Strijd op drie fronten tegen [verkeerslawaai Fietshandel verzwijgt nieuwe wet Maatregelen tegen geluidshinder in Zeeland en Brabant DE STEM jen. Voorsprong door techniek Geluid kan niet alleen hinderlijk zijn, maar ook schadelijk en gevaarlijk. Een van de belangrijkste bronnen van geluidsoverlast is het verkeer. Want dat nam toe, ging sneller en gebruikte grotere motorvermogens. Op verschillende fronten is de strijd aangebonden tegen verkeerslawaai. EN ANDERS el. 01150-13456 el. 01148- 1412 Verbruik brandstof daalt naar 1 op 17 REFLECTERENDE BANDEN VRIJDAG 7 NOVEMBER 1986 Julianastraat 66 Tel. 01140-13578 [et aar [lage luchtweerstand afverbruik? Van de tserle, waarop rgeefs naar een roest- l/ermeuwde 'cockpit- eel over de l/e Audi 80 mede z'n peze auto en onderga i een proefrit, an een lichte opwin voor. En u bent vast pure kwaliteit in de rdelen. even bellen en een op een rustig tijdstip ?en proefrit bij Voet B.V. in de Frederik 1 in Terneuzen. 13456) Door Dick Lammers oede verkeersmogelijkheden vragen goede verbindingen. Daarom probeerden de overheden op elk niveau de groeiende stroom wegverkeer op gang te houden door meer en bredere wegen aan te leggen. Dat hierdoor op veel plaatsen langs die wegen zó veel meer lawaai geproduceerd werd dat het voor de omwonenden onleefbaar werd bleek al snel. Maar toen waren veel wegen al klaar en in gebruik. In 1975 werd het wetsontwerp geluidshinder ingediend bij de Tweede Kamer en in 1979 werd deze wet van kracht. Het georganiseerde gevecht tegen het lawaai kon beginnen. De wet gaf normen voor de aanpak via drie sporen. Dat zijn: bestrijding bij de bron van het geluid; afscherming tegen het lawaai in de omgeving van die geluidsbronnen en bescherming bij de ontvanger, de onvrijwillige luisteraar in zijn huis of woonomgeving. De strijd voor vermindering van het verkeerslawaai als grootste boosdoener begon pas écht, toen de toenmalige minister van VROM, dr. P. Winsemius, op 19 december vorig jaar het startschot gaf voor de sanering van verkeerslawaai. Dat gebeurde bij een symposium over 'Bestaande situaties wegverkeerslawaai'. Die situaties vormen een onderdeel van de Wet Geluidhinder, dat op 1 maart 1986 in werking is getreden. Wat is er nu zoal aan de gang in de drie- frontenoorlog tegen het verkeerslawaai? Voor de bestrijding van lawaai bij de bron moeten we naar de fabrikanten van personenauto's, motoren, bromfietsen, tractoren en zware vrachtwagens. Een man die deze sector goed kent is C. Peereboom, secretaris Technische Zaken bij de Vereniging Rijwiel en Automobiel Industrie (RAI) in Amsterdam. GLOEIEND „Ik denk dat de fabrikanten nog steeds stiller kunnen. Maar een motor blijft geluid geven en gezien de eisen die eraan gesteld worden qua vermogen, brandstofverbruik en warmtehuishouding, zul je de gunstige verhouding moeten zoeken tussen motorvermogen, brandstofconsumptie en lawaai. Ga je de motor meer inkapselen dan wordt het ding gloeiend heet, zodat je allerlei koelsystemen moet maken en dat gaat weer ten koste van het brandstofverbruik", aldus Peereboom. „Bij het beroepsmatig gebruik van vrachtauto's en zware motoren in trekkers en landbouwwerktuigen is de ontwikkeling naar stillere motoren duidelijker dan bij de personenauto's. Die laatsten worden door de meeste mensen al als stil ervaren. Maar er blijft natuurlijk geluid uit de uitlaat komen", aldus Peereboom. De Wet op de Investerings Regeling (WIR) kent een milieutoeslag voor een aantal 'stille' toestellen. Die geldt voor graafmachines via motoraggregaten en vuilnisauto's tot en met zware vrachtauto's. De regeling komt er op neer dat op de aankoop van extra stille wagens en apparaten een premie van 7Vi procent wordt betaald door de overheid. Een stillere, maar duurdere vrachtauto kan dan toch voordeliger uitkomen voor de vervoerder. In de praktijk kan dat nog hoger worden door fiscale voordelen. SAMENSPEL „In 1984 werd aan milieupremies, ingevolge de WIR voor autobussen, zware vrachtwagens en trucks, circa vijftig miljoen gulden uitgekeerd. De fabrikanten zijn dus wel in staat stillere voertuigen aan te bieden", constateert Pereboom. De WIR loopt dit jaar af. „Geluidshinderbeperking is een samenspel van een heleboel factoren. Dat begint bij de voertuigen, dan de gebruiker, de weg en de weersomstandigheden", zegt Peereboom. „Als iedereen er wat aan doet, moet je tot vermindering komen. Er is een Europese wetgeving. In de EEG- richtlijnen staat: dit zijn de meetmethoden en dit zijn de geluidslimieten voor 1990. Die hebben we in Nederland overgenomen. Het zal voor de industrie moeilijk zijn om aan die limieten te voldoen". Een van de lawaaiproducenten, die door de wetgever al aangepakt wordt, is de bromfiets. Een bromfiets mag, gemeten op een halve meter van de uitlaat, niet meer dan 102 dB(A) geluid produceren. Sinds 1 april van dit jaar moeten vervangingsuitlaten goedgekeurd zijn en alleen goedgekeurde typen mogen nog gemaakt en ingevoerd worden. Na 1 april 1988 mogen ze ook niet meer verhandeld worden. Die uitlaattype-keuring geldt ook voor auto's en motorfietsen. Een heleboel lawaai-uitlaten zullen dus verdwijnen, al zal het nog wel even duren eer we het 'horen', aldus de RAI-deskundige. De daling van het brandstofverbruik door personenauto's zal er toe leiden dat in 1990 In Nederland nog maar 5000 benzinestations over zijn» De laatste zes jaar is bet aantal tankstations al belangrijk afgenomen, maar de daling zet de eerste volgende jaren nog sterk door. In 1980 stonden op 10.500 verschillende plaatsen In ons land benzine- en dieselpompen. Vorig jaar was dit aantal al teruggelopen tot 8500 stuks, „maar", zegt het Economisch Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf (EIM), „de sanering is nog niet voorbij. Het Nederlandse wagenpark zat rond het jaar 2000 wel naar schatting 6 tot 6,5 miljoen auto's bedragen, maar In die tijd zal ook de gemiddelde brandstofconsumptie op 1 op 1? komen te liggen"-1" 1980 lag het gemiddeld verbruik op 1 op 10,6 en In 1984 op 1 op 12. Van de 6300 miljoen liter brandstof die het wagenpark in 1985 nodig had, zal In het jaar 2000 liefst twintig procent Ingeleverd zfjn. Daardoor zal de brandstofbehoefte van het totale wagenpark naar 5000 miljoen liter dalen. Op dit moment, zo staat In de branche-studie van het EIM te lezen, moet de minimale omzet om rendabel te werken al 1,2 miljoen liter brandstof per jaar zijn. De omzet bij de 1500 zeltbedleningsstations ligt momenteel gemiddeld op twee miljoen liter; bij de bediende pompen komt men vaak niet hoger dan 0,5 miljoen liter. VOORKEUR Als de bron luidruchtig blijft, kan men proberen de omgeving te beschermen tegen de geluidsoverdracht. Beschermen in de meest letterlijke zin is daarbij een veel gebruikt middel. Nu sinds 1 maart de Wet op de Geluidshinder maatregelen voor bestaande situaties regelt, zijn rijk, provincie en gemeente doende per zóne de geluidshinder aan te pakken door verkeersmaatregelen, afscherming en isolatie, in volgorde van voorkeur. In de periode 1986-1990 zullen vooral de situaties met een geluidsbelasting van meer dan 65 dB(A) worden aangepakt volgens het Meerjaren Uitvoeringsprogramma Geluidhinderbestrijding. Daaraan wordt nu overal gewerkt. De gemeenten hebben de plaatsen, die voor sanering in aanmerking komen, aangegeven en met voorstellen voor maatregelen aan de minister van WVC voorgelegd. Deze beoordeelt de aanvragen, keurt ze goed (of af) en tenslotte wordt op financiële bijdrage van de overheid geregeld, waarna de uitvoering kan beginnen. Volgens berekeningen van WVC komen, op grond van de wettelijke voorschriften, ruim 300.000 woningen met een geluidsbelasting van meer dan 65 dB(A) voor sanering in aanmerking. Daarvan kan door verkeersmaatregelen (beperking van verkeersstromen, eenrichtingverkeer, aanleg voetgangersgebieden, enz.) vijftien percent van de belaste woningen geholpen worden. In twintig percent van de gevallen is afscherming het aangewezen middel en bij de overige 65 percent zullen 'gevelmaatregelen' of te wel geluidsisolatie verstillend moeten werken. Deze enorme klus hoopt de regering in 25 jaar te kunnen klaren. SCHERMEN Afscherming en isolatie vormen bij de bestaande situaties in de meeste gevallen de best aanvaardbare oplossing. De eerste geluidschermen zijn haast alle verkeersdeelnemers bekend en vooral de allereersten zullen de schoonheidsprijs nooit krijgen. Maar nog regelmatig komen nieuwe ideeën voor schermen op tafel. Een van die nieuwe ideeën, vooral bruikbaar op plaatsen waar weinig ruimte is en de omgeving passend is, vormen de met wilgetakken gevormde geluidswallen van ing. H. Riede, directeur van het gelijknamige adviesbureau voor tuin en landschapsinrichting te Boskoop. In samenwerking met de Nijmeegse Universiteit ontwikkelde hij tot drie meter hoge 'levende' schermen van wilgehout en aarde, waarin de wilgetakken het levende element vormen. „De griendcultuur kan er een nieuwe impuls mee krijgen", zo meent Riede. Nog deze winter begint Rijkswaterstaat met de plaatsing van 700 meter gevlochten wilgeschermen langs de juist geopende Pley-route ten oosten van Arnhem. Proefschermen die eerder gebouwd zijn hebben hun waarde bewezen en de geraamde kosten tussen 250 en 300 per vierkante meter, voor gehele aanleg en onderhoud in de eerste vijfjaar, zijn aantrekkelijk. Wat milieuvrienden zal aanspreken is dat de wilgenbeplanting meer dan 250 soorten planten en dieren gastvrijheid biedt. Zo doet de 'biowal' veel meer dan alleen geluid verminderen. Rijkswaterstaat is op diverse plaatsen in Zeeland en West-Brabant actief met maatregelen tegen verkeerslawaai of plannen daarvoor. In Zeeland moet de komende jaren een aantal wegen volledig worden omgebouwd zoals is voorzien in het Rijkswegenplan 1982, aldus ir. Th. Bakker van de afdeling Planning Wegen Rijkswaterstaat. Rijksweg 59 van Bruinisse naar Zierikzee voldoet niet als autoweg. Bij de omleggingen en mogelijk een gedeeltelijk nieuw tracé wordt alle geluidhinder 'meegenomen'. „Tien jaar zijn met alle procedures nog wel gemoeid voor de uitvoering begint", zegt Bakker. Voor de Dammenweg (RW 57) zijn we nu bezig met de bestemmingsplanprocedure in het gedeelte tussen Serooskerke en de stormvloedkering. De geluidshinder wordt daar onderzocht en de nodige beperkende maatregelen worden opgenomen in het bestemmingsplan. Onderzoek geluidshinder is gaande voor het stuk over Noord-Beveland voor de aansluiting in de richting Veeredam en dan komt het belangrijkste deel: over Walcheren, om Middelburg naar de A58. Oostelijk of westelijk van de stad is hier de hamvraag. Bestuurlijk is er een lichte voorkeur voor een route oostelijk van de stad. Dat is nog maar een eerste begin voor deze belangrijke doorsnijding van Walcheren", aldus Bakker. „In Zeeuwsch-Viaanderen werken we aan plannen voor omleggen van RW 60 van Perkpolder via Hulst naar België. Langs deze veel door zwaar verkeer gebruikte weg, waar veel voordeuren op de straat uitkomen, zijn veiligheid en leefbaarheid zo in het gedrang dat eigenlijk alleen omleidingen verlichting kunnen brengen. Daar zijn we in ontwerpfase mee bezig", vertelt Bakker. „De weg Terhole-Terneuzen, de toekomstige RW 61die doorloopt naar Breskens, heeft als knelpunten voor lawaai- en verkeershinder Schoondijke en Biervliet. Schoondijke, waar we dwars door de kern gaan, is hier het moeilijke punt. Omleiding wordt overwogen. Dat geldt ook voor de weg Schoondijke- Oostburg-Sluis-Belgis che grens. Die gaat in Oostburg via een winkelstraat, een toestand die alleen door omlegging te saneren valt. De wettelijke regelingen op het hele milieugebied verplichten tot maatregelen, waaronder bestrijding geluidshinder. We hopen dat in tien jaar te kunnen bereiken. Exacte data kan ik niet geven, maar binnen vijf jaar zal er heus wei wat gedaan worden", aldus Bakker. BETONWAL Rijkswaterstaat actief in de strijd tegen verkeerslawaai, zo vertellen ing. C. de Rooij, technisch hoofdambtenaar afdeling Beheer en Onderhoud en secretaris van de werkgroep Sanering Geluidhinder en ir. H. Hoekstra, de voorzitter van genoemde werkgroep en hoofd van de afdeling Ruimtelijke Ordening. Aan de A16 bij Prinsenbeek-West is het bouwbedrijf Nedubal bezig met afscherming van de weg. Zo mogelijk wordt aansluitend het deel Prinsenbeek-Oost afgeschermd. Aan de A 27 bij Oosterhout is de 'groene betonwal' gereedgekomen. In Dussen en Hank is de afscherming van de A27 aanbesteed. „We hopen dat 't bestek nog dit jaar gereed komt, zodat de gemeente met de uitvoering kan beginnen", zegt de heer De Rooij. Over de Zuidelijke Rondweg om Breda wordt nog overlegd. Uitvoering zal hier zo mogelijk samengaan met doortrekken van RW 58, Bavel-Rijsbergen. Een bijzonder project vormt de A 27 bij Nieuw- Ginneken, waar de weg uitgegraven wordt. De grond die hier wordt weggeschept zal dienen voor een geluidswal langs de aansluiting Bavel-Rijsbergen, als de minister van VROM dat goedkeurt. „Alle bruikbare mogelijkheden die Rijkswaterstaat ziet ter vermindering van verkeerslawaai worden benut", zegt Hoekstra. „Zo wordt nu op twee stukken van de A59, onder Den Bosch, geluidarm 'zeer open' asfalt gelegd, een stuk van 1500 meter, bij de aansluiting met RW 2 en 1000 meter bij de Meanderflat. Daarnaast komen er zo nodig nog afschermingen bij", aldus de woordvoerders van Rijkswaterstaat. De inmiddels voltooide geluidswal langs de A27 bij Oosterhout. De rijwielhandel gaat gewoon door met het verkopen van gewone buitenbanden hoewel elke fiets vanaf 1 januari 1987 bij wet voorzien moet zijn van reflecterende wielcirkels. Dat kan met banden met 'ingebouwde' zijreflectie, met wielclrkelreflectoren die tussen de spaken zijn doorgevlochten, of met wielen met reflecterende velgen. Ook de verkoop van fietsen zonder een van die voorzieningen loopt nog gewoon verder. Momenteel bieden veel fletsenzaken zelfs buitenbanden aan tegen stuntprijzen. De klant krijgt echter niet te horen dat hij over dik drie maanden opnieuw geld kwijt zal zijn. Volgens schattingen van de georganiseerde handel zullen eind dit jaar tien of meer miljoen fietsen met een van de drie voorzieningen moeten zijn uitgerust. In mei al schreef het tijdschrift De Tweewieler van de georganiseerde branche dat er daardoor 'bepaald geen kinderachtige bedragen te verdienen zouden zijn'. Om voorraden te slijten gaat de branche door met de verkoop van materiaal dat per 1 januari niet langer waterdicht aansluit op de wet. Kopers van 'gewone' banden zullen voor die datum of andere, reflecterende banden (die per stuk negentien tot 25 gulden kosten) moeten aanschaffen of reflecterende wlelstrips, die door de spaken worden gevlochten en een adviesprijs doen van rond de twintig gulden per stuk. Het achteraf aanbrengen van reflecterende velgen is helemaal een kostbare zaak omdat de velgen dan opnieuw gespaakt moeten worden. Bovendien is de velg vaak niet geschikt voor fietsen met velgremmen. De Consumentenbond zegt in een reactie 'dat de handel er wel commerciële motieven voor zal hebben' om de klant niet wijzer te maken dan hij of zij is. „Men zal In elk geval de bestaande voorraad gewone banden willen slijten. Het zou nuttig zijn als overheid en rijwielbranche de consument beter zouden voorlichten". Volgens een woordvoerster van het Centraal Bureau voor de Rijwielhandel (CBR) behoren de fietsen met gewone banden nog tot de produktie van vorig jaar. Die moeten de deur uit. En over de nu her en der in de 'reclame' aangeboden gewone banden zegt het CBR: „Het Is niet verboden om die nu te verkopen. De wet gaat immers pas per 1 januari in". Vanaf 1 Januari moet elke fiets voorzien zijn van reflecterende banden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1986 | | pagina 15