IELE
INT..
DE
E SLUIS
ING
Het toegewijd geploeter in de psychologie
Vaten vol minibeestjes borrelen in Nijmeegs lab Veevoer uit mest en afval
HON.
Kort nieuws
IN-WEAK3
-LEKTIE
WETENSCHAP1
Huis
latinicuë
eding
US)
voor
eding.
Twee bundels
„De pens van herkauwers is een uniek sys
teem", legt drs. Huub Gij zen uit. Die is één
groot reactorvat vol micro-organismen; voor
namelijk bacteriën en ciliaten. Die laatste
soort eencelligen vind je nergens anders dan in
zo'n pens.
Record in
Amerikaanse
fusiereactor
Rijstkorrel zo
groot als pinda
Astronomen zien
geboorte ster
Afbraak
In tanks
Uit de pens
afval
biogas
residu
pens reactor
methaan reactor
Astronomie
beleeft een
gouden tijd
Vogels
Stille kracht
A51
ssu
ytUS
prijswinnaars
iterij op het
iuis.
larkt: taptoe
tpollo"
174
Ingenoe jonge kleding
irkt Hulst,
dags gesloten, i
178-1552
Mnsdags gesloten
Door Kees Buijs
„Ondanks het jarenlange
toegewijde geploeter van
velen in de hele wereld, is de
psychologische theorie nog
te weinig gevorderd om be
langrijke praktijkvragen te
kunnen beantwoorden."
Dat vindt een van Neder
lands meest vooraanstaande
psychologen, prof. dr. W.A.
Wagenaar. Relativeren van
de betekenis van zijn eigen
vak ligt hem wel. Dat blijkt
ook uit het slot van zijn in
leidende bijdrage aan het
tweedelige werk 'Psycholo
gie in Nederland 1985'.
Praktijkvragen zijn
meestal simpel gesteld,
maar blijken veel ingewik
kelder dan je denkt. De bui-
tenstaander krijgt daardoor
soms de indruk dat die psy
chologie toch maar niets is:
zelfs op de gewoonste vra
gen weten psychologen geen
antwoord. „Wel, wat gewoon
is voor mensen, is niet ge
woon voor de wetenschap",
aldus Wagenaar lakoniek.
Het graafwerk van deze
hoogleraar in zijn eigen ge
heugen is er een voorbeeld
van. „Het feit dat wij mil
joenen of wellicht wel mil
jarden details onthouden
van gebeurtenissen die zich
in ons dagelijks leven afspe
len, is voor ons allemaal heel
gewoon. Maar voor de ge
heugenonderzoekers, die in
het laboratorium ontdekken
dat mensen moeite hebben
met het onthouden van sim
pele rijen woordjes, is de
werking van ons gigantische
geheugen nog een raadsel."
En Wagenaar besluit met de
vermaning aan zijn vakge
noten: „De eenheid van de
psychologie is gediend bij
bescheidenheid."
'Psychologie in Nederland
1985' bevat een selectie uit de
voordrachten en papers, die
eind 1984 tijdens het psycho-
logencongres in Ede werden
gepresenteerd. Onder redac
tie van J. Bonarius, W. Eve-
raerd en M. Verbaten kwa
men twee bundels tot stand:
de ene is gevuld met be
schrijvingen van fundamen
teel gericht onderzoek, de
andere is meer direct gericht
op praktische toepassingen.
Een van de vragen die
blijven opduiken, ook in
deze bundels, luidt: is intel
ligentie vooral een kwestie
van aanleg of een kwestie
van milieu? Prof. P.A.
Vroon en drie andere onder
zoekers hebben weer eens op
die vraag gestudeerd, en.
ze weten het nog steeds niet.
Dat wil zeggen: ze zien geen
aanleiding om op grond van
hun studie de aanleg- dan-
wel de omgevingstheorie
sterk in verdediging te ne
men. Over deze variant op
de kip of het ei zijn de psy
chologen dus nog lang niet
uitgepraat.
Wagenaars opmerking
over het tekortschieten van
de theorie als het om de
praktijk gaat, ligt ten
grondslag aan 'Praktijk als
wetenschap' van prof. dr.
P.J. van Strien. Psychologen
en sociale wetenschappers
worden tijdens hun studie
volgestopt met methodolo
gie, statistiek en onder
zoeksvaardigheden. Maar
later, wanneer van hen
praktische adviezen en
hulpverlening worden ver
langd, staan ze vaak met
lege handen. Van Strien
probeert die kloof enigszins
te overbruggen.
Een echt leerboek is het
niet, stelt hij, want daarvoor
zijn theorie en methoden
van de praktijk van mens
wetenschappers „nog tezeer
onderwerp van discussie."
Het eind van die discussie
lijkt voorlopig nog niet in
zicht. En misschien mogen
we dat einde helemaal niet
verwachten; onder meer
omdat het studie-object
méér is dan een verzameling
moleculen.
Voor de academische fijn
proevers verscheen een boek
met discussiebijdragen
'Over de grenzen van de
psychologie'. De negen be
schouwingen gaan in op de
opvattingen van de VU-
hoogleraar C. Sanders over
een bij de psychologie pas
sende wetenschapsleer. Die
T47
schreef hij met Van Rap-
pard neer in 'Tussen ont
werp en werkelijkheid', dat
in 1982 verscheen. Een
voortzetting van het aloude
debat over de relatie tussen
natuurwetenschappen,
menswetenschappen en ge
loof.
J.C.J. Bonarius, W.Th.A.M. Eve-
raerd en M.N. Verbaten (red.):
Psychologie in Nederland 1985.
Deel 1: Fundamenteel gericht
onderzoek. Deel 2: Praktijkge
richt onderzoek. Lisse, Swets
Zeitlinger, per deel 43,50.
P.J. van Strien: Praktijk ais we
tenschap. Methodologie van het
sociaal-wetenschappelijk han
delen. Assen, Van Gorcum,
ƒ39,50.
L.K.A. Eisenga, J.F.H. van Rap-
pard, W. Koops en K.H. van Out
(red.): Over de grenzen van de
psychologie. Lisse, Swets Zeit
linger, S 28.
'Kunstkoe' maakt
biogas uit afval
Het lijkt mogelijk om dierlijke mest en plantaardig afval te
verwerken tot veevoer. Microbiologen van de Katholieke Uni
versiteit gaan eind dit jaar onderzoek beginnen of het Idee In
de praktijk toe te passen Is.
Nederland alleen al produceert per Jaar bijna honderd mil
joen ton dierlijke mest. Het probleem zit onder meer in de
stikstof. Die blijft na gewone vergisting in de droge mest zit
ten. Maar bij vergisting onder zuurstofloze omstandigheden
is een deel van de stikstof bruikbaar als bouwstenen voor
eiwit.
Het vergistingsproces dat aan de Nijmeegse universiteit Is
ontwikkeld, kan worden 'gevoed' door twee afvalstromen:
koolstofrijk cellulose-afval zoals papier en plantaardige stof
fen, en stlkstofrijke mest. Nadat micro-organismen zich er te
goed aan hebben gedaan, blijft een eiwitrijk restprodukt ach
ter, dat geschikt lijkt als veevoer.
Door Kees Buijs
De koe zit er mee in haar maag: letterlijk, maar niet
figuurlijk.
Geen herkauwer zou zonder
die meeetertjes kunnen, want
zelf heeft ie niet de enzymen
om gras en ander voedsel af te
breken. Dat doen de kleine
wezentjes: ze breken de plan-
tecelwand (die hoofdzakelijk
bestaat uit cellulose) af en zet
ten dat om in vetzuren. Die ge
bruikt de herkauwer als
bouwstoffen voor melk en
vlees. Het zijn overigens deze
zuren, die zorgen voor het ty
pische koeiestal-luchtje.
Maar dit is niet de enige
vorm van 't biologisch één
tweetje, dat we symbiose noe
men. De 'huid' van de ciliaten,
die zich aan de plantevezels te
goed doen, is namelijk bezaaid
met methaanbacteriën. Zij
vangen het waterstof- en
koolzuurgas weg, dat de cilia
ten als bijprodukt afgeven, en
zetten het om in methaan.
Daardoor kunnen de ciliaten
ongeremd blijven produceren.
In feite is de pens niets an
ders dan een zuurstofloze
Een ciliaat propt zich vol met een plantevezel. De opname
is sterk vergroot. In werkelijkheid is het eencellige beestje
ééntiende millimeter groot. Niet zichtbaar zijn de methaan
bacteriën op de buitenwand van het ciliaat. Deze bacteriën
zijn slechts éénduizendste millimeter groot.
In de proefreactor van de
Princeton Tokamak fusiereac
tor in de Verenigde Staten is
een recordtemperatuur van
tweehonderd miljoen graden
Celsius bereikt. Dat is tien
maal heter dan de kern van de
zon. Daarmee is voor het eerst
het niveau bereikt dat nodig is
voor een commerciële fusie
reactor voor de opwekking
van elektriciteit, aldus Ameri
kaanse geleerden.
Tijdens een ander experi
ment, bij een lagere tempera
tuur, is het laboratorium erin
geslaagd het plasma (dat is de
brandstof voor de fusiereactie)
voor een record tijdsduur
magnetisch op te sluiten en
onder controle te houden. De
volgende stap is gericht op het
bereiken van het evenwichts
punt: wanneer de hoeveelheid
opgewekte energie ten minste
gelijk is aan de hoeveelheid
benodigde energie om de reac
tie te starten en aan de gang te
houden.
Een laboratorium van het Ja
panse ministerie van land
bouw, bosbouw en visserij
heeft een rijstsoort ontwik
keld, waarvan de korrel zo
groot is als een pinda.
Een korrel van de nieuwe
rijstsoort heeft een gemiddeld
gewicht van 60 tot 70 milli
gram, ongeveer drie keer zo
veel als het gangbare gewicht
van 20 tot 22 miligram van een
doorsnee Japanse rijstkorrel.
De nieuwe rijst werd verkre
gen door kruising van tien
grootkorrelige rijstsoorten uit
Japan en andere delen van
Azië. Na elke oogst werd met
de grootste korrels verder ge
ëxperimenteerd. De weten
schappers isoleerden de genen
die de lengte en dikte van de
korrel bepalen.
Een woordvoerder van het
laboratorium verklaarde dat
er doorgeëxperimenteerd
wordt om de rijst verder te
vervolmaken. Omdat de grote
korrel veel zetmeel bevat,
smaakt hij niet zo lekker als
gewone rijst. Daarom lijkt hij
eerder geschikt als veevoer.
Voor het eerst in de geschiede
nis van de sterrenkunde heb
ben astronomen van de uni
versiteit van Arizona het pro
ces van het ontstaan van een
ster kunnen waarnemen. Met
een speciale radiotelescoop za
gen ze een, in een galactische
wolk van gassen en stof ver
borgen, embryonale ster, die
520 lichtjaren van de aarde
verwijderd is.
Men wist wel dat zich in in
terstellaire gas- en stofwolken
voortdurend nieuwe sterren
vormen, maar dat proces was
nog nooit eerder waargeno
men, aangezien de stofwolken
voor gewone telescopen on
doordringbaar zijn.
Doorzichtige vaten met grijsgroene blubber zijn
verbonden met slangetjes en machientjes. Af en toe
begint er een soort mixer in te draaien. Dan komt de
inhoud als dikke erwtensoep in beweging. Hoewel
de vaten afgesloten zijn, hangt er een onmiskenbaar
natuurlijk luchtje. Ik snap meteen waarom het la
boratorium voor microbiologie ook wel 'de boerde
rij'wordt genoemd.
Geen wonder. Want wat er in die vaten gebeurt, is
precies hetzelfde als wat er in een koeiemaag plaats
vindt. Alleen maakt de koe er vlees en melk van, en
loost ze de rest in de wijde wereld. De Nijmeegse mi
crobiologen is het om 't biogas te doen. Wat daarna
in de vaten overblijft, is vlees noch vis. Laat staan
melk.
reactor, waarin bacteriën en
ciliaten vast organisch mate
riaal omzetten. Voor dat om
zettingsproces hoeft er niet
per se een beest omheen te zit
ten. Daarom staan er op het
laboratorium voor microbiolo
gie van de Nijmeegse univer
siteit geen koeien, maar alleen
reactorvaten, variërend van
drie tot dertig liter.
De regel 'wat in het vat zit,
verzuurt niet' gaat voor de
pensreactor niet op. Een opho
ping van vetzuren zou op den
duur de micro-organismen
doden. Daarom worden die zu
ren, die oplossen in vloeistof,
naar een tweede reactor ge
pompt: een methaanreactor,
die ook in de aardappel- en
suikerindustrie in gebruik is.
Uit de prut in beide reactoren
wordt biogas gewonnen: een
mengsel van methaan- en
koolzuurgas. Is de vloeistof
eenmaal zuurvrij gemaakt,
dan wordt die vanuit de me
thaanreactor teruggepompt in
de pensreactor. Daarmee is de
kringloop gesloten.
Zo kan de 'kunstkoe', met
een pensinhoud van twintig li
ter, per etmaal ruim een pond
droog organisch materiaal
aan. Daarvan wordt binnen
slechts twee tot vier dagen ze
ventig procent omgezet, en dat
levert per etmaal 160 liter bio
gas op. Omdat de omzetting zo
snel verloopt, hoeft de reactor
niet groot te zijn.
Wat zich hier zo nadrukke
lijk aan de neus van de arge
loze bezoeker staat op te drin
gen, is in feite een vitale scha
kel in het proces van groei en
afbraak in de natuur. Gij zen
heeft eens uitgerekend om
welke getallen het gaat.
Hij schat dat moeder natuur
jaarlijks bijna 130 miljard ton
kooldioxide (CO«) vastlegt in
planten. In dit proces van zgn.
fotosynthese wordt COi met
behulp van zonne-energie om
zet in cellulose en andere be
standdelen van planten. Dat
planten ook weer worden af
gebroken, is van levensbelang
voor de kringloop van koolstof
en stikstof op aarde. De af
braak gebeurt bijna helemaal
door micro-organismen. Zou
dat niet gebeuren, dan was
alle COs in de atmosfeer bin
nen twintig jaar op, en zou het
proces van fotosynthese stop
pen.
Van die micro-organismen
doen sommigen hun werk in
zuurstofrijke (dat heet: aero
be), andere in zuurstofloze
(anaerobe) omstandigheden,
zoals in de zwarte modder in
sloten, meren en plassen, en in
de pens van herkauwers. Mét
zuurstof is er sprake van ver
branding; zonder zuurstof van
rotting, waarbij methaan als
eindprodukt overblijft. Me
thaan gaat voor het merendeel
direkt de lucht in, maar er
blijft ook in de bodem zitten.
Ons aardgas bijvoorbeeld be
staat voor negentig procent uit
methaan.
Een deel van de plantenpro-
duktie op aarde blijft over als
afval: onder meer van de voe
dingsindustrie, in onze huis-
vuilzakken en als mest.
Slechts een klein gedeelte
daarvan wordt opnieuw ge
bruikt, via compostering, de
papierindustrie of als veevoer.
Verreweg het meeste plant
aardige afval gaat de stort op,
of de verbrandingsovens in.
Dat is niet alleen verspilling,
het wordt ook steeds duurder.
Het zoeken naar goedkopere
oplossingen is dus de moeite
waard.
Vergisting van vast rioolslib
en mest in speciale zuursto
floze tanks is zo'n alternatief.
Maar het proces duurt erg
lang: een dag of dertig. Niet
meer dan de helft van het ma
teriaal wordt omgezet, en de
tanks kunnen weinig vuil per
kubieke meter aan. Voor een
flinke slib- en mestverwer
king zou je eigenlijk enorme
reactoren moeten hebben. Dan
blijft de industrie liever stor
ten en verbranden.
Nee, dan liggen de prestaties
van sommige dieren aanmer
kelijk hoger. Zo vergist een
termiet in z'n einddarm bin
nen een dag een hoeveelheid
hout, die overeenkomt met ze
ventig kilo per kubieke meter,
en haalt ie een rendement van
zestig procent. Nog hoger, ze
ventig procent, ligt het rende
ment van de pens van een her
kauwer. Die vergist binnen
twee dagen een portie eten, die
neerkomt op vijftig tot hon
derd kilo per kubieke meter.
Die grote voorsprong op de
door mensen bedachte vergis-
tingsmethoden danken de her
kauwers aan de piepkleine
vakspecialisten in hun pens.
Vandaar de interesse van de
Nijmeegse microbiologen, on
der leiding van prof. dr. ir.
G.D. Vogels, voor de manier
waarop de koe dit kunstje
flikt.
„Voor een goede anaerobe
afbraak heb je de juiste mi
cro-organismen nodig, en
moet je ze een lekker milieu
bieden", aldus Gijzen. „Het
moeilijke punt is namelijk de
omzetting van cellulose in sui
kers. Die stap bepaalt de snel
heid van het gistingsproces."
Zo ontstond het idee om mi
cro-organismen uit de pens te
nemen. Vervolgens werd in de
reactor het pensmilieu zoveel
mogelijk benaderd, onder
meer door het speeksel van de
koe synthetisch na te maken.
Eerst kregen de micro-orga
nismen alleen gras te eten. Ze
handhaafden zich niet alleen,
ze gingen zich ook vermenig
vuldigen.
„Na het gras hebben we af
val van de papierindustrie in
de reactor gegooid. Ook dat
lukte. Niet zo gek, want in de
oorlog aten koeien soms ook
krantepapier."
In de inmiddels vier jaar dat
de 'kunstkoe' haar spijsverte
ring laat werken, is er nog van
alles ingegooid: gecompos-
teerd huisvuil, veilingafval,
bermmaaisel uit de buurt van
de Brienenoordbrug (dat van
wege het loodgehalte niet naar
de koeien mag, maar voor de
micro-organismen geen pro
bleem bleek te zijn), rietsui
kerstengels en schillen van de
koffieboon (in de landen van
herkomst liggen die vaak in
gigantische hopen naast de fa
brieken), en uieschillen. Het
schijnt allemaal te smaken.
Gijzen: „In de reactor kun
nen we elke verblijfstijd in
stellen. Hoe langer de gistings-
tijd, hoe hoger het rende
ment."
Toch blijft er altijd een res
tant over dat niet verder af te
breken is. Elke dag wordt er
zo'n koek uit de reactor ge
schept. „Maar er moet toch ook
met dat residu iets te doen
zijn, wil het systeem rendabel
zijn", vindt Gijzen. Een moge
lijkheid is, er veevoer van te
maken. De omzettingssnelheid
komt er dan minder op aan.
Het gaat om het omzetten van
zoveel mogelijk koolstof en
stikstof in eiwit, als grondstof
voor veevoer.
Een tweede mogelijkheid is:
het residu gebruiken als bron
van cellulase. Dit is een om
zettingsmiddel dat in de voe
dingsindustrie wordt gebruikt
om de celwand van groenten,
zaden en vruchten kapot te
maken. Het onderzoek hier
naar is dit jaar begonnen. Nij
meegse microbiologen werken
hierin samen met TNO.
Huub Gijzen bij de reac
torvaten in het laboratorium
voor microbiologie. Het
rechter vat is de pensreactor.
Vandaaruit wordt verzuurde
vloeistof via een bezinker
(midden) naar de methaan
reactor (links) gepompt. Bo
venaan lopen slangen om
het biogas op te vangen. He
lemaal rechts het bakje voer
voor de reactor. - foto skum
Bij de VAM in Wijster staat
sinds kort een groter reactor
vat: een proefopstelling van
5,5 kubieke meter, waarin de
afbraak van allerlei soorten
huisvuil wordt onderzocht. Fi
nanciële steun hiervoor komt
van de Stichting Projectbe-
heerburo Energie Onderzoek,
terwijl aan het lab-onderzoek
wordt meebetaald door de
Stichting voor Technische We
tenschappen.
„De VAM is enthousiast",
aldus Gij zen. „Het grootste
probleem was aanvankelijk,
dat ze het fijngemaakte afval
voor de reactor niet aange
sleept konden krijgen. Het ziet
er naar uit dat éénderde van al
het huisvuil op deze manier
kan worden vergist." Om de
vergisting op gang te brengen,
worden micro-organismen
'gekweekt' uit een stuk pens
van het slachthuis.
En misschien kan het an
dere slachtafval straks ook de
pensreactor in.
Schematische weergave van het reactorsysteem.
Uit boeken en bladen
De astronomie beleeft een
gouden tijd. De laatste tiental
len jaren zijn tal van vreemde
objecten ontdekt, zoals pul
sars, quasars en neutronen
sterren.
Op het gebied van de evolu
tie van sterren, melkwegen en
materie tussen sterrenstelsels
is enorme vooruitgang ge
boekt.
De meste nieuwe vondsten
in de natuurkunde liggen op
het terrein van de sterrenkun
de, en een aantal daarvan
komt op rekening van de
ruimtevaart. Geen wonder dat
de belangstelling voor de ster
renkunde hand over hand toe
neemt, en dat de groep van
amateuratronomen steeds
maar groeit.
Dat schrijft prof. De Loore
in het voorwoord van de
Winkler Prins Encyclopedie
van de Astronomie. Het boek
komt op een gunstig tijdstip.
In de stroom recente uitga
ven over objecten en ver
schijnselen in het heelal is dit
het meest compleet. Maar voor
de prijs van bijna honderd
gulden mag dat ook wel.
De encyclopedie is een stan
daardwerk voor de begin
nende amateurastronoom èn
de (ver)gevorderde. Het be
staat uit vier onderdelen.
'Kijk eens naar de sterren'
heet een ander pas verschenen
boek van Hans Oberndorfer,
bewerkt door Govert Schil
ling. Het is geen populair ster-
renkundeboek in de gebruike
lijke zin, en ook geen inleiding
in het hedendaagse astrono
mische wereldbeeld. Het richt,
zich meer op diegene die uit
liefhebberij naar de sterren
hemel kijkt, bekend wil raken
met de sterrenbeelden, en met
het blote oog, de verrekijker of
een kleine telescoop de zon, de
maan en de planeten wil
waarnemen.Kortom: een
goede gids en handleiding
voor de eerste schreden in de
sterrenwereld.
G. Beekman e.a. (red.):
Winkler Prins Encyclopedie
van de Astronomie. Amster
dam Elsevier, 99,50.
H. Oberndorfer: Kijk eens
naar de sterren. Zutphen
Thieme, 29,50.
Kleine vogels vliegen met een
snelheid van soms wel veertig
kilometer per uur tussen
boomtakken door.
Maar tegen vlieg- en weg
verkeer leggen ze vaak het
loodje. Een van de oorzaken
ligt in het feit, dat vogels hun
ogen opzij van hun kop heb
ben: ze zien geen diepte, en dus
geen afstand. Bovendien ver
plaatst een auto zich schijn
baar niet ten opzichte van de
vliegrichting van een overste
kende vogel.
Een tekening in het augus
tusnummer van Archimedes
verduidelijkt dat. Het jonge
rentijdschrift legt verder on
der meer uit, waarom de klei
nere, rotsachtige planeten (zo
als onze aarde) dicht om de
zon draaien, en de gasvormige
reuzenplaneten (zoals Jupiter)
veel verder van de zon 'staan',
en ook veel meer manen heb
ben. (Archimedes is een uit
gave van IVIO Lelystad)
De stille kracht achter bevrij
dingsbewegingen is door wes
terse kolonisatoren vaak on
derschat.
Bevrijdingsbewegingen en
revolutionairen hebben echter
vaak ingespeeld op oude tradi
ties, en daarmee sluimerend
verzet en occulte krachten
'ontketend'. Ook nu zijn er nog
veel voorbeelden van psycho
logische oorlogsvoering te ge
ven, aldus prof.
G. Huizer en drs. J. Neder-
veen Pieterse van het Derde
Wereld Centrum in Nijmegen.
Hun bijdrage aan het boek Po
litieke psychologie is te vinden
in aflevering 8/86 van het
maandblad Psychologie, een
uitgave van Swets Zeitlin
ger.