Zolang de Makro er is, wordt er al geruzied
Kommer en kwel
bij de weekbladen
Elke
astoraa
MMaSfflCilOS WFEKEND
D*
'Te weinig weten wat lezer wil'
ZATERDAG 6 SEPTEMBER 1986
ATERPAG 6 SEP
Bedrijfsmatig
Nadere inspectie
Voorbarig
Andere interesse
Bakens verzet
T
Perikelen om een pasje
"irecteur Bertrams van de
Makro-vestiging Breda zegt er
verder ook niets aan te kunnen
doen. Er zijn nu eenmaal 'oneerlijke
Nederlanders'. Dat heeft betrekking
op mensen die illegaal in het bezit
gekomen zijn van een Makro-pasje.
Daarmee het recht verwervend in
de gigantische winkels allerlei
spullen te kopen. Voor eigen
gebruik dus. Goedkoper dan in
andere winkels wiens eigenaren
knarsentandend de grote trek naar
de groothandel-met-pasjès volgen.
„Oneerlijke concurrentie", meent
de middenstand, in de rug gedekt
door de organisaties van
detailhandelaren, het KNOV en
NCOV. Maar niet door de
consumentenorganisaties die „wel
eens aangetoond willen zien dat de
middenstand werkelijk zoveel
schade ondervindt". Wat is er
verkeerd aan de pasjes-groothandel.
Voor-en tegenstanders aan het
woord.
Door Romain van Damme
DE inmiddels vijftien jaar durende
'ruzie' is de afgelopen weken weer
opgelaaid. Het immer smeulende
vuurtje werd deze keer aangewak
kerd door het CDA-kamerlid
Schartman die de bewindslieden
van Ruimtelijke Ordening (Nijpels)
en Economische Zaken (staatsse
cretaris Evenhuis) aan het werk ge
zet heeft. Haje Schartman, die coa
litiegenoot Van Erp (WD) en
Hummel (PVDA) aan zijn zijde
weet, heeft zich vooral laten leiden
door de aangekondigde uitbreiding
van het aantal zelfbedieningszaken
van de Makro BV. De Makro, een
poot van de Steenkolen Handels
Vereniging (SHV), heeft momen
teel vestigingen in Amsterdam,
Best, Breda, Delft, Duiven en Nuth.
Vorige Week woensdag ging de eer
ste paal voor de zevende vestiging
in Hengelo de grond in.
Nou is de Makro wel gewend aan kri
tiek. Een kleine greep uit veel bijeenkom
sten en vergaderingen die aan 1 t feno
meen Makro gewijd waren. Vijftien jaar
geleden was er in Gouda een bijeen
komst van 'kleine zelfstandigen'. Om ac
ties tegen 'grote broer' te bespreken. In
'77 werd er een werkgroep midden-en
klein bedrijf in het leven geroepen. Haze-
kamp, de toenmalige staatssecretaris van
Economische Zaken kreeg in dat jaar een
groothandelspasje op zijn naam overhan
digd. Om aan te tonen dat het kinderlijk
eenvoudig was aan een dergelijk pasje te
komen. Vier jaar geleden het de Econo
mische Controle Dienst het licht schijnen
over de Makro-vestiging in Delft. Onder
zoek wees toen uit dat in grote mate goe
deren voor privé-gebruik gekocht wer
den.
De Makro mag geen detailhandel be
drijven. Verkoop aan particulieren is ver-
boden. De aard van de onderneming
wordt door de Makro zelf als volgt om
schreven: „Een zelfbedieningsgroothan
del die bedrijfsmatige en handelsgoede
ren levert ten behoeve van detailhandela
ren, horeca-ondernemers, grootverbrui
kers of daarvan afgeleide units, ambach
ten en beroepen die gewoonlijk van de
groothandel kunnen betrekken."
Wat simpeler gezegd, als je bij de Ma
kro achter een winkelwagentje wil lopen,
moet je een bedrijf hebben. Om een pasje
in het bezit te krijgen, moet een uitreksel
uit het handelsregister van de Kamer van
Koophandel getoond worden. Bovendien
moet een bewijsstuk waaruit büjkt dat
het bedrijf werkelijk bestaat, op tafel ge
legd worden. Om het verhaal compleet te
maken, iedere pasjeshouder mag een
'helper' meenemen. Verder mogen twee
mensen uit het bedrijf gemachtigd wor
den inkopen te doen namens het bedrijf.
De praktijk wijst echter uit dat het
niet moeilijk is aan een pasje te komen.
Dat blijkt wel in de aanloop naar de
feestmaanden. Als er druk ingekocht
moet worden. Bijvoorbeeld om Sin
terklaas een handje te helpen. Dan is het
in de Makro-vestigingen razend druk.
Lange rijen voor de kassa's waar onder
getekende meer dan eens gestaan heeft.
Allerlei mensen groetend die ook niet in
de detailhandel zitten. „Het komt wel
eens voor dat er mensen doorheen glip
pen", geeft directeur Bertrams toe, „op
iemands pasje binnen komen. De laatste
maanden zijn we streng bezig om na te
gaan of er geen misbruik plaats vindt.
Maar ja, oneerlijke Nederlanders zullen
er altijd zijn. Overigens verwijs ik u voor
algemene vragen door naar de heer Be-
rendsen. Wij hebben namelijk besloten
dat hij voor die zaken als woordvoerder
optreedt".
Dat staat genoteerd. Maar eerst eens
contact opgenomen met de Kamer van
Koophandel in Breda. Twee jaar geleden
uitgever van de nota 'Perifere detailhan
del'. Dat klinkt heel ingewikkeld, maar is
niets anders dan winkels die niet centraal
gelegen zijn. Winkels die zich ver van het
stadsgewoel houden. Woordvoerder
Sand laat het achterste van zijn tong niet
zien. Wel wordt duidelijk dat de Kamer
van Koophandel de groothandel aan een
nadere inspectie onderwerpt.
„Maar", zegt Sand, „het is puur juri
disch. Je moet zeer beslagen ten ijs ko
men. De Makro wegkrijgen, is een illusie.
Dat bestaat niet." Om enig inzicht te
krijgen in de klantenkring van de groot
handel, worden diverse branches uit de
detailhandel onder de loep genomen. Als
dan blijkt dat ondernemers uit een be
paalde branche niet naar de Makro gaan
om hun inkopen te doen, en toch heeft
de Makro op dat gebied een grote omzet,
kunnen er, weliswaar voorzichtig, con
clusies getrokken worden. „Er zijn echter
weinig cijfers bekend", zegt Sand, „en de
cijfers die bekend gemaakt worden, gel
den veelal voor het hele concern. Niet
voor een bepaalde vestiging."
De kritiek van de vaste Kamercom
missie voor het Midden-en Klein bedrijf
richt zich op twee punten. Het vesti
gingsbeleid en verder dus het verkopen
aan particulieren. „De Makro bouwt op
industriegrond", zegt Kamerlid Schart
man over het eerste punt, „dat is veel
goedkopere grond. Winkels in het cen
trum staan op heel wat duurdere grond.
En 'half Nederland' kan bij de Makro
kopen. Het is oneigenlijke concurrentie
voor de middenstand".
De heer Berendsen is directeur van de
vestiging in Duiven. Uit naam van de an
dere vesigingsdirecteuren laat hij weten
'al die kritiek niet prettig te vinden'. Des
ondanks klinkt directeur Berendsen op
gewekt. De vele kritiek brengt hem m
ieder geval niet aan het wankelen. „We
hebben geen behoefte aan publiciteit. Je
zult van ons nooit advertenties zien.
Geen naamsuitstraling."
Het zal duidelijk zijn dat directeur Be
rendsen het absoluut niet eens is met de
bewering dat particulieren frank en vrij
door de Makro-vestigingen kunnen
rondlopen. „We hebben dat laten onder
zoeken gaat hij in de tegenaanval,
„toen is gebleken dat onze invloed op de
detailhandel zeer gering is. Ik zal nooit
ontkennen dat er wel eens voor particu
lier gebruik gekocht wordt, maar besüst
niet op grote schaal, dat is te verwaarlo
zen."
„Ons wordt van alles toegedicht", gaat
directeur Berendsen verder, „onder mid
denstand wordt zoveel verstaan. Ik noem
boerderijverkoop, benzinestations,
zwarte markten. Dat neemt toe. De win
keliers hebben daar ongetwijfeld last
van. Maar dat wordt dan afgereageerd
op ons. Nee, weet je wie de winkelstand
bedreigt? De grootwinkelbedrijven. Let
wel, ik heb niets tegen die bedrijven.
Verre van dat, maar dat zijn de verdrin-
gers van middenstand.
En over de uitbreidingsplannen: „Elke
distributievorm is in beweging. Het is
een permanent proces van aanpassen eh
wijzigingen. In Breda wordt er niet ge
daan aan uitbreiding in vierkante meters.
Wel in de zin van aanbod. Nogmaals, die
beweging is er altijd. En ach die kritiek,
we ondergaan het".
De organisaties van detailhandelaren
juichen het initiatief van de Tweede Ka
merleden inmiddels van harte toe.
NCOV en KNOV vinden dat er maar
eens een einde moet komen aan de be
voorrechte positie van de Makro. Het is
trouwens niet de eerste keer dat deze or
ganisaties aan de bel trekken. Reeds in
'80 werd gevraagd om strengere maatre
gelen. „Het grootste probleem is dat veel
te veel mensen aan een pasje kunnen ko
men", zegt NCOV-woordvoerder Schou
ten, „het is noodzakelijk de controle te
verscherpen zodat alleen detailhandela
ren voor hun inkoop terecht kunnen bij
de Makro."
Heel andere geluiden komen er uit de
hoek van de organisaties die de belangen
van de consumenten behartigen. Cees
Hoogkamer van de Consumentenbond
vindt de conclusies die getrokken zijn
door Schartman wat al te voorbarig.
„Laat ons eerst dat onderzoek maar eens
afwachten", meent hij, „er worden nu al
lerlei beweringen gedaan. Maar kloppen
die wel. Over één zaak kunnen we wel
duidelijk zijn. Als het in strijd met de wet
is, moet er paal en perk aan gesteld wor
den. Als de Makro ten onrechte op een
industrieterrein zit, moet dat veranderen.
Dat geldt voor iedere groothandel. Ik
kan me herinneren dat in Utrecht op een
industrieterrein een groothandel in tapij
ten zat. Iedereen, u en ik dus ook, kon
daar aan tapijten komen. Terecht werd
de poort van dat bedrijf dicht gemetseld.
Dat kan dus niet."
Desondanks blijven de twijfels staan.
„Ik vraag me af of de middenstand baat
heeft bij het sluiten van de Makro. Wij
kijken inderdaad naar de consument.
Een consument die bij de Makro kan ko
pen, heeft het süm aangepakt. Trouwens,
ik ben er van overtuigd dat een consu
ment die voordelig uit wil zijn de Makro
niet nodig heeft. Die kan in veel andere
zaken terecht."
Dat sluit keurig aan op de vraag of het
nou wel zo goedkoop is bij meneer Ma
kro. Daarover zijn de meningen ver
deeld. „We hebben plannen om de prijs
verhoudingen eens te onderzoeken", laat
Cees Hoogkamer weten, „voor mensen
die BTW kunnen aftrekken, zal het zeker
aantrekkelijk zijn. Maar dat zal een be
perkte categorie zijn. Neem de levens
middelen, ik weet zeker dat bepaalde ar
tikelen bij Van de Broek goedkoper zijn.
De produkten worden zonder BTW ge
prijsd. Die wordt bij de kassa aan het be
drag toegevoegd. En dan blijkt dat het
met dat goedkoop zijn wel meevalt. Kijk,
natuurlijk' zullen er produkten zijn die
goedkoper zijn. Maar ik ken ook winkels
waar allerlei produkten zoals video's en
dergelijke artikelen tegen afbraakprijzen
verkocht worden. Daarom zeg ik, voor
zichtig zijn met conclusies. Ook vanuit
de middenstand. De plaatselijke midden
stand kan zich zelf beschermen. De bak
ker die meer luxe-broodjes verkoopt, de
slager die een barbecue-pakket plus ge
bruik barbecue aanbiedt. Die zaken. Een
betere service, daar wil de consument
best voor betalen. Dat marktaandeel
neemt steeds meer toe. Ik wacht daarom
die rapportage maar eens af. Op dit mo
ment kan niemand de garantie geven dat
het met de middenstand beter gaat als de
Makro de poorten sluit".
Dat moet de directie van de Makro
deugd doen. Maar de diverse winkeliers
verenigingen zullen zich erg minder ge
lukkig bij voelen. Niet voor niets voeren
zij al jarenlang actie tegen 'dat bedrijf
aan de rand van de stad'. Secretaris Ver
holten van de Vereniging Binnenstad
Breda, met 300 aangesloten ondernemin
gen, zegt daarom: „Wat moet ik er nog
aan toevoegen. Het bekende verhaal.
Iedereen kan wel aan een pasje komen.
Cijfers zijn er niet. Dat is allemaal gis
werk. Maar soriy, ik moet zo weg naar
een vergadering bij de Kamer van Koop
handel. Ja, daar wordt onder meer ge
sproken over de Makro."
Ook bij Vrij Nederland zijn ze zich nu rotgeschrokken. Het rommelt
dreigend op de markt van opinieweekbladen. Lezers haken af,
advertentie-inkomsten dalen drastisch. Na het verdwijnen van De
Nieuwe Linie, het geworstel en weer bovenkomen van De Tijd, het
vertwijfelde laatste gevecht om het bestaan van De Groene en het
noodüjdend voortbestaan van Hervormd Nederland, en recent de laatste li
kans voor de ingezakte Haagse Post heeft ook Vrij Nederland de schrik tt I—'atlJn®~. mtjn 1
pakken. oorlogen in alle variet
Strikte bezuinigingen dreigen daar, nu de betaalde oplage zakte van J:'cia,ra^a W°in/!Jn
115.000 naar 91.000 en de advertentie-inkomsten drastisch kelderden. Et verkluai e oor g ai
is sprake van een zo fikse afslanking, dat het afgelopen is met de
wekelijkse aparte kleuren- en boekenbijlages en dat de rompkrant met
het ouderwetse grote kranteformaat een magazine-jasje krijgt, in de pas
met de andere opinie-weekbladen.
Door Rinze Brandsma
'Vrij Nederland in ernstige proble
men' en 'Opinieweekbladen tussen
leven en dood', luiden de alarme
rende krantekoppen.
Op weekblad De Tijd na (met een sta
biele oplage) boeren alle opinieweekbla
den slecht. De teruggang van oplagen en
advertentie-inkomsten is dramatisch. De
directeur van uitgeverij De Weekblad
pers berichtte de redactie van Vrij Ne
derland in een uitgelekte missive, dat het
redactiebudget met 15% besnoeid zal
worden. Het aantal (profijtelijke) adver
tentiepagina's in de kleurenbijlage op
magazineformaat daalde in zes jaar met
meer dan de helft.
Elseviers Magazine zakte in vijf jaar
met 10% tot 122.000, Elseviers Weekblad
van 137.000 naar 94.500. De Groene
Amsterdammer zakte 22%, Hervormd
Nederland met tegen de 30%. De Haagse
Post zit nu op 29.000 (na een dieptepunt
van 22.000) tegen bijna 52.000 in 1980.
Alleen De Tijd blijft stabiel op 37.500,
maar bij het jubileum in 1984 (tien jaar
weekblad na 130 jaar als dagblad) was de
betaalde oplage nog ruim boven de
40.000.
En dat, terwijl de publiekstijdschriften
aanmerkelijk betere cijfers hebben - al
moeten ook die doorlopend knokken om
de gunst van de koper.
De gemakkelijkste verklaring voor het
leed bij de opinieweekbladen is de daling
van het volume advertentieruimte: een
terugval in vijf jaar met ruwweg 30%.
Maar er speelt meer mee.
De dagbladen halen een hoop adver
tenties binnen en kunnen hun lezers door
de week en vooral in de weekeinden ex
tra bijlages en vlezige kranten bieden.
Voor een deel overlapt die overvloed aan
achtergrondverhalen over economie, we
tenschap, politiek en cultuur de kopij
van de opiniepers. Kost de lezer weke
lijks nog een stuk minder geld ook.
Er is nog een belangrijke reden voor
de weekbladen-malaise. En die zit'm in
de veranderende belangstelling van de le
zer. HP liep er de afgelopen jaren al pijn
lijk hard tegenaan: te veel 'highbrow', ge
schreven vanuit de interesse van de re
dacteuren, hobbyisme. HP zoekt nu naar
een nieuwe formule, die meer groepen
jonge lezers aanspreekt. Ook Elsevier en
VN worden zich bewust van die ver
schuiving in belangstelling van de week
bladenlezers.
Uit de tijdschriftenhoek is de weekbla
den herhaaldelijk verweten, dat hun re
dacties feitelijk amper weten wat hun le
zers willen lezen, zich dat - in grote te
genstelling tot de publieksbladen - niet
eens afvragen. Net of die vorm van mar
keting vies is, alsof de weekbladredacties
de lezers niet willen uitnodigen tot ko
pen.
En, toegespitst op VN en de Elseviers,
niet altijd van die ellenlange grijze lap
pen van verhalen, waarin het zoveelste
schandaal of onthulling uitputtend uitge
molken wordt.
In 1980, bij zijn 40-jarig bestaan, affi
cheerde Vrij Nederland zich nog met
hautaine trots als treiterig en drammerig
weekblad bij uitstek. In die jaren haalde
het blad ook zijn hoogste oplagen.
Hoofdredacteur Rinus Ferdinandusse
sprak zijn verwachting uit, dat de journa
listieke formule van zijn blad voortaan
wel dezelfde zal blijven: de journalistiek
was immers 'op de rand van haar moge
lijkheden'?
Zes jaar later is er geen aanleiding
meer voor zo'n zelfgenoegzame toon.
Joop Swart, mede-hoofdredacteur van
weekblad De Tijd, grijnst wat na die con
statering. „Ach, een zekere beroepstrots
is VN nooit vreemd geweest. Trendset
ters, toonzetters. Een pose die hoort bij
de aard van dat weekblad. Maar het is
niet zo, dat de journalistieke mogelijkhe
den uitgeput zijn. Ik ben steeds weer ver
baasd over de verrassende aanpak van
jonge mensen in ons vak, de bijzondere
talenten, hun élan."
Swart lijkt zelf het levende voorbeeld
van het trendgevoelig sleutelenaan de
formule van het tijdschrift, van bewust
zijn van wat de lezer wil. Van huis uit
'tijdschriftenboer' bij VNU, die als
hoofdredacteur meehielp om van bladen
als Margriet en Avenue successen te ma
ken. In 1981 kwam hij in de hoodredac-
tie van De Tijd, nevengeschikt aan Arie
Kuiper. De redactie kwam in opstand,
maar al snel bleek het hoofdredactioneel
koppel een gouden greep. De redactie
verjongde, de toon werd minder bele
rend, speelser. Mooier papier, goede
kleurendruk, meer aandacht voor de be
tere fotografie, een goed coverbeleid:
omslagen en verhalen die uitnodigen tot
kopen.
Eerder schetste de ervaren bladenman
Swart concurrent Elsevier als 'van saai
heid aan elkaar geschreven' en VN als
'voorspelbaar'. Het overgebleven lezers
bestand is sterk verouderd, net als het
produkt.
Joop Swart: „De opinieweekbladen
zijn te gemakkelijk met hun publiek om
gegaan. Ze dachten zich er te lang van
verzekerd: ze blijven ons toch wel kopen.
Ze maakten zichzelf wijs: onze hobbies
zijn ook de hobbies van ons publiek. HP
is na de terugval nu wél aansluiting bij
de lezers aan het zoeken. Bij De Tijd
hebben wij dat proces in 1981 al ver
werkt. De VNU vroeg zich in die moei
lijke tijd af, of het wel zou doorgaan met
het weekblad. Wij zaten ook met onze
katholieke afkomst. De bakens zijn bij
ons toen verzet. De Tijd verjongde, ook
in vormgeving en inhoud, en met succes.
Ik kon, ook in het coverbeleid, iets van
mijn ervaring met publiekstijdschriften
aan toevoegen."
Het is vissen voor zeven opiniebladen
in een heel kleine vijver van hooguit een
half miljoen lezers. Het heeft Swart door
de jaren heen verbaasd, dat die vijver
niet te vergroten is. „Terwijl er belangrijk
meer mensen zijn gekomen met een mid
delbare en hogere opleiding. Terwijl
vrouwen een bredere interesse krijgen.
Die bronnen zijn door de opiniebladen
nog niet aangeboord."
De nieuwe hoofdredacteur van een
bijna failliete, maar herboren Haagse
Post, John Jansen van Galen, houdt zich
sterk bezig met zijn lezerspubliek. Gezien
de teruglopende interesse van de dure
kleuren-adverteerders voor de weekbla
den is hij vol zorg voor de toekomst.
Over tien jaar zullen er geen zeven opi
niebladen meer bestaan in ons land,
voorspelt hij, en hij weet niet of HP dan
bij de overlevenden is. Zeven weekbla
den op een kleine lezersmarkt, waarvan
nu al de helfteen marginaal bestaan lijdt
- met minimale redacties.
Joop Swart van weekblad De Tijd:
„Hij heeft gelijk, dat er een uitdunning
zal komen. Al is het wel heel typisch Ne
derlands, zoveel omroepen, zoveel tijd
schriften, zulke kleine oplages. Een volk
van groepjes individualisten, maar dat
zal wel gaan nivelleren in de komende
tien jaar. Al moet ik er niet aan denken
dat bladen als Hervormd Nederland of
De Groene weggaan. Dat zou toch een
verarming zijn in onze cultuur."
steunde rebellen teg
jandinistische regerin]
Doelwit van deze co
oral de kwetsbare se
lonomie.
t Maar de oorlog wor<
ere fronten gevoeri
Washington heeft een
boycot afgekondigd te
Inarxistische' Nicarag
bijzonder effectief wer
in dit Middenamerika;
gebrek aan van alles ei
Om de ergste noodt
er door verschillende 1
steden vriendschapbai
llaatsen in Nicaragua
Amsterdam, Rotterda:
Maastricht, Nijmegen
zijn reeds voorgegaan,
door de uitgebreide co
een stevige basis geleg
intensieve stedenband
en Granada.
Door Frank
DE ENORME hat
mijdelijk souvenir
tijns-Amerika-ganj
maar provisorisch
draadjes in de wooi
Daarboven een pot
de Nicaraguaanse
het eerste uur die v
al een martelaarsdt
Kita Lebesque is
keerd van een reis
door Nicaragua. Als
groep Stedenband B
tien dagen lang een
kingsbezoek aan
waarmee Breda ove
jaar al een voorzicl
band heeft gesmeed.
Joop Swart: „Ik moet er niet aan denken dat bladen als Hervormd Nederland of P
Groene weggaan. Dat zou toch een verarming zijn in onze cultuur.- foto ami
A ïjdens de zes weken
;en coöperatie in Nicar
'erkt heb, zijn me tw
I duidelijk geworden
'ste plaats is dat de w
het beeld dat de Vei
ten van Nicaragua s<
1 .omen vals is en geti
'Ocrisie. En daarnaas
pn ogen gezien dat cl
revolutie elkaar helei
wen uit te sluiten".
Door Frank vat
Paul Krijgsman, pa
uit Terheijden, is d
weken lang met ee
van Nederlanders in
weest. Hij leefde dat
gezin, werkte bij een
de voedselvoorzienin
°p gang moet brenge
priesters, Salvadoraa
gen en christelijke ba
.-Over Nicaragua leze
js één ding, maar de gev<
logssituatie aan den fijvt
zien wat er in zo'n land
een tweede. Ik voeldt
pastoraal werk al betrc
^t?*en*ssen Centras
wude de kans niet late
een groep mensen via h
nutee naar dat land toe t
In dezelfde periode c
Nicaragua verblijft, wor
meter ten noorden van c
hge hoofdstad Managu;
hngswerkers door contr;
'aag afgeslacht. Onder
een Duitser en een
werkbezoek is dus niet g
varen ontbloot. Slaat ie
met de schrik om het har
«Er gaat wel wat do<