aBSiiag De Jeugdherbergcentrale holt de moderne gast achterna \T De lente De zomer ZATERDAG 19 APRIL 1986 ZATERDAG 19 APRIL 1 Paradepaardje Betrouwbaar Corvee Jong personeel Verkeerd beeld er Kiav ■jeer tsm wm Ml i'lif ^en man van de natuur, v0gels en vlinders voert hij t w0ordeloze dialoog. Hij lees bos als een open boek. Hij s jjj beelden en elke zin is pro: woont onder aan een oude z een waterkering die nu een t natuurgebied afbakent. Een over het bos en haar bewone jongensdromen, het leven en seizoenen, de eb en vloed in natuur. Een boswachter en jachtopziener blikt terug op leven in vier seizoenenV Cees Riemslag is de winter begonnen. Door Paul de Schippe, Als de bomen zingen v< Riemslag wordt het I Zeeuwsch-Vlaanderen. Da de wolken een lachend lei Dan stijgt de leeuweril bloeien de meibloempjes t opschietende gras. In de b de Braakman zingen de bo Cees Riemslag. Het is eer van wind en bladeren. Hij lied leren verstaan in een 1 met de natuur: „In de lei net of er een kind geboren Zijn lente speelde zich af ii Aan de Rijensestraatweg zag het eerste zonlicht. Z'n vader een karig loon in de plaatseliji fabriek van de familie Van B huis stond een beetje buitenaf, boswachterij Dorst. Maar de j stond al snel aan de lopende t kers slaan in rubberen zolen, c voor twee gulden in de week. Maar Cees Riemslag zat vet het veld. „Als jongens schote pijl en boog op de konijnen, maakten we van hazelnotenh pijlen sneden we uit riet. In d een grote vlijmscherp geslepe Nou zat er bij ons in de buur1 en die kwam ons wel eens me achterna als we over z'n land 1 een middag hebben we alle rui schuur geschoten. De pijlen st< trap die naar de hooizolder dorp hadden we twee veldwac van die grote snorren. Die s avonds thuis op de stoep. Toe toch een pak op m'n flikker ouwe heer.ha, maar 'k geit binnen wel twintig pijlen in't ken, dus mikken konden we we „Een konijntje of een haas pen. Stropen was een normale boeren, de knechts, iedereen We stonden dicht bij de na stroopten in het najaar en in Dan ging ik met vader mee ht kijken of er wild in de strikke: stroopten met klemmen en met Een klem is een afschuwelijk sn Het wild komt er met de pott maar blijft leven. Dat is een densweg. Tegenwoordig gebeu: lukkig nauweüjks meer. Met K den we de stroppen altijd weg.1 allemaal gelovige mensen en kt tijd van vrede, dus op Eerste e: Kerstdag stonden er geen strik! Brabantse veld. We stroopten pot, gewoon uit armoe. Van gulden in de week kon je niet was wel genoodzaakt het veld i wilde je eten hebben". Als de dagpauwoog het koi kruid bezoekt is de zomer in Dan gaan de insecten leven en z rel op z'n tweede broedsel. Dan de Braakman de fitis zijn wc: lied. „De fitis is een grondbnx kleine zanger met een harde inz Jeugdherberg Klavervelden bij Bergen op Zoom: een voorbeeldig paradepaardje van de NJHC. FOTO'S DE STEM/DICK DE BOER De eetzaal: „Het diner is uitstekend En we hebben landelijke afspraken. Maandag sperciebonen in Rotterdam en dinsdag sperciebo nen in Chaam is uitgesloten. 1 n de dertiger jaren bevalen ze, de mensen van de NJCH (Nederlandse Jeugd Herberg Centrale), de natuur nog aan als krachtig bolwerk tegen alcohol, verspil- en genotzucht, bioscopen, sigaretten en modeverslaving. En aldus stuurden ze de jongelui het bos in, zodat die, na de maaltijd van gezamenlijk gejaste aardappelen en een spannend verhaal van de jeugdherbergvader toe, uitgeput de stapelbedden beklommen. Maar de tijden veranderden en de jeugdherberg ook. De herbergvader werd beheerder, het corvee afgeschaft en de deur zwaaide open voor ouders van de jeugd en trekkers met een grijs verleden. En in de nek-aan-nekrace met de touroperator is het nu tijd om onrendabele herbergen te slopen en anderen aan te passen aan de wensen van de felbegeerde gast. Wat bleef in het verbouwingspuin anno 1986 nog over van het aloude jeugdherbergideaal Door Joyce Ernest Idealistisch was hij, de Duitse on derwijzer Schirrmann, die zijn schoolklas regelmatig uit de indus triestad wegvoerde naar heldere be ken en bosrijke bergen. Dat het hem aan praktische zin ontbrak, pakte achteraf niet zo slecht uit. Een tocht waarop hij met de verre gende jeugd het spoor naar de over nachtingsplaats bijster raakte, gaf uiteindelijk in 1910 de aanzet tot de eerste drie jeugdherbergen in Duitsland. De eenvoudige, goedkope wijze van overnachting sprak al gauw groepen Ne derlandse jongeren, vooral uit kringen van natuurvrienden en geheelonthou ders, aan. Het duurde nog zeventien jaar voordat het echtpaar Van Twisk in Ouderkerk aan de Amstel een oude, zon der bouwvergunning vertimmerde water molen als jeugdherberg opende. Van Twisk hield er zo zijn eigen mening over het jeugdherbergwerk op na. Niet ver wonderlijk, dat hij bij de oprichting van de NJHC in 1929 buiten het officiële net van jeugdherbergen kwam te staan. Zevenenvijftig jaar later kan de mo derne jeugdherberg-manager nog steeds geen loopje met de van hogerhand uitge stippelde beleidsüjn nemen. Het arrange ren van een bezichtiging van een jeugd herberg ketst in eerste instantie af op de door de NJHC-directie opgelegde zwijg plicht aan alle beheerders. Er moet een halt worden toegeroepen aan de golf van negatieve publiciteit over elf van de vijftig jeugdherbergen die voor 1990 moeten sluiten. Plannen voor nieuwbouw in Rotterdam, het Limburgse Bergen, Amsterdam en Haarlem staan daar tegenover. Bovendien moet een aan tal oude, vertrouwde herbergen ver bouwd worden, zodat de bezoekers er onderdak kunnen vinden in flexibele ge deeltes voor twee tot acht personen. „In het kader van de kwaliteitsverbetering. De moderne gast vraagt nu eenmaal meer privacy", zegt p.r.-vrouw Ellen Jo nathans. Onder die gast, zo bhjkt alras, moet nu ook, behalve de groepen en individuele trekkers die vanoudsher de herberg be volkten, het gezin worden verstaan. En dat wil knus bij elkaar huizen onder het bekende jeugdherbergdakje, ofwel de magische driehoek. Die blijft in ieder ge val als symbool overeind. Jeugdherberg Klavervelden, in 1936 ontstaan in Bergen op Zoom en nu be heerd door de familie Dirker, kan wat bezichtiging betreft uiteindelijk door de directiebeugel. De herberg, die door veel trekkers op doorreis van Noord naar Zuid en vice-versa wordt aangedaan, staat zeker niet op de lijst om geschrapt te worden. Met twaalf appartementen bij het complex, een unicum in deze bran che, geldt hij als voorbeeldig parade paardje van de NJHC. Klavervelden is, geheel in de geest van Schirrmann, ontegenzeggenlijk mooi ge legen in het groen. Zelfs in het natte De ontmoetingsruimte: „Een kampeerterrein wordt als vrij ervaren. Maar daar moet je om tien uur stil zijn. Wij sluiten stukken later. Waar wordt om twaalf uur 's nachts of later nog disco gegeven Om 10 uur moét je niet, Dirker zorgt ervoor moeilijkheden voor te zijn. „Vragen ze om een kamp vuur. Nou hebben wij zorgvuldig opge bouwd, dat wij hier mogen stoken. Ter wijl niemand anders dat in het bos mag. Dan zal ik nooit zeggen, ik zal eens kij ken of het vanavond kan. Dan zie je een kwartier later de rookpluimen al in het bos. Je leert de mensen inschatten. Je zegt daarom: een kampvuur? Nee. Maar je legt meteen uit waarom niet. Dus om dat het waait". Of er wel eens zaken uit de hand lo pen? „Zelden. Er was eens iemand die twee brandende kaarsen op zijn bedrand had gezet, omdat hij dat zo sfeervol vond. En er loopt wel eens een groep een kwartier op het dak. Dat kan dus ook niet. Als er een doorheen zakt, ligt een ander nat. Maar wanneer er geen reden tot verbieden is, moetje flexibel zijn". Kwam krap vijftien jaar geleden na de stevige avondwandeling een soort nikke len theepot tevoorschijn, waaruit als slaapmuts een mok chocolademelk werd geserveerd, nu gaat het bier en desnoods iets pittigers probleemloos over de toog. „Ach, de omzet geeft aardig winst. Maar daarom doe je het niet zozeer", zegt Dir ker. „Het is een manier om het drankge bruik in jeugdherbergen te hanteren. Je moet juist de mogelijkheid bieden om een pilsje te drinken. En loopt het de spuigaten uit, dan kan ik de tent dicht gooien. Maar natuurlijk heb ik gemakke lijk praten, het dichtbijzijnde café is van hier een half uur lopen. Bij sommige her bergen ligt er een 30 meter om de hoek. Soms wil een groep de bar niet open heb ben. Dan moet ik ook verder geen drank in huis constateren. Liever de bar open tot twee uur, half drie dan keet op de slaapzaal". Mag het café dan geen concurrent voor de jeugdherberg zijn, elke overnach tingsmogelijkheid is dat wel. „Maar", haast Dirker zich, „we springen er nog steeds uit met de prijs". Hoewel, de NJHC was er zelf al achter, daarvoor moet in veel gevallen zoals vanouds nog steeds met een flink aantal vreemde snurkers een slaapzaal worden gedeeld. „Je wist niet beter. Het was de enige betaalbare mogelijkheid om eens ergens te komen. En het mocht van je ouders", vertelt de veertigjarige ex-jeugdherberg- bezoeker. De slaapzaal: aparte slaapruimtes voor jongens en meisjes zijn er begrijpelijkerwijze nog steeds. Niet iedere dame stelt prijs op een overnachting met een wildvreemde heer. Maar een gezelschap met leiding zoekt het zelf maar uit. om 12 uur mag je slapen nationaliteiten tegelijk zijn. Er is geen discriminerende tendens". Dat de tent gegarandeerd niet voor twaalf uur sluit, is een volgend stok paardje. „En dan wordt een kampeerter rein als vrij ervaren. Maar daar moet je om tien uur stil zijn. Wij sluiten stukken later. Waar wordt om twaalf uur 's nachts of later nog disco gegeven Dat het jeugdig discogeweld en het ge zinnetje en de oudere die zijn rust in het groen dacht te zoeken, elkaar licht kun nen bijten zit erin. Maar de p.r.-vrouw, die al wat schuchter ingebracht dat de leeftijdsgrens van 35 jaar is vervallen, meldde al dat „het in principe een jeugd herberg blijft". En ook Dirker stelt: „Het bestaansrecht van een jeugdherberg is de jeugd. Ouders, die om tien uur Idagen, dat hun vierjarig dochtertje niet slaapt door de disco krijgen te horen, dat ze op klokslag twaalf recht van spreken heb ben. Het is niet meer, om tien uur moet je slapen, maar om twaalf uur mhg je sla-' pen". „De echte trekkers", vertelt een veerti ger, die 25 jaar geleden op zijn eerste brommer langs het Nederlandse NJHC- wezen tufte, „die wilden fit uit de veren. Soms waagden het er een paar op de slaapzaal nog moppen te tappen. 'Shut up' was al heel wat om ze stil te krijgen. Je hield ontzettend veel rekening met el kaar. Morgens stond je tegelijk op. Na een stevig ontbijt, waar je tot de degelijke warme avondmaaltijd op vooruit kon, deed je corvee. Vloer vegen, tafels afrui men. Dat vond je leuk, zo samen". De herberggast als onbetaald hulpje hoort al jaren tot het verleden. Wie wil mag de ontbijtbordjes naar de keuken brengen. De 'duty' oftewel het huis schoon voor vertrek vinden ze alleen in Engeland nog prachtig. Hoewel de En gelse gasten in Klavervelden aangenaam verrast reageren op de afschaffing daar van. Hier is de klant koning en in het hoogseizoen (80 a 100 gasten per dag te gen 0 h 1 in het laagseizoen) staat een staf van twintig personeelsleden-op-de- loonlijst borg voor zijn genoegens. „Een hostel waar je kwaliteit mag ver wachten", prijst Dirker. „Het diner, mag ik wel zeggen, is uitstekend. En we heb ben landelijke afspraken. Maandag sper ciebonen in Rotterdam en dinsdag sper ciebonen in Chaam is uitgesloten. Je hoeft trouwens niet meer precies om zes uur aan tafel. We gaan rekening houden met de groepen. Komen er Fransen? Okee, om zeven uur eten. En dit jaar ser veren we voor het eerst hapjes aan de bar". Ook deze medaille heeft een keerzijde. „Je zit altijd naar de kosten te kijken. Met goedkope ingrediënten kun je nog altijd veel doen. Maar met de loonkosten zitje wel", zegt Dirker. Jeugdig personeel heeft dan ook nood gedwongen de voorkeur. Een speciale opleiding heeft niemand, een speciale taak evenmin. Iedereen doet elke bezig heid, die voorkomt: ontbijt verzorgen, koken, slaapzaal schoonmaken, receptie, een rondleiding door de natuur, disco of film draaien. „Hier hebben we schapen met vijf poten en met twee rechterhan den nodig", zegt Dirker. Toch schroomt hij gezien de betaling al te veel noten op zijn zang te hebben. Aan een jeugdherbergbeheerder wor den evenmin speciale eisen gesteld. De praktijk moet het kaf van koren schei den. Er kan, zoals Dirker aan de Sociale Academie in Rotterdam deed, op vrijwil lige basis aan de kennis worden gesleu teld. „Maar met sociale vaardigheden kom je er niet. Je moet ook twee rechter handen hebben", zegt Dirker. „Een wel zijnswerker kan bij wijze van spreken de elektriciën nog bellen om een kapotte lamp te wisselen. Ik kan voor elk akke fietje geen loodgieter of monteur beta len". De omgang met de gasten levert vol gens de beheerder over het algemeen wei nig problemen op. Met praten valt veel te bereiken. „Hoewel je soms te gemak kelijk denkt, dat je daarmee elk pro bleem kunt oplossen. Toen ik achter de bar stond heb ik wel eens een klap van een agressieveling gehad. Eigenlijk ver wacht je dat nooit". voorseizoen staan de auto's met buiten landse nummerborden er langs het bos pad. De moderne trekker beweegt zich niet meer uitsluitend per wandelstok of fiets. Dat lag, zeker in het buitenland, een aantal jaren geleden wel anders. „Wie met de auto aankomt, mag er niet in", zei een vriend tijdens een tocht door een druilerig Engels landschap en maakte de chauffeur duidelijk te stoppen. Het glib berige pad naar de jeugdherberg bleek zich nog kilometers om de heuvel te slin geren. Te laat voor het avondeten. Maar nadat het handjevol echte trekkers - dus wandelaars, geen lifters - hun wat ondui delijke bezigheden hadden beëindigd, pakte een jongen zijn gitaar en werd het toch nog gezellig. Een teken van de jeugdherbergvader, waarop mannen en vrouwen zich als braaf uitgevallen kleu ters naar hun respectievelijke slaapzaal begaven, maakte er een abrupt einde aan. „Liefst met prikkeldraad werden ze gescheiden", zegt Peter Dirker, beheer der van Klavervelden. Zo gek mag het nu dan wel niet meer zijn, aparte slaapruim tes voor jongens en meisjes zijn er begrij pelijkerwijze nog steeds. Niet iedere dame stelt prijs op een overnachting met een wildvreemde heer. Maar een gezel schap met leiding - die heeft de verant woordelijkheid, zegt Dirker- zoekt het zelf maar uit. Door een buitenlandse ervaring is vol gens Dirker bij menige trekker een ver keerd beeld büjven hangen. Het heeft de Nederlandse herbergen geen goed heeft gedaan. Een Nederlandse herberg, dat is allang niet meer om tien uur 's morgens de natuur in geschopt worden en om tien uur 's avonds onder de wol gedirigeerd. Een Nederlandse herberg, dat is een 24- uurs verblijf, desnoods de hele dag met een boek in de leeszaal en 's avonds de disco, als het moet tot twee, drie uur toe. Is er nog verschil tussen een swin gende vakantie via de NJHC, die in lon kende folders het avontuur over de hele aardbol aanprijst, en het vertier dat de eerste de beste touroperator op een jon gerenreis naar Texel of Torremolinos ga randeert? In de prijs, waar de NJHC zo graag mee schermt, zit het hem zeker niet. Aan een halve wereldreis hangt net zo goed een pittig prijskaartje als elders en het inderdaad goedkope verblijf op een drukbevolkte slaapzaal vormt geen eerlijke vergelijking met een driesterren- bungalow. Al, het mag gezegd, schotelt de jeugdherberg nog steeds een stevige maaltijd voordelig voor. „Vrijheid", zegt Dirker. „We vormen geen belemmering voor welke groep dan ook. Hier in huis kunnen verschillende Dat betrouwbare image heeft de jeugdherberg bij ouders nog steeds. Dir ker: „Ouders zeggen nog altijd, je mag alleen op vakantie, als je maar langs de jeugdherberg trekt. Ze kunnen hier naar toe bellen of 'Marietje is aangekomen'. Of de ouders zelf, als hen een confor- tabele aceomodatie staat te wachten, de herberg weer zullen aandoen, büjft te be zien. Veertigers hebben dan misschien achterhaalde herinneringen, maar ook een flinke dossis jeugdsentiment. En dat willen ze niet kwijt aan ratelende flipperkasten en nachte lijke disco. Het is ook nooit goed. velden

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1986 | | pagina 30