop een andere vrouw haar liefde, en wat voor liefde!.Drie jaar heb ik dat verhaal in mijn hoofd laten rijpen. Ik wilde graag meer weten over die vrouwen die in een klein dorp in het zuidwes ten van Frankrijk, aan het be gin van deze eeuw, zoveel van elkaar hadden durven houden en van wie er tenminste één, Eeuwigheidsdrang van de mens kent geen grenzen de burgerlijke orkest- en con certpraktijk van de negen tiende eeuw. Hij stond er al leen voor. Werk na werk moest hij proberen te slijten aan onwillige uitgevers. En het publiek moest hij tot zijn kunst overhalen door onver moeibaar concerten te organi seren. Aan Ludwig van Beetho vens moeizame leven is het tweede deel gewijd van de hernieuwde componistenserie van de uitgever Gottmer in Haarlem. Eerder verscheen een deel over Mozart, en er staan nog veertien andere op stapel. Ook dit Beethoven-boek is prachtig uitgegeven, zeer rijk geïllustreerd en gedocumen teerd (volledig werk-overzicht en uitgebreide bibliografie). De auteurs houden zich echter wel heel erg aan het 'geïnsti tutionaliseerde' beeld van de grote componist. Echt nieuwe dingen staan er niet in. Een voorbeeld is de omstreden ver houding van Beethoven tot zijn neefje Karl, van wie hij in de laatste jaren van zijn leven voogd was. Al jaren verschij nen er artikelen die proberen te bewijzen dat Beethovens liefde voor deze knaap verder ging dan de gewone liefde van een oom voor zijn neef. Beet hoven zou homofiel zijn ge weest, gaan de geruchten. Hij was tenslotte ook nooit ge trouwd In dit boek wordt met geen woord gerept over dit precaire onderwerp. Het bepaalt zich tot de overbekende Beethoven. Voor de nog niet zo doorge winterde belangstellende in de muziekgeschiedenis is deze biografie overigens informa tief genoeg. 'Beethoven'. Redactie Jos van Leeuwen. Gottmer Componis- tenreeks. Uitg. Gottmer, prijs 32,50. Door Henk Eg bers H.C. ten Berge is een be wonderd en verguisd schrijver. Bij ons over heerst de bewondering. De roman 'Het geheim van een opgewekt hu meur' mag nog zo over dadig zijn opgebouwd uit allerlei themata en stijlconstructies, de ein dindruk is die van 'een intrigerend boek'. Daarbij komt dat H.C. ten Berge bij dit 'verhaal' over de vergankelijkheid van het leven en de drang tot eeuwig voortbestaan - al gaat dat via incestueuze en andere aangeklaagde we gen - een taal hanteert, die van een indrukwekkende kwaliteit is. De roman is samengesteld uit drie (geografisch) onder scheiden delen. Het eerste deel speelt in de Amsterdamse stadscultuur; het tweede in het 16e eeuwse Mexico en het derde deel in het Nederlands dorpse Zuidveen. De beide hoofdfiguren, de schrijver Moortgat en de archeoloog Radstake, wandelen door de drie delen heen met hun le vensontgoochelingen. Een se cundaire, maar niet minder wezenlijke rol is weggelegd voor de stiefdochter van Rad stake en de vrouwelijke jurist De Vos Moreau, die Moortgats biografische notities onder haar beheer krijgt en daarbij kanttekeningen zet. Ten Berge plaatst aan het begin van deze roman een ci taat van Kafka ('Mijn hele li- H.C ten Berge. chaam waarschuwt me voor ieder woord'), terwijl hij in de slotalinea deze in zichzelf op gesloten schrijver nogmaals citeert ('Ik heb die druk op mijn maag, alsof mijn maag een mens is en wil huilen'), op naam van die andere auteur, Moortgat. Hij is al evenzeer bevangen door die drang naar het onbereikbare binnen de tijdsduur op aarde. Moortgat: „Opeens ervoer ik - FOTOARCHIEF DE STEM wat Radstake bedoeld had, toen hij zei dat Helga op een avond, vier eeuwen geleden, onder de Mexicaanse sterren hemel had gegeurd naar de oneindigheid. Er bestaat maar één verlangen, zo begreep ik. En we dragen het onzichtbaar in ons mee. We ruiken het in anderen wanneer we ons door zintuigen in plaats van klok ken en kalenders laten leiden." Helga is de zus van twee priesters van Spaans-Friese afkomst. Missionerend in Me xico ontstaat met beiden een incestueuze relatie met dode lijke afloop. Als archeoloog ontdekte Radstake er dat ver haal, terwijl hij er min of meer in een soortgelijke situatie te recht komt. Bloed en liefde ook in de Griekse tragedie, die Moortgat in het eerste deel vertelt. De Vos Moreau no teert: „Het heeft me wederom doen inzien dat het waar heidsgehalte van oude trage dies en versteende verhalen opmerkelijk hoog is.Tegen woordig echter zijn de inci denten zoals Moortgat die be schrijft verschrompeld tot een kort berichtje in de pers." Het leven is vaak sterker dan de leer. De leer ontstaat doorgaans op basis van machtsverhoudingen of ge zond eigenbelang; zelden geïn spireerd door liefde. Het pro bleem van de incestueuze liefde wordt daarom nogal ge voerd vanuit een verontwaar diging over de aantasting van cultuurgebonden wetgevin gen, die door de machthebbers (kerk en staat) zijn bedacht. Deze roman geeft aan dit thema een bredere existentiële context. HC ten Berge han teert daarbij uiterste middelen (van poëzie tot smartlap) op een zeer bekwame manier, zo dat eros en thanatos in deze roman - van bijbel tot Zange res zonder Naam - pittig aan de orde komen. H.C. ten Berge: 'Het geheim van een opgewekt humeur'. Uitg. Meulenhoff, prijs 34,50. afgezien van een paar schoon heidsfoutjes, haar liefde zo mooi had verwoord, zonder zich te bekommeren om de spiedende blikken achter de gesloten luiken". Deforges heeft in Margue rite en Marie duidelijk gepro jecteerd wat, generaliserend gesproken, leeft bij talrijke vrouwen in deze tijd om niet te ontkennen wegen der erotiek te funderen. Mannen brengen geen of te weinig tederheid op; ze begrijpen niet echt wat vrouwen van de liefde ver wachten. Op weg om via deze vrouw-relatie tot een nieuwe onafhankelijkheid te komen, ontstaan er echter ook emotio nele conflicten: de man die niet meer verdragen wordt; het menselijk opzicht en niet te vergeten een zondebesef. De grap is dat Deforges beide dames samen een uitje laat maken naar Lourdes, het Maria-bedevaartsoord, om een nieuwe vrijheid te bele ven. „O, het genot kan niet an ders dan een gave Gods zijn, de goedkeuring van onze lief de!" En: „Wat wij doen gaat tegen de goede zeden en tegen de belangen van onze mannen in." Verder worden in de brie ven het middenstands- en ar beidsmilieu haaks gezet op het beleven van liefde. Régine De forges heeft met deze 'verbor gen correspondentie tussen twee vrouwen', in een mooie stijl, een enigszins gedateerd beeld opgeroepen dat inhoude- lij k niet zo sterk is. Régine Deforges: 'Uit liefde voor Marie Salat'. Uitg. Arena, prijs 19.90. Door Gerard van Herpen Als de Duitse schrijver Kurt Tucholsky (1890-1935) een boek schrijft over de Pyre- neëen, dan speelt het boek zich ook echt af in dat berg achtige grensgebied, maar een echte reisbeschrijving, die lezers met een kaartjes en pijltjes attendeert op mooie kerkjes en dorpjes, moet U van Tucholsky niet verwach ten. Tucholsky maakt die reis natuurlijk wel en hij is een belezen en goed geïnfor meerde reiziger, een scherp en alert waarnemer, maar het blijft wel zijn manier van reizen en kijken. „Eine Reise durch sich selbst", precies zo als Heinrich Heine in zijn Reisebilder over Duitsland, Polen en Frankrijk voortdu rend zichzelf tegen komt. Dat maakt 'Ein Pyrenaenbuch' tot een heel ander reisboek dan de liefhebbers van dat genre misschien verwachten. Tucholsky laat zien dat er mensen zijn die zichzelf bij het reizen helemaal uitscha kelen en die van een berg een hoogte en van een paleis een indrukwekkende steenmassa maken. Hun eigen relatie met die monumentale ver schijningsvormen speelt dan plotseling geen rol meer. Tu cholsky slaat in zijn boek En gelse toeristen gade die zich precies zo gedragen. Zij laten zich door de Pyreneeën voe ren tot er een moment van uitstijgen komt en daarmee is aan hun reislust voldaan. Tucholsky heeft een an dere opvatting over reizen. Hij blijft ook in de Pyreneeën zichzelf. Tucholsky interes seert zich tijdens dat reizen voor alles, niet alleen voor het schilderachtig gelegen klooster van Ignatius van Loyola, maar ook voor wat zich daar achter de dikke muren van dat klooster af speelt. Zo kijkt Tucholsky naar de dingen. Hij is niet de reisleider, hij is de filosofi sche beschouwer, bijna altijd spottend en prikkend, met iets meer mededogen dan Heine, maar precies zoals Heine zichzelf mee sjouwend. 'Ein Pyrenaenbuch' ver scheen voor het eerst in 1926, in een periode waarin Kurt Tucholsky's boeken nog niet werden verbrand. Het verblijf van Tucholsky in Frankrijk behoort tot de gelukkigste periode in zijn leven. Precies zoals bij Heine, voelde hij zich in Frankrijk volledig thuis. „Du warst gastlich vom ersten Tage ab. Du hast niemals den Frem- den verspottet", schrijft hij in zijn dankwoord aan Frankrijk. Tucholsky ver huisde in 1929 naar Zweden, naar Gripsholm, waarover hij zijn Schlosz Gripsholm schreef. Op 10 mei 1933 wer den voor de eerste keer zijn boeken verbrand. Zijn verwachting dat de echte, nog onvoldoende aan bod gekomen Duitse boven laag de bruine macht zou we- Kurt Tucholsky - FOTO ARCHIEF DE STEM ten te keren, is geen werke lijkheid geworden. De nazi's wonnen jüïst wel met behulp van de industriële en mili taire bovenlaag. Kurt Tu cholsky, verbannen uit Duitsland, een schrijver zon der lezers, maakte op 21 de cember 1935 in Zweden een einde aan zijn leven. Het Pyreneeënboek, dat enige jaren geleden bij Kos mos in het Nederlands is uit gegeven in de serie 'Op schrijversvoeten', is in het Duits in 1984 bij Rohwolt als Rororo-pocketboek uitgege ven. De grote kwaliteit van het boek is dat het natuurlijk wel op een intelligente, spitse manier de streek en de men sen in die streek beschrijft, maar dat de lezer het boek uiteindelijk toch gaat zien als een manier van kijken zoals die alleen bij Tucholsky mag worden verwacht. Zijn relaas over de stierengevechten in Bayonne en zijn beschrijving van Lourdes of zijn verhaal over zijn bezoek aan het Fort in Villefranche bieden de le zer misschien wel onvol doende uitkomst op vragen over wie, wat en waar, maar het is Tucholsky's onnavolg baar talent dat hij zich door die naakte feiten niet laat be geesteren en dat hij probeert om op voorname afstand te kijken naar wat mensen meemaken, hoe mensen zich verplaatsen, hoe zij bidden en hoe zij eten, in de stenen spookstad van Vauban, in het klooster van Ignatius of in het sjieke restaurant van Biarritz. Interessant is misschien te weten dat Fritz Raddatz in opdracht van Die Zeit in 1984 de reis naar de Pyreneeën in het spoor van Tucholsky nog een keer heeft gemaakt. Wat Raddatz terugvond was een betrekkelijk ongeschonden landschap, maar de geheime betovering uit de jaren twin tig is dan voorgoed verloren gegaan. Het klooster is geen klooster meer. Alleen de ste nen zijn overgebleven. Henk Broekhuis heeft eens geschreven dat het eigenlijk merkwaardig is hoe je een beetje een tijdgenoot kunt voelen van iemand die al veertig jaar dood is. Kurt Tu cholsky blijft van onze tijd, precies zoals Heinrich Heine niet van gisteren kan worden genoemd. De teruggetrokken levende Amerikaanse schrijver J.D. Salinger heeft het pro ces gewonnen dat hij had aangespannen om de pu- blikatie te voorkomen van een ongeautoriseerde bio grafie. Een federaal hof van appèl was het ermee eens dat het boek het copy right schond. Salinger, die sinds 20 jaar niet meer publiceert of in het openbaar op treedt, had het proces aan gespannen om het ver schijnen van 'J.D. Salin ger: A Writing Life', tegen te houden. Auteur Ian Hamilton, een recensent van de Lon- dense Sunday Times, heeft drie jaar aan de biografie gewerkt. In zijn boek put Hamilton uit 72 brieven die door Salinger zijn geschre ven en van copyright voor zien. Hamilton mag over de feiten in de brieven schrij ven, zo luidde het vonnis, „maar Salinger heeft het recht de expressieve in houd van zijn ongepubli ceerde werk voor de tijd van zijn copyright te be schermen". Salinger is zowaar een paar keer vanuit zijn huis in New Hampshire naar Manhattan gekomen om het verloop van het proces te volgen. De 67-jarige auteur vestigde zijn naam met 'Catcher in the Rye' (De vanger in het koren). De Boekenweek 1987 wordt gehouden van 18 tot en met 28 maart en wordt op 17 maart ingeluid met het traditionele Boekenbal in de Stadsschouwburg in Amsterdam. Het Boeken weekgeschenk is de novelle 'Het rookoffer' van Tessa de Loo. Rudy Kousbroek schrijft een speciale Boe kenweek-uitgave gewijd aan het feit dat Amster dam dit jaar de Culturele Hoofdstad van Europa is. De boekenmarkt Vers voor de Pers vindt op maandag 23 februari plaats in Kras- napolsky in Amsterdam. Een niet eerder uitgegeven bundel met werk van de schrijver Franz Kafka, die vorig voorjaar in Praag ontdekt was, wordt bin nenkort in Tsjecho-Slowa- kije en West-Duitsland ge publiceerd. De bundel, met negen brieven en 23 prentbrief kaarten die de Praagse schrijver in de laatste drie jaar van zijn leven (1922- 24) in het Duits aan zijn fa milie stuurde, was dooi een anonieme verzamelaai verkocht aan een hande laar in oude boeken Praag, schrijft het cultu rele weekblad Tvorba zijn jongste editie. In de bundel is een lai brief opgenomen vai Kafka aan zijn ouders zijn zus Elli, die hij in 192 schreef uit de stad Plan, nad Luznici in Zuid-Bohe. men, en epistels uit het sa natorium van Kierling j. Oostenrijk waar hij op juni 1924, op 41-jarige lei tijd, overleed. Ter nagedachtenis aan d 100e en 300e sterfdag vai respectievelijk Eduai: Douwes Dekker (Multatu li) en Constantijn Huygen geeft de PTT op 10 maar twee bijzondere postzegel uit. De zegels, die ee waarde hebben van 55 e 75 cent, zijn ontworpa door Rudo Hartman ui Den Haag. Dit heeft d PTT dinsdag meegedeeld. De 55 cents-zegel vai Multatuli (1887-1987) toon onder meer diens portre een sociëteitsgebouw i Batavia en de tekst 'D roeping van de mens mens te zijn'. Het porta van Constantijn Huygen (1687-1987) staat op de zege van 75 cent afgebeeld me op de achtergrond de Sche veningseweg in Den Haa: Hierop staat de tekst Werelt gaet haer' gang, si werrt en blijft aen 'twer- ren'. Ingrid stapt uit de helikopt in. Kijk", zegt Ingrid, als we aar vliet op de dijk staan, „daar aan Baar heb je de boerderij van Pi lat is het dak van Hagen en als rerte ons huis." [ngrid Veerman is 13 jaar en ze >n haar ouders op een eiland, op "een komen met een voetveer o: Haringvliet is dichtgevroren jiland van de buitenwereld af worden dan per helikopter over waar de scholen zijn en waar ze geren. Alleen in het weekend zijl Hoe is dat, met de helikopter naa Leuk hoor", zegt Ingrid. „Maai pannendst. Dit is nu al het der: zo vriest en dan wordt het wel i altijd bij mijn vriendin Fernanc net of ik twee moeders heb." Hoe ging dat drie jaar geleden? O, ik vond het eng, die eerste 1 te vriezen. We waren juist met wal gekomen. En toen belde mi helikopter moesten. Het vroor t( We konden over het ijs lópen na: Hoe is het's morgens op een eilan „Hartstikke leuk. We vervelen juiten. En we zwemmen veel. Bi laar zitten we altijd. Ik heb ook cregen toen ik 'n jaar of zeven ras. Daarmee gaan we 's zomers er altijd lekker rustig. Wonen er veel kinderen? 's Kijken.Leen, Jaap, Adje, De Rotterdamse Kunst stichting heeft de Piern ^rlen' Mariska, Colinda, Sandei Bayle Prijs 1986 voor lite ie helikopter. O, daar heb je mi ratuurkritiek toegeken aan de dijk en Ingrid moet vlug trekt de helikopter vanaf het ha Voor een weekendje thuis. aan Aad Nuis. De toeken ning volgt op voordract van een jury die bestaa uit Hannemieke Stampe rius (voorzitter), Diri Kroon, Kees van Ree, Her man Verhaar en Paul 4 Wispelaere. De Piern Bayle Prijs, bestaat uit ee bronzen legpenning en ee geldbedrag van 5.000, De uitreiking vindt plaat op woensdag 18 februar om 16.00 uur in de Burget zaal van het Stadhuis Rot terdam, tezamen met 4 uitreiking van de prijze: voor filmkritiek en archi tectuur kritiek. De Rotterdamse Kunst stichting heeft tevens ®ij de stichting Krant In de Klas Pierre Bayle Prijs 19! [KIK) hebben ze een heleboel voor architectuur-kritie nformatiemateriaal voor je. Er toegekend aan: Jooj?ijn o.a. project- en werkkran- met aan: Meeuwissen. De toeken ten, ning volgt op voordraai van een jury die bestal Duin. knipselkranten nieuws, opdrachten en een Swis, werkmappen, handleidin- uit Ed Taverne, Hen» jen voor docenten. Te leen zijn Bekkering en Leen vai video- en diaseries en repor- terskisten met camera's en Door Henk Egbers Het Multatuli-jaar is nog nau welijks begonnen of het eerste literaire relletje is een feit. Aanleiding is Aarts' Letter kundige Almanak voor het Multatuli-jaar 1987, die voor het grootste deel uit pastiches bestaat. De eerste die zich daarvan slachtoffer voelt is prof. Hans van der Bergh, ge renommeerd Multatuli-onder- zoeker. Hij dreigt ermee, via een kort geding, de almanak uit de handel te laten nemen. De argeloze lezer zal bij het lezen van de inleiding op de almanak, ondertekend door Hans van den Bergh (maar niet door hem geschreven) niet direct zijn arrogante toontje herkennen. Voor de VPRO-ra- dio verklaarde hij„Het is geen goede imitatie. Ik ben leuker! En Lien is ook al boos"... Tekst: „En laten we het eeuwenoude huisje in de warme buurt, het Multatuli- Museum nimmer vergeten, waar onze Lien Roelfsema (conservator, red.) het gasten boek en de lege urn beheert en zo'n ouderwets heerlijk kopje koffie serveert." Van den Bergh: „Dat is geen geestige naaperij. Bij een goede pasti che wordt vermeld 'a la ma- niere de De Multatuli-prof heeft Waalwijkse Cees (Aarts) een boze brief geschreven: Open bare rectificatie, anders een kort geding om het boek uit de handel te krijgen! Cees denkt er niet aan! Eindredacteur Dick Welsink: „Ik houd er niet van dat boeken verboden wor den; dat schrijvers die met elkaar slaags raken, eikaars boeken laten verbieden!" Hij is van mening dat Multatuli zelf met zijn Mainzer Beo- bachter soortgelijke grappen uithaalde; hetgeen Van den Bergh ontkent. Deze zegt: „Ik vind het een slechte inleiding op mijn naam. Ik zou het beter gedaan hebben! Als Van den Berg bijval zou krijgen (hetgeen nauwelijks te verwachten is. Maar je weet maar nooit in dit landje van schoolmeesters en zedenpredi- kers, waartegen Multatuli overigens stelling nam), dan komen er nog heel wat gefrus treerde schrijvers bij Cees Aarts op de stoep staan. Want de almanak bevat nog veel meer fake-bij dragen. Er staan stukken in van onder meer Carmiggelt, W.F. Hermans, Jeroen Brouwers, Konrad Boehmer, Sigmund Freud en Boudewijn Büch. Niet alle maal even spits, maar de in tentie is duidelijk. Het Multatuli-jaar dreigt vanuit een soort repressieve tolerantie avant la lettre inge rekend te worden door een bourgeoisie-cultuur. De recal citrante en min of meer profe tische Douwes Dekker (zo heette hij) wordt met een soort neo-kolonialistisch elan inge rekend door de Brinkmannen en de steriele wetenschap van onze hedendaagse cultuur. Zijn bloedige ernst wordt bor rel-drinkend en zoufles-etend onschadelijk gemaakt en niet vertaald naar onze dagen, waarin meer dan ooit afgere kend moet worden met het neo-kolonialisme. Komt Mul tatuli zelf ongeschonden uit 'zijn'jaar? De gein wordt al geschopt in de Multatuli-kalender, waarin serieuze en dwaze dingen voor het komende jaar zijn vastge legd. Vermeld worden allerlei herdenkingen; te beginnen met de nationale in, waar an ders, de Nieuwe Kerk op de Dam, op 14 februari a.s. Maar daarnaast wordt onder meer vermeld: Koningin Juliana en koning Boudewijn bestellen een exemplaar van Multatuli's volledige werken; Soekarno neemt er zeven (1952). Maar Aarts' Letterkundige nak is dus een werkelijk') manak, waarin aan nog meer zaken aandacht geschonken dan binnen dit stek gemeld kunnen w® (o.a. Multatuli als huisval Eén ding wordt duidelijk: almanak probeert wat te! gas te geven bij al het o® feestgedruis rond een ver - na zijn dood! - idealen verpakt dreig®) worden in veel officiële otf Aarts' Letterkundige nak. Uitg. C.J. Aarts, 19,87.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1987 | | pagina 30