■ting!
Nieuwe
expeditie
naar de
Himalaya
h OZO!
ayler-aktie.
Alleen op zaterdag
n een Wayler surf-
re ter waarde van
s!
ook op alle Wayler
ZATERDAG 28 JUN11986
Blijven steken
Individueel
Oei
Hunza
40 dragers
100.000 gulden
van 120.-
van 140.-
van 180.-
van 330.-
van 265.-
van 249.-
van 190.-
150/
175/
60/
van 155.- voor 108/
voor
voor 100/
voor 150/
voor 280/
voor
voor
voor
en
15-240 van 179.
van 159.
van 149.
van 169.
van 159.
van 179.-
van 149.-
van 169.-
van 189.-
van 179.-
van 229.-
van 189.-
van 169-
van 249.-
van 249.-
van 225.-
van 249.-
van 229/
van 150.
:en
voor 120/
voor 110.-
voor 90/
voor 100/
voor 90/
voorl20/
voor 80/
voor 120/
voor 140/
voor 130/
■voor 175/
voor 120/
■voor 120/
voor 190/
voor 200/
voor 150/
voor 199/
voorl40/
.-voor 105/
ortingscoupons voor
il. OZO surflaarzen.
ir\ surftextiel.
npleet en vaarklaar.
Incl. Gaastra-zeil.
Alles le keus.
3oards met schoon
heidsfoutjes.
20.000 stuks
korting netto vanaf 40.-
korting netto vanaf 70/
korting netto vanaf 75.-
zie showroom
k korting netto vanaf 110/
korting netto vanaf 100.-
zie showroom
i korting netto vanaf 40/
Uorting netto vanaf 60/
i korting netto vanaf 120/
'i korting netto vanaf 100.-
korting netto vanaf 50.-
6 korting netto vanaf 40/
i korting netto vanaf 70.-
i korting netto vanaf 75.-
X korting netto vanaf 75/
X> korting netto vanaf 50.-
korting netto vanaf 60.-
zie showroom
X korting netto vanaf 40.-
X korting netto vanaf 60.-
zie showroom
zie showroom
korting netto vanaf 60/
korting netto vanaf 80/
korting netto vanaf 50.-
zie showroom
korting netto vanaf 70/
korting netto vanaf 80.-
1% korting netto vanaf 60.-
zie showroom
i% korting netto vanaf 200.-
zie showroom
1% korting netto vanaf 160.-
zie showroom
zie showroom
zie showroom
korting netto vanaf 60/
WÏIÖHD
He
^et is niet de uitdaging om de
magische grens van 8000 meter te
doorbreken. Eerder gaat het om de
uitdaging om „een mooie extreem
hoge en moeilijke berg via een
esthetische lijn te beklimmen".
Deze zomer vormt de Rakaposhi in
Pakistan die uitdaging voor vijf
geroutineerde Nederlandse
bergbeklimmers. Een berg van 7788
meter. Rechtuit is het maar een
stukkie fietsen, maar omhoog! Dan
wordt het een col buiten categorie.
Eén van de expeditieleden is
Mathieu van Rijswick(37) uit
Roosendaal. Voor De Stern-lezers
houdt hij daar op de flanken van
die witte reus een dagboek bij:
Groeten van de Rakaposhi! Maar
eerst een introductie, laag bij de
gronds in zijn Roosendaalse
woning.
Door Paul de Schipper
„Kijk zo'n top met zo'n mooie om
hooglopende richel. Als je dat op
zo'n foto ziet dan denk je: Als ik
daar nu eens langs kan gaan, da's
een mooie klim. Eentje die zo
kaarsrecht naar boven gaat heeft
veel meer aantrekkingskracht dan
een meer horizontale slingerroute
naar de top. Weet je, je moet de na
tuurlijke lijn van de berg volgen".
Hij legt de foto opzij. Het is een op
name van de Rakaposhi een bergtop in
het noorden van Pakistan. Een solide
witte reus met hoekig maar ook harmo
niërende vormen en een berg zoals je je
een berg voorstelt. Althans om naar te
kijken. Naar het topje klimmen is weer
wat anders.
Voor het Nederlands alpinisme vormt
de expeditie een nieuw hoogtepunt na de
beklimming van de Mount Everest in
1984. Die prestatie kwam op naam van
Bart Vos. De leden van de Rakaposhi-
expeditie zijn allen ervaren bergbeklim
mers. Ze zijn lid van de Koninklijke Ne
derlandse Alpenvereniging, een organisa
tie met ongeveer 10.000 leden.
Van Rijswick klimt al sinds 1971. Zijn
eerste grote expeditie was-die naar de
Annapunra in 1977. Deze 8091 meter
hoge top in Nepal bereikte hij als enige
Nederlander uit een gezelschap van elf
landgenoten. Maar hij wilde meer.
„Direct na afloop is er toen gezegd:
De volgende is de Mount Everest. Het
probleem was dat er maar twee expedi
ties per seizoen de Mount Everest op
kunnen. Alleen tijdens de voor- en na-
moesson omdat er dan sprake is van sta
biele weersomstandigheden. Tijdens de
moesson heb je bijna dagelijks regen en
zitten de bergen verborgen in de wolken.
De wintertijd is ook stabiel, maar dan is
het te koud. Maar goed, de Everest was
volgeboekt tot 1984. Nu hadden we ge
luk. Als een van de eersten kwamen we
er achter dat China in 1979 de grenzen
openstelde om vanuit Tibet expedities
naar de Mount Everest te beginnen. We
kregen een vergunning voor 1982. Op
7800 meter, 1000 meter onder de top zijn
we blijven steken".
Van Rijswick aarzelt even, geeft dan
drie oorzaaken aan voor de tegenslag:
het slechte weer, geen goede samenwer
king tussen de expeditie-leden en een on
geluk. Om met het laatste te beginnen.
Op 6800 meter hoogte veegde een lawine
Van Rijswick en Eelco Dijk tientallen
meters omlaag over de rand van een ijs-
muur. Van Rijswick kwam er met ge
kneusde ribben nog redelijk af. Dijk
moest met een geperforeerde long wor
den afgevoerd.
De onderlinge spanningen. .„Ach",
zegt Van Rijswick, „ik denk dat het ook
met een harmonieus gezelschap niet ge
lukt was. Een van de oorzaken is de inge
bouwde rivaliteit. Bergbeklimmers zijn
individueel ingesteld. Voor een expeditie
naar de Mount Everest heb je een groot
Naar de top van de Rakaposhi
gezelschap nodig. Met twee man naar de
top is ondenkbaar. Bij zo'n expeditie heb
je dan wel een leider, maar die heeft
eigenlijk geen bevoegdheden. Het is geen
kapitein. Er is geen zweep van de ploeg
leider. De exepditieleider heeft geen
machtsmiddel. Bovendien, niemand zegt
van te voren: ik ben de knecht en jij bent
de kopman. Iedereen wil de top bereiken.
De harmonie werkt als er overeenstem
ming is. Als iemand het idee krijgt dat
een ander zich loopt te sparen voor de
eindspurt, dan krijg je al wrevel. Het
hoeft niet eens zo te zijn, maar alleen het
idee al. In ieder geval is er wel overeen
stemming zo lang je mekaar nodig hebt.
Nader je de top, dan is het ieder voor
zich, al klinkt dat een beetje cru".
Bij de mislukte Mount Everest-expedi-
tie van 1982 speelde ook het al of niet ne
men van risico's een rol. Sommigen ver
weten expeditie-leider Verrijn-Stewart
dat hij een slavendrijver was, anderen
noemden hem te voorzichtig. Van Rijs
wick: „Het oordeel is individueel, het is
afhankelijk van je ervaring en van je zelf
vertrouwen. Wat de een gevaarlijk noemt
is voor de ander haast routine. Ga jij in
een Formule I zitten dan overleef je het
niet, zet je er een coureur in dan is er
geen enkel probleem. Zo is het met berg
beklimmen ook. Het is een kwestie van
een goeie kijk op de situatie hebben en
de omstandigheden juist taxeren. Zelf
ben ik denk ik aan de voorzichtige
„Die Rakaposhi is heel mooi om te zien, een echte berg. Hij rijst echt als reus uit de
vlakte op. Bovendien is-ie nog maar vijf keer beklommen, terwijl er vijftien pogingen zijn
geweest. Nee pas op, het is echt geen toeristische attractie!" - foto de stem bensteffen
kant". Na die gekneusde ribben of daar
voor ook al? „Nee, ik denk dat het ver
schil niet zo groot is. Ik ben er niet an
ders door gaan reageren, al wordt je nog
meer oplettend".
De risico's. Van Rijswick heeft zich
door het ongeluk op de flanken van de
Mount Everest niet af laten schrikken:
„Zo snel m'n ribbenkast het toeliet ben
ik weer gaan klimmen. Het eerste idee is
dan wel een beetje van. oei. Je kijkt
nog meer naar de sneeuwomstandighe-
den losse sneeuw op een gladde on
derlaag kan makkelijk losschieten dus
moet je een boring doen. Da's vijf minu
ten werk en dan kun je uit de gelaagd
heid van de sneeuw een heleboel infor
matie halen. Honderd procent betrouw
baar is het niet. In de Alpen is het ge
beurd dat lawine-experts in een lawine
zijn omgekomen".
Volgens Van Rijswick komen er meer
mensen om bij het bergwandelen dan bij
het bergbeklimmen: „De Alpenclub
heeft 10.000 leden. Ik schat het aantal le
den dat jaarlijks verongelukt tussen de
vijf en de tien. Ja als je het zo bekijkt
is_het veiliger om bij een zwemclub te
gaan".
„Boven de boomgrens, zeg maar op
2000 meter, vind ik het heel erg mooi.
Het is een landschap van stenen, een es-
tetisch landschap met heldere lijnen en
mooie vormen en heel overzichtelijk. Het
is een heel sympathieke omgeving. Wat
ik daar zie geeft me de hoop dat ik er op
m'n zevenstigste ook nog kan rondwan
delen. Dat is één ding waarin de bergen
mij zo aantrekken. Een tweede reden, die
zeker zo belangrijk is, is de sportieve
prestatie en het vakantie houden en toch
inspanning te leveren. Ook geeft het een
grote tevredenheid als je zo'n gevaarlijke
tocht goed hebt voltooid. Het is nu een
maal boeiender om een steile klim te ma
ken in de vrije ruimte dan eentje met een
vangnet onder je. Dat is de spanning van
zo'n tocht".
De Rakaposhi ügt in het oude konink
rijk Hunza. Van Rijswick en z'n vier me
de-klimmers kozen de berg omdat het
basiskamp op 3700 meter hoogte in drie
dagen te bereiken is. Ter illustratie: het
basiskamp van Annapurna is elf dagen
lopen. Van Rijswick: „Dat is een heel
praktische reden omdat onze tijd beperkt
is. Zelf heb ik een baan die moeilijk te
combineren is met langdurige uitstapjes.
Ik ben aangewezen op de zomervakantie.
We hebben er vijfentwintig dagen voor
uitgetrokkeh. Andere Himalaya-toppen
kwamen niet in aanmerking omdat ze te
zeer last hebben van de moesson. Een eis
was wel dat het een 'zevenduizender'
moest zijn. Iedereen heeft zo z'n eigen
hoogterecord en niemand van de ande
ren is boven de zevenduizend meter ge
weest".
De Rakaposhi ligt in het berggebied
van Karakoram. Deze bergketen strekt
zich uit over noord-India en noord-Pa-
kistan. Strikt genomen hoort de Karako
ram niet tot de Himalaya. De rivier de
Indus zorgt voor een scheiding van de
twee gebergten.
In de Karakoram ligt een aantal van
de hoogste toppen die de aarde kent.
Daaronder is de K2(8611m), na de
Mount Everest de hoogste berg ter we
reld. De westelijke hoek van de Karako
ram wordt gemarkeerd door de Rakapos-
hi(7788m). De Rakaposhi-expeditie be
gint haar klim bij de Hunza-rivier. Van
uit dit dal tot aan de top is het hoogte
verschil 6000 meter. Op geen enkele plek
op aarde wordt zo'n verschil tussen berg
top en dalbodem gemeten.
De Rakaposhi-expeditie bestaat uit
vijf louter amateur-klimmers. Ze worden
De Rakaposhi ligt in het berggebied van
Karakoram. Deze bergketen strekt zich uit
over noord-India en noord-Pakistan.
Strikt genomen hoort de Karakoram niet
tot de Himalaya. De rivier de Indus zorgt
voor een scheiding van de twee gebergten.
bij hun tocht bergopwaarts geassisteerd
door veertig dragers. De expeditie-leden
zijn, behalve Van Rijswick: Ton van den
Boogerd(24), Robert Eckhardt(36), Ru-
dolf Koning(35), en Dries Nijsen(26), te
vens expeditie-leider.
Het team heeft als doel de beklimming
van de zogenaamde Noordwestgraat.
Een deel van deze route werd in 1979
voor het eerst gevolgd door een Pools-
Pakistaanse expeditie, gepoogd zal wor
den om daar waar de Pools-Pakistaanse
expeditie afweek naar de Zuidwestgraat
de moeilijke Noordwestgraat te volgen.
Dit traject biedt een combinatie van
moeilijkheden in ijs, sneeuw en rots. Het
hoogteverschil tussen basiskamp en top
is 4000 meter. Onderweg zullen er nog
drie of vier kampen moeten worden inge
richt. Bij het laatste stukje naar de top
moeten nog eens twee bivaks worden in
gericht. De vijf klimmers zullen geen ge
bruik maken van zuurstofmaskers. Even
min zullen er boven het basiskamp in
landse dragers worden ingezet.
De kosten van de Rakaposhi-expeditie
bedragen een kleine 100.000 gulden. Zelf
leggen de teamleden 30.000 gulden op ta
fel. De rest van het geld komt binnen via
sponsoring, dialezingen, het leveren van
foto-materiaal voor reclame-doeleinden
en via publicaties in tijdschriften en
kranten. Ter ondersteuning van de expe
ditie is een stichting in het leven geroe
pen onder voorzitterschap van prof.dr.
A.a.Verrijn-Stewart.
Mathieu van Rijswick gelooft in het
succes van-de expeditie. Hij is net even te
nuchter om in een bijna tropische
Roosendaalse achtertuin lyrisch te wor
den over een berg in Noord-Pakistan,
maar besluit hij:
„Die Rakaposhi is heel mooi om
te zien, een echte berg. Hij rijst
echt als een reus uit de vlakte-op.
Bovendien is-ie nog maar vijf keer
beklommen, terwijl er vijftien po
gingen zijn geweest. Nee pas op,
net is echt geen toeristische attrac
tie!"