Literaire boek het meest evenwichtig
VERSCHENEN
Gerrit Achterberg
en het warenhuis
Schrijven met opgestoken zeilen
Mieke Maaike,
plaagstoot
van Boontje
En ze leefden nog lang en gelukkig Lidia s Grim:
De februa
Muziekreis door Habsburgse land
"ri
ZATERDAG 1 MAART 1986
BOEKENWEEK VAN 12 TOT 22 MAART
Toenadering
fÉr
ANTI-FRIE
Grootste
mske en Wiske:
14 sprookjes van Grimm
geïllustreerd door Lidia Fbstma
ippie Happie in l
Van onze kunstredactie
AMSTERDAM - 'Van boe-
ken krijg je nooit genoeg' is
de slagzin voor de 51e Boe
kenweek die van 12 tot en
met 22 maart gehouden
wordt. Geopend wordt met
een boekenbal vol 'bloed
rood romantisme' op 11
maart in het Amsterdamse
Carré. Als besluit vindt er
een landelijk zondagdich-
tcrsconcours plaats in de
Nieuwe Kerk te Amsterdam.
Het boekenweekgeschenk
'De glazen brug' is geschre
ven door Marga Minco.
De CPNB, die de Boeken
week 'organiseert, blijft be
staan ondanks alle tegenge
stelde geruchten, zei voor
zitter mevrouw H. Gottmer
tijdens de perspresentatie.
Er komen binnenkort ver
vangers voor de directeur,
die met ruzie vertrok, en
voor de bekende Marijke
Gelderman, die een functie
in de uitgeverswereld krijgt.
Mevrouw Gottmer was van
oordeel dat de CPNB het
boek van zijn elitair voet
stuk moet halen en nog meer
moet populariseren. Maar
geld voor experimenten is er
nauwelijks. De verkoop van
boeken blijft ongeveer con
stant, waarbij het literaire
boek met 52 procent het
meest evenwichtig blijkt te
zijn.
Het boekenweekgeschenk
(gratis bij aankoop van ten
minste 19,50) wordt in de
recordoplage van 460.000 ex
emplaren (wat betekent een
minimale omzet van 10 mil
joen voor de boekhandel in
één week) is voor de derde
achtereenvolgende keer lite
rair van gehalte. Marga
Minco: „Ik had buiten de
hardnekkigheid van mijn
thema gerekend toen ik zei:
ik schrijf niet meer over de
oorlog". De hoofdfiguur,
Maria Rosalier, berust op
een herinnering van 50 jaar
geleden in Zeeland. Op 21
maart signeert Marga Minco
bij boekhandel Fanoy in
Middelburg en op 22 maart
bij Gianotten in Breda.
Het boekenweekbal geeft
vooral de ruimte aan jong
talent. De slotmanifestatie,
het zondagdichtersconcours,
valt samen met de manifes
tatie van zondagschilders in
Amsterdam. Er zijn voor
ronden op 21 en 22 maart,
terwijl de finale op 23 maart
plaatsvindt. Er is een jury
onder leiding van Nico
Soheepmaker. De gedichten
stromen nu al binnen.
De afzet van boeken heeft
zich de afgelopen vier tot
vijf jaar niet sterk gewij
zigd, lichtte mevrouw Gott
mer toe. Het ene jaar wer
den er 30,3 miljoen boeken
verkocht, het andere jaar
30,5 of 30,7 miljoen. In geld
uitgedrukt beweegt dé om
zet zich zo rond de 592 mil
joen gulden per jaar, met
een schommeling van 5 tot
10 miljoen meer of minder.
Het ene jaar, aldus me
vrouw Gottmer, was er net
wat meer belangstelling
voor detectives, het andere
jaar weer een geringe ver
hoging van de verkoop in
romans en al jaren is er een
ongeveer gelijke omzet in
tuinboeken, geschiedenis
boeken en kookboeken. Toch
is de boekhandel verre van
tevreden, zo bleek uit de
woorden van de CPNB-
voorzitter, die de hoop uit
sprak dat er binnenkort wel
sterke wijzigingen, maar
dan in opwaartse richting,
in de boekenomzet zullen
komen.
IfcCtawlr^p-jbttf
USMStMnwnf
Kathy Acker: 'Dood en verderf in de schoolbanken'.
Uitg. Bert Bakker, prijs 29,90. Lawine van meisjes
emoties, sexuele ontboezemingen, poëtische uitbar
stingen, toneelstukken, tekeningen en verontwaardiging-
in-hoofdletters van de opvallende schrijfster van 'Grote
verwachtingen' en het toneelstuk 'de geboorte van een
dichter'. Hard en experimenteel.
Dr. Lucxille Forer en Henry Still: 'Geboortevolgorde
en persoonlijkheid'. Uitg. Servire, prijs 27,50. Wat bete
kent het als het eerste, tweede of derde kind bent?
Fransje van der Waals: 'Wij willen een kind'. Uitg.
Contact, prijs 24,90.
Joyce Wilson: 'Handlijnkunde voor iedereen'. Uitg. Si-
rius en Siderius, prijs 19,50.
Dorothea Van Gundy Jones: 'Het Soja Kookboek'.
Uitg. Sirius en Siderius, peijs 24,50.300 recepten met so
jabonen of sojaprodukten.
Wiebe J. Braam: '100 vragen over dementie'. Uitg. Het
Spectrum, prijs 9,90. Libqlle Samen Reeks nr. 45.
Jane Burton: 'Negen levens'. Uitg. H.J.W. Becht, prijs
39,50. Fotoboek over kattenechtpaar met zeven kittens.
Bijzondere opnamen van geboorte tot eerste jaar.
Uien Bass en Louise Thornton: 'Ik heb het nooit aan
iemand verteld'. Uitg. Ambo, prijs 25. Seksuele mishan
deling van kinderen.
Gerrit Achterberg.
FOTO ARCHIEF 0E STEM
Door Henk Egbers
Dezer dagen werd in De Bij
enkorf te Den Haag een pla
quette onthuld met het ge
dicht 'Bijenkorf' van Gerrit
Achterberg (1905-1962). Aan
leiding was het 60-jarige be
staan van dit groot winkel
bedrijf. Aangever voor dit
initiatief is de stichting
BZZTöH geweest, die vorig
jaar ook al een soortgelijk
gedicht onthulde in de
Haagse Passage. Het drie
manschap achter deze lite-
rair-culturele activiteiten
bestaat uit de beide Breda-
naars Johan Diepstraten en
Daan Cartens, alsmede de
Hagenaar Phil Muysson.
Het ligt voor de hand dat
Breda binnenkort ook van
deze literaire wandversie
ringen zal krijgen.
Phil Muysson wees erop,
dat de gedichten van Ach
terberg veelvuldig te maken
hebben met geldzaken (Ach
terberg kwam dan ook uit
een streng calvinistisch mi
lieu). In zijn gedichten spe
len zelfs verschillende wa
renhuizen een rol. Daarin
zag Muysson iets van een
rechtvaardiging van deze
activiteit op deze plaats.
Vermeld kan overigens wor
den dat Johan Diepstraten
zijn interviews met schrij
vers voor de VARA-radio
ook houdt in De Bijenkorf
(Amsterdam). „De wereld
van het geld moet ook de
wereld van de poëzie in le
ven houden," aldus Muys
son.
Nadat mevrouw J. Ach
terberg-van Baak (weduwe
van de dichter) de plaquette
onthuld had kon iedereen
zien dat het gedicht uit de
bundel 'Ode aan Den Haag'
gedrukt is in gouden letters
op een zwart fond; zeer
symbolische kleuren in dit
verband.
Het gedicht Bijenkorf
luidt aldus: 'Stippen bewe
gen in een oertoestand./ De
mensen gisten om u op te
brengen/ met vitusdansen.
Hogepriesters plengen/ een
nieuw odeur. Het reukoffer
brandt// Jongetjes jengelen
aan moeders hand./ Winkel
dieveggen, zakkenrollers
mengen/ zich in 't gedrang.
Aan lange navelstrengen/
speelt groot en klein patertje
langs de kant.// Namen
weerklinken door een mi
crofoon./ Meneer Van Dam
bevindt zich in de massa./
Elk ogenblik kunt gij er on
der zijn.// Dan zal ik mij
vervoegen bij de cassa/ en
naar u informeren voor de
schijn/ en aan de juffrouw
zeggen waar ik woon.'
Door de Avalon Pers te
Woubrugge zijn twee ver
sies van dit gedicht (ne
thandschrift- en veranderde
versie) gezet uit de Lutetia
en gedrukt op Zerkall-Büt-
ten in een oplage van 150 ex
emplaren. Exclusief!
Aan reisgidsen is er geen gebrek. Ook niet aan specifieke op ge
bied van flora, fauna, beeldende kunst, literatuur e.d. Toch heeft
Ed Tervooren uit Enschede een gat in de markt ontdekt: de mu-
ziekreisgids. Hij heeft een - geslaagde - eerste poging onderno
men. Het accent ligt daarbij op de (semi) klassieke muziek. Er
staan weliswaar ook wat gegevens in met betrekking tot de
volksmuziek, de jazz e.d., maar dat mag nog geen naam hebben.
Het 142 pagina's tellende boekje beperkt zich tot de drie
hoofdlanden van de zogeheten Habsburgse Dubbelmonarchie,
die tot 1918 heeft bestaan en in muzikaal opzicht een zekere een
heid vertoonde. Meer dan de helft van de ruimte wordt ingeno
men door Oostenrijk, met Wenen als koploper. Hongarije be
slaat kwantitatief maar het vijfde deel van de Oostenrijkse
ruimte, hetgeen waarschijnlijk te wijten is aan moeilijk toegan
kelijker bronnen, want zo groot is dat verschil nu ook weer niet.
Tsjechoslowakije is ook muzikaal ingedeeld in Slowakije, Mora-
vie en Bohemen met Praag als sluitstuk. Hoewel een register
van plaatsen zoeken gemakkelijk maakt, lijkt de indeling voor
iemand die het boekje wil hanteren niet altijd even logisch.
Er staan duidelijk genummerde kaartjes in, die corresponde
ren met een tekst die voldoende aanzetten geeft om muzikaal
merkwaardige plaatsen te kunnen vinden. Het gaat om 650 mu
zikale sporen in die landen. Dat kan gaan over cafés die een rol
speelden in Schubert's leven, collecties muziekinstrumenten in
musea, de boerderij waar Haydn geboren werd, plaatsen in het
Salzburgerland die te maken hebben met het befaamde kerst
lied Stille Nacht, Liszt-plaatsen, Romeins waterorgel in Buda
pest, Dvorak en Smetana-musea etc.
Ed Tervooren: 'Muziekreisgids
Oostenrijk, Hongarije en Tsjecho
slowakije'. Uitg. J.H. Gortmer,
prijs 24.50.
Door Henk Egbers
Judy van Emmerik blijft haar
hart luchten. Haar eerste boek
heette dan ook nog:'Er moet
nodig eens gelucht worden'
(waarin ze de vloer aanveegde
met mannen uit de actuele li
teraire wereld). In haar
tweede boek - een roman-de-
buut - blaast ze stoom af over
een voortdurende conflictrela
tie tussen twee vrouwen (zus
sen). Een beetje grotesk, maar
wei goed, als je van een soort
pets-boem-stijl houdt.
„Familie, een ondoorgron
delijk spel van draden," laat ze
Pien al denken als besluit van
het eerste hoofdstuk. Een psy
chologische familie-roman?
Dat is iets teveel eer. Judy van
Emmerik kijkt en luistert (en
observeert waarschijnlijk in
haar eigen leven) zó goed, dat
ze heel scherp ruzie-achtige
reacties, geklets, verdachtma-
kerij e.d. kan weergeven. In
dit geval tussen de zussen Pien
en Noortje. Dit conflict heeft
als bron de vaderfiguur.
Pa ligt op sterven. Klierde-
rig gedrag van beide zussen in
verband met de bezoekuren.
Pa gaat dood. Onverkwikke
lijke taferelen rond de begra
fenis. Wat er met de erfenis
gebeurt laat zich dan raden.
Pien is daarbij een wat ver
standelijke, ongetrouwde
vrouw, die in een apotheek
werkt. Noortje is een onhebbe
lijk emotioneel type, geschei
den en opgescheept met een
dochter in de puberteit. Pien
voelt zich door pa achterge
steld bij Noor, terwijl zij hem
zo goed was genegen. Het las
tige kreng Noortje kreeg zijn
volle aandacht. Jaloezie.
Pien komt tenslotte tot de
conclusie, dat ze zich moet
'ontdoen' van die zus en los
moet komen van een vader
binding. Daarbij sluit ze zich
ook nog af voor haar beste
vriendin. En wat roept ze dan?
Moeder!! Maar die was al eer
der gestorven. Je leven zit vol
zichtbare en onzichtbare dra
den, die je gevoelens en han
delingen binnen hun web ha
len. Freud en zijn volgelingen
hebben dit soort gegevens al
aardig uitgespit. Daarom
voegt Judy van Emmerik ook
geen nieuwe gezichtspunten
toe. Maar door haar manier
Judy van Emmerik.
van schrijven haalt ze dit on
derwerp wel boven 'het geval'
uit, al kun je je afvragen wat
de motivatie tot het schrijven
van dit boek gweest is?
Ze schrijft met flair en
draaft daarom wel eens door;
soms op het baldadige af. Als
pa gestorven is laat ze Noortje
denken: „Dat zal haar niet
overkomen. Zij doodgaan!
Kom nou. Ze gaat daar een
beetje voor Leen en iedereen
in een kist te kijk liggen. Ze
heeft geen gaatje in haar
hoofd. Ze kunnen veel van
haar verwachten, maar dood
gaan? Niks daarvan. Bah!
Vies gedoe..." Daardoor is deze
kenschets over beide zussen
vaak nogal zwart-wit. Na de
dood van de vader wordt de
roman af en toe ook te uitleg-
gerig en is de verklaring van
het conflict te weinig geïnte
greerd in de geschiedenis zelf.
Van Emmerik, die zich in
het vorige boek nogal recalci
trant en feministisch opstelde,
ontkomt er ook in dit boek af
en toe niet aan om ballorig te
getuigen. „De motor van de
samenleving blijft maar
draaien op de brandstof van
het modelgezinnetje. Gezins-
FOTO ARCHIEF DE STEM
voordeel, gezinsverpakking,
gezinssplanning, eengezins
woning, het hele gezin voor,
het hele gezin na en ga zo
maar door. Daarom doet ze
niet aan politiek en stemt niet,
daar ze met haar stem de. be
langen van het gezin steunt.
Ze is wel wijzer. Het wordt
tijd dat er een partij voor al
leenstaanden komt, een partij
voor alleenstaande vrouwen
zou nog beter zijn..."
Ze neemt verder bijvoor
beeld de gang van zaken in het
(een?) ziekenhuis op de hak
ken. Ze vraagt zich af: „Hoe
zette ze zulke aantijgingen
recht in een maatschappij
waar de man per definitie, ze
ker wat het bed, dus de hoe
righeid van de vrouw betreft,
zonder enig bewijs wordt ge
loofd." Er wordt verder onge
nuanceerd gefulmineerd tegen
incest of wat daarvoor door
gaat etc.
Deze roman van Judy van
Emmerik zal de meeste lezers
wel niet vervelen, want schrij
ven met opgestoken zeilen is
meestal leuk om te lezen.
Judy van Emmerik: 'Een spel van
draden'. Uitg. Novella, prijs 24,50.
Door Gerard van Herpen
Bewonderaars vergaven Louis Paul Boon bij
een zo rijke literaire produktie zijn misstap
pen wel. Het toevallige gegeven dat de schrij
ver van 'De Voorstad groeit', 'Mijn kleine
Oorlog' en 'De Kapellekensbaan' zich zo nu
en dan vergooide aan ondermaatse werkjes
als 'Mieke Maaike's obscene jeugd', telden zij
met vergevingsgezinde achteloosheid niet bij
hun totaalbeeld van Boon, 'de schrijfgod', zo
als Jeroen Brouwers hem eens heeft ge
noemd.
Boontje had zulke escapades nodig in zijn
leven, zoals hij met ondeugende, zorg bezig
kon zijn aan zijn feminateek met wel 25.000
afbeeldingen van wel 25.000 blote meisjes.
Over Boon is het stiekeme gefluister ook na
zijn dood blijven voortduren, ook toen in zijn
literaire nalatenschap de trieste roman 'Eros
en de eenzame man' verscheen.
„Louis Paul Boon was algelijk een kalme
man", zei Jeanne Boon alleen maar, toen na
de uitgave van die roman verslaggevers van
haar nog eens het vieze naadje van de koud
wilden weten. Hoe gretig was nu wel precies
Boonlje's sexuele relatie met jonge meisjes
geweest? Dat hij ze liever zag dan de ge
meenteraad van Erembodegem in het zon
dagse pak, heeft Boon ook zelf nooit ontkend,
maar dat bepaalt zijn primaire ambities nog
niet. Hij heeft ook in zijn meer serieuze wer
ken plaagstootjes uitgedeeld aan de stijve
kloten in de samenleving, die voorbij gingen
aan zijn begenadigd schrijftalent en die hem
hardnekkig 'een viezentist' en 'een vuil
schrijver' bleven noemen.
Van die omgeving verdroeg hij op gezette
tijden geen toenadering en als die na een eer
biedwaardig boekdeel er dan toch kwam,
stampte hij de ordentelijken, die hem ineens
weer toerekeningsvatbaar verklaarden, voor
de schenen met een oneerbiedig boekje.
'Mieke Maaike's obscene jeugd' is een on
eerbiedig, maar wel levendig werkje. Het
boekje is nu voor de vijfde maal bij de Arbei
derspers herdrukt. Voor deze pornografische
vertelling, die Louis Paul Boon voor het eerst
in 1972 uitgaf, maakte Peter van Straaten
werkelijk prachtige krijttekeningen. Illu
straties een beter boek van Boon waardig.
Het verhaaltje over de scriptie van student
Steivekleut en over de prille sexuele ervarin-
Louis Paul Boon.
- FOTO ARCHIEF DE STEM I
Als Holland winters
en wij van kou welh
blijkt Friesland dicl
die 's winters gekkei
De maffe koppen, sti
ontspannen plots in
terwijl zich rond de
een soortement van
In onverstaanbare gi
worden dan praatje!,
die ijdele verwachtv.
totdat de goden, als I
de hoop der dwaze ht
Nee, de elfstedentocf
Maar hij kwam wel en is al
weer voorbij. Scholen kre
gen ijskijkvrij, negen mil
joen mensen keken tv en de
rest ging naar Friesland om
te kijken of om te schaatsen,
zoals kroonprins Willem-
Alexander. Wie had dat van
hem gedacht? Je zult maar
die rechercheur zijn die die
200 kilometer mee moest
schaatsen In ieder geval
was de prins de bestgespon-
sorde schaatser, zoals
iemand op de tv zei. Dat was
niet vanwege dat Marlo-
boro-jack, maar om zijn
vorstelijke inkomen.
Vorig jaar was het de eer
ste keer dat schaatsfavorie-
gen van jonge meisjes als Maaike wordt ookl
nu weer bestempeld als een parodie op de|
pornografische roman.
Maaike's vleselijke ervaringen met liedenl
van allerlei slag worden in dit boekje ver-I
woord in een heel kinderlijk en soms ook well
bar vervelend proza. Achter die overdrijving!
gaat misschien de spotternij schuil, maar in-l
middels dreunt Boon zelf toch ook maar doorl
met grappen over 'vagina 69', 'de kloten vanl
Muisjes Paps', 'psalmgezang en kutge-l
schuim'. Ik erger mij bovendien vreselijk aanl
het duizendvoudige gebruik van het woordl
'me' als bezittelijk voornaamwoord. Zo word®
dus gelijk gebruik gemaakt van 'me' als per-I
soonlijk voornaamwoord, zoals in 'ze zei mei
in vertrouwen' en 'het liep naar me twaalfde!
jaar'. Ik moest trouwens nog heel veel moeitel
doen om twee behoorlijke zinnen op te sporenl
in een zo onbehoorlijk boekje als deze 'Mieke|
Maaike'.
Mijn bewondering voor Louis Paul Boon|
vermindert niet door dit soort obscure lite
raire grappen, maar ik zou mij deze pseudo-
pornografische roman van hem toch niet|
aanschaffen. Zelfs niet uit curieuze, bezitte
lijke overwegingen, die uit zijn op een totaal-I
beeld van deze grootste prozaschrijver diel
Vlaanderen ooit heeft voortgebracht. Ookl
niet nu ik weet hoe Louis Paul Boon deze
boekjes nodig had om zich van tijd tot tijd|
zijn devote vereerders van het lijf te houden.
Louis Paul Boon: 'Mieke Maaike's obscene jeugd'.I
Illustraties: Peter van Straaten. Uitgeverij Arbei-|
derspers
In Amsterdam werd dinsdag
voor de veertigste keer de
februari-staking herdacht
bij het standbeeld De Dok
werker. Op 25 en 26 februari
1941 begonnen Amsterdamse
dokwerkers van het eiland
Kattenburg aan een staking.
Ze pikten het niet langer dat
de joden door de Duitsers
werden vervolgd.
„Blijf met je rotpoten van
onze rotjoden vonden ze.
Amsterdammers gebruiken
graag 'rotwoorden'. Door het
woord rotjoden te gebrui
ken, lieten ze merken dat
hun joden niet apart ston
den, maar bij hen hoorden.
De staking werd overgeno
men door mensen van het
openbaar vervoer en breidde
zich steeds verder uit; Vel-
I sen en Haarlem gingen ook
meedoen. Zo werd de Duit-
I sers duidelijk gemaakt waar
de grens lag en het was het
begin van het verzet.
De Duitsers onderdrukten
de staking met geweerscho
ten, razzia's en Amsterdam
kreeg een boete van 15 mil
joen gulden Koningin Wil-
helmina vond de Amster
dammers zo moedig dat ze
na de oorlog vond dat er on-
23K
UT
Door Muriel Boll
Sprookjes zijn al heel oud.
Zodra de mens kon spreken,
zal hij de behoefte hebben
gehad om zijn ervaringen en
herinneringen door te geven
aan de volgende generatie.
Dt gebeurde in de vorm van
sprookjes; het waren ge
wone verhalen maar vol
dubbele bodems. Je kunt er
uit leren dat dapper beter is
dan laf, dat de aanhouder
wint en dat goedheid (soms)
wordt beloond. Desondanks
staat het spannende voorop,
de wijze les is er ook nog.
Sprookjes gaan over din
gen die nooit echt gebeurd
kunnen zijn, over feeën,
houthakkers, boze stiefou
ders en dwergen, maar wat
die ook uitspoken, het loopt
altijd goed af. Dat is een hele
geruststelling voor kinderen
want zij voelen intuïtief dat
het zo hoort. Dergelijke
volksverhalen moesten
makkelijk na te vertellen
zijn en daarom zijn ze niet
ingewikkeld, met herken
bare en terugkomende de
tails en vaststaande zin
netjes en versjes zoals bijv.
'spiegeltje, spiegeltje aan de
wand, wie is de schoonste in
't hele land...' Die vaste mo
tieven en rijmpjes zijn van
wezenlijk belang voor de
sprookjes. Daardoor was het
voor de verteller gemakke
lijker de draden van het
verhaal vast te houden, ver
der mocht hij zijn vertelling
aanpassen aan tijd en om
standigheden.
Bepaalde sprookjes the
ma's zijn over de hele we-
IiMrBJjpIii
reld te vinden, het achterge
laten worden in een donker
bos komt in het Duitse Hans
en Grietje voor, maar ook in
het Franse Klein Duimpje
en in Afrikaanse en Aziati
sche sprookjes. De bron van
die motieven ligt kennelijk
heel diep in de ziel verscho
len, waardoor mensen in to
taal verschillende omstan
digheden toch door dezelfde
motieven worden aange
sproken.
Sommige mensen vinden
sprookjes te wreed voor kin
deren en inderdaad, het
opensnijden van de buik van
de wolf, de koningin die
haar stiefdochter vergiftigd
en de reus die kindertjes op
eet, zijn bepaald geen zacht
zinnige bezigheden. Daarom
is het goed om sprookjes te
vertéllen of op zijn minst sa
men te lezen. Door er iets
tussendoor te zeggen of een
knipoog te geven, speel je
onder één hoedje en laat je
elkaar weten dat zoiets in
het echt natuurlijk helemaal
niet kan.
De meeste sprookjes be
ginnen met 'er was eens
Plaats en tijd zijn nooit dui
delijk. Het is altijd ergens in
een ver land en lang gele
den. Astrid Lindgren noemt
het in De gebroeders Leeu
wenhart 'de tijd van de
kampvuren en de sprookjes'.
Dat duidt op iets moois en op
een sfeer die je niet in één
woord kunt benoemen. Die
zelfde sprookjesachtige
sfeer is te vinden in 'Lidia's
Grimm', een uitgave van
Lemniscaat en net vers van
de pers. Het boek heet zo
omdat het hier in de eerste
plaats gaat om de illustratie
van Lidia Postma. Schitte
rende platen in prachtige
kleuren die de basis zijn van
de competitie. De voorstel
ling wordt dan heel gede
tailleerd verder uitgewerkt.
Bij 'De stukgedanste
schoentjes' ziet u een
sprookjesachtig, verlicht
kasteel met daaromheen het
blauw van de nacht. Het
staat aan de rand van een
blauwe vijver waarop roei
bootjes drijven met daarin
in fijne witte lijntjes ge
schilderde figuren.
Ze gebruikt alleen de
kleuren blauw, wit, geel en
zwart, maar zo geraffineerd
dat je er zelf van alles bij
verzint. Assepoester schil
dert ze ook in blauw met
wat wit en grijs, je ziet de
fijne tule en kant ruisen, de
eenzaamheid en angst van
Sneeuwwitje die door het
bos holt, laat ze je bijna voe
len. Enkele van deze platen
stonden ook in het grote
sprookjesboek dat Lemnis
caat 10 jaar geleden uitgaf,
maar het grootste deel is
nieuw werk.
Lidia's Grimm is een mooi
boek. De 14 sprookjes wor
den goed verteld en blijven
heel dicht bij de oorspronke-
lijke tekst van de gebroeders
Grimm. Het heeft een mooie
bladspiegel en er is mooi pa
pier gebruikt; het is in
blauwlinnen gebonden met
een losse omslag.
Lidia Postma kreeg in
1977 de Gouden Penseel en
in 1979 werd haar werk op
de Biennale in Bratislava
met de Gouden Appel be
kroond. Het is een tentoon
stelling waar honderden il
lustrators van kinderboeken
uit tientallen landen hun
werk tentoonstellen. Illu
straties kunnen een blij
vende invloed hebben. Voor
veel mensen ziet de lente er
uit als het tekeningetje van
Shepard in 'Wind in de wil-
nlome ran
Staal, zweet
en tranen
Js dal nu een
naam roereen
bathi/siaa/
P
EJu is won DIE 01
"'Mmosvne'mt boord
inn oE-rtEtRmf onem
Hi het nnoEHE iirterirrl
en pwinno zjn reeos
mor sidoiiir en soske en
whe m oe Ri/inen order-
OEBRRCHT HET 00R m RF-
SIHEI0 IS RRR6EBR0HEFI
Y
Vrienden
feraarlu)
het spe,
htrbeqi
een oei
SORPK? AL-
VIARY,
MAAR
niet
on
■Aa/Jte
TUAeó
m
VCOf?
'H SIm STZWLTOE
A4vaf|7
gen' waarop mol en rat in
een roeiboot op de rivier
drijven. Ik denk dat Post-
ma's werk een dergelijke
blijvende indruk maakt.
'Lidia's Grimm - 14 sprookjes
van Grimm', geill. door Lidia
Postma. Vert. Johan van Nieu-
wehuizen. Uitg. Lemniscaat. In
tekenprijs t/m 31 maart 1986
29,50; daarna 39,50.
r