[5Ë STEM LS JE NOG VAKER MEET, ONTDEK JE NOG MEER GIF' Chemische industrie is niet meer in de tang te krijgen ZATERDAG [DECEMBER 198 >86: (6: |86: >6: iber 1986: 1986: ZATERDAG W3Z 6 DECEMBER 1986 e chemische industrie is in op- spak. Sinds er bij Sandoz in Zwitserland na een bnd volop gif de Rijn instroomde, kijken pers en mi- leactivisten met argusogen toe. Door dat nadrukke lijk zeer kritisch volgen van de industriële bedrijvig- he aan de Rijn verscheen de afgelopen weken de erna de andere melding over giflozingen of -lekken uiebreid in de media. De ene ramp na de andere Ie, zich aan de Rijn te voltrekken en dat leidde al giw tot de conclusie dat het zo niet langer kon. Maar clmie is overal. In tappils en tandpasta In dipsausjes ein dagelijks brood. ömie is ook in de lucht die we ademen, in de rivie- rc en de bodem waaruit we ons drinkwater halen, fömie: een adembenemende zegen. Te reel incidenten Lobby Krediet verspeeld Export Geleidelijk Patstelling s vrede betekent voor onj, i te weer stellen tegen dt le rechten van de mens op e uit mijn naam een b» oitstrevende mensen vap de komende, 21ste eeu« ■*t het begin van het wart aarde. Laar iedereen dat en geest aan dit edele doel januari in de isoleercel Jfstematisch ieder recht kopen in de kampwinkel 1 sjoekajev heeft voor zijp hstische Interaatio. vijftien etmalen isoleercel 'at Brandt dat weet." ik weer in de isoleercel ge je mijn weigering om mij. stig de uitspraak van de Joordeeld' te noemen ep ritiek op de groteske wei. ovjet-Unie. Ik eet niet. Ben hongerstaking. Ben r i gevoed, 's Nachts lig ik op verdag op de koude grond Eg in de vorm van honger o Psychische in de hoeveel. geur van het eten dat vooi It neergezet, tegen mijn wil egeling van mijn hart ep mijn maag en darmen, Ie licht geworden. Daarvoor ;peciale voeding gekregen, ne dagelijkse portie rogge. It ik zo ben uitgeput, voel il hongerig. Ik mag weer niets npwinkel en dat is tegen de hou hun menselijkheid. Als activiteiten willen de KG! /senko en Kozyrjev me ver- i doodgaan. Anatoli Semjo- agent, dreigt me zelfs mei 1 dat onmiddellijk, openliji :end. Ze haten me en probe- gruwelijke wijze kapot te alles vanwege mijn opval- elijkheid." naam een beroep op alle aties die zich inzetten ng en vrede in de wereld, let begrip vrede een concrete ng te geven, want over iu alleen die mensen die toe- noment geen zin hebben om j over ontwapening alleen zij oment geen belang hebben wapens te strijden. Er wordt ;k gespeculeerd op het men- tot zelfbehoud, maar het le- i totalitaire staat is ten tijde t beter of waardevoller dan is ng van het politieke [le regeringsleiders, van het |le maatschappelijke wettel t de zo noodzakelijke vrede btto's: humanisme zijn ondeelbaar! lit naam van humanisme es Ivan politiek! een maatschappij met een cht en met menselijke wetten irele recht te spreken ovet I hele mensheid! die dit aanspreekt de mot- laats uitdragen. Ook dat is al i de onmenselijkheid van de iteiten houden zich de laatste i pro-Sovjet internationale or- zig met vragen die juist het van de Sovjet-Unie verhul- niet afkeurt maakt zichzelf te eercel en eenzame eerde vormen van mart de orde gesteld worden in aties en andere international' Wellicht op verzoek van mij- oedanigheid van arts." :r Chasanov heeft, in le KGB, mijn internatior aan als 'beloningen voor anti- ;anda'. Dat is nou hun opstel- :r internationale organisaties egen mij: „Neem afstand van Maar ik heb hem uitgelachen „Krepeer dan maar hier. V ezoek en geen recht op inko- •inkel. De Sovjet-auto"' zóveel last van u, dat het be- meteen voor het vuurpelotot Verder zei hij nog: „De nor- Verenigde Naties zijn vooi r u bent een gevangene." DJ| enselijkheid!" in op tional' •cheveninger zal misschien m dat een ijbij een kijfzieke lat zijn opa op oblokken oor de straten van Duindorp het mooiste Schevenings word' i de bejaardentehuizen. Daar >k het diepst betreurd dat n niet langer een eigen heeft. Een van de Strandweg rentbriefkaart met de zilte geuI raagt nu het stempel 's- het domein van de de jutteperen met hun iju. "veningse Woordenschat, een vissersdorp. Dirkje Jitg. Robbemond, 's- D Door Jan Hanlt en Loula van de GeIJn (de eerste dag van november keken itigduizend Nederlanders in de keuken v een aantal chemische bedrijven. Om chemie dichter bij de mensen te bren- j, om wantrouwen te doorbreken en fokaebtige verhalen te ontzenuwen zet chemische industrie jaarlijks de poorten dag open voor het publiek. Op die fde eerste november ging er duizend ki- ïeter stroomopwaarts langs de Rijn iets in zo'n chemische fabriek. De gevol- i waren zo ernstig dat Sandoz voortaan één adem genoemd zal worden met opal, Seveso en Mexico City. De chemische industrie staat er, alle ge- omer aan de weg ten spijt, weer gekleurd p. Wat zich in Bazel voordeed, kan hier imers ook gebeuren. Of niet soms? De ilieudienst in Rijnmond vindt van wel. j een aantal bedrijven ligt het gif zo dat ;t bij brand met het bluswater wegspoelt, at was juist het euvel bij Sandoz. „Maar s je tegen de chemische industrie zegt: rrg ervoor dat je het bluswater op eigen rrein kunt opvangen, dan ken ik het ant- oord. 'Dat kén niet', zeggen de bedrijven, lat brengt verschrikkelijk hoge kosten iet zich mee. Dan krijgen we problemen iet onze concurrentiepositie'." Altijd diezelfde reactie, mompelt Irs. D.J.W. Schoof, coördinator milieu- arnde van de faculteit wiskunde en na- uurwetenschappen van de Nijmeegse uni- 'ersiteit. „Zo reageren ze ook in Bazel. En iveral. Daarom moet je de knoop nu maar iens eigen land dóórhakken. Nationaal. Het zijn toch geen noodlijdende bedrij- ren Mijn oplossing is: wél eisen dat ze de taak oplossen, wél strengere normen, en ze daar dan vijf jaar voor. Nationale stappen kunnen ook als een breekijzer iverken in andere landen. En als je beslui ten durft te nemen, dan kan minister Smit- kroes écht haar mond opendoen in Zwit serland. Dan kom je tenminste geloof waardig over." Ir. E.J. Vies zucht eens diep. De kans dat zich zulke rampen in Nederland voor doen, is klein Voorzover de bedrijven na 1983 een (niuwe) hinderwetvergunning hebben gekrgen, moet er in de opvang van bluswate zijn voorzien. Fabrieken die nog met een lude vergunning werken, heb ben andere tplossingen bedacht, zoals de tijdelijke oplag in tanks, of het gebruiken van schuim En dan: kis er iets fout gaat, gebeurt da grotendeels buiten het bereik van de drijkwaterbedrijven. Een geluk bij een ongelir, hoe vervelend het ook is voor de Noordse. Ir. Vies isdjunct-directeur van de Vereni ging vanle Nederlandse Chemische Indu strie (VlCI) en daar onder meer secretaris van de leleidsgroep Milieu en Veiligheid. Bij de V4CI zijn 76 ondernemingen aan- gesloter De othutsende reeks paniekberichten uit de cbmische wereld betekent niet dat er nu isens veel meer aan de hand is dan vroesr- De Nijmeegse milieukundige Schof: „Elke dag zie je dat er ergens wel iet^ebeurt. Er zijn te veel incidenten. Dat dieaekend worden, komt omdat er nu in- teriever naar gekeken wordt. Als je nog vaer gaat meten, ontdek je nog méér." Ot in de aandacht voor het milieu is in diloop der jaren een zekere golfbeweging tentdekken. Pas in het begin van de jaren zcentig groeide het besef dat we ons mi- Ju onherstelbaar aan het verpesten wa rn. De chemische industrie kreeg in hoog jmpo wettelijke maatregelen voor de kie ren. „Het was ook een tijd waarin het anti- .ndustriegevoel de overhand had," herin nert ir. Vies zich. Hij vindt het achteraf ook niet onredelijk dat de chemische industrie er als eerste aan moest geloven. Het ligt immers voor Chemie verspeelt krediet Op 1 november ging er Iets mis bij Sandoz In Bazel. De gevolgen waren zo ern stig dat Sandoz voortaan In één adem genoemd zal worden met Bhopal, Seveso en Mexico City. de hand eerst de geconcentreerde vervui ling, de puntlozingen, aan te pakken. En daarmee is naar zijn idee ook behoorlijk vordering gemaakt. Intussen heeft de industrie, met de chemie voorop, een economische recessie over zich heen gekregen. De milieu-activisten von den iets minder weerklank. Nu het alweer enkele jaren goed gaat in de chemie, lijkt er weer ruimte te zijn voor strengere mi lieuregels. Dat onderkent ook Schoof: „In deze pe riode van economisch herstel is er tóch wat meer aandacht voor het milieu ontstaan. Ook in het overheidsbeleid, in de politiek, zij het nog niet voldoende. En onder de druk van de economische belangen krijgt het milieu nog steeds te weinig gewicht bij de afweging van wat wel en niet kan en mag. Dan zie je steeds weer de macht van de lobby". „Nu zijn er natuurlijk ook grote belangen in het spel - laten we elkaar geen Mietje noemen. Je kunt niet heen om de belangen voor de korte termijn, zoals de belangen van bedrijven en werknemers. Dat weegt ontzettend zwaar. Geef ze dus even de tijd. Maar de zaak moet eindelijk worden open gebroken." De economische en maatschappelijke be langen die met de chemische industrie zijn „Steeds opnieuw moet dan bij Loblth gemeten worden of de drinkwatervoorziening uit de Rijn moet worden ge stopt, omdat de grenswaarde Is overschreden. En dat Is een paar keer per Jaar ook het geval." - fotoanp - FOTOEPA verbonden, zijn inderdaad niet gering. In 1955 bedroeg de omzet in de chemie nog 2 miljard, vorig jaar was dat bedrag ge stegen tot bijna 46 miljard. Na aftrek van de kosten van invoer voegde de che mie in dat jaar ongeveer 16 miljard toe aan de handelsbalans. Ongeveer 90.000 mensen vinden er hun dagelijks werk en talloze anderen werken bij bedrijven die van de chemiefabrieken afhankelijk zijn. Chemicus Bert van Hattum, bestuurslid van de milieu-actiegroep Stichting Rein- water, schudt zijn hoofd. „De chemische industrie heeft haar krediet verspeeld. Dat zeg ik echt niet alleen vanwege Sandoz en de andere incidenten die de laatste maand in het nieuws kwamen. Maar het komt een keer of dertig per jaar voor, dat we merken dat er ergens een al dan niet aangemelde lozing van gif heeft plaatsgevonden. Steeds opnieuw moet dan bij Lobith gemeten worden of de drinkwatervoorziening uit de Rijn moet worden gestopt, omdat de grenswaarde is overschreden. En dat is een paar keer per jaar ook het geval." Alle incidenten van de afgelopen tijd, werpt de milieudeskundige van de VNCI tegen, hebben in feite niets te maken met de veiligheid van de chemische processen in het algemeen. Op dat punt zijn grote in spanningen gedaan en ook resultaten be reikt. Ze roepen wel vragen op over de beheers baarheid van noodsituaties. Bij Sandoz is enorm veel water gebruikt. Zo veel dat in feite de Rijn anderhalve minuut over een bedrijfsterrein vol gif is gestroomd. Waarom geen schuim? En waarom had niemand aanvankelijk oog voor het ver vuilde bluswater? Daarop probeert ook de VNCI een ant woord te krijgen. Want van elk ongeluk probeert de industrie te leren. Zonder brokken zal er nooit gewerkt kunnen wor den, weet Vies. „Bij elke grote operatie, zo als een chemische fabriek dat ook is, heb je met risico's rekening te houden." De ferme toon van de Nederlandse minis ter van Verkeer en Waterstaat op de spoedconferentie van Europese milieumi nisters in Zürich heeft intussen bij vriend en vijand verbazing gewekt. De milieube weging vraagt zich af waar mevrouw Smit- Kroes de euvele moed vandaan haalt zo'n keel op te zetten. Want als je dat doet, moet je thuis toch minstens je zaakjes in orde hebben En in de chemische industrie trok men de wenkbrauwen op toen de minister al een paar dagen na de Sandoz-ramp wist te be cijferen wat de schade voor Nederland was. Deed ze niet te veel haar best de stem te zijn van het Verontruste Volk De chemische industrie heeft, betoogt Vies, niet stilgezeten sinds duidelijk is ge worden dat we ons milieu onherstelbaar aan het verpesten waren. Er wordt nu op gewezen dat Nederland niet eens de Euro pese 'post-Seveso-richtlijn' naleeft. In de praktijk beantwoordt de industrie wel de gelijk aan die eisen op het gebied van mi- üeurapportage. En dat is, naar de smaak van de VNCI, wel iets te veel van het goe de. Van de Nederlandse chemische produktie gaat negentig procent de grens over. Dat betekent dat het ophogen van (kostbare) milieu-eisen gevolgen kan hebben voor de concurrentiepositie. De Nederlandse be drijven zitten echter met de Europese be drijven in één schuitje. En zeventig pro cent van de Nederlandse chemicaliën gaat naar de Bondsrepubliek, waar bij de colle ga's even goed de duimschroeven worden aangedraaid. Wat de industrie meer zorgen baart, is dat nieuwe ontwikkelingen in de chemie vast lopen in de gigantische papierwinkel die de overheid er in milieuzaken op nahoudt. Waar milieu en industrie botsen, verandert de situatie niet abrupt. „De ontwikkelin gen verlopen geleidelijk, langs een glij dende schaal", aldus Vies. De onderne ming die vandaag beslist over een nieuwe vestiging, zal een lokatie kiezen die ver verwijderd is van de woonbebouwing. En als de directie dat niet zelf bedenkt, zal de verzekeringsmaatschappij hem er wel op wijzen dat het zo beter is. Van Hattum van 'Reinwater' gaat het alle maal niet snel genoeg. „Op Mie manieren wordt de zaak vertraagd. Maar het is vijf voor twaalf gewéést. Er moeten maatrege len komen. Dat is de taak voor de parle- Door Frans Boogaard „Welke vormen de vervuiling als gevolg van chemische activiteiten aanneemt, hangt in hoge mate af van het bevoegd gezag. Maar dat laat juist de zaak vaak schieten. En dat leidt ertoe dat nog steeds veel bedrijven gewoon hun gang kunnen gaan, zonder al te veel overheidsbemoeie nis." Dr. L. Reijnders, beleidsmedewerker van de stichting Natuur en Milieu, is uiter mate slecht te spreken over de manier waarop de rijksoverheid het Nederlandse milieu van chemische verontreiniging pro beert te vrijwaren. Natuurlijk zijn er voor elke bedrijfsactiviteit vergunningen nodig ingevolge de Hinderwet, vaak ook de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren (die overigens onder de competentie van Smit- Kroes, en niet van Nijpels valt), maar aan die wetten mankeert volgens Reijnders nogal wat. Volgens Reijnders komt daar nog bij dat de Nederlandse overheid tot op de dag van vandaag verzuimt de zogenaamde post-Seveso-richtlijn in de nationale wet geving te verwerken. Deze uit '82 date rende richtlijn, die verplicht tot rampen plannen en risico-analyses, had al twee jaar geleden een wettelijke vertaling moe ten hebben, maar Nederland is zover nog steeds niet. Natuur en Milieu, in de persoon van Reijnders, hoopt dat het bevoegd gezag niet te lang meer wacht met beter wetge ving, strenger vergunningsvoorwaarden en veel verdergaande eisen aan met name de grote bedrijven. Maar zolang het goedkoper blijft vuil weg te laten lopen of slinks af te voeren, en de rechter zich gevoelig toont voor de fi nanciële voordelen van een dergelijke 'aan pak', houden organisaties als Natuur en Milieu de handen vol aan taken, die eigen lijk veel meer ook een overheidszorg zou den moeten zijn. menten van de lidstaten, voor de EG zelf en voor de Internationale Rijncommissie. Samen moeten ze een vuist maken. En de maatschappij moet investeren in een uitge breid controle-apparaat." Milieucoördinator Schoof: „We hebben ons in een patstelling laten manoeuvreren. In de milieuproblematiek zit je altijd in een verliezende positie. Je moet voortdu rend compromissen sluiten. Een voor beeld: de waterzuiveringsinstallaties heb ben wel degelijk wat geholpen, maar ze werken alleen op zuurstofbindende stof fen. Dat zijn er drie, vier. Maar er worden duizenden andere stoffen geloosd. Met de beheersing van de vervuiling zijn we dus nog niet ver op weg. Nog steeds doen be drijven alsof ze de enige zijn die wat in het water of in de lucht lozen. Het is net als met hondepoep. Als er één drol in de stad ligt is dat niet zo erg. Maar als alle stoepen ermee vergeven zijn, dan glij je voortdu rend uit." Schoof zegt dat er aan de voorwaarden waaraan bedrijven moeten voldoen dient te worden gesleuteld. De normen moeten scherper. Weg met die compromissen. Bij het bepalen van wat een bedrijf aan rom mel mag lozen is nog steeds niet het milieu hét uitgangspunt. „Nee", zegt Schoof, „want dat wordt vooral bedrijfsecono misch afgewogen. Te zachte nonnen dus. En de directie kan dan al vlug beweren dat het bedrijf aan de nonnen voldoet." „En ook verder blijkt het hemd nader dan de rok. Dat betekent dat als je iets hebt ge produceerd, je er van af bent. Van de ef fecten van jouw manier van produceren hebben en krijgen anderen de last op hun dak. Mijn oplossing daarvoor is: zorg dat zo'n bedrijf zelf met die problemen te ma ken krijgt. Een grapje: zet Heineken naast Bayer op een groot industrieterrein aan de Rijn. Laat ze van dezelfde watervoorzie ning gebruik maken. Het probleem van de giftige lozingen zal zó zijn opgelost." De chemische industrie produceert óók voor het publiek. Produkten die de consu ment wil, en die dus werden gemaakt - -maar tevens wordt er kunstmatig be hoefte geschépen. Ook als het produktie-, en later het afbraakproces vervuiling te weeg brengt. Zijn we, door die dingen te kopen, niet medeschuldig Schoof: „Bedrijfsleven, overheid, èn pu bliek zijn zich onvoldoende bewust van de gevolgen van hun handelen. Er moet be tere voorlichting komen. Onze maatschap pij is met ontzettend veel produkten bezig en het is natuurlijk onmogelijk dat ieder een de draagwijdte daarvan overziet. Je koopt iets omdat het nodig, mooi of han dig is. Je kent de negatieve effecten bij de produktie of bij het opruimen niet, of je wilt ze niet kennen." Hij wijst op de boycotactie van de Vereni ging Milieudefensie tegen Heineken. Dit bedrijf werkt met bierkratten waarin cad mium is verwerkt, omdat de kleur dan zo mooi blijft. Schoof: „Je moet daarom proberen steeds nieuwe technologieën te ontwikkelen die gericht zijn op schone produktie- en af braakprocessen. Je moet het bedrijfsleven dwingen de problematiek serieus te ne men. Ja, dan duikt het antwoord: 'dat géért niet, vanwege de concurrentie', weer op. We leven in een vrije markt-economie waarbij er zogenaamd geen grenzen zijn. Maar iedereen weet dat er voor de land bouw in de EG wel degelijk grenzen zijn getrokken. Dat is ook vanuit economische inzichten aanvaard. Er vertrekken uit Zuid-Afrika steeds meer bedrijven, onder druk van de publieke opinie. Ook op dit gebied blijken er grenzen te kunnen wor den getrokken. Waarom dan niet als het milieu dat keihard eist

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1986 | | pagina 27