BOEKEN Vier uitstekende Vlaamse vertellers EN BOitRBN BoECÊN TUSSEN CAIRO EN GANGADIN VOENSDAG 12 NOVEMBER 1986 r iI!ÏK EXTRA; hENSDAG 12 NOVEMBERl Eenvoudig j Maffia Oppervlakkig Onbehouwen Vrouwen Afrika BELGIE NED 2 iske en Wiske: De glc André Janssens. Door Henk Egbers UITGEVERIJ Hadewijch - een Nederlandse onderneming onder leiding van Wim Hazeu met voe ding vanuit de Vlaamse literatuur - liet een viertal boeken verschij nen, die aandacht verdienen. Het verschijnsel van Vlaamse litera tuur in Nederland gepromoot is niet nieuw. In dit geval terecht. André Janssens (1929), die met de verhalen bundels De Blinde op de uitkijktoren (1984) en De wekker (1985) zich al een publiek verworven heeft in korte tijd, brengt met 'Een dag van sneeuw/een gesprek' een heel roerend boek aan de man. Janssens heeft het recept van een be heerste romantiek. Als Nederlander durf je bij zijn proza niet meer te beweren dat Vlamingen Bourgondiërs zijn of dat er bijvoorbeeld sprake zou zijn van een Timmermans' erotiek. Het zijn tè gemakkelijke plakplaatjes gewor den in zijn geval. Janssens hanteert zo'n mooi, eigen proza en zo'n originele benadering van geijkte thema's dat deze beide verhalen heel verfrissend zijn. Typisch en in Nederland zó niet voorhanden. Een eigenheid die niet meer vanuit de banale Nederlandse kwalificaties ten aanzien Jo Claes. van Vlamingen benoemd kan worden. 'Een dag van sneeuw' heb ik als verreweg het sterkste verhaal ervaren. Het thema liefde en dood, eros en thanatos, wordt door Janssens heel origineel, en toch niet geforceerd, benaderd. Te vens voert hij aan hoe fantasie liefde en dood in zijn greep kan krijgen; verlammende ideaal beelden in het menselijke bestaan worden ver heven tot een bijna sprookjesachtige droom. De liefde tussen een verlegen onderwijzer en een vrouw met een bijna dodelijke fantasie - niet al leen in verf, maar ook in werkelijkheid - krijgt een fantastische vertaling in een roerend proza. Het tweede verhaal, waarin een man en vrouw elkaar weer ontmoeten na jarenlange scheiding, heeft aanvankelijk - naar ons gevoel - iets van valse en cliché-matige pathos -, maar krijgt een verrassende en dramatische ontkno ping. Het thema van liefde en euthanasie wordt daarbij heel hard gesteld. Man en vrouw recapi tuleren in een, ook druktechnisch, wisselende tekst de diepe wortels van een scheiding. Het jood-zijn en het kampleven in de peroratie komt een beetje overdone aan, maar na een aanvan kelijke aarzeling is het verhaal in ijn totaliteit toch zeer indringend. Een hele fijne bundel van een uiterstekend stillist. Clem Schouwenaars is een veelschrijver, die in Nederland, in vergelijking met soortgenoten te weinig aandacht kreeg. Hij is een goed en Clem Schouwenaars. boeiend verteller. Boeken als De seizoenen, Bou- gainvillea, Rosenkranz, De leden van de jury of Liefdeshalve hebben hem een eigen lezerspu bliek bezorgd. In 'De Reiziger' vertelt hij het verhaal van een vijftigjarige kunstschilder die op een boerderij aan de Vlaams-Franse grens woont. Hij heeft twee huwelijken achter de rug en woont al weer een jaar of tien samen met de twintig jaar jongere Barbara. Zij wil een weekje weg (naar Tenerife zegt ze). De kunstschilder raakt wat ontredderd en be gint een zwerftocht in de buurt van zijn huis, waar hij zijn buren niet blijkt te kennen. De ontmoetingen zijn in vele opzichten verrassend. Maar het voornaamste thema is de ouder wor dende man die zich bezint op zijn leven. Een beetje geforceerd doet deze tocht wel aan, ter wijl Schouwenaars het geheel wat gemanië reerd kadert in het klassieke Styx/onderwe- reld-thema en Schuberts 'Der Wanderen'. Toch een goed verteld verhaal. Alstein. - FOTO'S ARCHIEF DEjj Jo Claes heeft met 'De dwaling' een heden daagse variant geschreven op het schuld en boe te-thema. Hij doet dit met eenvoudige en soms te eenvoudige (en daarom voorspelbare) con structies. Tegelijk krijgt zijn verhaal daardoor iets roerends. Ook hier een klassiek stramien, gebaseerd op Dante's inferno, vertaald in een la- byrinthachtige bibliotheek waarin de hoofdfi guur Durant (Frans voor Dante) een baantje aannam om te boeten Durant heeft ambities om schrijver te wor den. Het lukt allemaal niet zo best. Om dat te worden heeft hij een achttal jaren zitten ploete ren terwijl zijn vrouw Linda zorgde voor brood op de plank. Zij verongelukt en hij voelt zich nu schuldig. Om van dat gevoel af te komen (bo vendien moet hij nu zelf de kost verdienen) gaat hij in een bibliotheek (nb) werken. Hij blijft inmiddels schrijven; Linda weg schrijven. De Kafka-achtige bibliotheek zit vol gefrustreerd personeel; mislukkelingen van het leven. In deze inferno verschijnen stapels boe ken. Daarmee voert Claes een thrillerachtig ele ment in. De oplossing ervan levert hem de weg om zijn eigen frustratie te beëindigen en een punt achter zijn vorige leven te zetten. Claes komt af en toe niet boven het gewilde uit, maar uiteindelijk winnen de kwaliteiten van dit ver haal het toch van zijn nog wat ongerijpt schrijf talent. Alstein is een meer ervaren, uitstekende schrijver. In 'Angèle en andere verhalen' zijn zes zwaarmoedige geschiedenissen bijeengebracht. Ze schijnen zo her en der eerder verschenen te zijn, maar niet wordt vermeld waar. Er zit veel ontgoocheling in verschreven. De wat goedgelo vige Angèle - nooit verder geweest dan Brett gaat zelf op de eerste huwelijksdag vernietigt] onderdoor aan een zelfingenomen kwal. In 'Alexil Chanis' wordt een jeugdliefde een pijnlijke confrontatie beleefd tijdens het tuele huwelijk. Dat wordt subtiel uitgeweii Doorzichtig en mogelijk door de wat te mor; serende teneur levert 'Een dag in lente' - hetli] lerdom in zijn laatste dagen onder in de lijnse bunker - geen echte spanning op. Te kend. 'Een idee genaamd Geoffry' is een knap construeerd verhaal dat levensdromen en it titeitsproblemen met elkaar verbindt. „Iedei is in wezen iemand anders dan wie hij denkt zijn, maar men verbergt die andere achter nu kers en men wordt ook wie men denkt te niet wie men is." Alstein bespeelt in deze verlt len heel boeiend hoe de mens leeft in g< situaties, waarvan hij meer slachtoffer is 4 dat hij er bovenuit groeit. Niet opwekken maar leed van een uitstekend (literair) gehalte 14.00 Kop of munt André Janssens: 'Een dag van Sneeuw'. Ijl Hadwijch, prijs 19,90. Clem Schouwenaars: 'De reiziger". Uitg. Hai wijch, prijs 22.90. Jo Claes: 'De dwaling'. Uitg. Hadewijch, 19.90. Alstein: 'Angèle'. Uitg. Hadewijch, prijs 22.51, Door Henk Egbers HET ontbreken van een kritische traditie in Su riname is een groot struikelblok voor lite raire verandering, aldus Rabin Gangadin in 'De Surinaamse literatuur'. Dat is de tragiek van bijna ieder ontwikkelings land, zeker wanneer het na koloniale- overheersing op zoek is naar zijn eigen identiteit. Het groeiend be sef van eigen culturele waarden is nog zo kwets baar, dat kritiek nauwe lijks mogelijk is. Gangadin, die al geruime tijd in Nederland verblijft, lijkt niet de aangewezen per soon om een kritisch besef daaromtrent op gang te bren gen. Zijn toetsingsnormen zijn zo van buitenaf - dat wil zeg gen door westerse kwalifica ties - bepaald, dat hij als een olifant in de porseleinkast te keer gaat en het vermogen mist om van binnenuit ont wikkelingen te begeleiden met opbouwende bijdragen Daarbij komt nog de verve lende indruk dat hij zich schuldig maakt aan discrimi natie en met een gekleurde hindoestaanse bril het werk van zijn creoolse collega's be spreekt. Tenslotte argumen teert hij zijn oordeel op te wei nig (hem toevallig bekende) werkstukken uit de literaire produktie van zijn landgeno ten. Hij bemoedigt niet, maar haalt ze onderuit op basis van normen uit een totaal andere cultuur. Gangadin is emotio neel geen Surinamer meer. Al thans die indruk maakt hij Als hij zijn betogen bijvoor beeld lardeert met het verhaal van zwarte kinderen die nu in Suriname zinnetjes moeten schrijven over sneeuw e.d. dan is hij duidelijk allang niet i meer op een school daar ge- 1 weest. Dat zowel het neder- landse onderwijs als dat in i Suriname te weinig doet voor de eigen auteurs is waar, maar ik ken nederlandse docen- i ten die in Suriname - om welke reden dan ook - nauwe lijks nog nederlandse auteurs behandelen maar het accent verlegt hebben naar de zuida- merikaanse literatuur. En te recht. Gangadin zegt dat de Suri naamse schrijvers in Neder land met eigen uitgeverijtjes een soort maffia zijn gaan vormen, omdat de 'jonge Suri naamse auteurs gewoon dood gezwegen worden. De barokke romans van Edgar Cairo krij gen nu en dan aandacht en daarmee is het bekeken'. On- i zin. Gangadin geeft duidelijk te kennen dat hij bijvoorbeeld Astrid Roemer niet moet (creoolse). Maar haar 'Gekte van de vrouw "kreeg meer dan dertig besprekingen (waarvan één negatief), terwijl het laat ste jaar alleen al in de pocket editie (vijfde druk) ongeveer 50.000 exemplaren werden verkocht... Boeken die Suriname breken en bouwen ren. Neem daarbij zijn voudsvorm, die zoals meer talen tegenkomt/ ^ë""rëndferen, dubbeling bestaan; ziji uitgevonden woorden dochter bv) etceters vraagt dat van de li extra's. Maar eenmaal gedompeld in deze s!( deze 'mnegergeschiedi i Het team van 'NewHart' (Nederland James postma in de sie uit dag oo verfilm Lange zien op in het harts to< noodlot werklo: Chamtx een da komt, naar Ni gebodei passion ,e RVU heeft in samenwer- ng met de Consumenten- md een driedelige serie ge- aakt over koopgedrag, .op of munt' wil de consu lent duidelijk maken, hoe ten na het winkelen teleur stellingen, klachten en pro- ilemen kan voorkomen. De >erste aflevering gaat over [open in de winkel. In ge peelde scènes wordt eerst ;etoond hoe de consument let onderspit delft, waarna at een tweede scène blijkt, lat met een goede voorbe- eiding en een mondige op telling wel de juiste artike- en gekocht kunnen worden. Cora, x plan op weg te i 15.50 New Wilderness 20.15 In het noorden van Joego- lavië, waar de Donau en de )rava samenkomen, ligt een iniek natuurreservaat, raarover deze aflevering ran 'New Wilderness' gaat. n dit stille bosgebied leven edelherten, rilde zwijnen en vossen. Edgar Cairo. Het is te prijzen dat hij Al- bert Helman (indiaans bloed) verdedigt, maar dat is op af stand gemakkelijk. Cairo (creool) wordt een guitige auteur genoemd die letter kunde als liefhebberij beoe fent en vol zeurderige lieder lijkheid, muffe bevalligheid, lammenadige grappigheid etc zit. Dit getuigt van totale on kunde (of onwil?) over zijn achtergronden en instelling. Ook wij hebben kritiek op Cairo, maar niet op deze kre- terige goedkope manier. Bea Vianen (met haar gefrus treerde hindoestaanse voor keur) wordt begenadigd be handeld, maar op basis van twee boeken (die onlangs her drukken kregen), terwijl haar dichtkunst (binnenkort ver schijnt er bij De Knipscheer weer een bundel) helemaal niet aan de orde komt. Wel worden allerlei begin nende poëten (of wat daarvoor graag doorgaat) onderuit ge haald. Kritiek, ja, maar van je landgenoten moet je het maar hebben. De manier waarop hij bij voorbeeld Thea Doel wijt onderuit haalt en zijn mede hindoestaan Shrinivasi be noemt ('zachtaardige tonen en eindeloos navelstaren') getuigt van een oppervlakkig rationa lisme, ontdaan van ieder ge voel voor een land dat nog ge boren moet worden. Het lijkt erop dat Gangadin vanuit een underdog-gevoel in eeuw wes terse cultuur de botte bijl zet aan die beginnende loot van wat mogelijk eens 'Surinaamse literatuur' gaat heten. Dit is smoren in de kiem. Dat Rabin Gangadin vanuit die westerse cultuur kan schrijven bewijst hij met zijn boek 'Landgenoten'. Niet dat het veel toevoegt aan wat an deren (Cairo, Roemer, Vianen) al eerder op een soortgelijke manier deden. „Zijn roman is een vreemde mengeling van tederheid en wreedheid, om dat hij net zo'n grote hekel heeft aan onderdrukkers als aan hun te klagerige slachtof fers. Hij bewaart zijn sympa thie alleen voor die mensen die tenminste een persoonlijke uitweg zoeken in de literatuur, de kunst, verdovende midde len en misdaad. Liever nog dan het geluk". Therapeutisch schrijven. Dat is de laatste zin van deze roman waarin hij zichzelf ook portretteert. Gangadin komt er niet al leen uit naar voren als iemand die een geweldige hekel heeft aan Suriname, maar ook aan Nederland (als een land van zeer wrede boerenhufters). „Ik mag je vertellen dat het hele Hollandse politiekorps uit rot moffen bestaat...De Hollan ders waren niet alleen onover troffen moordenaars in de Tweede Wereldoorlog, ze zijn nog steeds bezig plannen te ontwikkelen om de mensheid te vernietigen"...Uitspraken, die weliswaar gelegd worden in de mond van een ander, maar door Gangadin bedacht werden... Ik vind ze onbenul lig. De auteur munt niet uit door scherpzinnigheid als het om kritiek gaat. In zijn kritiek op de Suri naamse samenleving lijkt hij ook persoonlijke gram te ha len door voor landgenoten duidelijk herkenbare perso nen op te voeren (in het nega tieve). Als hij - terecht - het Park in Paramaribo belache lijk probeert te maken dan ge beurt dat noch op een gees tige-, noch op een spitse ma nier, maar tamelijk onbehou wen. Het verhaal gaat over een Surinaanmse jongen die schrijver wil worden en van uit een vastgelopen situatie in het geboorteland zijn geluk gaat beproeven in het Neder landse studentenleven. Hij komt in een 'Hollandse bende' terecht. Gangadin schrijft, wars van Cairo-romantiek, als een zakelijke verslaggever, die alleen slecht nieuws nieuws vindt. „Een roman schrijven wil zeggen een houding aannemen die in grote lijnen lijkt op die van een toeschouwer die in het theater het gordijn omhoog ziet gaan", zo verantwoordt hij in het laatste hoofdstuk. Maar het is nog wel iets meer. Dit is geen roman, maar een scheld- kanonade, die oproept wat het mogelijk wil bezweren. Dit werkt in de hand dat Neder landers gaan zeggen: 'Man wat doe je hier'! Dat is dan geen discriminatie meer maar een koekje van eigen deeg. Gangadin mist historisch besef; legt althans daarvan getuige af in zijn boeken. De geschiedschrijving van een volk is uitermate belangrijk om tot een eigen identiteit te komen. Voor zover er sprake is van historieschrijven rond Su riname is dit steeds een Ba- kra-zaak, een werk van kolo nialen, geweest. Van binnen uit is er nog weinig gebeurd. En ook Ben Scholtens (1954 Al melo) is een nazaat van het koloniale bewind; tevens do cent - sedert 1983 - aan de An ton de Kom-universiteit van Paramaribo. Toch heb ik het gevoel dat hij in staat is zich te identificeren met een land in ontwikkeling en tevens zijn wetenschappelijke objectivi teit weet te bewaren. De Nederlanders die in staat zijn dit koloniale verleden op een adequate manier te bena deren moet je niet zoeken in de Tweede Kamer met een Weisglas of Knol, maar in mensen die de gok van de identificatie met de huidige ontwikkelingen durven te ne men. De weg tussen het wan trouwen ten aanzien van de Bevrijdingsraad enerzijds en typen als Willem Oltmans an derzijds, leidt niet naar Brunswijks Djuka's of Bou- terses leger maar naar een ge spleten volk dat op zoek is naar zichzelf. Niet de politieke prietpraat in Den Haag over Surinaamse democratie noch de bijna 200.000 verhollandste Surinamers in Nederland, maar de Surinamers die in dat land zelf op dit moment tussen de lege planken in de winkel, de kelderende Surinaamse gulden (nb!) en de onveiligheid tussen Nickerie en Albina moeten leven, maken de toe komst van dit land uit. Misschien zijn zelfs Bouter- se, die in Nederland zijn mili taire vorming kreeg, en Henk Herrenberg, die in Den Haag het politieke bedrijf in zich opnam, niet de aangewezen fi guren om dit volk op te bou wen; noch de bosnegers die hun Mercedes onder het huis op palen hebben staan. De in dianen, die onder meer in de savannes van Powakka en Matta of aan de brede Coppe- name in Kalebaskreek of Don- derkamp hun stille nederzet tingen hebben, bezitten de oudste papieren. Ben Scholten heeft in zijn 'Opkomende arbeidersbewe ging in Suriname' op een heel boeiende manier een tamelijk actuele roerige story van dit land op papier gezet. Hij noemt de 'creatie van een ar beidsverdeling op etnische grondslag', zoals die tijdens het koloniale bewind werd ge maakt, één van de oorzaken van de onlusten in de dertiger jaren toen de werkloosheid een algemeen verschijnsel was. De opkomst van de vak bonden in die periode was ech ter multi-etnisch. Vrouwen stonden daarbij in de voorste gelederen. Het landsbestuur trad er paternalistisch en met Rabin Gangadin. een bedelingsmentaliteit tegen op. Verschilde dus niet veel van die in Nederland. Bescha mend is de wijze waarop het Nederlandse bestuur maatre gelen nam tegen de leiders (gezien als oproerkraaiers). Mannen als Antom de Kom, Lepelblad, Doedel, Van Vliet e.a. hebben daarbij geschiede nis gemaakt. De beide laatsten werden - als nu in Rusland - in een psy chiatrische inrichting opgeslo ten; de Kom werd verbannen naar Nederland en stierf in een Duits concentratiekamp. Henk Herrenberg heeft nog geprobeerd hem eruit te krij gen ('Hij was niet gek, ze heb ben hem gek gemaakt'), maar dat lukte niet. Hij stierf er in 1980. Scholten heeft voor het eerst gebruik kunnen maken van belangrijke archief-docu menten. Verder heeft hij de reacties in de Surinaamse en Nederlandse pers uit die pe riode bestudeerd en veertien nog levende ooggetuigen geïn terviewd, onder wie Anton van Ommeren, een zus van De Kom, Marinus Lepelblad, W. Gonsalves en C. Dorik. Scholten concludeert dat met deze arbeiderscrisis in de dertiger jaren het gehele be stuursbeleid van Suriname en de inrichting van de Suri naamse samenleving ter dis cussie kwam te staan. Die dis cussie duurt tot de dag van vandaag. Dit boek kan daar aan een verhelderende bij drage leveren, zowel in Suri name als Nederland, waar nog - FOTO ELS KIRST steeds de meest merkwaardige denkbeelden bestaan over deze oud-kolonie. Helemaal terug naar de roots van het Surinaamse volk - althans het creoolse deel - gaat Edgar Cairo in zijn nieuwe 'roman over de ge schiedenis van Afrika': Nyu- mane Uit mensennaam. Een boek van Cairo is meestal een belevenis als je de moeite neemt om je onder te dompe len in zijn eigen manier van omgaan met de taal. Die wekt overigens wat weerstand. Ook in dit boek maakt hij het je ze ker niet gemakkelijk. Van de titel zegt hij„Nyumane is af geleid van nuyn-mannen(g). Dit laatste is een woord uit het Surinaams, het Sranan Tongo (vroeger een negertaal, met Afrikaanse en vooral Engelse invloeden). Het betekent let terlijk: nieuwe-mens-z'n- naam. Het gaat dan om het verschijnsel op zich van het toekennen van namen aan pasgeborenen. Traditionele naamgeving in Suriname dus, naar Westafrikaans model Verder vertelt Cairo in het nawoord hoe hij bij zijn belet tering van woorden aan die talrijke m, n en g's gekomen is. „Klanken en betekenissen die in elkaar overvloeien, die nu eens volledig authentiek, dan weer pure vondsten zijn." Hij ziet zijn taalspel als een brug- gen-bouwen tussen de cultu- derga je een hele 'atmosferische storing'! het geijkte historie-;! Geschiedenis wordt p lende wordt omgezet! cho-achtige stoerheid! ontkom je ook vaak r. de indruk dat, ondanij research in desbetreffe:! bieden, het nogal artif: J 'Bodemwaarheidl In dit boek is hij naar 'de bodemwaarl ons allen' en 'het zwa| van de geschiedenis' Afrikaanse dageraad zingt de schoonheid kraalculturen; de w< met gekweekte fierheii| trots van al de mei der volkeren van Maar ook het roofdiei ter van deze mens. leving van gelding moord en verte Schaamte en angst. „Oi die gruweldaden echte-echte helden! ft denaars en moor* mannen, vrouwen, in i slachting van leven! zend toonaarden zijn zongen!".Barbaren'! kristenzwaard dat van Afrika' vanuit het in slavernij sloeg. Wasi barbaars! Het kruis mascottes als wijwat wierookdingen, de waarnaar zij grepen onzekerheden te gen..." En de Afrik! pasgeboren kinderen aan Mani. Het was de reld, onafhankelijk en wit, los van Noord die door een barbaren! geschiedenis heen mi „Laat die Neanderl dan maar in belagen en geen ander! desnoods elkaar in pool invriezen!W< ka, ween met de stet u rest het Verloren Maar er is perspectief als de zon wijkt, de Wonderboom voor in de eeuwen, schaduj over palissadenprazo mneger, 't was je W heidsdag-gevecht aan land! Aan Negerlai» Mensenland!". Bijna iedere zin boek eindigt met een teken. Het boek past' in de orale traditie oude werelddeel, hardop gelezen, voo moeten worden. Rabin Gangadin: '1*1 naamse literatuur' Heeffer, prijs 39,95. Rabin Gangadin: ten'. Uitg. In de Köl prijs 19,50. Ben Scholtens: 'OP1 arbeidersbeweging me'. Uitg. Masusa, Edgar Cairo: 'N: mensennaam'. Uitg. prijs 34,90. 20.20 L'enfant et les sortilfeges 'anavond presenteert de [OS opnieuw een ballet voorstelling: 'Het kind en de rverijen' van de bekende ïoreograaf Jiri Kylian. Het een sprookje van de ranse schrijfster Colette, zij in 1916 als ballet- itukje voor haar dochtertje threef. Jaren later zette laurice Ravel het sprookje muziek. Kylian heeft het :hter geheel opnieuw be- rerkt en er een groot ballet gemaakt. Marly Knoben st de hoofdrol van het ideugende jongetje, dat huiswerk wil maken. Vanavoq nationa und Söl schieden geliquid< mieconc wordt v< achtenha film, wt gewerkt! opkomst| van de filmepos van 35 ja bij Carl jaar staa het hoof! grote vei Dankzij i fabriek chemie-i| ben'. Dj steunt van i Postbode belt altijd 2 keer Ie BRT brengt vanavond Het ZDF Greta Gal notchka', j waarin amusantq] Ernst Lu haal van stijve Ninotchki Parijs ges lega's op pen. Deze de Lichtst de tsarent en tractoi li t"n HuI< ¥nt mtt de mtnien de sluipen op 'll'tfflen. dm denk je mxr)auu Mijnden J

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1986 | | pagina 20