UITBLAZEN
Machthebbers willen rust
'Verder bezuinigen op onderwijs onverantwoord
even
WERKGEl
Reacties op 'twee van Breda' voorspelbaar
NIEUWE KOV-VOORZITTER HOUDT GEMATIGDE KOERS AAN, MAAR:
Twee van Brei
De mythe-Kin
Naar de
kapper
B
WIM KOCK
xm ©'jimraiL
■ACHTERGROND'
Wetboek van
strafrecht
100 jaar
Etten-Leurenaar
Van Overbeek
voorzitter KOV
DESTEMCOD
I IJ DE dorpskapper is
khet ook niet meer als
vroeger. Jarenlang
ben ik in de stad naar de
kapper gegaan en voor het
geval die kapper dit leest
(er lag altijd minstens êén
Stem in zijn salon): ik ben
niet uit ontevredenheid bij
hem weggegaan. Het komt ge
woon omdat vorig jaar een van
mijn vaste gewoonten moest
veranderen waardoor ik niet
langer wekelijks op de (stille)
donderdagmorgen in zijn buurt
kom. Zo gaan die dingen.
Bij de stadse kapper vond ik
het normaal dat niemand van
de andere wachtenden een kik
gaf. Als je bij het binnenkomen
wat luid 'goede morgen' riep
keken ze je al aan alsof ze een
gevaarlijke gek op zich af zagen
komen.
Tegenwoordig ga ik in mijn
woonplaats naar de kapper. De
eerste keer was dat meteen een
teleurstelling. Ik moest een
nummertje trekken. Tegen de
tijd dat ik dat in de gaten had,
waren er al een paar na mij bin
nengekomen die nu een lager
nummer hadden dan ik zou
krijgen als ik alsnog naar de
automaat zou lopen. Dat deed
ik natuurlijk niet. Ik speelde de
druk bezette man die geen mi
nuut meer te verliezen had,
keek een paar keer op m'n hor
loge en mompelde zoiets als: ik
kan niet langer wachten. Ik
kom volgend jaar wel eens te
rug. Het was 31 december.
Al gauw bleek mij dat ook
in mijn veel kleinere woon
plaats, waar niet iedereen
iedereen kent, maar velen wel
velen kennen, de stilte van het
mortuarium heerste rond de ta
fel met leesvoer uit de bladen
map. Niemand deed een mond
open, maar de meesten mom
pelden bij binnenkomst en ver
trek nog wel een vage groet.
Toch had ik één keer een echt
dorpsmazzeltje. De voorlaatste
keer dat ik m'n haar wilde laten
knippen stond ik voor de geslo
ten deur. Het was donker bin
nen. Achter me op straat stopte
een bestelwagen. „Hè daar",
riep de chauffeur, „lees jij je
eigen krant niet? De kapper is
verhuisd. Dat heeft in De Stem
gestaan."
Sinds de verhuizing was de
nummertjesautomaat met bij
behorende display verdwenen.
Dat dacht ik tenminste. Maar
vanmorgen zat ik goed en wel
te zwijgen met de anderen, toen
de man tegenover mij me plot
seling toesprak. Dat bleek in
eens zo'n merkwaardige sensa
tie te zijn dat ik eerst niet goed
begreep wat hij wilde. „Heeft u
wel een nummertje getrokken?"
herhaalde hij. Toch een num
mertje! „Ze hangen daar bij de
deur." Het was weliswaar niet
druk - veel te warm weer voor
de kapper - en er was na mij
nog geen mens binnengeko
men, maar ik vond het toch
vriendelijk van m'n lotgenoot.
Meer om hem een plezier te
doen, slenterde ik naar de deur
en daar zag ik inderdaad de rol
nummertjes hangen; aan een
sleutel die in de deur van de
meterkast stak. Niemand riep
mijn nummer af; ik kwam van
zelf aan de beurt.
Het was een vrouw die me
knipte. Een zwijgzaam type,
dacht ik, want ik had al zitten
berekenen dat ik bij haar te
recht zou komen en haar ter
sluiks wat gadegeslagen. Ik had
het mis. De stilte rond haar
stoel was veroorzaakt door de
zwijgzaamheid van de klant die
mij was voorgegaan. Het was
me al wel opgevallen dat hij
roerloos in de spiegel had zitten
staren naar zijn donkere kuif
die onder de vaardige handen
van de kapster langzaam de
bollende vorm kreeg die het re
sultaat is van föhn en kam.
Het was de kapster die het
gesprek opende. Zo hoort het
ook eigenlijk. Even aftasten of
de klant zin heeft in een praatje
onder het geknipt worden.
Bromt 'ie maar wat na de con
statering dat het eindelijk mooi
weer is, dan weet de kapper dat
hij verder niets meer hoeft te
zeggen; dat hij een zwijger on
der het mes heeft. Zo lang ze
maar niet over mijn werk of
over het geloof beginnen mag
ik die vrijblijvende praatjes wel.
Je komt er je tijd goed mee
door en je neemt eens kennis
van andermans kijk op alle
daagse zaken.
Bij de stoel naast mij ging
het gesprek over voetbal. Ik zie
en hoor al genoeg voetbal thuis
dezer dagen. Vannacht nog -
het was absoluut geen weer om
naar bed te willen, het onweer
had nauwelijks koelte gebracht
- had ik met m'n zoons zitten
napraten; over België nog
steeds en over de voetbalban
dieten uit Uruguay die best nog
een paar kaarten méér hadden
verdiend in onze, langzaam wel
wat bevooroordeeld geraakte
ogen. 'Een vrouw begint niet zo
gemakkelijk over voetbal',
dacht ik. Dat was misschien
een op seksistisch vooroordeel
gebaseerde gedachte, maar in
dit geval klopte zij toch weer.
Na het weer te hebben be
sproken kregen we het over de
vakantie. En over onze voor
keuren wat betreft het door
brengen van de vrije tijd wan
neer het mooi en warm weer is.
Een praatje voor de vaak, maar
toch heel verkwikkend want
toen ik over de stille landweg,
door bos en langs akkers en
weilanden, naar de krant reed,
kreeg ik zo'n vakantiegevoel
dat absoluut niet past bij de
werkdag die je nog te wacht,
maar wel je stemming op een
hoger peil brengt.
Ik betreur het dat er bij de
kapper niet meer, net als vroe
ger bij de dorpskapper, wordt
geroddeld en getwist over de
plaatselijke politiek. Maar zo
lang je met de kapper of kap
ster zelf nog van gedachten
kunt wisselen over het weer en
de vakantie, kun je toch beter
daar zitten dan bijvoorbeeld bij
de tandarts.
Illlllllllllllllllllimilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllrc
Uitgave van uitgeversmaatschappij De Stem b.v.
Directie: drs. J.H.M. Brader.
Hoofdredactie: H. Coumans - hoofdredacteur.
A. Theunissen en H. Vermeulen - adjunct-hoofdredacteuren.
Hoofdkantoor: Spinveld 55, Breda.
Postadres: Postbus 3229, 4800 MB Breda.
076-236911 Telex 54176.
Centrale redactie Breda:
Nieuwsdienst 076-236883.
Sportredactie 076-236452.
Rayonkantoren:
Bergen op Zoom, Zuivelstraat 26, S 01640-36850.
Postadres: Postbus 65, 4600 AB Bergen op Zoom.
Breda, Nw. Ginnekenstr. 41, 236326 (alléén abonnementen).
Postadres: Postbus 3229, 4800 MB Breda.
Etten-Leur, Markt 28, 01608-21550.
Postadres: Postbus 363, 4870 AJ Etten-Leur.
Goes, Klokstraat 101100-28030.
Postadres: Postbus 13, 4460 AA Goes.
Hulst, Steenstraat 14, 01140-13751.
Postadres: Postbus 62, 4560 AB Hulst.
Oosterhout, Arendstraat 14, 01620-54957.
Postadres: Postbus 4023, 4900 CA Oosterhout.
Roosendaal, Molenstraat 45, 01650-37150.
Postadres: Postbus 35, 4700 AA Roosendaal.
Terneuzen, Nieuwstraat 9, 01150-17920.
Postadres: Postbus 145,4530 AC Terneuzen
Vlissingen, Torenstraat 5, 01184-19910.
Postadres Postbus 50514380 KB Vlissingen.
Openingstijden:
Breda en Oosterhout 8.30-17.00 uur;
overige kantoren 8.30-12.30 en 13.30-17.00 uur
Abonnementsprijzen, bij vooruitbetaling te voldoen:
23,60 per maand; f 68,05 per kwartaal of 264,45 per jaar.
Bij automatische betaling geldt een korting van 1,- per maand,
1,80 per kwartaal, 7,20 per jaar Prijzen: inclusief 5% B.T.W.
Voor post-toezending geldt een toeslag.
Heeft u de krant niet ontvangen? Onze excuses.
Bel voor nabezorging tijdens kantooruren uw rayonkantoor.
Lezersservice:
Informatie over Stern-reizen en promotie 076-236911
Fotoservice 076-236573.
Advertenties (tijdens kantooruren 8.30-17 00 uur):
Rubrieksadvertenties 't Kleintje® 076-236882
Grote advertenties uitsluitend 076-236881
Geboorte- en overlijdensadvertenties 076-236442.
(Buiten kantooruren maandag t/m vrijdag,van 19 00 tot 20.30 uur
en zondag van 18.30 tot 21.30 uur 076-236394/236911
Rank relative
Postgiro 1114111 - ABN rek. 520538447
NCB rek. 230301584-Rabo rek. 101053738.
IlUCinOUHU IOÜUIMI laoo
T5 PAUINA*
Door Jan van de Ven
MACHTHEBBERS wil
len rust in de tent. On
rust onder de bevolking
ondergraaft autoriteit
van leiders, tast de
hechtheid van de sa
menleving aan. Om on
rust te voorkomen vaar
digt een overheid voor
schriften uit bij overtre
ding waarvan straffen
worden uitgedeelde Van
daar het bestaan van
strafwetgeving.
De actualiteit leert dat er
vormen van onrust zijn. Ge-
weld-uitlokkende onvrede
met machthebbers (zie Zuid-
Afrika en in mindere mate
Amsterdam, waarop nog
wordt teruggekomen) of aan
tasting van de persoonlijke
vrede van een enkeling, de
Heineken-affaire. Het van
binnenuit komende 'kwaad'
wordt van oudsher bestre
den. Strafrecht is zo oud als
de mensheid.
De onrustbestrijding vindt
zijn oorsprong, voor zover die
valt na te gaan, in de clan. En
de eerste machthebbers wa
ren in voor-christelijke tij
den priesters. Een constante
macht, omdat zij er altijd
waren en civiele leiders al
leen werden aangesteld bij
uitbreken van ruzie met een
andere clan. Opkomst van
het stamhoofd betekende
eveneens dat de ordehandha
ving bij hem terecht kwam.
Controle over de gemeen
schap was een pijler van de
macht.
De leider moest wel zorgen
voor vrede in eigen kamp. De
gevaren daarbuiten waren te
groot om de eigen kracht met
onenigheid te verzwakken.
Moord, doodslag, diefstal,
overspel mochten niet voor
komen, omdat benadeelden -
tot in het diepst van hun ziel
getroffen - dan verhaal wil
den halen bij de dader. Er
zouden naar aanleiding van
een misdaad vendetta's kun
nen onstaan, die een gemeen
schap uiteen lieten vallen.
Zonder gemeenschap of met
'slechts een klein restant er
van stelde de macht van een
leider niets of niet veel meer
voor.
Mede uit eigen belang be
hielden machthebbers zich
het recht voor na misdraging
van een lid van de gemeen
schap de veroorzaker van on
rust zelf aan de tand te voe
len en te bestraffen. Na uit
voering van het vonnis
diende de rust te zijn weerge
keerd.
Een goed verstaander
heeft al door, dat de orde
handhavende en. rechtspre
kende instantie in zijn oor
deelvorming rekening diende
te houden met het gevoelen
van elk lid van de kleine sa
menleving en bij het groter
worden van gemeenschappen
met het rechtsgevoel van de
meerderheid. Zonder die
steun was immers het weer
keren van de rust niet gega
randeerd.
De historie van het straf
recht gaat in het gedenkboek
niet zover terug. O. Moorman
van Kappen leverde een
HONDERD jaar geleden
werd het eerste nationale
wetboek van strafrecht van
kracht. Reden voor 31
vooraanstaande strafrecht
juristen een gedenkboek te
schrijven: het Gedenkboek
Honderd jaar Wetboek van
Strafrecht (1886-1986), uit
gegeven door Gouda Quint
in Arnhem. Aan de hand
van dat boek besteden we
in vier afleveringen aan
dacht aan aspecten van het
Nederlandse strafrecht.
Vandaag de eerste aflevering
hoofdstuk onder de titel Van
Alva tot Modderman, (de
drijvende kracht achter ons
huidige wetboek). Verder te
ruggrijpen op de eenvoudig
ste leefvorm maakt het ech
ter mogelijk de essentie van
het strafrecht duidelijker
weer te geven. Die essentie
loopt tot in de huidige tijd als
een rode draad door het
strafrecht. Al is zij inmiddels
door het ingewikkelder wor
den van de samenleving niet
zo eenvoudig meer te her
kennen.
G. Strijards haalt in zijn
bijdrage over de ontwikke
ling van het strafrecht na
1886 de essentie naar voren.
Kenmerkte de eerste periode
na de invoering zich door li
berale denkbeelden. Na het
verlies van de liberale meer
derheid in de volksvertegen
woordiging en het samen
gaan met de confessionelen
komen we terecht van een
episode, waarin het 'denkend
deel' der natie de scepter
zwaaide, in een tijdperk,
waarin het 'gelovend deel'
zijn stempel drukt op wat
niet is toegestaan. De uit
drukkingen zijn van Strij
ards.
Als in het vervolg sprake is
van machthebbers denken
we niet meer aan de eenvou
digste vorm, zoals geschetst.
Onder dat begrip verstaan
we nu niet meer een enkeling
of een groepje, maar de hoe
ders van de democratie. Aan
tasting van hun positie is on
dergraving van de democra
tie zelf.
Zo hebben liberalen en
confessionelen samen accen
ten gelegd op wat in Neder
land niet te tolereren is en
zich aan het begin van deze
eeuw ook laten verleiden tot
gelegenheidswetgeving. Hun
meerderheid, zich mede af
spiegelend in het burgerdom
van de samenleving, kon bij
voorbeeld niet tolereren, dat
de minderheid - bestaande
uit het opkomende socialisme
- met ongewone acties de
aandacht op zichzelf vestig
de. Stakingen mochten de
rust van het dagelijkse leven
niet verstoren en dus kwam
er een verbod op stakingen
door ambtenaren. Een ty
pisch voorbeeld van gelegen
heidswetgeving door macht
hebbers, die interne onrust
willen bestrijden. Het aan
pakken van minderheden
had en heeft echter geen lang
leven. Strafwetgeving dient
iedereen te beschermen. Niet
alleen een meerderheid.
Een andere vorm van in
breuk komt sinds kort van de
justitiabelen. Zij duiken van
over de grenzen op, plegen
aanslagen en verdwijnen
daarna weer over de grenzen.
Een lucratieve bezigheid,
want overheden hebben er
geen vat op. Bedreigend ook
voor machthebbers, getuige
een extreem maar duidelijk
opereren van president Rea
gan in Libië, omdat Gadaffi
misdadigers de hand boven
het hoofd zou houden.
Aantasting van Ameri
kaanse belangen grijpt de
president persoonlijk aan,
omdat bij niet reageren zijn
burgers in de president een
zondebok vinden. Hij ziet im
mers geen kans een einde te
maken aan de onrust.
Zo'n duidelijk voorbeeld
hebben we in ons land niet.
Ook wij hebben echter te
maken met misdaad over de
grenzen. Om er een halt aan
toe te roepen hebben onze
machthebbers verdragen met
andere overheden gemaakt.
Afspraken om elkaar bij de
bestrijding van misdaad te
helpen. Een geheel nieuw
element in de geschiedenis
van het strafrecht. Overhe
den, die ter handhaving van
interne rust macht willen de
len, kwamen nog niet eerder
voor. Wel overheden, die sa
men dreigingen van buiten
probeerden te keren met af
spraken elkaar daarbij te
helpen.
Nog steeds geldt en mis
schien meer dan ooit, dat
machtsuitoefening tot tevre
denheid van de 'machtson
derworpenen' moet leiden.
Anders wordt de uitoefening
van macht ontnomen. Zo is
handhaving van orde een
tweesnijdend zwaard.
WOENSDAG 18 JUN11
Door Willem Reijn
DE VOORSPELBAARHEID
van de standpunten in de dis
cussie rond de 'drie, nu twee,
van Breda' is groot. Voor- en
tegenstanders van vrijlating
van de twee oorlogsmisdadi
gers gebruiken al sinds het
aantreden van Van Agt als
minister van justitie in 1971
dezelfde argumenten om hun
standpunt te schragen.
Beide standpunten zijn vanuit de
verschillende belevingswerelden zo
volstrekt logisch, dat vijftien jaar
later de reacties op de stellingname
van de Bredase burgemeester drs. F.
Feij nog precies hetzelfde luiden als
naar aanleiding van het voornemen
van Van Agt indertijd.
Gisteravond benaderden we men
sen die verenigingen vertegenwoor
digen van verzetsmensen en oor
logsslachtoffers. Hun mening is niet
veranderd: de twee van Breda die
nen hun levenslange gevangenis
straf uit te zitten tot de dood op
treedt.
De oud-burgemeester van Hulst,
P.J.G. Molthoff, is toevallig net op
een congres van de Nederlandse
Vereniging van Ex-Politieke Ge
vangenen uit de Bezettingstijd (Ex-
poge), waarvan hij secretaris is.
„Het is een heel slecht idee om deze
mensen vrij te laten", zegt hij reso
luut. „De overgrote meerderheid
van onze leden wil dat die mensen
rustig blijven zitten. De pijn die heel
veel mensen hebben geleden, is zo
groot dat die pijn niet met 41 jaar
gevangenisstraf mag worden afbe
taald. Er zijn hier mensen die in de
oorlog hun complete familie zijn
kwijtgeraakt. Die mensen krijgen
een vreselijke psychische klap, als
de twee van Breda worden vrijgela
ten".
Hij denkt dat de leden van Expo-
gé zeker in actie zullen komen, als
het nieuwe kabinet op de suggestie
van Feij zou ingaan. „Een burge
meester kan zich beter bezighouden
met de huishoudelijke aangelegen
heden", schampert Molthoff. Dan.
drs. F. Feij
.Zware schade aan strafrecht.
- FOTO DE STEM JOHAN VAN GURP
verzachtend: „Maar hij heeft wel
het recht een eigen mening te heb
ben".
Mevrouw Eva Furth is secretaris
van het Nederlands Auschwitz Co
mité. „Wij zijn nog steeds van me
ning dat deze twee hun straf moeten
uitzitten. Levenslang is levenslang",
zegt zij. „Fischer en Aus der Fünten
zijn zulke grote misdadigers. Zij
hebben zoveel mensen de dood inge
jaagd! Denk eens aan de ontruiming
van de psychiatrische kliniek,
waarbij Aus der Fünten alle geeste
lijk zieke mensen en hun verzorgers
heeft laten afvoeren".
De vrijlating van de twee van
Breda zal hele nare effecten hebben,
zo vreest mevrouw Furth. „Toen
Reder en Lages werden vrijgelaten,
werden zij als helden in hun land
ontvangen en kregen meteen pen-
sioen.Ik ben bang dat zij voeding
zullen geven aan het herlevend fas
cisme en anti-semitisme".
Maar ook: „Zij zitten in de gevan
genis, maar hebben relatief een vrij
leven. Hun slachtoffers hebben geen
kans gekregen oud te worden. Zij
werden geliquideerd". Zij wijst op
de afspraak die in '72 met Van Agt
is gemaakt, dat bij een eventuele
vrijlating eerst de oorlogsslachtof
fers en verzetsmensen zouden wor
den gehoord. Zij rekent erop dat ook
in de toekomst de ministers van
Justitie zich aan die afspraak zullen
houden.
De bekende verzetsman H.J.
Teens Gerritsen, intimus van de be
schermheer van het Nederlandse
verzet Prins Bernhard, zegt dat zijn
mening over de twee van Breda 'per
se niet is veranderd'. Het enige mo
ment waarop de misdadigers naar
huis zouden mogen is 'in het aange
zicht van de dood'. Dat moment is
voor Teens Gerritsen niet gekomen.
„Ons wordt de zwarte Piet van
het lot van de twee toegespeeld,
maar dat is niet terecht", zegt de
verzetsman. „De fout is vlak na de
oorlog gemaakt. Toen heeft een Ne
derlandse rechtbank de drie ter
dood veroordeeld, maar de toenma
lige regering heeft het vonnis niet
willen uitvoeren en de drie gratie
verleend. Dat had toen wel moeten
gebeuren".
Teens Gerritsen merkt op dat de
ambassadeur van de Bondsrepu
bliek hem onlangs nog heeft verze
kerd dat zijn regering Nederland
niet meer om uitlevering zal verzoe
ken. Als het kabinet niettemin toch
zal besluiten de twee vrij te laten,
dan moet zij de gevolgen van die be
slissing onder ogen zien en ook dra
gen, vindt Teens Gerritsen. „Als er
één verzetsman zou sterven aan een
hartaanval bij het horen van het be
richt - zijn nu toch allemaal oude
mensen - ,dan komt de dood van
die man of vrouw op conto van de
regering", waarschuwt Teens Ger
ritsen politiek Den Haag. Eén dode
verzetsman zou een veel te hoge
prijs voor de vrijheid van het Duitse
tweetal zijn, zegt hij.
Hij wijst erop dat de twee oor
logsmisdadigers nooit enige blijk
van berouw hebben gegeven. „We
hebben nooit een brief gekregen als
'het spijt ons'. Ik zie dan ook geen
enkele reden ons standpunt te ver
anderen".
Vlak voor we ons gesprek beëin
digen, geeft Teens Gerritsen nog een
voorbeeld van de onverbeterlijkheid
van de Bredase koepelbewoners.
„Vlak voor zijn dood heb ik Kotalla
nog één keer in zijn cel ontmoet. Hij
stond op en bracht de Hitlergroet.
Wat moet ik dan met die mensen?"
Die vraag stelt de burgemeester
van Breda, drs. F. Feij, zich ook. De
aanleiding voor zijn betoog is de
viering van het honderdjarig be
staan van het Wetboek van Straf
recht. „Er worden congressen ge
houden en met veel voldoening
wordt vastgesteld dat ons strafrecht
er mag zijn. Ik vind dat ons straf
recht zware schade wordt toege
bracht als we dan tegelijkertijd
wachten op de 'natuurlijke oplos
sing' van het probleem van de twee
van Breda".
De informelere aanleiding voor
het pleidooi van Feij is curieuzer.
„Buitenlanders hebben onlangs
stemrecht gekregen bij de gemeen
teraadsverkiezingen en verwacht
wordt dat gevangenen straks ook
mogen stemmen. Dan zou het merk
waardige feit zich voordoen dat die
twee ook nog eens stemrecht zouden
krijgen! Ik weet niet of het zo is -
ik heb de chef afdeling bevolking
gevraagd dat uit te zoeken - maar
dat lijkt me bijzonder ongewenst".
'Het pleidooi van Feij houdt voor
de burgemeester zeker risico's in.
Het valt te verwachten dat er een
storm van kritiek zal losbarsten.Hij
heeft zijn hoofd ver uitgestoken, een
handeling die Van Agt zó achter
volgt dat de oud-minister van Justi
tie nog altijd weigert over dit hete
hangijzer te spreken. Feij: „Ik hoop
dat ze over me heen zullen vallen. Ik
wil juist de discussie weer op gang
brengen. Sinds '72 is de kwestie on
bespreekbaar, maar ik vind dat deze
zaak niet mag worden toegedekt.
Dat is fout".
Een aantal voorstanders van vrij
lating, zoals de Coornhert Liga en
diverse rechtsgeleerden, hebben in
het verleden hun betogen gebaseerd
op de rechtsopvatting, dat straf bij
deze gevangenen geen zin meer
heeft. Een zinvolle straf is, naast
wraking, een onmisbaar element
om mensen opgesloten te houden.
Feij wil zich niet in die juridische
discussie begeven. Hij meent dat
barmhartigheid een fundamenteel
beginsel van de strafwet is. Dat te
genstanders zich vasthouden aan de
stelling 'levenslang is levenslang' is
volgens hem niet sterk. „Levenslang
betekent in Nederland 20 jaar, met
aftrek van goed gedrag 13 jaar".
Anderen zeggen wat opportunis-
tisch dat het geen zin heeft om de
twee in vrijheid te stellen, omdat de
wereld in veertig jaar zo sterk is
veranderd, dat de twee toch niet
meer zouden kunnen aarden. Feij
nuchter: „Dat is onze verantwoor
delijkheid niet".
Het verwijt dat hij als burge
meester zich niet met de twee van
Breda moet bemoeien, maar met ge
meentelijke aangelegenheden, zegt
Feij niets. „De twee zijn inwoners
van deze stad, waar ik op afstande
lijke wijze mee te maken heb".
Hij merkt bij zijn vele buiten
landse contacten dat de naam van
Breda automatisch wordt geasso
cieerd met de gevangenhouding van
de twee Duitse oorlogsmisdadigers.
Een weinig prettige associatie voor
de eerste burger van de stad. Vooral
ook omdat Nederland het enige
Westeuropese land is dat nog niet
heeft afgerekend met deze oorlog
serfenis.
Het is de burgemeester, zo zegt
hij, het eerste te doen om de discus
sie weer op gang te krijgen. Hij ver
wacht niet dat zijn suggestie om de
zaak in de kabinetsformatie te rege
len zal worden overgenomen. Zelf
geeft hij er de voorkeur aan dat een
brede meerderheid van de tweede
kamer zich voor vrijlating zal uit
spreken. Maar ook die hoop is klein.
Heeft het dan wel zin om de nek
uit te steken? Heeft deze politieke
waaghalzerij er misschien mee te
maken dat Feij in Breda op zijn
laatste post zit en zich geen zorgen
over zijn politieke toekomst hoeft te
maken? „Helemaal niet", zegt Feij
onverstoorbaar. „Ik ben altijd mijn
eigen weg gegaan".
Door Willem Reijn
„HET onderwijs draagt
de verantwoordelijkheid
voor toekomstige gene
raties. Voor de ontwik
keling van hen leggen
wij de basis. Verdere be
zuinigingen vinden wij
dan ook niet verant
woord".
Een schot voor de boeg van
de informateur en de onder
handelaars van WD en
CDA, afgevuurd door de Et-
ten-Leurenaar drs. C.L.J.
van Overbeek, de nieuwe
voorzitter van de Katholieke
Onderwijs Vakorganisatie
(KOV). Hoewel het KOV zich
niet van publi'citeitsgevoelige
actiemiddelen als staking be
dient zoals het rooie zusje
ABOP, heeft ook de KOV bij
informateur De Koning dui
delijke eisen voor het onder
wijsbeleid in de jaren '86 - '90
neergelegd.
Die voorwaarden voor een
gezond onderwijsbestel zijn
- onder meer - het op peil
houden van het aantal werk
nemers in het onderwijs, het
niet verder verhogen van het
aantal leerlingen per klas en
het instandhouden van de
bestaande faciliteiten (hulp
middelen als tv, bandrecor
ders, etc.) op scholen.
De nieuwe voorzitter
brengt ze 's avonds, terwijl
het naderend onweer in het
klamme avondzweet als
drukkende bezuinigingen
zich aankondigt, nog maar
eens op tafel. Hij hoort het in
Den Haag donderen: de foe
tus-coalitie zoekt nog twee
miljard bezuinigingen. Ook
bij het onderwijs zal nadruk
kelijk het rode potlood zoe
kend over de uitgavenposten
glijden. „Dat zal betekenen
dat er óf minder ambtenaren
op het ministerie komen, óf
bij het onderwijzend perso
neel wordt bespaard óf het
aantal faciliteiten afneemt",
zegt Van Overbeek. Aan de
intonatie is te horen dat het
KOV zich net wat meer zor
gen over de twee laatste pos
ten maakt.
Als er op het personeel
wordt bezuinigd, merkt Van
Overbeek op, betekent dat
minder personeel of minder
salaris. Beide leiden tot een
afname van de kwaliteit van
het onderwijs, zegt hij. Hij
wijst op het proces dat goede
leerkrachten, bijvoorbeeld op
het gebied van informatica,
door het bedrijfsleven wor
den uitgekocht. Verlaging
van de lonen zal die uittocht
versnellen. En minder leer
krachten betekent meer leer
lingen per klas, dus minder
individuele begeleiding van
de kinderen.
Wie er op de ministerszetel
plaats neemt, is minder be
langrijk dan welk beleid hij
volgens het regeringsak-
Drs. C.L.J. van Overbeek (40)
is de nieuwe voorzitter van de
Katholieke Onderwijs Vakorga
nisatie (KOV), die ongeveer
veertigduizend leden telt. Hij is
opvolger van de in februari
overleden N. Snel. Van de vak
bond zijn 23.000 werknemers
uit het basis- en 17.000 werk
nemers uit het voortgezet- en
hoger beroepsonderwijs lid.
Daarmee is het KOV een van
de twee grote onderwijsbon
den in Nederland. De andere is
de ongeveer even sterke
ABOP.
De Etten-Leurenaar Van
Overbeek geeft nu nog de vak
ken politiek en economie aan
de Katholieke Academie voor
de Journalistiek in Tilburg. Hij
is daar tevens decaan en stu
dieleider. In de periode '73-
'80 gat hij maatschappijleer
aan het Newmancollege te
Breda en het Dr. Struyckenin-
stituut in Etten-Leur. Hij stu
deerde politieke en sociale we
tenschappen in Amsterdam.
Het voorzitterschap van de
KOV is een full-time functie.
Voor het werk dat hij eerder
voor de vakbond verrichtte,
genoot Van Overbeek reeds
een vrijstelling van vijftig pro
cent.
koord zal moeten uitvoeren,
zegt Van Overbeek. Van hem
mag Deetman best terugke
ren. „Deetman heeft oog ge
had voor de kwaliteit van het
onderwijs. Hij heeft het on
derwijs ook sterk verdedigd
en daar hebben wij waarde
ring voor".
Onafhankelijk van minis
ters en beleidsakkoorden
moet het onderwijs in ieder
geval ook af van de eindeloze
stroom van circulaires, te
meer daar die circulaires ook
nog eens te laat binnenko
men. En waar de onderwijs
bonden duidelijkheid ver
wachten van Den Haag staan
de Haagse stencilmachines
helaas stil.
Van Overbeek geeft het
voorbeeld van de 'STC-ope-
ratie (in onderwijsland pra
ten de bewoners gemeenlijk
in afkortingen), dat staat
voor de schaalvergroting,
taakverdeling en concentra
tie in het Hoger Beroepson
derwijs (HBO). De onder
wijsbonden hebben bereikt
dat vóór 1 januari 1990 er
geen docent de deur uit hoeft.
Maar tegelijkertijd heeft het
ministerie niet gezegd hoe
veel geld er beschikbaar
blijft voor het HBO en hoe
veel mensen er op nieuw
jaarsdag 1990 op straat staan.
Maar de onderwijsinstel
lingen moeten wél voor 1
augustus van dit jaar een
'voorlopige personeelsplan'
baren, waaruit zal blijken
wie van de dames en heren
docenten ZVi jaar later bo
ventallig zijn. Het departe
ment denkt ongeveer over
een jaar te kunnen zeggen
hoeveel mensen er werkelijk
zullen moeten verdwijnen.
De garantie dat die leraren
na een her- of bijscholing
alsnog in het onderwijs aan
het werk kunnen, doet aan de
absurditeit van deze situatie
weinig af, vindt Van Over
beek. Want de boventalligen
missen dan wel een jaar om
scholing.
De onderwijskrachten mo
gen zo wel eens worden afge
leid van hun primaire taak
(onderwijzen bijvoorbeeld),
het KOV vindt toch dat ook
na jaren van bespreken en
besparen, van circulaires en
andere Haagse bevelschrif
ten, de strijd tussen regering
en bonden op de onderhande
lingstafel moet worden ge
voerd, onderstreept Van
Overbeek nog eens. „Dat is
ons principe", zegt hij. „Bin
nen de grenzen van de rede
lijkheid moet je blijven on
derhandelen. Staking is echt
het allerlaatste wapen".
Hij geeft het voorbeeld van
de besparingen die Van Leij
enhorst wilde opleggen aan
het basisonderwijs. Die be
zuinigingen zouden 1800 on
derwijzers naar de WW
brengen. „De ABOP koos
toen voor het stakingsmid
del", glimlacht Van Over
beek fijntjes, „wij hebben
geïnventariseerd welke ta
ken de scholen dan niet meer
zouden kunnen uitvoeren.
Vervolgens hebben we tegen
het ministerie gezegd: zorgt
U maar dat die taken vanaf
nu worden verricht. Het mid
del geeft je minder publici
teit dan een staking, maar
sorteert wel effect".
De nieuwbakken voorzit
ter zal gezien het verwachte
strakke financiële beleid van
het kabinet Lubbers II me'
goed zitvlees gespekt moeten
zijn. Tenzij de symboliek van
het naderende onweer zich
doorzet: die avond bleef de
achtertuin van de onderwijs-
voorman ook gespaard van
inslagen en regenvlagen.
Van onze Haags,
DEN HAAG - De werkj
in de Sociaal Economise
der bij slag verhogen als]
mumuitkering in koopk]
De werknemers willen
ging voor de minima. Del
wijzen elk belastingvoordeel
toekennen van eenmalige ui
Werkgevers en werknemers
gaan vrijdag in de SER over
deze voorstellen aan het kabi
net beslissen. Behalve over een
algehele verhoging van de
kinderbijslag, zullen beide
partijen elkaar niet vinden.
De werkgevers komen met
het voorstel opnieuw op de mi
nimuminkomens te bezuini
gen, door de hoogte van het in
komen te koppelen aan het
aantal kinderen per gezin. Dat
zou een bezuiniging van 160
tot ƒ390 miljoen opleveren.
Niet alleen via de bijstand,
maar ook via de nieuwe Toe
slagenwet en de IAOW.
Als voor dit voorstel geen
meerderheid te krijgen is, zul
len de werkgevers voorstellen
het minimumloon voor nieuw
komers met 15% te verlagen
en de minimumuitkeringen op
het huidige peil te bevriezen.
De vertegenwoordigers van de
vakbonden verzetten zich te
gen iedere aanpassing van de
hoogte van de inkomens van
de minima. Zij pleiten voor
handhaving van de koppeling
van minimumloon en netto
uitkering aan de welvaarts
stijging.
Opnieuw nemen de werkge
vers in hun voorstellen stel
ling tegen het huidige mini
mumloon. Zij vinden dat dit
„IK ROEP REGERING en parlen
Twee van Breda heen te zenden
het recht maar de barmhartighe
welijks worden gevonden".
Met die zinnen in een zelf-ges
delsblad rakelt Frans Feij, WD
Breda, de aloude discussie op o\l
twee in de Bredase Koepel geïnt'
scher en Aus der Fünten. I
Het honderdjarig bestaan vanl
Feij een uitgelezen moment voorl
eerste burger zich in het kamp sif
hebben voor het psychisch lijda
oorlogsslachtoffers veroorzaakt]
gen het volstrekt zinloos vastt]
mensen. Of, zoals Feij zegt:
passing gelden humane en ethisJ
Voor die opvatting, maar ook r
op de geestelijke nood van landl
den hebben, valt veel te zeggeJ
premier Biesheuvel ruim veertiel
dat de discussie over de vrijlatinl
beslissingen is waar een regerirf
kunnen zien".
Juist omdat dit bijna onvermir.
de oplossingen die Feij aandraag
Feij wil afspraken over dit or|
maar dat betekent dat de (in)foij
derwerp tot nationaal discussiedf
journalisten - die nu eenmaal dJ
kabinet moeten volgen - op de f
den in een onzindelijke vertonine
gen.
De tweede oplossing, een autl
nister van Justitie en maar zien \l
op dit moment, het nadeel dat zil
in de discussie brengt. Geen en/
minister zo kort na de ambtsaan
eigen oordeel over dat besluit.
Aan de argumenten van Feijl
voor het hoog houden van het Kil
lemaal niet af.
Maar een gedegen brief van
aan de kabinets(in)formateur, g]
delaar, was een logischer marsrj
tikel in een avondblad.
De thriller-King Kong - met allJ
ten: een spion of een dubbelspil
een geheimzinnige moord of zJ
sn de mogelijkheid van een leegl
een anti-climax. In de schemerol
terdamse Crooswijk de stoffelijl
alias King Kong, gevonden, zl
ceerd als die van King Kong.
Verdoezeling van veel feiten ll
jaar levend gehouden. De openil
een deel van die mythe afgerelj
thij zou levend en wel in Zuid-Al
ouden hem in het niets hebbej
"taken. Dat is een goede zaak.
h„, var King Kong zijn in de lod
,®°jvan een aantal naoorlog
IQ4C t0* zelfs voor 0,6 Padeni
7o, aan toe. Het optreden vanl
zetsstnjde,. en officier, tot in de 1
yenheid gebracht. De zwijgzaal
rn Zafk-King Kong zijn een ide#
schaff°t the0rieën' die zelfs Sl
Jerwiji de affaire-King Kong ii
jstene zal blijven, is sinds gi;
In Kin9 Kon9 iS dood-
srh.z en als deze komt naar i
val voo®'dr' L0U de J°n9, re9el
rnG,=arL.hel wezenlijke punt in d<
Amh betekenis heeft gespeek
S "hem-blijft overeind Op dit
kan l'es met beweringen van I
bi'iven stukie van de mythe in