BELGI PROF. H. VAN DEN EERENBEEMT 25 JAAR HOOGLERAAR GESCHIEDENIS Bot vangen ÏZWAR VSN (Beschei ïerstel fes? WOENSDAG 1 OKTOBER 1986 T11 PAGINA 4 EXTRA OP WOENSDAG= „Waarover wilt u praten", vraagt prof. dr. H.F.J.M. van den Eerenbeemt voorzichtig, „over het symposium of over mijn jubileum?" Vrijdag houdt de Stichting Zuidelijk Historisch Contact (oprichter en voorzitter: prof. Van den Eerenbeemt) een symposium in de Katholieke Universiteit in Tilburg. Dit keer, 30 jaar na de oprichting, op het thema 'Driestromenland in het historisch bedrijf'. Op 1 september was Van den Eerenbeemt (56) 25 jaar hoogleraar in Tilburg. „Nee", zegt hij nadrukkelijk, „je mag niet zeggen dat mijn jubileum met een symposium wordt gevierd. Zuidelijk Historisch Contact belegt om de paar jaar een symposium. Dit symposium was dus al lang in voorbereiding en mijn jubileum hebben ze d'r later aangeplakt". Over het ambtsjubileum vooral. Over Van den Eerenbeemt dus. GEBOREN in Roosendaal, staat er in de levensbeschrijving van prof. dr. H.F.J.M. van den Eerenbeemt, hoogleraar in de politieke, economi sche en sociale geschiedenis aan de Katholieke Universiteit Brabant. Dat was toeval. HENGEL- RUBRIEK Roman Mussolini wordt uitgegeven WOENSDAG 1 O Duikvluchten BRUSSEL - De heeft gisteren de tot burgemeester Geestelijke nood rArltK VOOR UW PEN 6Ik denk wel dat ik optimist ben Door Toon Kloet Zijn ouders hebben een paar jaar in Roosendaal gewoond. Eer hij 2 jaar was waren ze er alweer weg. Hij stamt, zoals zijn naam duidelijk maakt, uit een Bossche familie. „Mijn kennis van West- Brabant heb ik dan ook enkel op basis van mijn werk en mijn interesse". Van den Eerenbeemt stu deerde geschiedenis in Nijme gen en promoveerde daar ook, 25 jaar oud. Op 1 september 1956 werd hij aan de Katho lieke Hogeschool in Tilburg benoemd tot lector en op 1 sep tember 1961 tot hoogleraar. Dat ambt aan wat sinds kort Katholieke Universiteit Bra bant heet - colleges geven, on derzoek doen en bestuursfunc ties uitoefenen - noemt hij een van de drie hoofdzones van zijn arbeid. Een tweede is zijn werk op nationaal niveau, als lid van de rijkscommissie va derlandse geschiedenis. „Daar voed ik mezelf heel sterk aan", zegt hij. Maar zijn faam in en buiten Brabant en ook buiten de landsgrenzen dankt hij aan de derde hoofdzone: de parti culiere Stichting Zuidelijk Historisch Contact en de onder verantwoordelijkheid van die stichting verschijnende boe kenserie 'Bijdragen tot de ge schiedenis van het Zuiden van Nederland' Prof. dr. H.F.J.M. van den Eerenbeemt voor zijn reeks monografieën. - foto de stem johanvangurp Tot beide, de stichting en de reeks historische monogra fieën, heeft Van den Eeren beemt zelf het initiatief geno men. Dertig jaar geleden, in 1956, richtte hij de Stichting tot bevordering van de econo mische en sociale geschiedenis op en in datzelfde jaar nog be gon de reeks monografieën te lopen. Met twee delen, waar van hijzelf het eerste schreef. In 1964 werd de stichting om gedoopt tot Stichting Zuidelijk Historisch Contact en het ka rakter van de monografieën- reeks -tot dan twaalf delen- werd verruimd tot alle aspec ten van de geschiedenis van het zuiden van Nederland. Kortgeleden is het 68e deel sinds 1964 verschenen (het 80e in totaal dus), het proefschrift van de Bredanaar Carel ten Teije over de opkomst van het socialisme in Breda. Van de hele reeks monografieën zijn er 31 een proefschrift voor het behalen van een doctorstitel. Toen Van den Eerenbeemt destijds met zijn initiatief kwam wilde hij allereerst een mogelijkheid tot publicatie scheppen voor historisch ge richt werk dat óf door het on derwerp, óf door de beperkte oplage voor een commerciële uitgever niet zo aantrekkelijk is. Daardoor ook wilde hij auteurs („vaak mensen die in hun vrije tijd schrijven") een stimulans geven om bepaalde studies aan te pakken. „En in de derde plaats", zegt hij, „pleeg je, door werk van goed tot hoog niveau een kans te geven, Brabant-promotie naar buiten toe". Niet zonder trots vertelt prof. Van den Eerenbeemt dat de resultaten daarvan intus sen aanwijsbaar zijn. „Toen ik ermee startte", zegt hij, „was Brabant naar buiten toe nog het arme Brabant, bijna nog het generaliteitsland. In ge schiedkundige handboeken werd het met een paar re geltjes afgedaan. Maar ja, voor handboeken moet er nu eenmaal goed materiaal be schikbaar zijn. Welnu, in de nieuwe Algemene geschiede nis der Nederlanden wordt echt veel aandacht aan Bra bant besteed. En als ik daarin de voetnoten naloop, dan zie ik dat onze boeken daarbij gele zen en gebruikt zijn. Dan mag je wel zeggen dat er een stuk emancipatiewerk is opge start." Voor de monografieën van ZHC worden geen opdrachten verstrekt. De redactie is af hankelijk van wat haar aan geboden wordt. „Zo zit ik bij voorbeeld", aldus prof. Van den Eerenbeemt, „te springen om studies over bevolkings ontwikkeling, agrarische ge schiedenis en bankgeschiede- nis". Hoe groot de mogelijkheden zijn sinds de verruiming van de grenzen van de boeken- reeks blijkt uit een monogra fie uit 1979 (Van den Eeren beemt: „net een telefoonboek") over Noordbrabantse Studen ten, 1550-1750. Daarin staan niet alleen de namen, maar ook nadere gegevens over alle Brabanders die in die twee eeuwen waar dan ook aan een Westeuropese universiteit hebben gestudeerd. Het jaar daarvoor was er een een mo nografie verschenen over Mi rakelen van Onze Lieve Vrouw te 's-Hertogenbosch, 1381 - 1603. Van den Eerenbeemt: „Daarin zijn niet in de eerste plaats de vermelde wonderen interessant, maar de beschrij ving van de ziekten waarop die betrekking hebben. Je kunt er in lezen welke kwalen in die eeuwen veel voorkwa men, wat eraan werd gedaan, welke geneesmiddelen er wer den gebruikt, enzovoort". Is de historicus Van den Eeren beemt bij voorkeur iemand van de "kleinegeschiedenis? Hijzelf daarover: „Het is maar wat je onder kleine ge schiedenis verstaat. In mijn colleges en in mijn werk op landelijk niveau ben ik op zoek naar de grote lijn, naar veranderingsprocessen, naar breuksituaties. Maar in het werk voor de reeks monogra fieën gaat het niet in de eerste plaats om grote figuren of grote gebeurtenissen, maar om mentaliteit, om de ge dragsvormen van mensen. Dan gaat het om gezondheids zorg en de veranderingen daarin, om de geschiedenis van de sociale woningbouw, om arbeidsverhoudingen, om ondernemersbeleid, om be drijfsgeschiedenis. Zelf heb ik veel gepubliceerd over armen zorg en over criminaliteit. Maar tegenwoordig heb ik he laas te weinig tijd voor onder zoek. Zeker, het leiden en sti muleren van onderzoek is ook van groot belang, maar ik be treur het dat mijn tijd om zelf creatief bezig te zijn zo krap is, té krap". (De lijst van zijn ac tiviteiten 'ten behoeve van wetenschap en studerenden in en buiten de hogeschool uni versiteit' is nauwelijks te overzien. Het behoud van mo numenten neemt daarop een prominente plaats in.) Geeft het inzicht in verande ringsprocessen in de samenle ving reden tot optimisme voor de toekomst? Van den Eerenbeemt: „Ik denk wel dat ik optimist ben, maar zonder de pretentie het paradijs te kunnen scheppen. In mijn colleges zeg ik altijd: elke tijd heeft zijn eigen geluk •en zijn eigen ongeluk. Ik zou niet durven beweren dat de mensen in 1986 gelukkiger zijn dan de mensen in 1886. Kijk nou eens naar de gezondheids zorg. Omdat de artsen een eeuw geleden technisch min der knap waren dan nu moes ten ze wel meer aandacht ge ven aan totale patiënt, ook aan zijn woon- en werkomstan digheden. Nu is een patiënt een nummer. Technisch zijn we veel knapper geworden, maar worden mensen nu eer der beter Maar.we moe ten natuurlijk wel bezig blij ven. Vergelijk het maar met een zandkar waar voortdu rend zand uit wegsiepelt. Die moet je bijvullen om de kar vol te houden". Maar politieke leiders en gods dienstige leiders en weten schappers beloven altijd wél dat het beter zal worden. Van den Eerenbeemt: „Ja, inderdaad. En op het moment dat ze dat zeggen menen ze dat volgens mij ook eerlijk". Deetman ook, als hij belooft dat zijn bezuinigingen zullen leiden tot kwaliteitsverbete ring van het onderwijs? Van den Eerenbeemt: nee!" Als het 30-jarig bestaan van de Stichting en het 25-jarig ambtsjubileum van professor H. van den Eerenbeemt mor gen in de aula van de Univer siteit in Tilburg worden ge vierd met het symposium, dan kan het ideaal van Van den Eerenbeemt een stap dichter bij komen: een instituut voor regionale geschiedbeoefening. Niet minder dan acht hoogge leerde inleiders zullen samen een eerste aanzet geven tot een interactie tussen de Brabantse universiteit en degenen die zich, bijvoorbeeld als archiva ris of in de heemkunde, in de provincie met de historie bezig houden. De reeks monogra fieën heeft al dikwijls bewe zen dat samenwerking tussen beroepshistorici en 'zoge naamde amateurs' heel vruchtbaar kan zijn. Door Kien ixin Nunen HET IS niet aan mij om uit te maken of iemand die "bot' vangt ook werkelijk bot vangt of niks. 'Hij vangt bot', betekent immers dat iemand geen resultaat boekt of een blauwtje loopt. Toch is bot vangen niet niks. Hele volks tammen vermaken zich langs het strand of dijk met het vangen van juist deze ondergewaardeerde vissoort. Men zou haast kunnen zeg gen dat het vangen van bot net zo onderschat wordt als het vangen van kabeljauw door ons wordt overschat. Men vangt in ons land im mers veel bot. Vooral als de herfst blijft doen wat aan het begin werd beloofd, hoge temperaturen en weinig wind, zullen de botvangsten dagelijks blijven stijgen tot in november toe. Het vangen van kabeljauw, kleintjes, de gul dus, daargelaten, ziet er droevig uit Dat is eigenlijk al van de laatste tien jaar of al langer. Er was eventjes een flinke hoos aan kabeljauw vangsten die ver weg met kleine boten konden worden gevangen. Sommigen van gen ze nog wel of aan ze ko mende maanden vangen. Er zit flink de klad in de vang sten, ook daar. Hoe anders wordt de blik op het vangen van kabel jauw als men eens op een Belgische of engelse kabel jauwtrip is geweest. Een wrakkentocht is dan door gaans erg succesvol, we laten Schotland, Denemarken, Zweden en Noorwegen maar even buiten beschouwing Het klinkt wat bot, maar er wordt oneindig veel meer platvis (zoals bot) gevangen dan kabeljauw. Logisch zal men denken. Er kan het hele jaar op platvis worden ge hengeld, het Wad, de Ooster- schelde wemelen ervan. Dat zelfde geldt wel niet hele- Bot gevangen. maal voor de kabeljauw or- tewel de gul, maar veel sche len doet het niet. Wanneer onze sportvisserij schepen verder weg mochten dan de 20 mijls zone (want daar zit hem de kneep) en de opva renden waren bereid hun opstapprijs en hun vistech niek aan dergelijke vistoch- ten aan te passen, dan liggen er kansen. Binnen de 20 mijlszone vangt men maar al te txiak figuurlijk bot (van wege de visserijdruk) en moet men wel bot vangen (letterlijk) omdat er niks an ders overblijft. Wie weet wat de beschermende maatrege- - foto rien van nunen len van de EG t.o.v. de vis stand van de Noordzee voor ons sportvissers in petto heb ben. Niettemin is het voor de liefhebbers van een goede strandvisserij op platvis (op de boot aat het nil al steeds beter) zaak deze maanden eens pogingen te doen aan platvis te komen. Veel heeft men daarbij niet nodig al is goed aas wel vereist. Zagers en slikzagers, vooral de laat ste, doen het uitstekend op bot. Zeepieren zijn goed voor schol en schar. Trouwens, opvallend veel schol zit mo menteel volgepakt met schaaldieren en wel kokkels, het loont waarschijnlijk best wel de moeite eens wat verse kokkels (kun je zo langs de laagwatelrijn vinden) op de haak te zetten. Veel mensen laten bot links liggen als het op eten aankomt. Toch kan men van een uitstekende vismaaltijd spreken als men bot uit de Oosterschelde eet. Neem daarvoor nou niet die enorme vloermatten van 40 cm of meer, want die smaken nogal tranig (visdieet8 maar botjes van rond de 25 cm zijn net mooi. Zet de vloermatten maar liever terug, die zorgen voor een nieuwe aanvoer van jonge bot, want ze zijn paaiklaar voor de winter in de verre Noorzee of het Wad. Veel van die kleinere bot blijft trouwens vaak in de Kom van de Oosterschelde hangen. Er is wellicht zelfs sprake van een standvis, om dat veel sportvissers samen met schippers die dag in dag uit op het water toeven de indruk hebben het hele jaar door (mits het niet te hard vriest) bot te kunnen van gen. En laten we wel wezen. Welke sportvisser geniet nu niet van een aantal grote botten gevangen aan licht materiaal Het gaat ten slotte om het vangen zelf, de vis kan, als we ze niet eten, gerust terug. Dat doen sport vissers langs de Hollandse kusten toch al, want die bot is niet te.eten. ROME (AFP) - De Italiaanse uitgever Rizzoli gaat een roman uitgeven die in 1910 is geschreven door Benito Mussolini. De anti-clericale Mussolini schreef zijn in het Rinascimento spelende roman 'Claudia Particella, de bijzit van de kardinaal', zowel om geld te verdienen als om de omzet van de socialistische partij krant 'II Popoio' te vergroten. De publikatie van de roman van Mussolini valt samen met wederoplevende belangstelling voor zijn persoon en de fascisti sche tijd, mede naar aanleiding van de vondst van documenten in het rijksarchief over de subsidie die het fascistische ministe rie van volkscultuur in de jaren dertig gaf aan intellectuelen. S I an, kom je even I laag overvlie- E ft Avr gen'" Dat is in E de Mess-rooms op de derlandse vliegbases 5 vaste uitdrukking E voor: „Ober, wilt u S even langs ko- men?" De lucht- S machtmilitairen E zouden raar opkij- ken als Jan bij zijn E duikvlucht met het E dienblad net zo'n lawaai maakte als de vliegers met H hun gevechtsvliegtuigen. Straal- E jagerlawaai: iedereen kent het, E maar nooit went het. Ik heb vroeger een jaar of ze- E ven vlak bij een basis van het Commando Luchtverdediging E van de Nederlandse luchtmacht E gewoond. Er werd druk geoe- fend, dus er kwam geregeld zo'n E jager met naverbrander op volle E sterkte van de startbaan knallen. H Inderdaad, je geraamte trilt 5 mee. „Dat is de muziek van de vrijheid", heb ik de comman- E dant van die vliegbasis met een E verrukt gezicht zien zeggen. E Maar zou de muziek die MiGs E maken zo veel anders klinken? Jachtvliegtuigen die starten S maken ongelofelijk veel lawaai, maar je kunt tenminste de hele E procedure volgen: je weet wat je E te wachten staat. Veel verrader- E lijker is het lawaai van laagvlie- E gende straalvliegtuigen in volle E vlucht. Je hoort ze niet aanko- E men, ze zijn er gewoon plotse- ling. De zenuwen gieren je toch E elke keer weer even door de strot, je kat komt buikschuivend en met ogen als theeschoteltjes naar binnen zeilen, de kinderen in de buurt beginnen te blèren, E gezelschap gehouden door het E plaatselijke hondenbestand. En E als alles weer normaal lijkt, S komt de volgende laag overvlie- I gen In de Duitse deelstaat Rijn- E land-Palts, tussen Mainz en Worms, ligt het plaatsje Alzey. j= Dat stadje nu, is, naar het lijkt, door de hele luchtmacht van de NAVO uitgekozen om er lucht- aanvallen op de oefenen. Elke dag weer komen tientallen keren S de Tornado's, F-16's, Phantoms, Fiats en Starfighters van de ver- E zamelde luchtmachten even laag E overvliegen. En met name van E de Starfighters hopen de inwo- E ners steeds weer, dat het bij overvliegen blijft. De Luftwaffe E heeft al royaal over de honderd E vliegtuigen van dit type verlo- E ren. Over hóe laag nu de straalja- E gers over Alzey komen, lopen de E meningen van enerzijds de in- woners van de stad en ander- Ei zijds het ministerie van defensie. E Aangezien in Duitsland alles S netjes geregeld is zijn er natuur- E lijk richtlijnen te vinden waar- E aan de vliegers zich te houden E hebben. Die staan in de lucht- vaartwetgeving. Buiten be- E bouwde kommen en andere be- S volkingsconcentraties mogen E vüegtuigen niet lager vliegen E dan 150 meter. Boven bebou- wingen en dergelijke dient de E minimale vlieghoogte 300 meter E te bedragen, maar daarop zijn E blijkens de wet uitzonderingen E mogelijk. Onder de 150 meter E mag echter onder geen voor- waarde gevlogen worden. E Dat staat in de wet, maar de E Alzeyers zijn ervan overtuigd dat de NAVO-jets boven hun E huizen veel lager zitten, vaak E nauwelijks hoger dan dertig me- E ter. Van de kant van het minis- E terie van defensie wordt dat ont- E kend. H Het Actiecomité tegen Vlieg- E tuiglawaai laat het daar niet bij E zitten. „Als dan het luchtruim tot 150 meter hoogte niet bevlo- E gen mag worden", zo is de filo- E sofie van het actiecomité, „dan S mogen wij met een gerust hart gasgevulde ballonnen oplaten die tol een hoogte van pakw honderd meter reiken." De daad werd bij het woo gevoegd, maar telkens nam politie de ballonnen in besl zodra ze hoger kwamen zo'n dertig meter. De politie b riep zich op een verordening v het bezirksbestuur Neusta waaronder Alzey valt. Die vi ordening houdt in dat voor oplaten van zulke ballonn toestemming van het bezirksl stuur nodig is. De verordening volgens de actievoerders echl nietig, want het Amtsgericht Darmstadt, een veel hog( rechtsinstantie, heeft nadrukt lijk bepaald dat ballonnen n onder de toestemmingsplicht de zin van het luchtverkee recht vallen. Dezer dagen ging het actie: mité lustig door met de zen wenoorlog. Nu echter werd er Door Rink Drost veel publiciteit aan gegeven, d er een massa volk op afkwa Vanaf het dak van de* plaat: lijke parkeergarage ging grote ballon de lucht in. De p ütie was er meteen bij en liet vt ten, dat het ding in beslag worden genomen zodra hoogte van dertig meter we overschreden. De ballon tot tachtig meter. De politie b perkte zich onder de ogen zo veel toeschouwers, waaro der menige journalist, slechts t toeschouwen. Achter de verordening het bezirksbestuur zit in fei het ministerie van defensie. D talige coalitiepartners heeft vorig jaar doorgezet, d laag vliegende militaire toest len in zogenaamde 'roteren laagvlieggebieden' tot hoogte van zo'n 75 meter mog zakken. In dat kader werd bezirksbestuur verzocht, 'kab ballonnen' nog slechts tot hoogte van 30 meter toe staan. Het actiecomité is van i ning, dat het bezirksbestuur ^JwaSHINGTON met zijn verordening ren, die de wet domweg aan kant zetten", aldus een verk le Senaat in Washing ring van het actiecomité, „i voorbereidt op de s verantwoordelijke instantie vo >ver het veto van de p ten over een wetsontw tet Congres, dat voo ïarde sancties teg- ipartheidsbewind in Je Senaat, waar in te de luchtvaart is het de taak v het bezirksbestuur, te wak over de naleving van de lucl verkeerswetten, en niet de il 'en verwierp maand gale praktijken van het minis Fote meerderheid het rie van defensie door te dr, rcagan vrijdag had ui ken." Met het gevoel het recht hun zijde te hebben, gaan de tievoerders na hun ballon-ov winninkje dapper door in h strijd tegen de duikvluchten, bouwen nu massaal papiei vliegers, die ze binnenkort gunstige wind aan touwtjes v a IWI V I t- D exact 100 meter lang (de wet lijk toegestane maximale leng gaan oplaten. Dat betekent ze tot een hoogte van zo'n tai tig meter kunnen komen, houd u op de hoogte van verdere verloop van de luchUx log in Alzey. Van Het arrest van he bindend en dus m~ moment dat - over Staatscourant verse De Raad van State gisteren in een uren d uitspraak bewezen da part onvoldoende Ned kent om een bestuursf- kunnen uitoefenen in derlandstalige gemeen Grondwet en Taalwet sen. Happart mag meenteraadslid blijven, de wet niet eist dat ee streeks gekozene de lijke taal kent. Hij w januari 1984 door teerde Staten van geschorst vanwege zijn j aan kennis van het lands, een schorsing, di part bij de Raad van S succes aanvocht. In een onmiddellijke zei Happart dat het aanzien van het ver van zijn benoeming voerbaar en ongrond is. „Ik ben gekozen meerderheid van de ge: Ik ben door de minis Binnenlandse Zaken dragen als burgem" door de koning benoe wet wordt nu met voe treden. Nergens staat wet dat ik moet be wij Nederlands te kennen e dat ook niet doen." De uitspraak van d van State kan ernsti tieke gevolgen hebben de Franstalige en Nede ----- i- - A pFP) De xuui meer voor de kar van de we warte beroepsfllplo overtreder - het mimstene v vard Joseph p^ki^ defensie heeft laten spanni tot ambassa „Een overtreding van de lucl ïuid-Afrika. Dit hee verkeerswetgeving, en daarin ]ent Ronald Reagan het in gevaar brengen van 1 Tekendgemaakt. luchtverkeer, begaan niet de b De beslissing voor h Ion-eigenaren, maar de milit >en zwarte ambassade (UP Ame Pretoria te sturen, viel >ver harde sancties te apartheidsbewind. Het Huis van Afgev .ïiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Naar aanleiding van de voortdurende berichten over verslaving, zelfmoord, echt scheidingen, wangedrag van jonge mensen en psychische moeilijkheden, die ons allen verontrusten zou ik u het volgende willen voorstellen. In mijn leven heb ik veel met dergelijke vraagstuk ken te maken gehad en nog te maken: als leraar op de ouderavonden en bij het huisbezoek, als het kind niet wilde studeren en de huise lijke omstandigheden ter sprake kwamen; als mede werker van het JAC waar wij naar de oorzaken van weglopen en verslaving moesten dragen; als geeste lijk raadsman hulp biedend bij rouwverwerking, huwe lijksmoeilijkheden en aller lei psychische knopen (als phobieën). Wat mij bij dit werk nu opvalt is dat in vrijwel alle gevallen op alle drie gebie den de oorzaken liggen in een 'verkeerde wijze van omgaan met je medemens', hetzij dat die een onhandige wijze van opvoeden is, hetzij een verkeerde toon tussen echtelieden. Aldoor weer ontdekken wijdaar en daar werd de ander zo gekwetst dat er wel een breuk moest komen of dat er wel een le venslange kwetsbaarheid moest ontstaan die deze mono urnorlnnc moalrto TTe»+ is net alsof wij niet geleerd hebben hoe wij met onze naaste moeten omgaan. En de mens is nu eenmaal van voorlichting en voorbeeld afhankelijk. Bij de therapeutische hulpverlening verzuchten wij dat wij altijd gevolgen moeten bestrijden maar nooit aan het wegnemen van de oorzaken toekomen. Een zelfde gevoel bekruipt me als ik van de plannen van de regering tegen het alcoho lisme hoor: de vraag naar de oorzaak wordt niet gesteld, het is dweilen met de kraan open. Ik wil beslist geen be straffende vinger opsteken en een 'schuldige' aanwij zen, want ik weet dat in het algemeen ouders naar beste inzicht en met de beste be doelingen handelen en daar hun opvoeding naar inrich ten en dat ook echtelieden met de beste voornemens op weg gaan, van elkaar hou den enz. en toch groeien zij uit elkaar, er komen verwij- +ort art VtncoVtiilrlirrinrton Mon heeft niet geleerd menings verschillen en tegenstrijdige behoeften uit te praten en in minnelijke schikking op te lossen. Men beseft niet dat ook de volwassen mens een 'groeiend wezen' is en blijft, die in de loop der jaren blijft veranderen. Ontaardt de botsing in echtscheiding dan zijn de kinderen het slacht offer en leren op hun beurt weer niet hoe je liefdevol en begrijpend met je naaste kunt omgaan en dan maken zij op hun beurt weer de zelfde fouten tegenover hun echtvriend(in) en kinderen en de 'vererving der tranen' is weer een feit. Het is geen kwaad opzet maar gebrek aan inzicht doordat iedere vorm van voorlichting ont breekt. De verhalen die ik op mijn spreekuur te horen krijg, gaan vrijwel allemaal op nare jeugdervaringen te rug, van verwaarlozing, miskenning, uitstoting, klei nering. Ook binnen het huwelijk blijkt de kwetsbaarheid op zulke jeugdervaringen te berusten, een kwetsbaarheid die de betrokkenen tegen alle goede voornemens in telkens weer dwingt van zich af te bijten en de ander te verwonden. Het is een noodlottige kringloop: door het verkeerde voorbeeld thuis weet het kind niet be- ♦at* rvf V»a+ V»rv»r+ 7n on Hraacrf dan de verkeerde omgangs vormen over op eigen huwe- -j tui uc vciutsKii in wan lijk en zijn eigen kinderen roorgaande dag. Daar kon en dan is de cirkel weer ge- 'ankelij k verlies van 32 p sloten. Voor mijn gevoel is te industriële Dow Jonex- de helft van de moeilijkhe-len,°mgebogen tot ruim dehtm^ Hinderen en. Va^dt «Pagers tegen hef Tl echtscheidingen niet nodig, ien de Amsterdamse beurs maar men ziet geen uitwegfüddag met wel zeer forse vas gesloten leek de weg v hans een technisch herstel Dit gebeurde dinsdags ok. Vrijwel alle hoofdf- len hoger, maar de har._ ich vooralsnog voorzich iet herstel vrij bescheiden annam. Van de internationale a Er is een grote behoefte aan voorlichting. En dan nu mijn voorstel l( Zoudt u niet een vaste ru briek 'geestelijke gezond heid' kunnen openen vooiJrül.ever f4 beter op ƒ4 allerlei psychologisch. vraagstukken, in heel een voudige taal, net zoals u dran 1^0 weggelegd op ƒ45 lezer op de hoogte houdt var ®nken trok abn j4 aan wat er in de staatkunde, ir ïfnrotjfnk j i 1 j, aars Weven dichtbij huis, de sport of in de kerk aan d( TOk t aan tot hand is? Bij een besprekin; Elders bij de hoof di van allerlei stromingen in dl Veneens bescheiden i zielkunde en van allerle e"ik beter was Nijverdal vraagstukken rond huwelijl ^«1" en opvoeding zoudt u menil cwaardeerd op 529. goede raad ten beste kunnei geven en de lezer inzicht iigekomen aan de vrij de geestelijke wereld van d( an het elektronicalonds T mens kunnen geven. U zoud zeer nuttig werk doen waar aan beslist grote behoeft, bestaat. Axel, R. Slot Naschrift redactie: zoals wellicht gezien hebt breng De Stem sinds begin septem ber maandelijks de bijlag. Specifiek Welzijn. In die bij lage rullen regelmatig ver halen en artikelen ovei 'geestelijke gezondheid i wwrt/vm o*r> L=R.i;ia«'ja;»w:>i ^MSTERAM (ANP) - De linsdag enige moed uit de 'an de verliezen in Wall Op de parallelmarkt 1 antonius V4 antonius V« congr.o.Lv. daniel Vi gasthuis V« gasthuis gasthuis Vt gasthuis Vi hooghuys Vt protz.hs protz.hs V* protziis

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1986 | | pagina 4