Literaire boek het meest evenwichtig VERSCHENEN Gerrit Achterberg en het warenhuis Schrijven met opgestoken zeilen Mieke Maaike, plaagstoot van Boontje En ze leefden nog lang en gelukkig Lidia s Grim: De februa Muziekreis door Habsburgse land "ri ZATERDAG 1 MAART 1986 BOEKENWEEK VAN 12 TOT 22 MAART Toenadering fÉr ANTI-FRIE Grootste mske en Wiske: 14 sprookjes van Grimm geïllustreerd door Lidia Fbstma ippie Happie in l Van onze kunstredactie AMSTERDAM - 'Van boe- ken krijg je nooit genoeg' is de slagzin voor de 51e Boe kenweek die van 12 tot en met 22 maart gehouden wordt. Geopend wordt met een boekenbal vol 'bloed rood romantisme' op 11 maart in het Amsterdamse Carré. Als besluit vindt er een landelijk zondagdich- tcrsconcours plaats in de Nieuwe Kerk te Amsterdam. Het boekenweekgeschenk 'De glazen brug' is geschre ven door Marga Minco. De CPNB, die de Boeken week 'organiseert, blijft be staan ondanks alle tegenge stelde geruchten, zei voor zitter mevrouw H. Gottmer tijdens de perspresentatie. Er komen binnenkort ver vangers voor de directeur, die met ruzie vertrok, en voor de bekende Marijke Gelderman, die een functie in de uitgeverswereld krijgt. Mevrouw Gottmer was van oordeel dat de CPNB het boek van zijn elitair voet stuk moet halen en nog meer moet populariseren. Maar geld voor experimenten is er nauwelijks. De verkoop van boeken blijft ongeveer con stant, waarbij het literaire boek met 52 procent het meest evenwichtig blijkt te zijn. Het boekenweekgeschenk (gratis bij aankoop van ten minste 19,50) wordt in de recordoplage van 460.000 ex emplaren (wat betekent een minimale omzet van 10 mil joen voor de boekhandel in één week) is voor de derde achtereenvolgende keer lite rair van gehalte. Marga Minco: „Ik had buiten de hardnekkigheid van mijn thema gerekend toen ik zei: ik schrijf niet meer over de oorlog". De hoofdfiguur, Maria Rosalier, berust op een herinnering van 50 jaar geleden in Zeeland. Op 21 maart signeert Marga Minco bij boekhandel Fanoy in Middelburg en op 22 maart bij Gianotten in Breda. Het boekenweekbal geeft vooral de ruimte aan jong talent. De slotmanifestatie, het zondagdichtersconcours, valt samen met de manifes tatie van zondagschilders in Amsterdam. Er zijn voor ronden op 21 en 22 maart, terwijl de finale op 23 maart plaatsvindt. Er is een jury onder leiding van Nico Soheepmaker. De gedichten stromen nu al binnen. De afzet van boeken heeft zich de afgelopen vier tot vijf jaar niet sterk gewij zigd, lichtte mevrouw Gott mer toe. Het ene jaar wer den er 30,3 miljoen boeken verkocht, het andere jaar 30,5 of 30,7 miljoen. In geld uitgedrukt beweegt dé om zet zich zo rond de 592 mil joen gulden per jaar, met een schommeling van 5 tot 10 miljoen meer of minder. Het ene jaar, aldus me vrouw Gottmer, was er net wat meer belangstelling voor detectives, het andere jaar weer een geringe ver hoging van de verkoop in romans en al jaren is er een ongeveer gelijke omzet in tuinboeken, geschiedenis boeken en kookboeken. Toch is de boekhandel verre van tevreden, zo bleek uit de woorden van de CPNB- voorzitter, die de hoop uit sprak dat er binnenkort wel sterke wijzigingen, maar dan in opwaartse richting, in de boekenomzet zullen komen. IfcCtawlr^p-jbttf USMStMnwnf Kathy Acker: 'Dood en verderf in de schoolbanken'. Uitg. Bert Bakker, prijs 29,90. Lawine van meisjes emoties, sexuele ontboezemingen, poëtische uitbar stingen, toneelstukken, tekeningen en verontwaardiging- in-hoofdletters van de opvallende schrijfster van 'Grote verwachtingen' en het toneelstuk 'de geboorte van een dichter'. Hard en experimenteel. Dr. Lucxille Forer en Henry Still: 'Geboortevolgorde en persoonlijkheid'. Uitg. Servire, prijs 27,50. Wat bete kent het als het eerste, tweede of derde kind bent? Fransje van der Waals: 'Wij willen een kind'. Uitg. Contact, prijs 24,90. Joyce Wilson: 'Handlijnkunde voor iedereen'. Uitg. Si- rius en Siderius, prijs 19,50. Dorothea Van Gundy Jones: 'Het Soja Kookboek'. Uitg. Sirius en Siderius, peijs 24,50.300 recepten met so jabonen of sojaprodukten. Wiebe J. Braam: '100 vragen over dementie'. Uitg. Het Spectrum, prijs 9,90. Libqlle Samen Reeks nr. 45. Jane Burton: 'Negen levens'. Uitg. H.J.W. Becht, prijs 39,50. Fotoboek over kattenechtpaar met zeven kittens. Bijzondere opnamen van geboorte tot eerste jaar. Uien Bass en Louise Thornton: 'Ik heb het nooit aan iemand verteld'. Uitg. Ambo, prijs 25. Seksuele mishan deling van kinderen. Gerrit Achterberg. FOTO ARCHIEF 0E STEM Door Henk Egbers Dezer dagen werd in De Bij enkorf te Den Haag een pla quette onthuld met het ge dicht 'Bijenkorf' van Gerrit Achterberg (1905-1962). Aan leiding was het 60-jarige be staan van dit groot winkel bedrijf. Aangever voor dit initiatief is de stichting BZZTöH geweest, die vorig jaar ook al een soortgelijk gedicht onthulde in de Haagse Passage. Het drie manschap achter deze lite- rair-culturele activiteiten bestaat uit de beide Breda- naars Johan Diepstraten en Daan Cartens, alsmede de Hagenaar Phil Muysson. Het ligt voor de hand dat Breda binnenkort ook van deze literaire wandversie ringen zal krijgen. Phil Muysson wees erop, dat de gedichten van Ach terberg veelvuldig te maken hebben met geldzaken (Ach terberg kwam dan ook uit een streng calvinistisch mi lieu). In zijn gedichten spe len zelfs verschillende wa renhuizen een rol. Daarin zag Muysson iets van een rechtvaardiging van deze activiteit op deze plaats. Vermeld kan overigens wor den dat Johan Diepstraten zijn interviews met schrij vers voor de VARA-radio ook houdt in De Bijenkorf (Amsterdam). „De wereld van het geld moet ook de wereld van de poëzie in le ven houden," aldus Muys son. Nadat mevrouw J. Ach terberg-van Baak (weduwe van de dichter) de plaquette onthuld had kon iedereen zien dat het gedicht uit de bundel 'Ode aan Den Haag' gedrukt is in gouden letters op een zwart fond; zeer symbolische kleuren in dit verband. Het gedicht Bijenkorf luidt aldus: 'Stippen bewe gen in een oertoestand./ De mensen gisten om u op te brengen/ met vitusdansen. Hogepriesters plengen/ een nieuw odeur. Het reukoffer brandt// Jongetjes jengelen aan moeders hand./ Winkel dieveggen, zakkenrollers mengen/ zich in 't gedrang. Aan lange navelstrengen/ speelt groot en klein patertje langs de kant.// Namen weerklinken door een mi crofoon./ Meneer Van Dam bevindt zich in de massa./ Elk ogenblik kunt gij er on der zijn.// Dan zal ik mij vervoegen bij de cassa/ en naar u informeren voor de schijn/ en aan de juffrouw zeggen waar ik woon.' Door de Avalon Pers te Woubrugge zijn twee ver sies van dit gedicht (ne thandschrift- en veranderde versie) gezet uit de Lutetia en gedrukt op Zerkall-Büt- ten in een oplage van 150 ex emplaren. Exclusief! Aan reisgidsen is er geen gebrek. Ook niet aan specifieke op ge bied van flora, fauna, beeldende kunst, literatuur e.d. Toch heeft Ed Tervooren uit Enschede een gat in de markt ontdekt: de mu- ziekreisgids. Hij heeft een - geslaagde - eerste poging onderno men. Het accent ligt daarbij op de (semi) klassieke muziek. Er staan weliswaar ook wat gegevens in met betrekking tot de volksmuziek, de jazz e.d., maar dat mag nog geen naam hebben. Het 142 pagina's tellende boekje beperkt zich tot de drie hoofdlanden van de zogeheten Habsburgse Dubbelmonarchie, die tot 1918 heeft bestaan en in muzikaal opzicht een zekere een heid vertoonde. Meer dan de helft van de ruimte wordt ingeno men door Oostenrijk, met Wenen als koploper. Hongarije be slaat kwantitatief maar het vijfde deel van de Oostenrijkse ruimte, hetgeen waarschijnlijk te wijten is aan moeilijk toegan kelijker bronnen, want zo groot is dat verschil nu ook weer niet. Tsjechoslowakije is ook muzikaal ingedeeld in Slowakije, Mora- vie en Bohemen met Praag als sluitstuk. Hoewel een register van plaatsen zoeken gemakkelijk maakt, lijkt de indeling voor iemand die het boekje wil hanteren niet altijd even logisch. Er staan duidelijk genummerde kaartjes in, die corresponde ren met een tekst die voldoende aanzetten geeft om muzikaal merkwaardige plaatsen te kunnen vinden. Het gaat om 650 mu zikale sporen in die landen. Dat kan gaan over cafés die een rol speelden in Schubert's leven, collecties muziekinstrumenten in musea, de boerderij waar Haydn geboren werd, plaatsen in het Salzburgerland die te maken hebben met het befaamde kerst lied Stille Nacht, Liszt-plaatsen, Romeins waterorgel in Buda pest, Dvorak en Smetana-musea etc. Ed Tervooren: 'Muziekreisgids Oostenrijk, Hongarije en Tsjecho slowakije'. Uitg. J.H. Gortmer, prijs 24.50. Door Henk Egbers Judy van Emmerik blijft haar hart luchten. Haar eerste boek heette dan ook nog:'Er moet nodig eens gelucht worden' (waarin ze de vloer aanveegde met mannen uit de actuele li teraire wereld). In haar tweede boek - een roman-de- buut - blaast ze stoom af over een voortdurende conflictrela tie tussen twee vrouwen (zus sen). Een beetje grotesk, maar wei goed, als je van een soort pets-boem-stijl houdt. „Familie, een ondoorgron delijk spel van draden," laat ze Pien al denken als besluit van het eerste hoofdstuk. Een psy chologische familie-roman? Dat is iets teveel eer. Judy van Emmerik kijkt en luistert (en observeert waarschijnlijk in haar eigen leven) zó goed, dat ze heel scherp ruzie-achtige reacties, geklets, verdachtma- kerij e.d. kan weergeven. In dit geval tussen de zussen Pien en Noortje. Dit conflict heeft als bron de vaderfiguur. Pa ligt op sterven. Klierde- rig gedrag van beide zussen in verband met de bezoekuren. Pa gaat dood. Onverkwikke lijke taferelen rond de begra fenis. Wat er met de erfenis gebeurt laat zich dan raden. Pien is daarbij een wat ver standelijke, ongetrouwde vrouw, die in een apotheek werkt. Noortje is een onhebbe lijk emotioneel type, geschei den en opgescheept met een dochter in de puberteit. Pien voelt zich door pa achterge steld bij Noor, terwijl zij hem zo goed was genegen. Het las tige kreng Noortje kreeg zijn volle aandacht. Jaloezie. Pien komt tenslotte tot de conclusie, dat ze zich moet 'ontdoen' van die zus en los moet komen van een vader binding. Daarbij sluit ze zich ook nog af voor haar beste vriendin. En wat roept ze dan? Moeder!! Maar die was al eer der gestorven. Je leven zit vol zichtbare en onzichtbare dra den, die je gevoelens en han delingen binnen hun web ha len. Freud en zijn volgelingen hebben dit soort gegevens al aardig uitgespit. Daarom voegt Judy van Emmerik ook geen nieuwe gezichtspunten toe. Maar door haar manier Judy van Emmerik. van schrijven haalt ze dit on derwerp wel boven 'het geval' uit, al kun je je afvragen wat de motivatie tot het schrijven van dit boek gweest is? Ze schrijft met flair en draaft daarom wel eens door; soms op het baldadige af. Als pa gestorven is laat ze Noortje denken: „Dat zal haar niet overkomen. Zij doodgaan! Kom nou. Ze gaat daar een beetje voor Leen en iedereen in een kist te kijk liggen. Ze heeft geen gaatje in haar hoofd. Ze kunnen veel van haar verwachten, maar dood gaan? Niks daarvan. Bah! Vies gedoe..." Daardoor is deze kenschets over beide zussen vaak nogal zwart-wit. Na de dood van de vader wordt de roman af en toe ook te uitleg- gerig en is de verklaring van het conflict te weinig geïnte greerd in de geschiedenis zelf. Van Emmerik, die zich in het vorige boek nogal recalci trant en feministisch opstelde, ontkomt er ook in dit boek af en toe niet aan om ballorig te getuigen. „De motor van de samenleving blijft maar draaien op de brandstof van het modelgezinnetje. Gezins- FOTO ARCHIEF DE STEM voordeel, gezinsverpakking, gezinssplanning, eengezins woning, het hele gezin voor, het hele gezin na en ga zo maar door. Daarom doet ze niet aan politiek en stemt niet, daar ze met haar stem de. be langen van het gezin steunt. Ze is wel wijzer. Het wordt tijd dat er een partij voor al leenstaanden komt, een partij voor alleenstaande vrouwen zou nog beter zijn..." Ze neemt verder bijvoor beeld de gang van zaken in het (een?) ziekenhuis op de hak ken. Ze vraagt zich af: „Hoe zette ze zulke aantijgingen recht in een maatschappij waar de man per definitie, ze ker wat het bed, dus de hoe righeid van de vrouw betreft, zonder enig bewijs wordt ge loofd." Er wordt verder onge nuanceerd gefulmineerd tegen incest of wat daarvoor door gaat etc. Deze roman van Judy van Emmerik zal de meeste lezers wel niet vervelen, want schrij ven met opgestoken zeilen is meestal leuk om te lezen. Judy van Emmerik: 'Een spel van draden'. Uitg. Novella, prijs 24,50. Door Gerard van Herpen Bewonderaars vergaven Louis Paul Boon bij een zo rijke literaire produktie zijn misstap pen wel. Het toevallige gegeven dat de schrij ver van 'De Voorstad groeit', 'Mijn kleine Oorlog' en 'De Kapellekensbaan' zich zo nu en dan vergooide aan ondermaatse werkjes als 'Mieke Maaike's obscene jeugd', telden zij met vergevingsgezinde achteloosheid niet bij hun totaalbeeld van Boon, 'de schrijfgod', zo als Jeroen Brouwers hem eens heeft ge noemd. Boontje had zulke escapades nodig in zijn leven, zoals hij met ondeugende, zorg bezig kon zijn aan zijn feminateek met wel 25.000 afbeeldingen van wel 25.000 blote meisjes. Over Boon is het stiekeme gefluister ook na zijn dood blijven voortduren, ook toen in zijn literaire nalatenschap de trieste roman 'Eros en de eenzame man' verscheen. „Louis Paul Boon was algelijk een kalme man", zei Jeanne Boon alleen maar, toen na de uitgave van die roman verslaggevers van haar nog eens het vieze naadje van de koud wilden weten. Hoe gretig was nu wel precies Boonlje's sexuele relatie met jonge meisjes geweest? Dat hij ze liever zag dan de ge meenteraad van Erembodegem in het zon dagse pak, heeft Boon ook zelf nooit ontkend, maar dat bepaalt zijn primaire ambities nog niet. Hij heeft ook in zijn meer serieuze wer ken plaagstootjes uitgedeeld aan de stijve kloten in de samenleving, die voorbij gingen aan zijn begenadigd schrijftalent en die hem hardnekkig 'een viezentist' en 'een vuil schrijver' bleven noemen. Van die omgeving verdroeg hij op gezette tijden geen toenadering en als die na een eer biedwaardig boekdeel er dan toch kwam, stampte hij de ordentelijken, die hem ineens weer toerekeningsvatbaar verklaarden, voor de schenen met een oneerbiedig boekje. 'Mieke Maaike's obscene jeugd' is een on eerbiedig, maar wel levendig werkje. Het boekje is nu voor de vijfde maal bij de Arbei derspers herdrukt. Voor deze pornografische vertelling, die Louis Paul Boon voor het eerst in 1972 uitgaf, maakte Peter van Straaten werkelijk prachtige krijttekeningen. Illu straties een beter boek van Boon waardig. Het verhaaltje over de scriptie van student Steivekleut en over de prille sexuele ervarin- Louis Paul Boon. - FOTO ARCHIEF DE STEM I Als Holland winters en wij van kou welh blijkt Friesland dicl die 's winters gekkei De maffe koppen, sti ontspannen plots in terwijl zich rond de een soortement van In onverstaanbare gi worden dan praatje!, die ijdele verwachtv. totdat de goden, als I de hoop der dwaze ht Nee, de elfstedentocf Maar hij kwam wel en is al weer voorbij. Scholen kre gen ijskijkvrij, negen mil joen mensen keken tv en de rest ging naar Friesland om te kijken of om te schaatsen, zoals kroonprins Willem- Alexander. Wie had dat van hem gedacht? Je zult maar die rechercheur zijn die die 200 kilometer mee moest schaatsen In ieder geval was de prins de bestgespon- sorde schaatser, zoals iemand op de tv zei. Dat was niet vanwege dat Marlo- boro-jack, maar om zijn vorstelijke inkomen. Vorig jaar was het de eer ste keer dat schaatsfavorie- gen van jonge meisjes als Maaike wordt ookl nu weer bestempeld als een parodie op de| pornografische roman. Maaike's vleselijke ervaringen met liedenl van allerlei slag worden in dit boekje ver-I woord in een heel kinderlijk en soms ook well bar vervelend proza. Achter die overdrijving! gaat misschien de spotternij schuil, maar in-l middels dreunt Boon zelf toch ook maar doorl met grappen over 'vagina 69', 'de kloten vanl Muisjes Paps', 'psalmgezang en kutge-l schuim'. Ik erger mij bovendien vreselijk aanl het duizendvoudige gebruik van het woordl 'me' als bezittelijk voornaamwoord. Zo word® dus gelijk gebruik gemaakt van 'me' als per-I soonlijk voornaamwoord, zoals in 'ze zei mei in vertrouwen' en 'het liep naar me twaalfde! jaar'. Ik moest trouwens nog heel veel moeitel doen om twee behoorlijke zinnen op te sporenl in een zo onbehoorlijk boekje als deze 'Mieke| Maaike'. Mijn bewondering voor Louis Paul Boon| vermindert niet door dit soort obscure lite raire grappen, maar ik zou mij deze pseudo- pornografische roman van hem toch niet| aanschaffen. Zelfs niet uit curieuze, bezitte lijke overwegingen, die uit zijn op een totaal-I beeld van deze grootste prozaschrijver diel Vlaanderen ooit heeft voortgebracht. Ookl niet nu ik weet hoe Louis Paul Boon deze boekjes nodig had om zich van tijd tot tijd| zijn devote vereerders van het lijf te houden. Louis Paul Boon: 'Mieke Maaike's obscene jeugd'.I Illustraties: Peter van Straaten. Uitgeverij Arbei-| derspers In Amsterdam werd dinsdag voor de veertigste keer de februari-staking herdacht bij het standbeeld De Dok werker. Op 25 en 26 februari 1941 begonnen Amsterdamse dokwerkers van het eiland Kattenburg aan een staking. Ze pikten het niet langer dat de joden door de Duitsers werden vervolgd. „Blijf met je rotpoten van onze rotjoden vonden ze. Amsterdammers gebruiken graag 'rotwoorden'. Door het woord rotjoden te gebrui ken, lieten ze merken dat hun joden niet apart ston den, maar bij hen hoorden. De staking werd overgeno men door mensen van het openbaar vervoer en breidde zich steeds verder uit; Vel- I sen en Haarlem gingen ook meedoen. Zo werd de Duit- I sers duidelijk gemaakt waar de grens lag en het was het begin van het verzet. De Duitsers onderdrukten de staking met geweerscho ten, razzia's en Amsterdam kreeg een boete van 15 mil joen gulden Koningin Wil- helmina vond de Amster dammers zo moedig dat ze na de oorlog vond dat er on- 23K UT Door Muriel Boll Sprookjes zijn al heel oud. Zodra de mens kon spreken, zal hij de behoefte hebben gehad om zijn ervaringen en herinneringen door te geven aan de volgende generatie. Dt gebeurde in de vorm van sprookjes; het waren ge wone verhalen maar vol dubbele bodems. Je kunt er uit leren dat dapper beter is dan laf, dat de aanhouder wint en dat goedheid (soms) wordt beloond. Desondanks staat het spannende voorop, de wijze les is er ook nog. Sprookjes gaan over din gen die nooit echt gebeurd kunnen zijn, over feeën, houthakkers, boze stiefou ders en dwergen, maar wat die ook uitspoken, het loopt altijd goed af. Dat is een hele geruststelling voor kinderen want zij voelen intuïtief dat het zo hoort. Dergelijke volksverhalen moesten makkelijk na te vertellen zijn en daarom zijn ze niet ingewikkeld, met herken bare en terugkomende de tails en vaststaande zin netjes en versjes zoals bijv. 'spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is de schoonste in 't hele land...' Die vaste mo tieven en rijmpjes zijn van wezenlijk belang voor de sprookjes. Daardoor was het voor de verteller gemakke lijker de draden van het verhaal vast te houden, ver der mocht hij zijn vertelling aanpassen aan tijd en om standigheden. Bepaalde sprookjes the ma's zijn over de hele we- IiMrBJjpIii reld te vinden, het achterge laten worden in een donker bos komt in het Duitse Hans en Grietje voor, maar ook in het Franse Klein Duimpje en in Afrikaanse en Aziati sche sprookjes. De bron van die motieven ligt kennelijk heel diep in de ziel verscho len, waardoor mensen in to taal verschillende omstan digheden toch door dezelfde motieven worden aange sproken. Sommige mensen vinden sprookjes te wreed voor kin deren en inderdaad, het opensnijden van de buik van de wolf, de koningin die haar stiefdochter vergiftigd en de reus die kindertjes op eet, zijn bepaald geen zacht zinnige bezigheden. Daarom is het goed om sprookjes te vertéllen of op zijn minst sa men te lezen. Door er iets tussendoor te zeggen of een knipoog te geven, speel je onder één hoedje en laat je elkaar weten dat zoiets in het echt natuurlijk helemaal niet kan. De meeste sprookjes be ginnen met 'er was eens Plaats en tijd zijn nooit dui delijk. Het is altijd ergens in een ver land en lang gele den. Astrid Lindgren noemt het in De gebroeders Leeu wenhart 'de tijd van de kampvuren en de sprookjes'. Dat duidt op iets moois en op een sfeer die je niet in één woord kunt benoemen. Die zelfde sprookjesachtige sfeer is te vinden in 'Lidia's Grimm', een uitgave van Lemniscaat en net vers van de pers. Het boek heet zo omdat het hier in de eerste plaats gaat om de illustratie van Lidia Postma. Schitte rende platen in prachtige kleuren die de basis zijn van de competitie. De voorstel ling wordt dan heel gede tailleerd verder uitgewerkt. Bij 'De stukgedanste schoentjes' ziet u een sprookjesachtig, verlicht kasteel met daaromheen het blauw van de nacht. Het staat aan de rand van een blauwe vijver waarop roei bootjes drijven met daarin in fijne witte lijntjes ge schilderde figuren. Ze gebruikt alleen de kleuren blauw, wit, geel en zwart, maar zo geraffineerd dat je er zelf van alles bij verzint. Assepoester schil dert ze ook in blauw met wat wit en grijs, je ziet de fijne tule en kant ruisen, de eenzaamheid en angst van Sneeuwwitje die door het bos holt, laat ze je bijna voe len. Enkele van deze platen stonden ook in het grote sprookjesboek dat Lemnis caat 10 jaar geleden uitgaf, maar het grootste deel is nieuw werk. Lidia's Grimm is een mooi boek. De 14 sprookjes wor den goed verteld en blijven heel dicht bij de oorspronke- lijke tekst van de gebroeders Grimm. Het heeft een mooie bladspiegel en er is mooi pa pier gebruikt; het is in blauwlinnen gebonden met een losse omslag. Lidia Postma kreeg in 1977 de Gouden Penseel en in 1979 werd haar werk op de Biennale in Bratislava met de Gouden Appel be kroond. Het is een tentoon stelling waar honderden il lustrators van kinderboeken uit tientallen landen hun werk tentoonstellen. Illu straties kunnen een blij vende invloed hebben. Voor veel mensen ziet de lente er uit als het tekeningetje van Shepard in 'Wind in de wil- nlome ran Staal, zweet en tranen Js dal nu een naam roereen bathi/siaa/ P EJu is won DIE 01 "'Mmosvne'mt boord inn oE-rtEtRmf onem Hi het nnoEHE iirterirrl en pwinno zjn reeos mor sidoiiir en soske en whe m oe Ri/inen order- OEBRRCHT HET 00R m RF- SIHEI0 IS RRR6EBR0HEFI Y Vrienden feraarlu) het spe, htrbeqi een oei SORPK? AL- VIARY, MAAR niet on ■Aa/Jte TUAeó m VCOf? 'H SIm STZWLTOE A4vaf|7 gen' waarop mol en rat in een roeiboot op de rivier drijven. Ik denk dat Post- ma's werk een dergelijke blijvende indruk maakt. 'Lidia's Grimm - 14 sprookjes van Grimm', geill. door Lidia Postma. Vert. Johan van Nieu- wehuizen. Uitg. Lemniscaat. In tekenprijs t/m 31 maart 1986 29,50; daarna 39,50. r

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1986 | | pagina 34