BOEKEN
Geraffineerde nieuwe
roman van Tom Pauka
Struikelen over een streekroman
1
Komrij waagt zich
aan Eliots katten
Verbeter de werell
en begin bij jezell\
Opmerkelijk debuut
van Gerda Meijer ink
Een mei van vroomheid
ouïie
boeken
BERICH
(UIT
UID-A
%T9
Jan Wolkers leest voor
'Een jaar boek'; jaarlijkse gids
Jan Willem Hofstra!
OVER
GESPROKEN
Scholier, een 2
ZATERDAG 7 DECEMBER 1985
ONMOGELIJKE 'LOVE-STORY' OP MADEIRA
TOB/AS' VAN MARIJKE HÖWELER
Pijnlijk
Poëzie
iske en Wiske: Ai
ppie Happie en Sj
Door Hans Rooseboom
DE GROOTST mogelijke te
genstelling die je maar kunt
bedenken vormen de man en
de vrouw die Tom Pauka in
zijn nieuwste roman Lente
voor beginnelers aan elkaar
heeft gekoppeld.
Dilia en Olof stammen uit
werelden die zo veel lichtjaren
uit elkaar liggen dat ze nor
maal gesproken nooit met el
kaar in contact zouden komen.
Door een wrede practical
joke van haar collega's krijgt
de alleenstaande intellectuele
Dilia op haar veertigste ver
jaardag een 'escort man' ca
deau, zo'n man die je bij een
bureau voor een tijdje kunt
huren.
Allebei beleven ze deze
kunstmatige 'koppeling' als
zeer pijnlijk en vernederend.
De vrouw vanwege de achter
liggende hatelijkheid van de
kant van haar 'vrienden', die
haar 'aan de man' willen bren
gen. De nietsvermoedende
man (een 'bink' die blijkt
vroeger te hebben gebokst)
omdat hij vermoedt dat Dilia's
onmiddellijke afwijzing voor
komt uit standsbesef.
Toch is Dilia bij nader in
zien gefascineerd door die
plat-pratende vreemde man,
voornamelijk door zijn inte
gere reactie als hij eenmaal
begrijpt hoe de vork van hun
ontmoeting in de steel zit.
Na een paar verdere samen
komsten neemt de onzekere en
overgevoelige Dilia het moe
dige besluit de man Olof mee
te nemen op haar jaarlijkse
vakantie-alleen. En daar, te
gen de sfeervolle achtergrond
van het eiland Madeira, ont
rolt zich in een paar dagen tijd
de confrontatie tussen de wel
opgevoede, maar niet-echt-le-
vende Dilia en de analfabete
kermisbokser Olof, die zich
nooit iets afvraagt, maar in
tuïtief alles van het leven
weet.
Zeer humoristisch pakken
de scenes uit, waarin Dilia
tracht Olof lezen en schrijven
bij te brengen, en hem het ver
schil tussen 'kunnen', 'kennen'
en 'weten' bij te brengen, want
dat verschil 'ken' Olof niet.
Maar de pogingen van de
vrouw haar ruwe bonk bij te
schaven lopen op niets uit, het
is integendeel Olof die Dilia
steeds meer in zijn levenssfeer
betrekt. Ze laat zich verleiden
tot naaldhakken en een 'meis-
jeskapsel', en ze komt in het
ruwe boksers wereldje terecht.
Tom Pauka speelt een
Tom Pauka. - fotoquerido
uiterst geraffineerd spel met
de op en neer gaande wissel
werkingen in de verhouding
tussen deze twee mensen, die
elkaar steeds beter leren ken
nen.
Het is een ontroerend boek
geworden, zij het dat het
'happy end' waarop aan het
eind wordt gezinspeeld, mis
schien iets te veel van het goed
is.
Tom Pauka: Lente voor begin
ners, roman. Uitg. Querido
Amsterdam. Prijs 28,50
Door Nell Westerlaken
KENMERK van veel streekro
mans is een taalgebruik, al
dan niet in citaten, dat ge
kleurd is door het accent of
dialect van de streek. Het ge
bruik daarvan, of het toevoe
gen van taalkundige eigenaar
digheden, kan een bepaalde
oorspronkelijkheid toevoegen
aan het verhaal.
Het is juist dit aspect dat in
Marijke Höwelers 'Tobias',
'een moderne versie van de
streekroman' zoals de achter
flap vermeldt, nogal gekun
steld aandoet. Hoewel Höwe-
ler er inderdaad in slaagt om
iets van de eigenheid van de
streek, de Betuwe, weg te zet
ten, is dit zeker niet dankzij
het taalgebruik in het boek.
Sterker nog: de lezer struikelt
vooral in het begin nogal <?ens
over de zinnen.
'Tobias' is het verhaal van
een boer uit de streek rond
Tiel en zijn jeugdliefde Judith,
een joods meisje dat met haar
ouders is gevlucht uit het
Duitsland waar de nazi-prak
tijken zich steeds sterker afte
kenen. Hun komst in de be
schermde plattelandsgemeen
schap, waar ieder vreemd ver
schijnsel met argusogen wordt
bekeken, blijft dan ook niet
onopgemerkt.
In het begin redt Tobias
Mannes Judith en haar zusje
uit de klauwen van een groep
wraakzuchtige voetballers. De
korte romance die ontstaat,
wordt ruw verstoort als Ju
dith met haar ouders verder
trekt en in Amsterdam te
rechtkomt. Tobias trouwt met
Belle en krijgt kinderen ter
wijl Judith, het meisje dat
maar niet wil deugen, besluit
om in Amsterdam te blijven
als haar ouders verder vluch
ten.
Toch ontstaat er weer con
tact met de Betuwe, dat in
middels is opgeschrikt door de
oorlog die al door de komst
van de vluchtelingen was aan
gekondigd. Judith reist af
naar het platteland waar zij
met de nodige argwaan wordt
ontvangen. De vrouw des hui
zes bij aankomst van 'die
vreemde': „'Je zou wat kunnen
helpen', en zij kijkt haar nog
eens aan en probeert het niet
te laten merken dat ze er geen
hoge dunk van heeft."
Zijn de ontwikkelingen in
de eerste helft en aan het
einde van het boek boeiend, de
beschrijving hoe het Tobias en
Judith vergaat in de jaren dat
zij elkaar niet zien, blijft ta
melijk oppervlakkig.
Marijke Höweler.
- fotoarbeiotdj
Wat het taalgebruik bet)
zij nog opgemerkt dat
spraakgebruik van de ou
van Judith bestaat uit
rare mengelmoes van Ne
lands en Duits. Ook dit
melijk gezocht omdat wetj
gen aannemen dat er in
gezin gewoon Duits werd)
sproken.
Kortom: op zich een aait
verhaal waarin men te vjJ
blijft haken.
Marijke Höweler: 'Tobj
Uitg. De Arbeiderspers.
38,50.
Sinterklaas is nog maar net voo
weekend pas, maar toch is het n
ondag Maak eens een adventsI
fln stro die je kant en klaar bij
naakt er een van een hoepel va
orn bindt. De strokrans moet ong
Versier de krans met groene
-els, rode besjes, enz. Je kunt er
Mersier de krans met rode of wi
ier vier kaarsen in, voor elke adv
ok, de laatste twee steek je dan
Dit is een oud adventsv
Vier wachters in 't wit ge
door spar- en dennegroen
blazen om beurten op hui
'Sta op, begin opnieuw te
Door Hans Rooseboom
POËZIE vertalen is al moeilijk, bijna onmogelijk wordt dat met
de zogenaamde 'onzin'-poczie, waarin de Engelsen zo goed zijn.
'Light verse', die oer-Engelse literaire uitingsvorm, is misschien
nog wel in een andere taal na te volgen (in het Nederlands bij
voorbeeld door Daan Zonderland en John O'Mill), maar het
werkelijk vertalen van grappigheden die hun leukheid juist
ontlenen aan de taal waarin ze geschreven zijn, dat lijkt een
hondse bezigheid.
Gerrit Komrij, die al heel
wat vertaalkundige hoog
standjes op zijn conto heeft
staan, heeft zich gewaagd aan
het beroemdste kattenboek uit
de wereldliteratuur: The Old
Possum's Book of Practical
Cats, het humoristische uit
stapje van T. S. Eliot, de meest
indrukwekkende en invloed
rijke Engelstalige dichter van
deze eeuw.
In dit lichtvoetige (maar
met zeer grote zorg voor rijm
en metrum geschreven) boeltje
leeft Eliot zijn liefde voor de
kat uit in een aantal virtuoze
beschrijvingen van verschil
lende kattentypen. De gedich
ten dragen titels als: The Rum
Turn Tugger (De Tuk-stuk
rukker, zegt Komrij), Mungo-
jerrie and Rumpelteazer (Lor-
renjopie en Scharrelnelis), Mr.
Mefistoffelees (Dr. Diavolo),
Macavity: The Mystery Cat
(Van Zonderen: de wonder
kat), Bustopher Jones: the Cat
abouf Town (Ghiselbert Smit,
de Residentiekat) en Skim-
bleshanks: The Railway Cat
(Abelkouw: de spoorwegkat).
Laatstgenoemde gedicht is
een illustratie van Eliots vir
tuoze techniek: je hóórt als het
ware de trein (als je het
hardop léést): 'There's a whis
per down the line at 11:39/
When the Night Mail's ready to
depart,/Saying 'Skimble where
is Skimble has he gone to hunt
the thimble?/ We must find
him or the train can't start'.
Bij Komrij luidt deze pas
sage alsvolgt: 'Het is 17 uur 6,
tijd dus voor de Noord-Ex
pres, /En gefluister hoor je
langs de baanj't Gaat van
'Abel waar is Abel controleert
hij soms een kabel? Hij moet
komen of de trein blijft staan'.
Een heel aardige benade
ring, maar het blijft een bena
dering, en voor de ware lief
hebber gaat er nooit iets boven
het origineel.
T. S. Eliot/Gerrit Komrij: Ko-
bus Kruis Parmantige Kat
tenboek (The Old Possum's
Book of Practical Cats). Uitg.
Bert Bakker Amsterdam.
JE ZIET hem zitten, zijn machtige tors omvat door een t-
shirt, zijn bceldhouwerskop omlijst door dunne, rossige
krullen. En je hoort hem voorlezen met die roestige stem. De
zee ruist tegen de Texelse kust. De tweeling Wolkers luistert
naar het verhaal dat papa zelf bedacht heeft.
Jan Wolkers heeft na een aantal nogal magere romans een
boekje afgeleverd met '22 sprookjes, verhalen fabels'. Het
zijn fantasietjes zonder pretentie. De fabels eindigen in een
moraal, maar die is duidelijk komisch bedoeld. Regelmatig
komen er twee broers in voor. Wolkers heeft dus zijn eigen
zoons Bob en Tom in gedachten gehad. In een paar verhalen
is sprake van een kerstboom: de boeken van Wolkers ver
schijnen immers altijd in de tijd van sinterklaas en kerst!
Veel van de verhaaltjes zitten in de griezelsfeer, lijken
spelen een grote rol, doden spoken rond. Dieren draaien de
zaak om en behandelen mensen zoals zij zelf door mensen
behandeld worden. Natuurlijk zit er een dosis sex in (een ko
nijn verkoopt het geslachtsdeel van de poelier aan een klant)
en één verhaal zit vol poep (van reigers deze keer).
Vrij 'gewoon' is het verhaal 'Klokslag twaalf', warin oom
Louis overlijdt op oudejaarsavond. Wolkers schreef 'De
kruizenruikers' met een knipoog naar de actualiteit. Konij
nen moeten 's morgens hun kruis laten besnuffelen door
controleurs met de 'wet holdelers' in de hand. Sprookjes
krijgen een moderne wending, zoals 'De schone slaapster en
de walkman'.
De dood is opvallend aanwezig. In het laatste verhaal, 'De
anatomische les', vlijt een Julia zich naast haar dode Romeo
in de lijkkist om met hem te sterven. Maar de '22 sprookjes,
verhalen en fabels' houden het vrolijk en licht verteerbaar.
De kinderen zijn er dol op, maar de volwassenen willen vol
gendjaar toch wel weer eens een écht boek.
D.V.
Jan Wolkers: '22 sprookjes, verhalen en fabels'. Uitg. Dc Be
zige Bij'
Door Wim van Leest
JE HOEFT geen zwartkijker te zijn om te zien dat er annol
veel mis in onze samenleving. Agressie, stress, afstomping
chosen en fobieën zijn ingrediënten die ervoor zorgen dat h«|
ven van alledag voor veel mensen iets verstikkends krijgt)
neste gewoonten en onontkoombare sleur houden mensen
vangen in een dagelijks ritme dat vaak niet eens dc kwalifii
menswaardig bestaan verdient. En we weten heel goed dati
levensstijl soms niet deugt. Toch breken wc er niet mee, A
voor het onbekende en onwetendheid over hoe we ons leven]
moeten inrichten houdt ons tegen.
De paranormale genezers
annex psychotherapeuten Ne-
nette van Dinteren en Pieter
Wouter van Dijk proberen met
hun boekje 'Samen Leven Sa
men Doen' (uitgegeven bij de
Bredase uitgeverij De Ster)
een weg aan te geven om tot
een menswaardiger samenle
ving te komen, Ruwweg sa
mengevat komt het hier op
neer dat als je je als mens be
wust bent van je je werkelijke
zelf en je rol in deze wereld
dat je dan al heel ver komt.
Zelf-ontplooiing is het sleu
telwoord in 'Samen Leven Sa
men Doen'. Al lezend in het
boekje schiet je al gauw de
aloude Bond Zonder Naam
spreuk te binnen: 'Verbeter de
wereld, begin bij je zelf'. Van
Dijk en Van Dinteren voeren
aan, dat de mens zichzelf
slecht kent en dat hij veel
denkbeelden, gevoelens en ge-
Door Nell Westerlaken
HET DEBUUT 'De vrouw uit
het Holoceen' van Gerda Mcij-
erink mag zeker opmerkelijk
worden genoemd. Het boek
beschrijft de enkele dagen du
rende ontmoeting tussen een
Nederlandse en een Ameri
kaanse die elkaar hebben ont
moet tijdens een feministisch
congres in New Vork.
Het verhaal, dat wordt ver
teld door de ik-persoon, speelt
in Duitsland, waar de vrou
wen elkaar voor de tweede
maal ontmoeten, op aandrin
gen van de Amerikaanse. Hoe
wel de ik-persoon een aversie
heeft tegen het karakter van
de vrouw, gaat ze in op de uit
nodiging voor de tweede ont
moeting. Gevangen in een
weinig gelukkige relatie,
zwicht ze voor de sterke per
soonlijkheid van de de Ameri
kaanse en voor de belofte die
is uitgegaan van hun sexuele
ervaring in New York.
Meijerink geeft een directe
beschrijving van de liefdes
nacht waarin twijfel, angst en
extase worden neergezet als
universele ervaringen en ver
uitsteken boven slechts een
beschrijving van lesbische sex.
„Wat ik voelde was angst. Wat
hier op me afkwam was iets
dat ik niet kende, hier was een
oerkracht aan het werk,
iemand uit het Holoceen was
tot mij gekomen, iemand met
de ogen van het Holoceen.
Geen cultuur, geen eeuwen
van menselijk vernuft en
contemplatie hadden deze oer
kracht kunnen verzwakken."
Wordt de ik-persoon aange
trokken door deze 'oerkracht',
de Amerikaanse, voortdurend
'mijn gezelschap' genoemd in
het boek, is duidelijk op zoek
naar haar Europese wortels.
De niet te verenigen tegenstel
lingen in de fascinatie van
beide vrouwen voor elkaar,
loopt uiteindelijk desastreus
af.
Meijerink beschrijft de re
latie in hoog tempo, afwisse
lend analyserend en beschou
wend. Het gehele boek is toe
gespitst op de liefde tussen
vrouwen, waarbij de schrijf
ster zich nauwelijks uitstapjes
veroorlooft naar andere as
pecten van het leven van de
hoofdpersonen. De thema's
liefde, erotiek en hartstocht
worden tot op het bot ontleed.
'De vrouw uit het Holoceen' is
daarom en mede door de vaart
die er in zit, een fascinerend
verhaal.
Gerda Meijerink: 'De vrouw
uit het Holoceen'. Uitg. Arbei
derspers, prijs 24,50.
UITGEVERIJ Aramith in Amsterdam is begonnen met de jaar-
lijke uitgave van een literaire gids, onder de titel 'Een jaar
boek'. De bedoeling is dat deze gids ieder jaar in de herfst ver
schijnt, om orde aan te brengen in het enorme aanbod (blijkt) op
de literaire markt.
„Deze gids voor het literaire
seizoen tussen zomer '84 en zo
mer '85 - omdat er in de zo
mermaanden meestal weinig
gepubliceerd wordt, leek die
periode zinvoller dan een ka
lenderjaar - bevat vier ele
menten", aldus de samenstel
lers, Aad Nuis en Robert-
Henk Zuidinga.
Aad Nuis geeft allereerst
een uitgebreid overzicht van
het literaire werk dat tussen
juli 1984 en juli 1985 is versche-
Tussen het Begijnhof en het
Minnewater in Brugge is de
herinnering aan de Brugse
schrijver Maurits Sabbe
(1873-1938) het meest tast
baar aanwezig. Wie uit het
begijnhof weer terugwan-
delt naar het café waar de
koetsiers hun paarden haver
geven en uit de waterbak la
ten slobberen, bevindt zich
vlakbij het Sashuis, waar
zich de novelle 'De filosoof
van het Sashuis' afspeelt.
Het middeleeuwse Brugge
(Nihil ad Brugas- niets haalt
er bij Brugge) heeft vele
kunstenaars geïnspireerd.
Alleen Hugo Claus wilde
aan zijn Brugse afkomst
niet wórden herinnerd.
ligt aan het achterlicht
van het vasteland nog er
gens Brugge op haar rug"
dichtte hij. Brugge is door
vele dichters bezongen en de
stad heeft ook voorname
dichters en schrijvers voort
gebracht. Guido Gezelle is er
een van. Maurits Sabbe is de
Brugse verteller bij uitstek.
Bijna al zijn boeken vertel
len over typisch Brugse
mensen met hun Brugse on
hebbelijkheden. Het zijn
lieve verhalen, ze gaan vaak
over mensen die elkaar
graag zien, die ook graag
met elkaar door het leven
zouden willen gaan, maar
die dat uit pure bescheiden
heid of uit kolderieke
vroomheid niet durven te
bekennen. De dialogen in
zijn boeken laten horen hoe
de Brugse taal moet hebben
geklonken. De beschrijving
van „Brugge die scone" is
voor het overige pure poëti
sche adoratie.
Voor de lezer van nu is de
zo fraai door Albert Geu-
dens geïllustreerde novelle
'Een mei van vroomheid'
eigenlijk een onbevredigend
verhaal. Maurits Sabbe ver
telt het verhaal over twee
jonge mensen, die in het
Gruuthuzereitje smoor ver
liefd op elkaar zijn, maar die
na veel geheimzinnig gemei-
mer toch besluiten om hun
liefde te offeren aan een
kloosterroeping. Dat wil
zeggen, het meisje Betjie
wordt na bemiddeling ook
van de pastoor, tóch non en
Fre blijft achter in zijn dro
merij.
De verrassing die Maurits
Sabbe in dit mooie Brugse
verhaal heeft gelegd, houdt
een beetje een pijnlijk slot
in. De oude Fre en de moe
der van Betjie vinden elkaar
op een veiling en besluiten
voortaan samen door het le
ven te gaan. Dat klinkt een
beetje vulgair, ik weet het,
maar de schrijver heeft het
ook echt zo ordinair bedoeld.
De twee buurtjes koesteren
een gezamenlijke buit 'de
huisjes en de rest'. En dat er
met de rest het geld bedoeld
wordt, dat zij beiden hebben
opgespaard, is wel duidelijk.
De aantrekkelijkheid van
dit boek van Maurits Sabbe
is niet gelegen in de simpel
heid van het verhaal, dat
welhaast een triest begijn
hofsprookje is, maar in de
sfeer van de taal die het
oude, intieme en vrome
Brugge zo voelbaar bij U op
roept. Wie voor die poezie
niet gevoelig is, kan beter
een ander boekje van Sabbe
lezen, "t Pastorken van
Schaerdijcke' bij voorbeeld.
Voor Maurits Sabbe is in
'De Mei van Vroomheid' het
aandoenlijke verhaal van
een kwezeltje en haar ge
liefde organist bijkomstige
romantiek of tragiek zo U
wilt. De meimaand ziet de
schrijver als de maand
waarin de liefde ontluikt,
maar het is ook de maand
die toegewijd is aan Maria.
In die maand kon bij Fre de
liefde opbloeien, maar zijn
vroomheid gaf hem de
kracht om in de Maria
maand het offer van zijn
liefde te brengen. Ik herin
ner mij nog exact waar in
Brugge ik het boekje ge
kocht en gelezen heb. Dat
was op de Dijver. Iedere pa
gina bevat een lofzang op de
mystieke schoonheid van
Brugge. Ik vond het destijds
een adembenemend mooie,
Brugse vertelling. Dat vind
ik nog, al storen mij nu plot
seling typisch rooms-katho-
lieke kwezelarijen en com
plexen in de dialoogvorm.
Wie verliefd is op Brugge,
kan niet zonder dit boekje,
dat in 1903 voor het eerst als
boek verscheen in de goed
kope Duimpjes-uitgave bij
Delile in Maldeghem. Bij
Van Dishoeck in Bussum
verscheen in 1909 de uitgave,
die door Albert Geudens met
zoveel plezier is geïllus
treerd. Intussen was het
verhaal al in Nederland ver
schenen als feuilleton in het
Haagse Letterkundige
Weekblad 'De Hofstad'.
Maurits Sabbe zelf
schreef over dit boekje: „Dit
De mensen zeiden dat hij 'koekegoed' was. Illustratie
van Albert Geudens in Maurits Sabbe's boek 'Een mei
van vroomheid'.
is het werk van de tover
kracht, die van Brugge's
schoonheid uitgaat. Wij
kunnen daar niet buiten".
nen en schets het literaire
landschap (of liever: de lite
raire landschappen).
Een groot aantal boeken,
waaronder Cirkel in het gras,
Hersenschimmen, De vermale
dijde vaders, In Nederland, De
stille vriend en Hedonia wordt
besproken door onder meer
Jaap Goedegebuure, Willem
Kuipers, Kees Fens en T. van
Deel, de toonaangevende re
censenten in Nederland.
Een bibliografie vermeldt
vervolgens alle nieuwe uitga
ven in Nederland en België.
Tenslotte een register op de
besproken auteurs dat per vijf
jaar cumulatief is.
Volgens de uitgever wil 'Een
jaar boek' zijn „een jaarlijkse
leidraad voor wie in het litera
tuuraanbod de weg wil vinden
en onmisbaar als hulp bij ten
tamens of examens".
De gids doorbladerend moet
je in ieder geval tot de conclu
sie komen dat de Nederlandse
literatuur in de jaren tachtig
groeit en bloeit: als je alles zo
op een rijtje bij elkaar ziet kun
je er niet omheen: wij leven in
een rijk cultureel landschap.
Aad Nuis en Robert-Henk
Zuidinga: Een jaar boek, over
zicht van de Nederlandse lite
ratuur 1984-85. Uitg. Aramith
Amsterdam. Prijs 15.-
H.R.
dachten heeft, die hem eig|
lijk helemaal niet eigen:
Op basis van die 'condill
richt de mens zijn leven
zonder dat hij zich eigeq
afvraagt of dit nou echt is
hij wil, zonder er bij na tel
ken of hij wel in dit levenj
leven.
Omdat de mens zo slecht!
de hoogte is van zijn eigen)
staansreden, zijn taak ini
wereld, is volgens de sch|
vers een samenleving
staan, waarin maar wei
mensen zich echt thuis ku»
voelen en die velen ondei|
voortdurend opzadelt
angsten en onlustgevoel!
Die samenleving zou vol)
Van Dinteren en Van
kunnen verbeteren
mens eens echt zijn
bestudeerde en los kwarr.j
de psychische ballast, die)
door anderen is opgele
die hij klakkeloos
heeft aangenomen.
Op basis van die omrr
schetsen Van Dinteren enl
Dijk een samenleving w)
het echt 'Samen leven i
men doen' is. Geen afl
mens zal bezwaar hebb
gen de veel betere maats
pij, die de schrijvers onsl
houden en die met inzet|
allen ook haalbaar is. 'Sa
Leven Samen Doen' is niei
zeer een boek dat een UI
beschrijft, maar de theorl
het boek vindt bijvoor!
wel tweeduizend jaar chif
lijke praktijk tegenover!
en die doet je de haaibaai
van 'Samen Leven
Doen' betwijfelen. Van!
ren en Van Dijk voeren«1
lijk in hun boek ethisctxl
men en waarden op, dief"
in de vier evangelies I
kunt vinden en zoals i'
schiedenis heeft geleerd!
de mensheid, en zeker de|
terse wereld, zich daar»
aan gelegen laten liggea I
Dat neemt niet weg dal
men Leven Samen Doef|
waardevol boek is. To
op het individu is het I
leidraad voor bewuster
en het kan ertoe bijdras
je als mens sterker in jes
nen leert staan en je dus|
leert wapenen tegen dei
soonlijkheid van de sa»
ving. In ieder geval
boek je aan het denken f
het je zien dat je je als]
niet te snel neer moetl
bij de werkelijkheid zo
zich in de maatschappij'
festeert.
Nenette van Dinteren i
van Dijk: 'Samen Lev*
men Doen'.Uitgeverij W|
Prijs 29,50.
|Rij-examinatoren hebben een
een onderzoek van de universii
examinator zit vaak in een oni
veinig lichaamsbeweging, moe
noet constant opletten en zich
10k voor scholieren, bovendien
doen!
Suldafrikaanse bedrijven
lebben hun minister van
)nderwijs vorige week een
irlef geschreven. Daarin
Itaat dat ze willen dat
/arte werknemers zoveel
■ogelijk onder dezelfde om-
Itandigheden moeten kun-
len werken als blanke
werknemers. Dat kan alleen
ze beter onderwijs krij
ten en daarom willen die
Irljven dat de apartheid
lt het onderwijs verdwijnt.
Ewarte onderwijzers moe-
in een betere opleiding
rijgen en er moet meer geld
iroor de zwarte scholieren
(omen.
In 1983 was de mi
ster voor een blanke scho-
ler 1.385 rand per jaar
kwijt, voor een zwarte maar
192 rand en dat terwijl het
jnderwijs voor blanken gra-
is, voor zwarten niet.
Dinsdag waren er 45.000
ïensen bij de begrafenis
ran twaalf zwarten. Ze wa
ren door de politie doodge-
ichoten tijdens een demon
stratie tegen hore huren. De
politie hield zich kalm; een
Manke dominee had de poli-
1e zover gekregen dat het
wnbih' innbilt, hapilem Klump
wjou drinjeml m éeh>
m mi
WHR/lj
1-5»
Rof een trede enik
VOLWASSENEN, die hun tweede jeugd ingaan met deoP]
ring van een frisse relatie. Een dankbaar en eindeloos li
thema, waarop Jan Willem Hofstra zijn 'Vanavond om e
of acht' heeft geschreven.
Het eindeloos lijkende thema vindt zijn varianten inWI
schil in mensen. De rode draad zal, als we de psychologi'l
begrijpen, in elk geval dezelfde zijn. Hofstra weet die dol
pakken en voor vier verschillende mensen anders uit te»1
Bij wijze van grap, of toch als leerzame tegenstelling, zetj]
gen de nieuwe ervaring van de veertiger de prille lever
wachting van een twintiger. Die ontmoet ook de hartsvfl
en denkt net als de oudere generatie in verleden en hede-
eeuwig het nestje te hebben gevonden.
Een boeiende en neutrale verhandeling zet Hofstra i
doende voor een avond verstrooiing. Daar was het hem 1
schjjnlijk ook om te doen.
'Vanavond om een uur of acht' door Jan Willem Hofstr<|
De Prom.
I,