BOEKEN
Vier uitstekende Vlaamse vertellers
EN BOitRBN BoECÊN
TUSSEN CAIRO EN GANGADIN
VOENSDAG 12 NOVEMBER 1986
r iI!ÏK EXTRA;
hENSDAG 12 NOVEMBERl
Eenvoudig
j Maffia
Oppervlakkig
Onbehouwen
Vrouwen
Afrika
BELGIE NED 2
iske en Wiske: De glc
André Janssens.
Door Henk Egbers
UITGEVERIJ Hadewijch - een
Nederlandse onderneming onder
leiding van Wim Hazeu met voe
ding vanuit de Vlaamse literatuur
- liet een viertal boeken verschij
nen, die aandacht verdienen. Het
verschijnsel van Vlaamse litera
tuur in Nederland gepromoot is
niet nieuw. In dit geval terecht.
André Janssens (1929), die met de verhalen
bundels De Blinde op de uitkijktoren (1984) en
De wekker (1985) zich al een publiek verworven
heeft in korte tijd, brengt met 'Een dag van
sneeuw/een gesprek' een heel roerend boek aan
de man. Janssens heeft het recept van een be
heerste romantiek. Als Nederlander durf je bij
zijn proza niet meer te beweren dat Vlamingen
Bourgondiërs zijn of dat er bijvoorbeeld sprake
zou zijn van een Timmermans' erotiek.
Het zijn tè gemakkelijke plakplaatjes gewor
den in zijn geval. Janssens hanteert zo'n mooi,
eigen proza en zo'n originele benadering van
geijkte thema's dat deze beide verhalen heel
verfrissend zijn. Typisch en in Nederland zó niet
voorhanden. Een eigenheid die niet meer vanuit
de banale Nederlandse kwalificaties ten aanzien
Jo Claes.
van Vlamingen benoemd kan worden.
'Een dag van sneeuw' heb ik als verreweg het
sterkste verhaal ervaren. Het thema liefde en
dood, eros en thanatos, wordt door Janssens heel
origineel, en toch niet geforceerd, benaderd. Te
vens voert hij aan hoe fantasie liefde en dood in
zijn greep kan krijgen; verlammende ideaal
beelden in het menselijke bestaan worden ver
heven tot een bijna sprookjesachtige droom. De
liefde tussen een verlegen onderwijzer en een
vrouw met een bijna dodelijke fantasie - niet al
leen in verf, maar ook in werkelijkheid - krijgt
een fantastische vertaling in een roerend proza.
Het tweede verhaal, waarin een man en
vrouw elkaar weer ontmoeten na jarenlange
scheiding, heeft aanvankelijk - naar ons gevoel
- iets van valse en cliché-matige pathos -, maar
krijgt een verrassende en dramatische ontkno
ping. Het thema van liefde en euthanasie wordt
daarbij heel hard gesteld. Man en vrouw recapi
tuleren in een, ook druktechnisch, wisselende
tekst de diepe wortels van een scheiding. Het
jood-zijn en het kampleven in de peroratie komt
een beetje overdone aan, maar na een aanvan
kelijke aarzeling is het verhaal in ijn totaliteit
toch zeer indringend. Een hele fijne bundel van
een uiterstekend stillist.
Clem Schouwenaars is een veelschrijver, die
in Nederland, in vergelijking met soortgenoten
te weinig aandacht kreeg. Hij is een goed en
Clem Schouwenaars.
boeiend verteller. Boeken als De seizoenen, Bou-
gainvillea, Rosenkranz, De leden van de jury of
Liefdeshalve hebben hem een eigen lezerspu
bliek bezorgd. In 'De Reiziger' vertelt hij het
verhaal van een vijftigjarige kunstschilder die
op een boerderij aan de Vlaams-Franse grens
woont. Hij heeft twee huwelijken achter de rug
en woont al weer een jaar of tien samen met de
twintig jaar jongere Barbara. Zij wil een weekje
weg (naar Tenerife zegt ze).
De kunstschilder raakt wat ontredderd en be
gint een zwerftocht in de buurt van zijn huis,
waar hij zijn buren niet blijkt te kennen. De
ontmoetingen zijn in vele opzichten verrassend.
Maar het voornaamste thema is de ouder wor
dende man die zich bezint op zijn leven. Een
beetje geforceerd doet deze tocht wel aan, ter
wijl Schouwenaars het geheel wat gemanië
reerd kadert in het klassieke Styx/onderwe-
reld-thema en Schuberts 'Der Wanderen'. Toch
een goed verteld verhaal.
Alstein.
- FOTO'S ARCHIEF DEjj
Jo Claes heeft met 'De dwaling' een heden
daagse variant geschreven op het schuld en boe
te-thema. Hij doet dit met eenvoudige en soms
te eenvoudige (en daarom voorspelbare) con
structies. Tegelijk krijgt zijn verhaal daardoor
iets roerends. Ook hier een klassiek stramien,
gebaseerd op Dante's inferno, vertaald in een la-
byrinthachtige bibliotheek waarin de hoofdfi
guur Durant (Frans voor Dante) een baantje
aannam om te boeten
Durant heeft ambities om schrijver te wor
den. Het lukt allemaal niet zo best. Om dat te
worden heeft hij een achttal jaren zitten ploete
ren terwijl zijn vrouw Linda zorgde voor brood
op de plank. Zij verongelukt en hij voelt zich nu
schuldig. Om van dat gevoel af te komen (bo
vendien moet hij nu zelf de kost verdienen) gaat
hij in een bibliotheek (nb) werken.
Hij blijft inmiddels schrijven; Linda weg
schrijven. De Kafka-achtige bibliotheek zit vol
gefrustreerd personeel; mislukkelingen van het
leven. In deze inferno verschijnen stapels boe
ken. Daarmee voert Claes een thrillerachtig ele
ment in. De oplossing ervan levert hem de weg
om zijn eigen frustratie te beëindigen en een
punt achter zijn vorige leven te zetten. Claes
komt af en toe niet boven het gewilde uit, maar
uiteindelijk winnen de kwaliteiten van dit ver
haal het toch van zijn nog wat ongerijpt schrijf
talent.
Alstein is een meer ervaren, uitstekende
schrijver. In 'Angèle en andere verhalen' zijn zes
zwaarmoedige geschiedenissen bijeengebracht.
Ze schijnen zo her en der eerder verschenen te
zijn, maar niet wordt vermeld waar. Er zit veel
ontgoocheling in verschreven. De wat goedgelo
vige Angèle - nooit verder geweest dan Brett
gaat zelf op de eerste huwelijksdag vernietigt]
onderdoor aan een zelfingenomen kwal.
In 'Alexil Chanis' wordt een jeugdliefde
een pijnlijke confrontatie beleefd tijdens het
tuele huwelijk. Dat wordt subtiel uitgeweii
Doorzichtig en mogelijk door de wat te mor;
serende teneur levert 'Een dag in lente' - hetli]
lerdom in zijn laatste dagen onder in de
lijnse bunker - geen echte spanning op. Te
kend.
'Een idee genaamd Geoffry' is een knap
construeerd verhaal dat levensdromen en it
titeitsproblemen met elkaar verbindt. „Iedei
is in wezen iemand anders dan wie hij denkt
zijn, maar men verbergt die andere achter nu
kers en men wordt ook wie men denkt te
niet wie men is." Alstein bespeelt in deze verlt
len heel boeiend hoe de mens leeft in g<
situaties, waarvan hij meer slachtoffer is 4
dat hij er bovenuit groeit. Niet opwekken
maar leed van een uitstekend (literair) gehalte
14.00
Kop of
munt
André Janssens: 'Een dag van Sneeuw'. Ijl
Hadwijch, prijs 19,90.
Clem Schouwenaars: 'De reiziger". Uitg. Hai
wijch, prijs 22.90.
Jo Claes: 'De dwaling'. Uitg. Hadewijch,
19.90.
Alstein: 'Angèle'. Uitg. Hadewijch, prijs 22.51,
Door Henk Egbers
HET ontbreken van een
kritische traditie in Su
riname is een groot
struikelblok voor lite
raire verandering, aldus
Rabin Gangadin in 'De
Surinaamse literatuur'.
Dat is de tragiek van
bijna ieder ontwikkelings
land, zeker wanneer het na
koloniale- overheersing op
zoek is naar zijn eigen
identiteit. Het groeiend be
sef van eigen culturele
waarden is nog zo kwets
baar, dat kritiek nauwe
lijks mogelijk is.
Gangadin, die al geruime
tijd in Nederland verblijft,
lijkt niet de aangewezen per
soon om een kritisch besef
daaromtrent op gang te bren
gen. Zijn toetsingsnormen zijn
zo van buitenaf - dat wil zeg
gen door westerse kwalifica
ties - bepaald, dat hij als een
olifant in de porseleinkast te
keer gaat en het vermogen
mist om van binnenuit ont
wikkelingen te begeleiden met
opbouwende bijdragen
Daarbij komt nog de verve
lende indruk dat hij zich
schuldig maakt aan discrimi
natie en met een gekleurde
hindoestaanse bril het werk
van zijn creoolse collega's be
spreekt. Tenslotte argumen
teert hij zijn oordeel op te wei
nig (hem toevallig bekende)
werkstukken uit de literaire
produktie van zijn landgeno
ten. Hij bemoedigt niet, maar
haalt ze onderuit op basis van
normen uit een totaal andere
cultuur. Gangadin is emotio
neel geen Surinamer meer. Al
thans die indruk maakt hij
Als hij zijn betogen bijvoor
beeld lardeert met het verhaal
van zwarte kinderen die nu in
Suriname zinnetjes moeten
schrijven over sneeuw e.d. dan
is hij duidelijk allang niet
i meer op een school daar ge-
1 weest. Dat zowel het neder-
landse onderwijs als dat in
i Suriname te weinig doet voor
de eigen auteurs is waar, maar
ik ken nederlandse docen-
i ten die in Suriname - om
welke reden dan ook - nauwe
lijks nog nederlandse auteurs
behandelen maar het accent
verlegt hebben naar de zuida-
merikaanse literatuur. En te
recht.
Gangadin zegt dat de Suri
naamse schrijvers in Neder
land met eigen uitgeverijtjes
een soort maffia zijn gaan
vormen, omdat de 'jonge Suri
naamse auteurs gewoon dood
gezwegen worden. De barokke
romans van Edgar Cairo krij
gen nu en dan aandacht en
daarmee is het bekeken'. On-
i zin. Gangadin geeft duidelijk
te kennen dat hij bijvoorbeeld
Astrid Roemer niet moet
(creoolse). Maar haar 'Gekte
van de vrouw "kreeg meer dan
dertig besprekingen (waarvan
één negatief), terwijl het laat
ste jaar alleen al in de pocket
editie (vijfde druk) ongeveer
50.000 exemplaren werden
verkocht...
Boeken die Suriname breken en bouwen
ren. Neem daarbij zijn
voudsvorm, die zoals
meer talen tegenkomt/ ^ë""rëndferen,
dubbeling bestaan; ziji
uitgevonden woorden
dochter bv) etceters
vraagt dat van de li
extra's. Maar eenmaal
gedompeld in deze s!(
deze 'mnegergeschiedi
i Het team van 'NewHart' (Nederland
James
postma
in de
sie uit
dag oo
verfilm
Lange
zien op
in het
harts to<
noodlot
werklo:
Chamtx
een da
komt,
naar Ni
gebodei
passion
,e RVU heeft in samenwer-
ng met de Consumenten-
md een driedelige serie ge-
aakt over koopgedrag,
.op of munt' wil de consu
lent duidelijk maken, hoe
ten na het winkelen teleur
stellingen, klachten en pro-
ilemen kan voorkomen. De
>erste aflevering gaat over
[open in de winkel. In ge
peelde scènes wordt eerst
;etoond hoe de consument
let onderspit delft, waarna
at een tweede scène blijkt,
lat met een goede voorbe-
eiding en een mondige op
telling wel de juiste artike-
en gekocht kunnen worden.
Cora, x
plan op
weg te i
15.50
New
Wilderness
20.15
In het noorden van Joego-
lavië, waar de Donau en de
)rava samenkomen, ligt een
iniek natuurreservaat,
raarover deze aflevering
ran 'New Wilderness' gaat.
n dit stille bosgebied leven
edelherten,
rilde zwijnen en vossen.
Edgar Cairo.
Het is te prijzen dat hij Al-
bert Helman (indiaans bloed)
verdedigt, maar dat is op af
stand gemakkelijk. Cairo
(creool) wordt een guitige
auteur genoemd die letter
kunde als liefhebberij beoe
fent en vol zeurderige lieder
lijkheid, muffe bevalligheid,
lammenadige grappigheid etc
zit. Dit getuigt van totale on
kunde (of onwil?) over zijn
achtergronden en instelling.
Ook wij hebben kritiek op
Cairo, maar niet op deze kre-
terige goedkope manier. Bea
Vianen (met haar gefrus
treerde hindoestaanse voor
keur) wordt begenadigd be
handeld, maar op basis van
twee boeken (die onlangs her
drukken kregen), terwijl haar
dichtkunst (binnenkort ver
schijnt er bij De Knipscheer
weer een bundel) helemaal
niet aan de orde komt.
Wel worden allerlei begin
nende poëten (of wat daarvoor
graag doorgaat) onderuit ge
haald. Kritiek, ja, maar van je
landgenoten moet je het maar
hebben. De manier waarop hij
bij voorbeeld Thea Doel wijt
onderuit haalt en zijn mede
hindoestaan Shrinivasi be
noemt ('zachtaardige tonen en
eindeloos navelstaren') getuigt
van een oppervlakkig rationa
lisme, ontdaan van ieder ge
voel voor een land dat nog ge
boren moet worden. Het lijkt
erop dat Gangadin vanuit een
underdog-gevoel in eeuw wes
terse cultuur de botte bijl zet
aan die beginnende loot van
wat mogelijk eens 'Surinaamse
literatuur' gaat heten. Dit is
smoren in de kiem.
Dat Rabin Gangadin vanuit
die westerse cultuur kan
schrijven bewijst hij met zijn
boek 'Landgenoten'. Niet dat
het veel toevoegt aan wat an
deren (Cairo, Roemer, Vianen)
al eerder op een soortgelijke
manier deden. „Zijn roman is
een vreemde mengeling van
tederheid en wreedheid, om
dat hij net zo'n grote hekel
heeft aan onderdrukkers als
aan hun te klagerige slachtof
fers. Hij bewaart zijn sympa
thie alleen voor die mensen die
tenminste een persoonlijke
uitweg zoeken in de literatuur,
de kunst, verdovende midde
len en misdaad. Liever nog
dan het geluk". Therapeutisch
schrijven. Dat is de laatste zin
van deze roman waarin hij
zichzelf ook portretteert.
Gangadin komt er niet al
leen uit naar voren als iemand
die een geweldige hekel heeft
aan Suriname, maar ook aan
Nederland (als een land van
zeer wrede boerenhufters). „Ik
mag je vertellen dat het hele
Hollandse politiekorps uit rot
moffen bestaat...De Hollan
ders waren niet alleen onover
troffen moordenaars in de
Tweede Wereldoorlog, ze zijn
nog steeds bezig plannen te
ontwikkelen om de mensheid
te vernietigen"...Uitspraken,
die weliswaar gelegd worden
in de mond van een ander,
maar door Gangadin bedacht
werden... Ik vind ze onbenul
lig. De auteur munt niet uit
door scherpzinnigheid als het
om kritiek gaat.
In zijn kritiek op de Suri
naamse samenleving lijkt hij
ook persoonlijke gram te ha
len door voor landgenoten
duidelijk herkenbare perso
nen op te voeren (in het nega
tieve). Als hij - terecht - het
Park in Paramaribo belache
lijk probeert te maken dan ge
beurt dat noch op een gees
tige-, noch op een spitse ma
nier, maar tamelijk onbehou
wen. Het verhaal gaat over
een Surinaanmse jongen die
schrijver wil worden en van
uit een vastgelopen situatie in
het geboorteland zijn geluk
gaat beproeven in het Neder
landse studentenleven. Hij
komt in een 'Hollandse bende'
terecht. Gangadin schrijft,
wars van Cairo-romantiek, als
een zakelijke verslaggever, die
alleen slecht nieuws nieuws
vindt.
„Een roman schrijven wil
zeggen een houding aannemen
die in grote lijnen lijkt op die
van een toeschouwer die in het
theater het gordijn omhoog
ziet gaan", zo verantwoordt hij
in het laatste hoofdstuk. Maar
het is nog wel iets meer. Dit is
geen roman, maar een scheld-
kanonade, die oproept wat het
mogelijk wil bezweren. Dit
werkt in de hand dat Neder
landers gaan zeggen: 'Man
wat doe je hier'! Dat is dan
geen discriminatie meer maar
een koekje van eigen deeg.
Gangadin mist historisch
besef; legt althans daarvan
getuige af in zijn boeken. De
geschiedschrijving van een
volk is uitermate belangrijk
om tot een eigen identiteit te
komen. Voor zover er sprake is
van historieschrijven rond Su
riname is dit steeds een Ba-
kra-zaak, een werk van kolo
nialen, geweest. Van binnen
uit is er nog weinig gebeurd.
En ook Ben Scholtens (1954 Al
melo) is een nazaat van het
koloniale bewind; tevens do
cent - sedert 1983 - aan de An
ton de Kom-universiteit van
Paramaribo. Toch heb ik het
gevoel dat hij in staat is zich te
identificeren met een land in
ontwikkeling en tevens zijn
wetenschappelijke objectivi
teit weet te bewaren.
De Nederlanders die in staat
zijn dit koloniale verleden op
een adequate manier te bena
deren moet je niet zoeken in de
Tweede Kamer met een
Weisglas of Knol, maar in
mensen die de gok van de
identificatie met de huidige
ontwikkelingen durven te ne
men. De weg tussen het wan
trouwen ten aanzien van de
Bevrijdingsraad enerzijds en
typen als Willem Oltmans an
derzijds, leidt niet naar
Brunswijks Djuka's of Bou-
terses leger maar naar een ge
spleten volk dat op zoek is
naar zichzelf. Niet de politieke
prietpraat in Den Haag over
Surinaamse democratie noch
de bijna 200.000 verhollandste
Surinamers in Nederland,
maar de Surinamers die in dat
land zelf op dit moment tussen
de lege planken in de winkel,
de kelderende Surinaamse
gulden (nb!) en de onveiligheid
tussen Nickerie en Albina
moeten leven, maken de toe
komst van dit land uit.
Misschien zijn zelfs Bouter-
se, die in Nederland zijn mili
taire vorming kreeg, en Henk
Herrenberg, die in Den Haag
het politieke bedrijf in zich
opnam, niet de aangewezen fi
guren om dit volk op te bou
wen; noch de bosnegers die
hun Mercedes onder het huis
op palen hebben staan. De in
dianen, die onder meer in de
savannes van Powakka en
Matta of aan de brede Coppe-
name in Kalebaskreek of Don-
derkamp hun stille nederzet
tingen hebben, bezitten de
oudste papieren.
Ben Scholten heeft in zijn
'Opkomende arbeidersbewe
ging in Suriname' op een heel
boeiende manier een tamelijk
actuele roerige story van dit
land op papier gezet. Hij
noemt de 'creatie van een ar
beidsverdeling op etnische
grondslag', zoals die tijdens
het koloniale bewind werd ge
maakt, één van de oorzaken
van de onlusten in de dertiger
jaren toen de werkloosheid
een algemeen verschijnsel
was. De opkomst van de vak
bonden in die periode was ech
ter multi-etnisch. Vrouwen
stonden daarbij in de voorste
gelederen. Het landsbestuur
trad er paternalistisch en met
Rabin Gangadin.
een bedelingsmentaliteit tegen
op. Verschilde dus niet veel
van die in Nederland. Bescha
mend is de wijze waarop het
Nederlandse bestuur maatre
gelen nam tegen de leiders
(gezien als oproerkraaiers).
Mannen als Antom de Kom,
Lepelblad, Doedel, Van Vliet
e.a. hebben daarbij geschiede
nis gemaakt.
De beide laatsten werden -
als nu in Rusland - in een psy
chiatrische inrichting opgeslo
ten; de Kom werd verbannen
naar Nederland en stierf in
een Duits concentratiekamp.
Henk Herrenberg heeft nog
geprobeerd hem eruit te krij
gen ('Hij was niet gek, ze heb
ben hem gek gemaakt'), maar
dat lukte niet. Hij stierf er in
1980. Scholten heeft voor het
eerst gebruik kunnen maken
van belangrijke archief-docu
menten. Verder heeft hij de
reacties in de Surinaamse en
Nederlandse pers uit die pe
riode bestudeerd en veertien
nog levende ooggetuigen geïn
terviewd, onder wie Anton
van Ommeren, een zus van De
Kom, Marinus Lepelblad, W.
Gonsalves en C. Dorik.
Scholten concludeert dat
met deze arbeiderscrisis in de
dertiger jaren het gehele be
stuursbeleid van Suriname en
de inrichting van de Suri
naamse samenleving ter dis
cussie kwam te staan. Die dis
cussie duurt tot de dag van
vandaag. Dit boek kan daar
aan een verhelderende bij
drage leveren, zowel in Suri
name als Nederland, waar nog
- FOTO ELS KIRST
steeds de meest merkwaardige
denkbeelden bestaan over
deze oud-kolonie.
Helemaal terug naar de
roots van het Surinaamse volk
- althans het creoolse deel -
gaat Edgar Cairo in zijn
nieuwe 'roman over de ge
schiedenis van Afrika': Nyu-
mane Uit mensennaam. Een
boek van Cairo is meestal een
belevenis als je de moeite
neemt om je onder te dompe
len in zijn eigen manier van
omgaan met de taal. Die wekt
overigens wat weerstand. Ook
in dit boek maakt hij het je ze
ker niet gemakkelijk. Van de
titel zegt hij„Nyumane is af
geleid van nuyn-mannen(g).
Dit laatste is een woord uit het
Surinaams, het Sranan Tongo
(vroeger een negertaal, met
Afrikaanse en vooral Engelse
invloeden). Het betekent let
terlijk: nieuwe-mens-z'n-
naam. Het gaat dan om het
verschijnsel op zich van het
toekennen van namen aan
pasgeborenen. Traditionele
naamgeving in Suriname dus,
naar Westafrikaans model
Verder vertelt Cairo in het
nawoord hoe hij bij zijn belet
tering van woorden aan die
talrijke m, n en g's gekomen is.
„Klanken en betekenissen die
in elkaar overvloeien, die nu
eens volledig authentiek, dan
weer pure vondsten zijn." Hij
ziet zijn taalspel als een brug-
gen-bouwen tussen de cultu-
derga je een hele
'atmosferische storing'!
het geijkte historie-;!
Geschiedenis wordt p
lende wordt omgezet!
cho-achtige stoerheid!
ontkom je ook vaak r.
de indruk dat, ondanij
research in desbetreffe:!
bieden, het nogal artif: J
'Bodemwaarheidl
In dit boek is hij
naar 'de bodemwaarl
ons allen' en 'het zwa|
van de geschiedenis'
Afrikaanse dageraad
zingt de schoonheid
kraalculturen; de w<
met gekweekte fierheii|
trots van al de mei
der volkeren van
Maar ook het roofdiei
ter van deze mens.
leving van gelding
moord en verte
Schaamte en angst. „Oi
die gruweldaden
echte-echte helden! ft
denaars en moor*
mannen, vrouwen, in i
slachting van leven!
zend toonaarden zijn
zongen!".Barbaren'!
kristenzwaard dat
van Afrika' vanuit het
in slavernij sloeg. Wasi
barbaars! Het kruis
mascottes als wijwat
wierookdingen, de
waarnaar zij grepen
onzekerheden te
gen..." En de Afrik!
pasgeboren kinderen
aan Mani. Het was de
reld, onafhankelijk
en wit, los van Noord
die door een barbaren!
geschiedenis heen mi
„Laat die Neanderl
dan maar in
belagen en geen ander!
desnoods elkaar in
pool invriezen!W<
ka, ween met de stet
u rest het Verloren
Maar er is perspectief
als de zon wijkt,
de Wonderboom voor
in de eeuwen, schaduj
over palissadenprazo
mneger, 't was je W
heidsdag-gevecht aan
land! Aan Negerlai»
Mensenland!".
Bijna iedere zin
boek eindigt met een
teken. Het boek past'
in de orale traditie
oude werelddeel,
hardop gelezen, voo
moeten worden.
Rabin Gangadin: '1*1
naamse literatuur'
Heeffer, prijs 39,95.
Rabin Gangadin:
ten'. Uitg. In de Köl
prijs 19,50.
Ben Scholtens: 'OP1
arbeidersbeweging
me'. Uitg. Masusa,
Edgar Cairo: 'N:
mensennaam'. Uitg.
prijs 34,90.
20.20
L'enfant et
les sortilfeges
'anavond presenteert de
[OS opnieuw een ballet
voorstelling: 'Het kind en de
rverijen' van de bekende
ïoreograaf Jiri Kylian. Het
een sprookje van de
ranse schrijfster Colette,
zij in 1916 als ballet-
itukje voor haar dochtertje
threef. Jaren later zette
laurice Ravel het sprookje
muziek. Kylian heeft het
:hter geheel opnieuw be-
rerkt en er een groot ballet
gemaakt. Marly Knoben
st de hoofdrol van het
ideugende jongetje, dat
huiswerk wil maken.
Vanavoq
nationa
und Söl
schieden
geliquid<
mieconc
wordt v<
achtenha
film, wt
gewerkt!
opkomst|
van de
filmepos
van 35 ja
bij Carl
jaar staa
het hoof!
grote vei
Dankzij i
fabriek
chemie-i|
ben'. Dj
steunt
van i
Postbode belt
altijd 2 keer
Ie BRT brengt vanavond
Het ZDF
Greta Gal
notchka', j
waarin
amusantq]
Ernst Lu
haal van
stijve
Ninotchki
Parijs ges
lega's op
pen. Deze
de Lichtst
de tsarent
en tractoi
li t"n HuI< ¥nt mtt de mtnien de sluipen op
'll'tfflen. dm denk je mxr)auu Mijnden J