Forse kritiek Raad van State Vier jaar lang nog ruim vier miljard bezuinigen li I J I INKOMSTEN PREMIES CENTRAAL PLANBUREAU MINDER OPTIMISTISCH DAN KABINET Totaalbeeld begroting Gelijk BTW-tarief levert half miljard op SU I I I I ECHTE Mi Geen verdere AT FINANCIËN BEZUINIGINGEN BELASTINGEN E 142979 UITGAVEN DE STEM COMMENTA Nog veel te doen Tegenprestatie geboden Ouverture INK TE WEINIG AANDACHT VOOR BESTRIJDING WERLOOSHEID anp bins in miljoenen gld. (excl. afi. en aanm.) 179129 RUDING: VOLGEND KABINET STAAT VOOR BLOK DEN HAAG - De Raad van State heeft forse kritiek op het ontbreken van een sa menhangende beschouwing over de ernst van de werk loosheid in de Miljoenenno ta. Voor het eerst sinds het aantreden van het kabinet- Lubbers vraagt de Raad zich openlijk af of het kabinet niet te veel verwacht dat het bedrijfsleven zelf zonder enige stimulans van de overheid het initiatief zal nemen tot uitbreiding van de werkgelegenheid. Letterlijk schrijft de Raad: „De Nederlandse sa menleving zal er zich moei lijk bij kunnen neerleggen dat voor zovele tot arbeid in staat en bereid zijnde mede burgers, als een min of meer permanente situatie, geen plaats in het maatschappe lijk produktieproces be schikbaar zou zijn". De Raad vraagt zich af „of de doelstelling van de over heid ten aanzien van de marktsector beperkt mag blijven tot de gezondmaking van het bedrijfsleven in de verwachting dat een gezond bedrijfsleven ook in vol doende mate in een bevredi- gend tempo tot meer econo mische groei zal leiden. Een beleid, uitsluitend gericht op vermindering van het fi nancieringstekort in het ka der van het streven naar een relatieve vermindering van de omvang van de collectie ve sector, leidt niet als van zelf tot een voldoende groei van de marktsector, al is het daarvoor wel een belangrij ke voorwaarde". Op beide punten van kri tiek reageert het kabinet af wijzend: „In de Miljoenen nota wordt opgemerkt dat de werkloosheid een van de grootste problemen in de economie is. Het bevorderen van blijvende werkgelegen heid kan slechts plaats vin den in het kader van een be leid gericht op structureel economisch herstel. In dat verband meent het kabinet dan ook, dat het werkgele- Raad van State ..kritiek.. - FOTO DIJKSTRA genheidsvraagstuk reeds de centrale plaats heeft gekre gen die de Raad bepleit". De tweede bal die de Raad van State opwierp wordt te ruggekaatst met de consta tering dat ook de Raad vindt dat de economie zich gunstig ontwikkelt en dat het ge voerde beleid effecten heeft. „Dit wijst erop, dat het be drijfsleven inderdaad de ruimte benut die door het gevoerde kabinetsbeleid wordt gecreëerd via terug dringing van de collectieve sector". De Raad constateert dat het kabinet er in zijn regeer periode niet in is geslaagd een structurele, reële verla ging van het naar de mening van de Raad te hoge tarief van de loon- en inkomsten belasting te bewerkstelligen. Het kabinet biedt wat dat betreft in de Miljoenennota 1986 ook geen enkel perspec tief. Het tegendeel is zelfs het geval. Sinds 1981 is steeds een verhoging van het tarief doorgevoerd, die in opzet een tijdelijk karakter had. Maar deze belastingverho gingen blijken vrijwel alle maal een permanent karak ter te krijgen. Uit een oog punt van fiscale politiek be treurt de Raad deze ontwik keling. De Raad van State meent dat het steeds moei lijker zal worden in een vol gende kabinetsperiode wèl een structurele verlaging van het tarief van deze be lastingen tot stand te bren gen. Vraagtekens plaatst de Raad derhalve ook bij de manier waarop het kabinet volgend jaar een beperkte verbetering van de koop kracht wil realiseren, name lijk via lagere sociale pre mies. Dat sluit een aantal groepen buiten die koop krachtverbetering omdat ze niet premieplichtig zijn. Een belastingverlaging is der halve een beter middel om de koopkracht te garande ren, meent de Raad. Maar het kabinet verwerpt ook deze kritiek. Evenals in het advies over de Miljoenennota 1985 maakt de Raad van State ernstig bezwaar tegen het voorstel om ook in 1986 de kinderbiislae te bevriezen. Ruding ziet toch lichtpuntjes DEN HAAG - Het kabinet is minder somber over de sociaal-economische en financiële toe komst dan 's Rijks belangrijkste adviseur, het Centraal Planbureau. Met een geraamd tekort van ruim 26,5 miljard gul den, een verbetering van de koopkracht met anderhal a twee procent voor inkomens vanaf rond 39.000 gul den bruto, geen of nauwelijks vooruitgang voor uitke ringsgerechtigden, ambtenaren en trendvolgers en een onveranderd hoge werkloosheid (765.000 mannen en vrouwen), gaat het kabinet-Lubbers het verkie zingsjaar 1986 in. De hogere koopkracht voor grote groepen wordt bereikt door daling van de sociale pre mies, matiging van de huur verhoging (2 procent) en een iets geringere verhoging van de gasprijs dan voorzien: 2 cent per kubieke meter exclu sief BTW, hoewel minister Van Aardenne (Economische Zaken) de mogelijkheid open houdt dat er op 1 juli nog èén cent bij komt. Het bedrijfsleven krijgt een lastenverlichting van 400 mil joen gulden. „Meer zit er niet in; het ontbreken van vol doende financiële ruimte is een ontbindende voorwaarde voor het in het regeerakkoord genoemde streven om jaarlijks een a anderhalf miljard gul den lastenverlichting door te voeren. Bovendien gaat 't het bedrijfsleven goed, in ieder geval beter dan een paar jaar geleden", aldus minister Ru- ding (Financiën). Van die 400 miljoen gulden komt 145 miljoen gulden uit verlaging van de vennoot schapsbelasting, 20 miljoen gulden uit verhoging van de zelfstandigenaftrek in de loon- en inkomstenbelasting en 275 miljoen gulden uit ver laging van de werkgeverspre mies sociale zekerheid. Daarin is begrepen het af schaffen van de kinderbijslag voor 18-jarigen en ouderen bij invoering van de nieuwe stu diefinanciering per 1 oktober 1986. Daardoor kan de kinder bijslagpremie, een werkge verspremie, omlaag. Afschaffing van de negatie ve aanslag in de WIR - bedrij ven die enige jaren achtereen verlies boeken kunnen nu nog een WIR-premie krijgen die hoger is dan het bedrag dat zij aan inkomsten- of vennoot schapsbelasting moeten beta len - scheelt het bedrijfsleven 50 miljoen gulden. Met de vaststelling dat „de economie zich langzaam be gint te herstellen van de diepe inzinking" leidt Ruding in de Miljoenennota een uitvoerige beschouwing over de succes sen van het kabinetsbeleid in. In de kabinetsperiode (1983- 1986) daalden de uitgaven van de totale collectieve sector - Rijk, provincies en gemeenten, O h» (O to I— cn O z LU LU H P Z CL LU O CC LO 00 LO <35 cc ui Q 2 LU 2 m CM <35 <35 o> Q b- 2 CC LU NA DIV. EN AFTREK ZIJN DE INKOM STEN VAN DE RIJKSOVERHEID in miljoenen gld. (excl. afl. en aanm.) financ. tekort is 36150 w z C/5 UITGAVEN VAN DE RIJKSOVERHEID sociale zekerheid - met 4 pro cent van het nationaal inko men (zo'n 16 miljard gulden), maar stegen de uitgaven van het Rijk, ondanks 35 miljard gulden aan bezuinigingen, toch nog met 22 miljard gul den. De druk van belastingen en premies daalde, vooral door premiedaling als gevolg van de doorgevoerde kortingen op uitkeringen, met 3,5 a 4 pro cent. Het financieringstekort daalde van ruim 10 procent in 1983 naar 7,8 procent geraamd voor 1986. De inflatie is terug gedrongen - raming 1986 - tot 1 a 1,5 procent. Het Centraal Planbureau maakt in de Macro-economi sche Verkenningen (MEV) bij dat laatste gegeven wel een serieus voorbehoud: als de da lende invoerprijzen (-2,5 pro cent) niet of niet voldoende aan de consument worden doorgegeven, is een hogere prijsstijging dan nu wordt voorzien op voorhand niet on denkbaar. Het CPB is ook minder opti mistisch over de internationa le ontwikkelingen dan Ruding. „Er is sprake van toenemende onzekerheid omtrent het ver loop van de internationale conjunctuur. De economische groei in de VS is sterk afgeno men, stagneert zelfs in belang rijke sectoren, en in West- Europa ontbreken vooralsnog krachtige binnenlandse im pulsen". Het CPB waarschuwt voor de mogelijkheid van daling van de dollarkoers, rentestij ging en stagnering van de groei. Dat kan voor Europa en daarmee voor Nederland bete kenen: minder groei van de wereldhandel, verslechtering van de concurrentiepositie, vertraging van de economi sche groei en mede daardoor oplopende werkloosheid en toenemend financieringste kort. DEN HAAG - Bij een jaar lijkse economische groei van 2 procent, het verkleinen van het financieringstekort met 1 procent van het natio nale inkomen per jaar en gelijkblijvende werkloos heid, moet er in de volgende kabinetsperiode (1987-1990) minimaal 16 miljard gulden bezuinigd worden. Dat is elk jaar minstens 4 miljard gul den. Minister Ruding (Finan ciën) vindt dat noodzakelijk omdat de collectieve uitga ven nog steeds veel te hoog zijn. Van elke in Nederland verdiende gulden worden drie kwartjes via de over heid uitgegeven. Berekeningen wijzen uit dat de uitgaven van de over heid (de rentebetalingen en de sociale zekerheid niet meegerekend) bij een prijs stijging van 2 procent per jaar, in de volgende kabi netsperiode jaarlijks met 3,5 miljard gulden zullen stij gen. Zelfs als het financie ringstekort met 1 procent per jaar kan worden terug gebracht stijgën de rentelas ten nog van 22 miljard gul den in 1986 tot 26 miljard gulden in 1990. De uitgaven voor de sociale zekerheid stijgen, als er niet bezuinigd wordt, jaarlijks met ruim 3 miljard gulden. Alles bijeen mag gerekend worden op een groei van de gemeen schapsuitgaven met jaar lijks rond 7,5 miljard gulden, een stijging met ruim 0,5 procent per jaar. Daar staat tegenover dat de inkomsten van het Rijk per jaar met driekwart pro centpunt van het nationaal inkomen zullen dalen. Voor naamste oorzaak daarvan zijn de sterk teruglopende aargasbaten: van 22 miljard gulden in 1986 tot 16 miljard gulden in 1990. Bij de raming van de ont vangsten is ervan uitgegaan, dat de opbrengst van belas tingen en premies gelijk blijft, maar dat de niet-be- lasting ontvangsten met 1,25 procentpunt zullen dalen. Ruding: „Er is geen reden de teugels te laten vieren. We zullen nog een aantal ja ren in hoofdlijnen met dit beleid moeten doorgaan. We zullen voorrang moeten ge ven aan verdere verkleining van het financieringstekort boven een verlaging van de collectieve lastendruk, dus ook van de belastingtarie ven". In de Miljoenennota waarschuwt Ruding voor optimisme en het voorbij zien aan risico's. Valt de economische groei lager uit dan 2 procent per jaar, dan stijgt het financie ringstekort met 1 miljard gulden per jaar. Neemt de werkloosheid weer toe, dan stijgen de sociale premies. Beide ontwikkelingen kun nen ook tegelijk optreden. Een deel van de over heidsuitgaven is nog steeds niet goed beheersbaar. Een ander probleem ont staat als er toch zou worden besloten tot belastingverla ging. Ruding staat daar zeer terughoudend tegenover. Door de inkomensmatiging daalt de belastingopbrengst toch al. Extra belastingver lichting zou tot meer ombui gingen moeten leiden. Wil men echter, bij dalende be lastingopbrengst en sterk dalende gasbaten, toch de belasting- en premiedruk constant houden om, zonder belangrijke bezuinigingen op de uitgaven, 1 procent da ling van het financieringste kort te bereiken, dan zou daarvoor belastingverzwa ring in plaats van belasting verlichting noodzakelijk zijn. Tenslotte waaarschuwt Ruding dat bij voortgaande bezuinigingen op de sociale zekerheid - waarvan hij voorstander is - de effecten daarvan niet geheel ten goe de komen aan de schatkist. De premiedruk zal er door afnemen, maar het financie ringstekort niet. DEN HAAG - Ondanks een bezuinigingsprogramma van 8 miljard gulden en een uitga venstijging van slechts 1 mil jard gulden (gemiddeld be droeg de stijging van de uitga ven in voorgaande jaren 10 miljard gulden per jaar) heeft minister Ruding (Financiën) de begroting 1986 moeten pre senteren met een tekort van ruim 26,5 miljard gulden. Uitgedrukt in procenten van het nationaal inkomen is het verschil tussen ontvang sten en uitgaven van het Rijk 7 procent. Daarbij moeten nog Ontwerp begroting 1985 opgeteld worden de uitgaven van het Rijk die rechtstreeks op de kapitaalmarkt gefinan cierd worden (zaals premie woningen en verbetering wo ningwetwoningen) en, om tot het totaalbeeld voor de gehele overheid te komen, de tekor ten van de lagere overheden (vooral de gemeenten). Het totaal-beeld van de be groting 1986: Vermoedelijke Ontwerp- uitkomst begroting 1985 1986 Uitgaven Rijk 164.245 168.027 169.458 Ontvangsten Rijk 134.803 141.386 142.922 Tekort 29 442 26.641 26.536 Tekort in procenten van nationaal inkomenj 8,2 7,2 7,0 Rijksuitgaven rechtstreeks op kapitaalmarkt gefinancierd als percentage nat.inkomen 0,3 0,3 0,3 Totaal tekort Rijk 8,5 7,5 7,3 Tekort lagere overheden 1,2 0,5 0,5 Totaal tekort Rijk en lagere overheden als percentage nat. inkomen.. 9,7 8,0 7,8 DEN HAAG - Het kabinet komt in zijn laatste jaar niet meer toe aan de invoering van een uniform BTW-tarief. Maar één tarief van 15 pro cent verdient de voorkeur bo ven alle andere mogelijkheden die zijn onderzocht. Voor de schatkist levert uniformering een voordeel op van een half miljard gulden op. De bewindslieden van Fi nanciën kiezen voor één BTW- tarief, omdat het bestedings patroon sinds de invoering van de BTW met twee tarie ven in 1968 gewijzigd is. Toen besteedden de laagste inkomens meer aan goederen en diensten dan de hogere in komens. Dat onderscheid be staat nu vrijwel niet meer. Met een uniform tarief kun nen de bezwaren die aan twee tarieven kleven, zoals een dui delijke en logische afbakening van het pakket goederen en diensten onder het verlaagde tarief, verstoring van concur rentieverhoudingen, admini stratieve rompslomp en frau degevaar, in een klap worden weggenomen. Bovendien worden zwart werken, uitstellen van onder houd en beunhazerij tegenge gaan. Maar er zijn ook nade len: niet te voorspellen zijn de effecten op het economisch processen en de directe en in directe reacties in gezinnen en bedrijven. IN DE eerste zin van de Troonrede laat het kabinet koning, Beatrix zeggen: „De gunstige wending, die onze economie vors jaar heeft genomen, is markant." Markant betekent volgensj Dikke Van Dale 'in het oog vallend'. Welnu, wat bij lezing van joenennota én Troonrede vooral in het oog springt, is niet zozee het economisch herstel op zich - want dat is al langer zichtbaar, als wel het gegeven dat het herstelproces, vergeleken bij heil)» tenland, zo traag verloopt. Datzelfde geldt voor de sanering»} de overheidsfinanciën. Het motto voor Prinsjesdag 1985 zoudan ook kunnen luiden: er is veel bereikt maar we zijn er nog lang niet. Er is enige politieke moed voor nodig om met Kamerverkiei gen in het vooruitzicht onverbloemd te erkennen, zoals op Prins jesdag is gebeurd, dat de zware bezuinigingsoffers van de lopen drie jaar een wat tegenvallend rendement hebben opgele verd. In zijn laatste zittingsjaar, het zogenaamde 'oogstjaar' een kabinet nog wel eens lichtvoetig heenstappen over dat, wj niet gelukt is, om met de positieve kanten van het beleid desis meer indruk op de kiezers te kunnen maken. Het kabinet-Lubt® is evenmin bezweken voor de verleiding om in het oogstjaar»: electorale overwegingen uit te pakken met populaire maatrejs len. De boodschap luidt kort maar krachtig: het versoberings® leid moet nog een aantal jaren worden volgehouden. Dat kent (onder meer) geen wezenlijke belastingverlaging, voor, gaande loonmatiging, een zeer bescheiden verhoging van 4 koopkracht en nieuwe bezuinigingen op de collectieve met inbegrip van de sociale uitkeringen. De noodzaak van verdergaande 'ombuigingen' is door minisSa Ruding cijfermatig goed onderbouwd. Het financieringstekort») de rijksoverheid mag dan zijn teruggebracht tot 7,8 procent va het nationale inkomen (iets minder dan de beoogde 7,4 procen: de rentelast over de staatsschuld - twintig miljard per jaar-bij groeien, de aardgasbaten lopen sterk terug en de stijging van® gemeenschapsuitgaven gaat door. Als aan deze ontwikkel») geen paal en perk wordt gesteld zal er op afzienbare termijn gee geld meer zijn voor de rente op en de aflossing van de staal: schuld van 250 miljard per 1986. Nu reeds moet er van alle ze gulden die de Staat ontvangt, één gulden voor rentebetaling opi worderi gelegd. Een verdere verhoging van de belasting- en pre miedruk biedt geen uitkomst. Die druk is nu al zo zwaar dal m reeds bij het minimumloon van elke extra verdiende gulden neg maar de helft overhoudt. Wie meer verdient, kan door ons sys teem van inhoudingen bij een bruto-verhoging van zijn/haar in komen netto evenveel of zelfs nog minder overhouden. BOEKHOUDKUNDIGE exercities zijn echter niet voldoende or een beleid te schragen dat in brede kring vertrouwen wekt. Hef immers evident dat Ruding's cijfers er minder zorgelijk uit zoude zien als het economisch herstel en de sanering van de overheid: financiën niet zo langzaam zouden verlopen. Wat veroorzaakt® trage tempo? De werknemers én de vakbeweging, die door lanc durige loonmatiging zo'n belangrijke bijdrage hebben gelevet aan het economisch herstel hebben hier niet alleen recht op« verklaring maar mogen tevens verlangen, dat de oorzaken van® trage gang van zaken worden weggenomen. Wat dit betreft laf de Miljoenennota een aantal vragen onbeantwoord. Ruding erkent dat de overheidsuitgaven nog onvoldoende® heerst worden. Hoe en wanneer hij tot een sluitend systeemvï kostenbeheersing denkt te komen blijft echer in het vage. Hij zei verder dat de staat geen geld heeft om een investeringen stimule rend beleid te voeren. De economische groei moet van het® drijfsleven komen maar dat is, erkent hij, vergeleken bij hel bu tenland, niet actief genoeg. Met die constatering kan de kousnif af zijn. Als het kabinet van de werknemers en de uitkeringsgt rechtigden nieuwe offers vraagt moet dat van de onderriem» wereld een adequate tegenprestatie dun/en eisen, want als® bedrijfsleven niet overgaat op een hogere versnelling raakt rem op de loon- en inkomensontwikkeling in het ongerede Het trage tempo van het economisch herstel heeft natuurlijk! les te maken met het aantal werklozen. Dat mag zich dan in stabiliseren op 765.000, gelukkig minder dan verwacht was maar dat aantal is nog steeds onaanvaardbaar hoog. Het kaw is ook die mening toegedaan. Maar waar het geen geld zegt' hebben om zelf nieuwe banen te creëren denkt het aan ande' maatregelen, aan een (om)scholingsplicht bijvoorbeeld vof werklozen, die niet aan de slag komen omdat hun opleiding o"- toereikend is. De herhaalde verwijzingen naar de 'genereuze k keringen, waarop werklozen aanspraak kunnen maken (roy® dan in vergelijking met soortgelijke uitkeringen in het buitenla"» en de lage drempel die toegang geeft tot die uitkeringen <W vermoeden dat het kabinet ook op dit stuk nog verrassingen petto heeft. Wat ons betreft moet er over een (om)scholingsplicht te prate' zijn, mits het bedrijfsleven bij aanhoudend winstherstel de plicht van een actiever werkgelegenheidsbeleid erkent. DE CDA-WD-coalitie heeft zich gisteren opnieuw gepresent®- als een kabinet dat alle burgers gelijke mogelijkheden wil bied» ook de kansarmen. Qua toonzetting en aandachtsvelden ec® gaat de belangstelling van Lubbers en de zijnen toch wel eerste plaats uit naar de actieven in de samenleving, naar nen dus die de economie weer in het goede spoor kunnen W gen en houden. Zakelijkheid blijft troef bij dit kabinet: de dacht voor immateriële zaken is navenant. Gepaste trots over bereikte resultaten en geboden bescheid heid vanwege niet gehaalde doelstellingen gaan in Troonreo» Miljoenennota gepaard met de vaste overtuiging met het g®v® de beleid op de goede weg te zijn. De deugd van de twijfel® dit kabinet niet, Ruding wel het minst van allen. Hoe ook loop van de kruisrakettenkwestie zal zijn - concessies om* van de kiezersgunst zijn hoogst onwaarschijnlijk - de centw rechtse coalitie zal haar beleid zelfverzekerd tot inzet van de mende stembusdag maken. De Troonrede en de spreken, wat dit betreft, duidelijke taal Op Prinsjesdag was de ouverture te horen van wat ongeM,e' een spannende krachtmeting gaat worden tussen regering® en en oppositie. Wat de uitkomst daarvan betreft: voorteke® kunnen natuurlijk bedrieglijk zijn maar het is toch wel dat de paarden van de gouden koets gisteren - voor de maal in de geschiedenis - met roodgekleurde teugels werden... WE BETALEN taaoo 5500 4.025 Werl DEN HAAG - De echt(| de en VUT-ambtenar èn jeugdige werknem nieuw te maken mel| kracht. Samen vormer 700.000 inkomenstrekki Naast hen staan werklo die volgend jaar - met de 1 loosheidswet - moeten inl< dan sneller dan nu naar l| kend is hoeveel mensen c De nieuwe Wet moet 1 mei Groepen die niet of nauwe lijks profiteren van de alge mene verbetering van de koopkracht zijn actieve amb tenaren, trendvolgers en men sen met een minimumloon. Werknemers in het be drijfsleven die boven het mi nimum zitten, plukken daar entegen de vruchten van de verlaging van de sociale pre mies in 1986 en van de beperk te prijsstijging (een tot een half procent). De koopkracht voor modale werknemers (39.000 gulden bruto per jaar) stijgt met ten minste 1,5 procent; die van werknemers met een inkomen van tweemaal modaal (80.000 gulden per jaar) 2,5 procent. De stijging loopt voor hogere inkomens dan weer terug naar DEN HAAG - De sociale premier nemers met 1,5 procent; werkgeij len. Gemiddeld zijn werknemers procent) van hun inkomen kwi werknemersverzekeringen. Werkgevers zijn 26,6 procent 14 uitgeven komt omdat het CPB erl ling op het ziekengeld na de ver] nuari geheel door de werkgevers goedkoper uit met de premie kir den door het nieuwe systeem var verandering pas volgend najaar werkgevers nog maar gering. De premies zien er voor volgen Volksverzekering AOW AWW... AKW.... AAW AWBZ.. Totaal:. Werknemersverzekering ZW wao WW-wachtgeld WW-werkloosheidsverz.... ZFW Totaal: Vut (gemiddeld) vorstverlet bouw., spec, regelingen.... E»e vrij stelling voor de premiehe (net bedrag waarover geen premin herd op 91 gulden per dag gesteld, net overblijvende bedrag verlaagc maximumgrens waaróver p uen berekend wordt 63.750 guldel p, e,n-s v°or werknemersverzekerin °P van de ziekenfondspremie v 4#KAn l°ongrens voor het ziek^ 48.500 gulden. bes,oteVnast aan de 38-urige werkwe vindt niet dat de overh dat r imet deze arbeidstijdverkor de u geval zou zijn, zou Rietlj amht0 Week verder te verkorter 2e ri enaren de vrijgekomen arbeid kgPk arv°or zelf geld moeten inlevq leerlfi, Wordt in 1986 verder gegaai Plaat„ genwezen bij de overheid en fatsen geschapen. 1 ^aP van de bezuiniging jaar 'ectleve sector (ambtenaren trenrii„,i bevriezing van de sal faal'f.rs-De bevriezing levert 2 miljard gulden worden

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1985 | | pagina 8