H. Goede naam en faam KRO ging boven alles Ellen n H. 4 Borrelpraat over borrelpraat DE ONBEWEZEN STELLINGEN VAN PIETER LAKEMAN a ZATERDAG 23 NOVEMBER 1985 Bankbreuk Geklaag Valse declaraties Achterhaald Ger de Roos Toen pas E Bekkers 7ATERDAG 23 NOVEMB Enkel lusten Praten Verrast Positief .ET GAAT niet goed met de Nederlandse banken. De winsten mogen dan nog wel de pan uit swingen, de nabije toekomst ziet er somber uit. Pieter Lakeman, directeur van de Stichting Onderzoek Bedrijfsinformatie, acht het zelfs niet uitgesloten dat binnen drie jaar een of meerdere grote banken ten onder zullen gaan. „Ik zou niemand adviseren z'n spaarcenten nu bij de banken te parkeren", zegt hij. Wat overigens geen advies is om maandag meteen en masse naar de banken te sprinten om de zuur verdiende spaarcenten op te vragen. Geen paniek dus. Maar toch. Door Pieter-Jan Dekkers WAT ER ook gebeurt: het vertrou wen in het Nederlandse bankstelsel moet er met alle geoorloofde (Lake man: Ën ongeoorloofde) middelen bij de klanten worden ingeramd. Hier nog geen Amerikaanse toe standen (daar gingen tot nu toe al ruim honderd banken failliet) maar als het vertrouwen eenmaal zoek is, stort de hele boel in. De Tilburgsche Hypotheekbank, een van de bankinstellingen die het bankwezen in Nederland ernstig in diskrediet gebracht hebben. - fotoanp Pieter Lakeman komt niet met harde bewijzen, wel geeft hij talvan aanwijzin gen, die overigens meer vragen oproepen dan ze beantwoorden. -fotoanp Zo is er de zekerheid van hypotheek op onroerend goed. Nog beter is de eigendomsoverdracht, die banken vaak bedingen bij het verlenen van kredieten aan bedrijven. Dat houdt in dat alle ver koopopbrengsten van machines, inventa ris, voorraden en produkten bij faillisse ment in de eerste plaats naar de banken gaan. Banken slagen er zelfs in vorderin gen van het betrokken bedrijf op ande ren als zekerheid te introduceren. Gaat een bedrijf failliet, dat kunnen de goedwillende leveranciers, de fiscus en de bedrijfsverenigingen naar hun centen fluiten, omdat de banken immers alles al hebben 'ingepikt'. De banken pakken op deze wijze jaarlijks voor miljarden gul dens andermans spullen af. Volgens La keman riekt dat naar verduistering en kan men zich afvragen in hoeverre het bevorderen hiervan door de banken kan worden gekwalificeerd als 'het uitlokken van verduistering'. Een misdrijf in Ne derland. De Nederlandse wet gaat er vanuit dat alle schuldeisers dezelfde rechten hebben en dat niet de ene schuldeiser (de bank) meer recht heeft op de opbrengst uit li quidatie dan de ander. De banken heb ben dat recht met hun zekerheidseisen Bankiers zijn boeven' Als een soort aartsengel waakt dr. Wil lem Duisenberg, president van De Ne- derlandsche Bank, over dat vertrouwen, dat, als het aan hem ligt, grenzeloos zou moeten zijn. Via een uitgekiend stelsel van voorschriften legt hij de 'bewegings vrijheid' van de handels- en spaarbanken aan banden, al staat het woord bewe gingsvrijheid niet voor niets tussen aan halingstekens. Desondanks is het Nederlandse bank wezen de afgelopen jaren door een aantal schandalen behoorlijk is diskrediet ge bracht. De ondergang van de Tilburg sche Hypotheekbank, het bijna-failliet gaan van de Westland Utrecht Hypo theekbank en de Friesch-Groningsche en de Slavenburg-affaire deed het geloof in de onfeilbaarheid van het Nederlandse bankwezen ernstig wankelen. Daar tus sendoor speelden nog enkele zwart-geld- schandaaltjes, die het imago van de Ne derlandse bankier ook al geen goed de den. Als Lakeman in zijn boek 'Failliet op krediet' constateert dat de gemiddelde Nederlandse bankier frauduleus denkt (en vaak ook zo handelt) en dat bankpre- sident Duisenberg dat probeert in de doofpot te stoppen gaat hij te ver. Want harde bewijzen daarvoor kan hij niet op tafel leggen. Wel tal van aanwijzingen, die overigens meer vragen oproepen dan ze beantwoorden. We zullen het dus met aanwijzingen moeten doen. Dat devalueert de waarde van Lakeman's stellingen, maar geeft toch aardig de situatie weer. Zeker als het gaat om de financiële situatie van de banken. Nog onlangs klaagden de banken zelf steen en been over hun winstgevendheid in de naaste toekomst. Hun traditionele inkomsten dreigen weg te vallen omdat ér kapers op de kust zijn: de pensioen fondsen en levensverzekeraars, die zoveel miljarden guldens moeten beheren, dat ze er eigenlijk geen weg mee weten. En dus graag net als de banken kredietver schaffers willen worden voor bedrijfsle ven en consumenten. Daar komt bij dat het bedrijfsleven zich in toenemende mate afkeert van de banken en zelf de kapitaalmarkt opgaat om geld. De consument tenslotte wordt kieskeuriger en zet meer geld om in bij voorbeeld obligaties en aandelen dan dat het op de ouderwetse manier wordt toe vertrouwd aan de spaarrekeningen van de banken. Er is dus wel degelijk iets aan de hand, alle geruststellingen van De Nederland- sche Bank ten spijt. Lakeman beweert bijvoorbeeld dat de stroppenpot van de gezamenlijke banken leeg is (hij kan dat overigens niet bewijzen bij gebrek aan medewerking van bankpresident Duisen berg). Tegenslagen kunnen dus amper meer worden opgevangen. En omdat de banken nog steeds de wrange vruchten plukken van huizenspeculaties in het ver leden en het bankieren met buitenlandse banken en regeringen wordt de toestand alleen maar slechter. Vervolg van Weekend 1 OM GELD draaide ook het conflict in 1936 met de Priester-Missie- bond. In 1933 al was pater Dito be gonnen missiecongregaties warm te maken voor programma's voor mis sionarissen via de wereldomroep. Om de hoge kosten te drukken werd met bisschoppelijke aanbeve ling een eigen KRO-missiefonds- werving op touw gezet. Tegen het zere been van de Priester-Missie- bond, die zijn beklag deed bij de toen kersverse aartsbisschop De Jong. Twee jaar sleepte deze zaak aan totdat de bond in de zomervergadering van 1936 per motie uitsprak dat de KRO-we- relduitzendingen voor de missie van geen belang waren en dat de KRO dit de men sen ook niet wijs moest maken en der halve ook moest ophouden geld voor die uitzendingen te vragen onder het motto 'u steunt er de missie mee'. In 1931 was er ook al een rel rond Paul Speet tot de buitenwereld doorge drongen. Deze was er door een ontslagen employé van beschuldigd tijdens buiten lands verblijf stevig te drinken en valse declaraties in te dienen. Hoewel Speet na onderzoek van alle blaam werd gezui verd, moest hij op bisschoppelijke aan wijzing ontslag nemen als bestuurssecre- taris omdat men de zaak niet binnenska mers had weten te houden. De goede naam en faam van de KRO als loot aan de katholieke stam ging bo ven alles. Deze affaire is Speet altijd blij ven achtervolgen. Als tegenstanders in het bestuur hem een hak wilden zetten, werd het opgerakeld. Speet werd be drijfsleider en later directeur tot zijn dood in 1953. Dat hij de KRO trouw is In Amerika wordt openheid be schouwd als een groot goed: Openheid moet het vertrouwen van het bedrijfsle ven en de consument in de banken ver sterken. In Nederland is het net anders om: hoe geheimzinniger bankzaken, hoe beter. Daar komt volgens Lakeman bij dat veel bankbestuurders geen knip voor hun neus waard zijn. 'Vaak wordt de schoolse kennis die in de jeugd is opgedaan tot aan de pensioengerechtigde leeftijd ge koesterd. Speciaal bij economen lijkt dit vaak voor te komen', constateert Lake man. 'Wanneer reeds lang geleden afge studeerde lieden verantwoordelijke func ties bekleden kan dit desastreuze gevol gen hebben. Dit verschijnsel doet zich ook voor bij de top van De Nederland- sche Bank'. Overigens is dat nog een 'zachte' kwa lificatie van bankiers vergeleken met de volgende uithaal: 'Je zou kunnen stellen dat niet slechts incidentele bankjes hier en daar maar het bankwezen als geheel een belangrijk stuk criminaliteit in zijn beleid heeft geïncorporeerd. Van konij nenstropers neemt iedereen direct aan dat hij bewust heeft gehandeld. Maar rechters denken nog te vaak dat bankiers onschuldige en onwetende kindertjes zijn'. Aanleiding voor deze tirade vindt La keman in het stelsel van zekerheidsstel ling, dat de Nederlandse banken zich on der de beschermende vleug'len van De Nederlandsche Bank inzake faillissemen ten heeft toegeëigend. volledig uitgehold en zijn daarom ook strafbaar, vindt Lakeman. Het bewust benadelen van andere schuldeisers wordt in het Burgerlijk Wetboek trouwens om schreven als 'bedriegelijke bankbreuk'. En ook dat is een misdrijf. Dat de banken de laatste jaren zoveel geld in bedrijven hebben gestoken zal, gezien de verworven zekerheden, weinig opzien baren. Immers, de banken schie ten er vrijwel niets bij in. Dat is, stelt La keman, ook de reden geweest dat de ban ken maar geld in bedrijven bleven pom pen, ook als die bedrijven economisch aan het eind van hun latijn waren. Dit doorfinancieren van uitgeholde bv's is in heel Europa bij wet verboden. Als het eigen vermogen van bv's negatief is mogen de banken geen kredieten meer verschaffen. Er staat in heel wat landen zelfs een forse gevangenisstraf op. Zo niet in Nederland. Integendeel, De Ne derlandsche Bank stond er bij en keer er naar. Voor Lakeman zijn dat soort zaken 'bewijzen' van het in wezen crimineel denken van bankiers. Het zijn 'boeven', die zich verrijken ten koste van de ge meenschap. Of de banken en Duisenberg deze be schuldigingen over zich heen zullen laten gaan of Lakeman wegens 'smaad' voor de rechter zullen slepen zal de toekomst leren. Maar dat Lakeman er in is ge slaagd het nodige stof te doen opwaaien in de bankpaleizen van Nederland is ze ker. Door Pieter-Jan dekkers IN ZIJN nieuwste boek 'Failliet op krediet' over de rol van de banken in Nederland wijdt Pieter Lakeman een speciaal hoofdstuk aan 'borrelpraat'. Daaronder verstaat hij de 'uit vluchten' die ondernemers èn politici aanvoeren voor het falen van hun economisch handelen. Die 'uitvluchten' zijn er legio. Zo overheerst in die kringen het gevoel dat ondernemend Ne derland het best gedijt in een eeuwigdurende CDA/WD-coalitie. Liberalen alléén zou nog beter zijn maar daar zijn er helaas te weinig van. Daarentegen zijn sociaal-democraten uit gesproken rampzalig voor het economisch be stel. Lakeman wijst op Amrobank-topman oud- minister Nelissen (CDA), die nog niet zo lang geleden de kreet slaakte dat een kabinet met PvdA-leider Den Uyl erin een ramp voor de economie zou betekenen. Borrelpraat, zegt Lakeman. De uitspraak van Nelissen illustreert wel hoe zwaar ondernemers (bankiers) belang aan de poütiek toekennen, waarmee ze welbewust hun eigen invloed on derschatten. Het idee dat één partij in Neder land meer invloed op de economie kan uitoefe nen dan de banken zelf is 'absurd', aldus Lake man. Ook de opvatting dat het aarzelende econo- ihisch herstel van vandaag zou zijn veroorzaakt door het beleid van het kabinet-Lubbers kwali ficeert Lakeman als 'borrelpraat'. Kabinets- vriendelijke politici slaan zichzelf aan het einde van de nt op de borst met de constatering dat het regeringsbeleid 'moedig' en 'succesvol' is ge weest: 'Alles wat moet dalen - collectieve las ten, financieringstekort, inflatie, rentestand en lonen - daalt, en wat moet stijgen - economie, winst en werk- stijgt'. En dat met 750.000 werklozen. 'De werknemers eten de bedrijven op', ver zucht menig bankier, ondernemer en politicus. Dat verhaal is, zegt Lakeman, nu al vijf jaar Zwakke basis achterhaald. De reële lonen zijn sinds 1979 in geen enkel EG-land zo scherp gedaald als in Nederland. Sinds dat jaar liggen de arbeidskos ten ver onder het EG-gemiddelde en sinds 1984 zijn die kosten - op België na - de laagste van de hele Europese Gemeenschap. Lastenverlichting. Nog zo'n kreet die in poli- tiek-Den Haag de laatste jaren goed is aange slagen. Lastenverlichting is hét toverwoord voor economisch herstel en de politici zijn de tovenaars. Niets is minder waar, constateert Lakeman. Nederland is al jaren een verzorgingsstaat voor ondernemers, terwijl het tegelijkertijd het hoog ste werkloosheidpercentage in West-Eruropa heeft. En dan slaat Lakeman aan het rekenen: In 1983 betaalden de Nederlandse bedrijven sa men 6,2 miljard gulden belasting. In datzelfde jaar ontvingen ze vanwege een aantrekkelijke grabbelton van subsidies en andere steunrege lingen 19,9 miljard gulden. Per saldo een ca deautje van de overheid van 13,6 miljard gul den. En het kan, aldus Lakeman, niet op. In 1984 betaalden de bedrijven 5,9 miljard gulden aan vennootschapsbelasting. Ze kregen er dat jaar Dat is wel een erg zwakke basis voor Lake- man's conclusie dat alle Nederlandse bankiers boeven zijn en er niet voor terugdeinzen fraude-1 leus te handelen. Het gaat ook te ver alleen de I bankiers op te zadelen met de schuld van I 26.000 faillissementen. Door op een nonchalante manier zulke harde I conclusies te verbinden aan 'dubieuze' ramin- f gen ondergraaft Lakeman zijn eigen stellingen I en vervalt hij in borrelpraat over borrelpraat En dat is jammer, want er is wel degelijk wal I mis met het Nederlandse bankwezen. In tegenstelling tot zijn eerste boek ('Heil gaat uitstekend') waarin Lakeman de verborgen handel en wandel van accountants per geval uil I de doeken deed, gooit hij in 'Failliet op krediet' r het hele bankwezen op een hoop en veronder-1 stelt zaken, die op z'n zachts gezegd twijfelach- r rig zijn. Toch kan zijn boek nuttig zijn. Al was het al-1 leen maar om de bankiers en vooral president Duisenberg van De Nederlandse Bank uit li tent te lokken. Want de geheimzinnigheid waar-1 mee deze heren zaken doen doet vermoeden dal I heel wat van die activiteiten beter met de man- tel der liefde bedekt kunnen blijven. gebleven, is verbazingwekkend, want hij is ook na die eerste affaire nog meer dan eens van onfrisse zaken beschuldigd die ook door het bestuur werden geloofd, maar steeds onwaar bleken. De zaak Dito. Perquin had zijn orde genoot in 1938 buiten alles en iedereen om tot zijn opvolger aangewezen. Tot ongenoegen van het episcopaat dat hem in elk geval te jong vond. Dito was toen 33 jaar oud. Als nieuwe baas werd hij ge confronteerd met een zakelijke blunder die hij zelf enkele maanden eerder had gemaakt met een reisbureau, dat was op gericht door een ex-medewerker en be stond van excursies naar de KRO-studio. Kardinaal De Jong vond het na alle affaires welletjes: met behulp van com missaris Verhoeven werd KRO-baas Dito handelingsonbekwaam gemaakt op financieel en commercieel terrein. In feite had de kardinaal toen al besloten Dito op straat te zetten en de macht in handen te spelen van zijn commissaris Verhoeven. Het KRO-bestuur slikte eis na eis, want 'het paste katholieken niet het episcopaat tegen te spreken'. Pastoor Kaarsgaren uit Kortenhoef, jarenlang bestuurslid, was een van de fel ste voorvechters van de katholiciteit op alle fronten; ook het personeel. Nu kon de radio het niet stellen zonder goede muzikanten en die waren onder katholie ken schaars. Maar katholieke medewer kers, die hun plichten als katholiek niet vervulden, waren een nog grotere steen des aanstoots en een vruchtbare bodem voor roddel,achterklap en broodroof. Op het ontslag van Ger de Roos, orkestlei der en steunpilaar, is jarenlang aange drongen opdat hij niet kathoüek was. Allerlei kleinigheden waren even zo vele symptomen dat de clerus bezig was de positie van het zelfstandige KRO-be stuur te verzwakken. Pater Dito was er het uitgesproken slachtoffer van, maar het bleef voor de buitenwereld totaal ver borgen. Over de oorlogstijd kan men kort zijn. De KRO verdween in 1941 uit de ether. Maar heldhaftig kan men de opstelling bepaald niet noemen. Tot het laatst is ge tracht met de bezetter tot een regeüng te komen om in de lucht te kunnen blijven als kathoüeke omroep. Pater Dito heeft in de oorlog gedaan als ware hij nog KRO-voorzitter en zelfs zijn bestuur wist niet beter. Wel ging Dito zich aan intriges schul dig maken om zijn positie te kunnen be houden. Daardoor kwam het tot een vol ledige breuk met zijn kompaan van het eerste uur: Speet. De intriges hebben Di- Mr. Harry van Doorn (op de foto met kardinaal Alfrink tijdens het 40-jarig jubi leum van de KRO) was de eerste leek als KRO-voorzitter. Hij zou zich politiek ont wikkelen van KVP naar PPR - fotokro to's lot volledig bezegeld. Naar buiten toe bleef Dito namens de KRO optreden, onder andere in gesprekken met andere omroepmensen hoe de ether na de oorlog moest worden ingericht. Op 4 januari 1944 ontbood kardinaal Jong Dito voor de zoveelste keer en deelde hem in bijzijn van commissaris Verhoeven mee dat hij uitgerangeerd was. Dito heeft het toen nog niet opgegeven, is nog naar Enge land kunnen gaan om vandaaruit met politieke hulp zijn positie te verzekeren. En na de bevrijding weigerde hij zelfs formeel op te stappen. Niet de kardinaal, maar alleen het bestuur was bevoegd hem te ontslaan, oordeelde Dito en pro beerde het nog langs dien weg. Op 3 juli 1945 schrijft kardinaal De Jong dan aan de vice-voorzitter van de KRO dat de bisschoppen pater Dito niet meer accepteren als KRO-voorzitter, dat het hun bekend is dat hij niet wenst te gaan en dat de bisschoppen daarom wil len dat het bestuur hem op straat zet. Toen pas wist het hele bestuur hoe de zaak in elkaar zat. Na de oorlog zwaait eerst prof. Kors, dominicaan, de scepter in de Emma- straat. Volgens Manning een ouderwetse klerikaal, hiërarchisch denkend en vooral bedacht op handhaving van de discipli ne. Geen man van vernieuwing. Hij zag in de kerkontwikkeling van de jaren zes tig zelfs de kiem van ketterij.Van Kors is de uitspraak: „Katholieken moeten nu eenmaal t.o.v. valsche levensbeschouwin gen onverdraagzaam zijn. Ook al aan vaarden wij de gewetensvrijheid, dan be hoeven wij toch niet mede te werken - dat mogen we zelfs niet - aan iets wat wij principieel verwerpelijk vinden?" En dus was hij onverzettelijk toen het ging om herstel van het zuilensysteem. De KRO en de woeüge jaren zestig. Het is het proces van ontvoogding. Mr. Harry van Doorn, de eerste leek als KRO-voorzitter die zich politiek ontwik kelt van KVP naar PPR. Wie heeft ooit geweten dat drs. Th. Zwartkruis, de la tere bisschop van Haarlem, ook hoge ogen had gegooid voor de functie. Brandpunt dat journalistiek in hoog aan zien komt, maar in eigen kring hevige weerstand ondervindt, het ontslag van Brandpunt-coryfee Frits van de Poel om dat voorzitter Van Doorn persoonlijk de grenzen van de programma's wenst te be palen en bij gebleken geschonden ver trouwen onverbiddelijk is. In die jaren speelt zich ook het gevecht af om de journalistieke vrijheid en eigen verant- woordelijkheid van programmamakers voor hun produkten. De affaire Bekkers nog even. Op 21 maart 1963 is zijn befaamde optreden in Brandpunt over geboorteregeling. Ka tholieken ervoer een stuk bevrijding en zij niet alleen. Het KRO-bestuur was niet geestdriftig. Het wist dat Bekkers buiten zijn medebischoppen om had ge sproken. Er werd over vergaderd. Die- lenbrock, bisschoppelijk commissaris in et dagelijks bestuur, opperde over Bek kers' toespraakjes voortaan vooraf over leg te plegen met het episcopaat. Loerak ker (namens de KVP bestuurslid en heel ongelukkig met de zaak) verweet Van Doorn dat hij het optreden van de Bos sche bisschop niet had verhinderd. Ook kardinaal Alfrink was over Bek kers' optreden ontstemd geweest. Het KRO-bestuur concludeerde dat Bekkers niet prudent genoeg was geweest. De Programma Adviesraad daarentegen stond vierkant achter Bekkers. De KRO stond voor de vraag waar de eigen com petentie ophield en instructies van het epicopaat moesten worden aanvaard. "Van Doorn lette op Alfrink, maar be paalde zelfstandig zijn koers", conclu deert Manning. Dat ondervond pater Brockbernd osb die door hem als hoofd godsdienstzaken in 1962 werd ontslagen omdat hij elke liturgische vernieuwing afwees. De grootste weerstand heeft de KRO in de late zestiger, begin zeventiger jaren te verduren gehad van organisaties als KVP en KNBTB die vonden dat de om roep pal moest staan voor het gezamen lijke katholieke belang in plaats van kri tiek te leveren. Anders dan zijn voorgan gers heeft kardinaal Alfrink zich niet meer met de interne gang van zaken be moeid. 'A.F. Manning Zestig jaren KRO. Am bo, Baarn. 22.3 miljard gulden aan steun en subsidie voor terug. Één meevaller van 16,3 miljard gulden Over twee jaar kregen de ondernemers dus bijna 30 miljard gulden van de ondernemers, vriendelijke overheid. En Vanaf 1979 ontvingen de bedrijven per saldo 74 miljard gulden, rekent Lakeman uit. Reactie van het Verbond van Nederlandse Ondernemingen: We betalen meer belasting dan Lakeman uitrekent, zoals accijnzen, over- drachtsbelasting, milieubelasting, invoerrechten en wat voor belasting al niet. Waarop Lakeman een nieuwe reeks cijfers te- voorschijn tovert: In 1983 betaalden de bedrij-1 ven samen 17,2 miljard gulden aan het rijk. Ze i ontvingen 19,9 miljard gulden aan steun en subsidies. Resteert een douceurtje van 2,7 mi], jard gulden. In 1984 betaalden de bedrijven I 17,5 miljard gulden aan Ruding en kregen ze 22.4 miljard gulden terug. Netto-opbreng voor de bedrijven derhalve 4,7 miljard gulden Over beide jaren een 'lastenverlichting' van 7,41 miljard gulden. Er zijn, aldus Lakeman, dus helemaal j lasten, enkel lusten. Het is daarom dat ondernemers en vooral bankiers al weer I steen en been klagen over 'lastenverzwaring'. Borrelpraat!. Wat deze cijfers betreft kan men Lakeman I het voordeel van de twijfel geven. In grote lij-1 nen klopt het aardig, maar het zegt natuurlijk I niets over de bedrijven zelf. Er zijn ongetwijfeld veel bedrijven die meer aan de staat retourne ren dan ze via steun en subsidies terug krijgen. Echt grote vraagtekens moeten geplaatst worden achter zijn berekeningen over de scha de, die de Nederlandse banken de afgelopen ja ren het bedrijfsleven hebben toegebracht van wege de golf van faillissementen. Tussen I en 1984 zijn in Nederland 27.000 bedrijven op I de fles gegaan. Ze hebben 150.000 mensen werkloos gemaakt en een schuld van 20 miljar gulden afgewenteld op anderen. Daarnaast I kostte dat de schatkist nog eens 12 miljard gul den aan werkloosheidsuitkeringen. Totaal 321 miljard gulden dus. En dat is allemaal de schuld van de banken, zegt Lakeman. Het gaat echter slechts om schattingen, ont staan vanuit veronderstellingen. En nogal ruim I genomen schattingen ook. Sommige cijfers rijn zelfs het resultaat van schattingen van schattin gen. „ET MAKEN van een definitieve afspraak vergt eni Niet dat Ellen de Lange de publiciteit mijdt, maar in het buiten brengen van haar beweegredenen om de lessen katholieke Academie voor Lichamelijke Opvoeding te v is ze wat voorzichtig. Daaron meldt Wim Droge zich in eer de 'stiltekamertjes' van de Ti Academie waar Ellen de Lan lawaai van pauzerende stud© achter zich laat. We Door Romain van Damm\ „ELLEN KRIJGT in fd voortrekkersrol opgedronga Wim Dröge uit waarom voorzichtig omgesprongen met het geven van interview nou eenmaal de eerste diel hoorster toegelaten is tot d^ mie. Ze wordt overstelpt vragen voor interviews. Dat mag niet te veel worden tenslotte ook aan haar studil Vanuit de gehandicaptenwerelq lasting ook groot. Jij moet hel maken. De weg vrij maken. Da eens te belastend zijn". „Maar", zegt Ellen de Lang vankelijk Frans studeerde ën ld NWIT in Breda zat daarover! dat ik er zoveel mogelijk over I ten. Ik zit inderdaad in een vod rol. Daar ben ik me heel gol van. In de gehandicaptenwet men mij op de voet. Dat heeftl en nadelen." Voor de twintigjarige Ellenl verder gaat, wil Wim Dröge I duidelijk stellen dat de morf Breda woonachtige Ellen de als leerlinge aan de Academie 1 schreven. „Ellen is toehoorstt] wettelijk geregeld. Volgens de f niet als leerlinge ingeschrevel We hebben het nu een paarl aangekeken. Ervaringen uif Begin december gaan we dat i ven. Dat moet in overleg met r kenen gebeuren. Dat kan er i contract opgemaakt worden. 7 wat meer duidelijkheid geschl den. We hopen dat er verver meer rust rond haar persoontje] Ellen de Lange, afkomstig r derse plaatsje Eerbeek, hoordfl medewerker van Sportservice dat er gezocht werd naar mog om gehandicapten aan een plaJ Academie te helpen. „Ik heb r aangemeld", zegt Ellen de Lj het begin, „ik hou van sport, f ter wat mee gaan doen. Ik wasl verrast dat ik uitgenodigd werl gesprek. Nou, toen zijn we g| en is er dit uitgerold." De eerste stap die eigenlijk] gezet had kunnen worden, wl verleden kreeg de directie vanl mie wel meer aanvragen van gJ 'en. „Die vragen hebben ons| reikt ja", neemt Wim Dröge weer over, ,,'ik ben gehandid wil toch naar de Academie'. IL dat probleem zeg maar, hl steeds doorgeschoven. Zo va nou eenmaal niet. Je moet all eapte in deze opleiding te veel gen. Je kunt niet aan alles Zoiets hadden we ook nu ku ven. Het spijt ons, maar er onze opleiding te weinig mos om dat te realiseren." „We hebben nu gezegd, maar eens praten. Dat kwam j uit de brief van Ellen erg veel c sprak. In het gesprek dat tol kwrun Ellen zeer positief naar l in haar brief. Alles wat wir hef naar voren brachten, werd omgebogen naar het positieve] 'en toen over te gaan tot een de. Op de Academie hebben w hoofdige leiding. Het schoolbé het sein op groen gezet. Strakj a"es op papier gezet worden, gens moeten we heel eerlijk 1 over elkaar. Niet iets belovel waargemaakt kan worden. Dal 'en niets aan en daar hebberj aan."

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1985 | | pagina 14