'De heren zeiden dat maar vertrouwen moesten hebben' SLEEPBOTEN JAGEN OP BUIT B( D ONTSLAGEN SIEM SEGERS, BIJ JAMIN: ZATERDAG 23 MAART 1985 ufiOTiMB-Mi ua Mwiisasiw' yy jL-Jit zijn de laatste Jaminsnoepjes die hier in huis zijn geweest", zegt Thea Segers als ze paaseitjes serveert hij de thee. Het ontslag van haar man Siem hij Jamin BV betekent ook dat hij voortaan niet iedere week meer een gratis snoeppakket mee naar huis brengt. Thea Segers: „En gelukkig weet Siem ook aan welke bedrijven Jamin snoep verkoopt. Dat spul komt hier niet meer in huis". Redelijk emotieloos praat het echtpaar Segers over de doffe dreun die Jamin hen afgelopen vrijdag heeft uitgedeeld. Als er al sprake is van een emotie, dan is het vreugde, vreugde over de zekerheid die er nu is na jarenlange onzekerheid en spanningen. Thea Segers: „Mensen die ontslagen zijn kunnen gerust blij zijn. Wat staat de blijvers nog te wachten?" Jongeren Caravan Oude garde Ontslag STER-spotjes Stortbui vervolg van Gids-Weekend 1 Piraat Goudmijn Het lijk landbouwoversi een tekort aan e Toegegeven, je een agrarisch grondstof; zeker Visserij) met boeren wil stii doen. Braks uitgetrokken. IV. verleiden hui Waarschijn, bosbouw j| Deerlijk V Socioloog WY schrijvend de hoenderhok van Hij wil - met het behandelde patië - de aanpak va onder de dokters. W2 LATERDAG 23 MAAR Van een onzer verslaggevers „Dit werk is voor mij lichamelijke mishandeling en geestelijke moord". Citaat uit een artikel dat Siem Segers schreef voor het themanummer 'Ik wil hier wegvan De Vakbondskrant dat enkele maanden geleden verscheen. Segers beschrijft hoe hij lichame lijk gepijnigd en geestelijk getergd wordt door zijn overplaatsing in het kader van de reorganisatie die in het najaar van 1983 bij Jamin werd door gevoerd. Van de ene op de andere dag moest hij de administratief-commerciële functie die hij 19 jaar lang had ver vuld bij de snoepgigant inwisselen voor een controleursbaantje op een tochtig laadperron. De beklemde tus- senwervels lieten zich voelen bij iedere combi die Siem moest verrij den, bij iedere doos die hij moest til len: „Ik heb alle superieuren en direc teuren gevraagd naar het waarom van die overplaatsing. Het enige wat ik te horen heb gekregen is dat er niks anders voor mij was. Alle be stuurders van de bond heb ik ge vraagd voor mij iets te ondernemen. Het heeft in niets geresulteerd. Ik wilde daar écht weg Segers is op zijn wenken bediend. Hij was een van de 666 werknemers die vorige week vrijdag de bons kre gen bij Jamin. Het ontslag kwam voor Segers op de dag dat hij op de kop af twintig jaar in dienst was bij Jamin: „Er was geen jubileum-uitkering maar een historisch moment was het wél". „Voor mij is de zaak zo helder als glas. Ik ben gestraft voor mijn vak bondsactiviteiten. Het punt is dat ik dat nooit zal kunnen bewijzen. Bo vendien zou ik vechten tegen een be drijf dat niet meer bestaat". Acht jaar geleden was Segers de oprichter van de Bedrijfsledengroep van de Voedingsbond FNV bij Jamin. Hij was een van de mensen die presi dent-commissaris J. van Driel door middel van een werkonderbreking tot publieke verantwoording dwong. Sinds begin vorig jaar zit Segers in de Ondernemingsraad van Jamin: „Door dat alles ben ik getekend als een lastige vakbondsman. Daarom moest ik naar het laadperron. In een jaar tijd ben ik vaker en langduriger ziek geweest dan in de negentien jaar daarvoor. Zo ver ben ik gekomen dat ik heb aangeboden om mijn vak bondsactiviteiten aan een ander over te dragen, als ik maar van die kolere- baan verlost zou worden. Maar een van de directeuren verzekerde mij dat het allemaal niks te maken had met mijn vakbondsactiviteiten. Er was gewoon niks anders meer voor mij. Voor mij is de zaak duidelijk. Overal zie je het. De recessie wordt gebruikt om de vakbond de strot af te knijpen". Enkele dagen na zijn ontslag heeft Siem Segers nog geen duidelijk beeld van de toekomst: „Ik ga er om te be ginnen maar van uit dat ik niet meer aan de slag kom. We hebben 800.000 werklozen. Mijn leeftijd speelt in mijn nadeel en ik heb geen specialis tische opleiding. Omscholing haalt niks meer uit. Voor mij is het gewoon afgelopen en dat vind ik niet eens echt vervelend. Ik ben nooit te lui ge weest om te werken, maar er zijn uit eindelijk nog zoveel jongeren die recht hebben op een toekomst. Krijg ik nog een baan, dan zit ik op de stoel van een jongere". De financiële gevolgen van dat al les kan Segers op een bijna onbegrij pelijke wijze relativeren: „Er zijn nog zo veel mensen die het slechter heb ben dan ik. Onze dochters zijn afge studeerd. Aan hen hebben we geen fi nanciële verplichtingen meer. Als een tijdelijke regeling straks definitief wordt en daar lijkt het op, dan hoe ven we ons huis niet op te eten. Over 13 weken daalt mijn inkomen met 30 procent en na tweeëneenhalf jaar nog verder. Maar dan nog zijn er mensen die het slechter hebben dan wij Dan grijpt Thea in: „Dat wordt weer dubbeltjes omdraaien, net als in het begin van ons huwelijk. Nu wil hij dat nog niet inzien. Maar ik zie aankomen dat we straks geen bloe metje meer mee kunnen nemen als we bij onze dochters op bezoek gaan". Siem weer: „Wij hebben een dure hobby, maar daaraan beleven we al lebei veel genoegen. We zijn lid van de Caravan Club Nederland. We trekken er vaak op uit. De caravan was een dure investering, maar je moet ook een auto hebben die dat ding trekt. Het is een hobby waar we zeer aan hechten, maar misschien moeten we over een paar maanden tot de conclusie komen dat we dat niet meer kunnen bekostigen". Dat Segers zijn eigen sombere toe komst kan relativeren neemt niet weg dat hij 'een machteloze woede' voelt ten opzichte van de mensen die hem deze hak hebben gezet: „Het is begonnen met de laatste meneer Ja min. Met zijn hele geflopte sub-top heeft hij jarenlang de zaak mooier voorgesteld dan ie was. Door de ver koop van onroerend goed is de zaak jarenlang florissanter voorgesteld dan de werkelijkheid gebood. Uit eigenbelang zijn de mensen uit de subtop op die weg tóch voortgegaan. Ze hebben alleen gedacht aan hun eigen baantje, hun eigen carrière, hun eigen inkomen, terwijl ze wisten dat de zaak naar de afgrond ging. Als je opmerkingen maakte over de exhor- bitante salarissen en onnodige onkos tenvergoedingen, dan kreeg je stee vast te horen dat dat nou eenmaal de gewoonte was in het bedrijfsleven. Met de mensen van Boer en Croon was het al niet anders. Zij moeten ge weten hebben dat ze streden voor een verloren zaak, maar de kassa bleef voor hen wél rinkelen". Segers, geboren en getogen in Am sterdam, behoort tot de oude garde van de Jaminfamilie. Het kantoor aan de Hugo de Grootstraat in het hartje van Rotterdam heeft hij welis waar niet meer meegemaakt, maar zijn loopbaan begon nog wel in Rot terdam, de bakermat van het nu in gestorte zoetwarenimperium. Op 32- jarige leeftijd maakte hij de overstap van het assurantievak naar de zoet waren: „Toen ben ik meteen al voor de eerste keer geflikt. Ik overvroeg niet toen we het over mijn salaris kregen, praatte over mijn inkomen als verzekeringsman. Ik ging er van uit dat zo'n grote onderneming een duidelijke salarisstructuur zou heb ben. Dat bleek een misvatting. Al heel snel was ik erachter dat andere rayonleiders 25 procent meer ver dienden. Na een paar jaar ben ik daarover eens gaan praten. Ik vond dat ik mijn werk goed deed en ik kreeg ook geen opmerkingen. Maar mooi dat ik met een bla-bla-verhaal het bos werd ingestuurd. Ik heb toen overwogen om op te stappen, maar eigenlijk zat ik best goed. We hadden wagens van de zaak en het bedrijf stond als een huis. Maar vanaf dat moment was het mij volkomen duide- lijk dat alleen vriendjespolitiek geho noreerd werd en datje er vooral geen eigen mening op na moest houden. De typische sfeer van het familiebedrijf. Als je bij meneer Eef in ongenade viel, dan kon je je biezen maar beter pakken". Zijn eerste zes jaar bij Jamin werkte Siem Segers als rayonleider in Amsterdam, een stad waar Jamin destijds nog 80 tot 90 winkels had. Daar liep hij ook tegen zijn eerste ontslag-aanzegging op: „We moesten weekrapporten opstellen en daarin maakte ik positief-kritische opmer kingen. Ik constateerde dat er op sommige punten met geld gesmeten werd, maar dat er voor andere hoogstnoodzakelijke dingen geen geld was. Ik maakte daar melding van, maar dat werd me niet in dank afge nomen. Collega's waarschuwden dat ik zo mijn eigen ruiten ingooide, maar moest ik dan bla-bla-verhalen schrijven? In 1970 kreeg ik een nieuwe inspec teur, een man waarvan verteld was dat het een rustige, aardige, admini stratief ingestelde baas was. Maar hij duldde geen tegenspraak. Ik kwam met hem in conflict toen hij een hele goeie beheerster uit een van mijn winkels overplaatste. Ik zie me nog zitten in het kantoortje boven de win kel aan het Gelderlandplein in Am sterdam. Vanwege een reorganisatie moest ik maar naar een ander baantje omzien. Argumenten waren er niet en men kon geen conduite staat overleggen. Ik heb contact opge nomen met het hoofdkantoor in Rot terdam. Daar wist men van reorgani satie noch ontslagen. Bovendien zat daar een verkoopleider die oog had voor positief-kritisch ingestelde men sen". In 1971 gaat Segers in op het aan bod om in Oosterhout te gaan wer ken, als binnendienstman van de ver koop. Hij zorgt voor administratieve en commerciële ondersteuning van de winkels en de mensen in de buiten dienst. Jamin floreert dan nog als in zijn beste jaren. Ton van Duinhoven drijft in zijn befaamde STER-spoljes de omzet naar ongekende hoogten. Maar óók voor Siem Segers komt bij Jamin de ommekeer als de bedrijfs vereniging via de rechter bewerkstel ligt dat winkelpersoneel niet meer puur op provisiebasis mocht werken. Segers: „Jamin had nog volop pro visie-winkels. De winkeliers waren wat hun inkomen betreft volledig af hankelijk van de omzet. Daar moes ten ze ook hun personeel van betalen. Ik kreeg ook als opdracht om beheer sters die op de loonlijst stonden te be wegen om ook een provisie-winkel te beginnen. Maar ik weigerde dat in gevallen waarin ik de overtuiging had dat een beheerster niet in staat was om zo'n provisiewinkel te run nen. De rechter verbood vervolgens het systeem van de provisiewinkels en dat druiste dus regelrecht in tegen de strategie van Jamin. De loonpost steeg gigantisch. Bovendien namen steeds meer supermarkten snoep op in hun assortiment. Jamin raakte ver verwijderd van het goedkoopte- eiland waar men zo lang opgezeten had. We prijsden ons de markt af. Maar het produktiebedrijf regeerde de verkoop en dus ook de prijzen. Tóen had het produktiebedrijf gere organiseerd moeten worden. De win kels kregen toen een face-lift, er werd omgeschakeld van bediening naar zelfbediening, maar die maatregelen konden het tij niet keren. Toen is het verval ingezet". Dat verval tekent zich de laatste jaren steeds nadrukkelijker af. Di rectiewisselingen en kranteberichten over op handen zijnde ontslagen zijn aan de orde van de dag. Maar de defi nitieve klap wil maar niet vallen. Donkere wolken hebben een vaste stek gevonden boven het gigantische complex aan het Wilhelminakanaal, maar de stortbui wil maar niet los barsten. Directie, banken, bonden, ondernemingsraad en het Ooster- houtse gemeentebestuur zijn constant in overleg met elkaar. Ook nadat eind januari de Rechtbank in Breda uitstel van betaling verleent is en blijft voor de dik tweeduizend personeelsleden onduidelijk of het sneeuw zal zijn, hagel of een kletterende stortbui. Eind vorige week brengen de me- In de haven Tholen liggen twee sleepboten van Van den Akker: de i Breezand en de Van Woelderen. Op de slikken, droog, ligt de kleine Coby M. Het is opkomend water, dan is de wacht altijd wat rustiger. Gezagvoer der Leen Schipper van de Van Woel deren wrijft de slaap uit z'n ogen. Hij komt net uit de kooi. „Haat en nijd- toestanden zijn het. Dat krijg je als mensen op een kinderlijke manier hun werk doen en afspraken niet na komen. Dan groeit er iets wat niet te stoppen is. Een echt vredesverdrag is er eigenlijk nooit geweest, maar we probeerden de vrede te bewaren, maar ja, dan moet je dat doen zonder Haarlemmerdijkjes. Op een gegeven moment kregen we te maken met slinkse streken en toen is de vrede in diep vaarwater gegooid. Bekijk je het objectief dan is het een spel. Trek je het je aan, dan wordt je gek". Een spel, maar wel eentje waar Schipper zich met z'n hele hart aan geeft, 24 uur per dag: „Al sta ik mid- I den op de markt in Goes. Als er een job is ben ik op vijf minuten aan i boord. Baas Mange heeft me een boot j gegeven en hij heeft gezegd: Maak er Schip aan de grond.aktie! - FOTO OE STEM/BEN STEFFEN wat van. Ik heb gezegd: Dat zullen we doen. Koste wat kost, het is tenslotte onze werkgelegenheid". Zijn mening over de affaire met de Hendrika: „Ze maken die schipper onzin wijs, ko men met een klein bootje en zeggen dan: De rest is onderweg, maar on dertussen blijft die schipper nog een halve dag zitten. Met die boten van ons is het nog zelden gebeurd dat we hem er niet af kregen". De mannen op de sleepboot zijn 24 uur per dag paraat, afwisselend in vloed-en ebwachten. Ze luisteren naar het radio-verkeer en kijken op de radar. Leen Schipper: „Je krijgt er een speciale bril voor. Je ziet aan de echo, dat een schipper onzeker is. Niet weet waar hij naar toe moet". Om nog sneller ter plaatse te kun nen zijn gebruiken de slepers rubber boten. Daartoe liet Van den Akker een speciaal voor berging geschikte versie ontwerpen, gebouwd bij de Zo- diac-fabriek in Frankrijk. Gezag voerder Schipper: „Die boot van ons, dat is een moordenaar. Je moet er mee om kunnen gaan. Hij haalt 85 ki lometer per uur. Hij is aangepast aan het werk hier, maar ons ontwerp is zo goed, dat ze het bij Zodiac in produk- tie hebben genomen". In de strijd om de jobs sneuveleri de rubberboten het eerst. Vorige week nog ging er eentje van Muller onder steboven. De Van Woelderen zou met opzet van dichtbij een hoge boeggolf hebben gemaakt. „Valse beschuldi gingen", zegt Schipper ik weet er niks van. Ik heb die boot nooit gezien. Nou je 't zegt: M'n broer Chris van de Breezand heeft wel een Zodiac onder steboven in de haven zien drijven, maar had ik het echt gedaan, dan had je ze tot in Rotterdam horen roepen". De recht hartelijke sfeer tussen de concurrenten valt af te leiden uit een recente ervaring van Schipper: „Ik stapte aan boord bij een gestrande binnenman. Nou was ik net ziek ge weest. De man van Muller was er al en hij wist dat. Hij zegt: Ik wou dat je nog vier weken weg was gebleven. Ik zeg: Wat val je dood neer, zolang je niet voor m'n voeten ligt... ak koord!". In het kleine wereldje van de ber gers staat Schipper bekend als 'de pi raat'. „Ik mis net het lapje", zegt hij lachend en dan weer ernstig: „Ethiek in het vak, jazeker, trots en ethiek. Er het eerste bij zijn en dan een schip zonder schade lostrekken. Daar ben je trots op. Ethiek is het respecteren van eikaars werk en je concurrenten niet zwart maken. Muller heeft goeie kapiteins zonder meer. Er werken mensen met inzet en opoffering, net als bij ons". De Rijkspolitie te Water is de scheidsrechter. Opperwachtmeester Willem de Roo bootcommandant van de RP 18 opereert op de Schelde-Rijn- verbinding. Zijn relaas: „Ik kan moeilijk op elke sleepboot drie agen ten zetten. Ik gun iedere berger zijn loon, maar het ontaardt hier in knok ken, intimidatie en levensgevaarlijke toestanden. Rubberboten die op el kaar afvaren en op het laatste mo ment afdraaien. Rijkswaterstaai wordt anoniem gebeld: Moeten f hier dooien vallen. Ze doen hun be klag, maar ze zijn allemaal even erg' Volgens Muller is er sprake gf' weest van een echt verdrag, maar al dus Roeland: „Muller zou toe moet® geven, minder dan fifty-fifty en da doen we niet". De reactie van Mange „Het aanbod op fifty-fifty basis is af gedaan, maar ze zijn er niet op inge' gaan". Kijk, ik zeg niet, dat ik netjes b® maar wat ik afspreek kom ik na". Een woordvoerder van Rijkswater staat bevestigt desgevraagd het aan bod van Mange aan Muller. De En de RP commandant vet zucht: „Als ze slim zijn doen ze W samen. Het kost minder mankracht minder boten en het is een goudn# Maken ze een deal, dan zijn ze spek' koper". Tenslotte nog Leen SchipP® de 'piraat' en de man met het anker z'n rechteroor: „We vechten hiervo® ons brood. Ongelukken? Ik zei al: w kunnen met onze spullen omga® maar ik kan me een keer vergalopP^ ren. Vaar ik de kop aan de kont, o" zegt 'baas Mange': Ga maar naar werf. Jammer". dia het verlossende woord: Jamin is failliet. Bijna 1300 mensen kunnen blijven bij twee nieuw opgerichte on dernemingen, 666 mensen kunnen de I biezen pakken. In een van emoties zinderend bedrijf worden de ontslag en aanstellingsbrieven uitgereiki I Waarom, zo vraagt men zich anno I 1985 af, hebben de bonden en de on-1 dernemingsraad niet aan de bel trokken, hun verantwoordelijkheid I niet genomen en personeelsleden niet geinf ormeerd en aangezet tot actie? Siem Segers is niet te beroerd om de hand in eigen boezem te steken: „In de OR hebben we een aantal ke ren overwogen om op te stappen. Het zou automatisch betekend hebben dat ons de Zwarte Piet zou zijn toege speeld. Maar met eigen ogen kon je zien dat alleen dankzij financiële noodgrepen de salarisbetaling veilig gesteld kon worden. Zo precair was de situatie. We kregen ronduit het dreigement dat de directie zou op stappen als wij de zaak aan de grote klok zouden hangen. Dat had het ont slag betekend van 2000 mensen. Wij stonden met de rug tegen de muur. We hebben een gesprek gehad met Van Driel (president-commissaris van Jamin red.). Hij zei in een open hartige bui te verkeren en vertelde ons daarom ook niet gelukkig te zijn met de gang van zaken bij Jamin. Hij zei onze zorgen te begrijpen en hij be loofde zijn invloed bij Langman (pre sident-commissaris bij de ABN, belangrijkste financier van Jamin red.) aan te wenden. Er moest tijd winst worden geboekt. Maar alle re organisatieplannen werden ver traagd, tijdslimieten werden niet ge haald. Van Driel sleepte bij Langman nog wel de voorfinanciering van sinterklaas- en de kerstproduktie weg, maar voorfinanciering van di paasproduktie mislukte. De directie bleef ons maar verzeke ren dat de banken hun handen niet af zouden trekken van Jamin. Maar is duidelijk dat in onze branche een koude sanering gaande is. De ABN is ook hoofd-financier bij Verkade. In onze branche moet een en ander sneuvelen. Van de directie kregen we altijd te horen dat de banken zo lastig waren. Verder waren er alleen pep- verhalen die nooit onderbouwd wa ren met harde cijfers. Als je met de heren sprak, dan waren ze vriende lijk en aardig. Ze huilden krokodille- tranen en zeiden dat ze dag en nacht bezig waren met Jamin. Het verhaal was altijd dat zij de redders waren, de weldoeners en dat wij maar ver trouwen moesten hebben, dat we hen maar moesten volgen. Als wij dreig den met actie of met opstappen, dan wapperden de heren met de porte feuille en dreigden ze met de totale ondergang van het bedrijf. Wij waren machteloos". Door J Ons bezoek Moeren tui H Rucphen w i eerste, actie i met een poi j wielersport: Fotograaf er i er allebei aan i mr. H. C. ter K ons de praktij bosbouw wil la I Kuile - ze wor i door haar nich j men aangestelc BV waarin he j hectare grote bracht. De ple i Kuile met ov< i bos aan het in i weg om er ev dus nemen we c De lente h; maar 's morge i laagje sneeuw het smelten papperige bosl j afgebroken i moeten afstapt i getje over een rein is lichtgloi j we over de j „Schitterend i het bos nu op i vrouw Ter Kui Door een dro ken we een he i werd dit heide1 dennenbos. He I de loop der veli i taan omhoog z samen een de vormden. Vcx i hadden ze geer i om zijn ze nu I bruikbare sta j aan de houtv j Alleen de krui: er nog. Die me i snipperd. Op ken (in totaal i I vlakte van rui: i een dezer dage de beste maan i geplant. v Door Wim Blok dokter. Op patiënt he afzet of an blijvend lc lopen slech onze samen Zij kunnen kunde veel ve: lukkig laten i dokter zich n wensen een ei tijken, en gene Wim Blok van onderzoel ken een boek; 'Tussen arts tenklacht'. Di gende week baar (PM-ree! sen, kosten 31 eerste exemp handigd aan zich bezighoue zondheidszake specifiek: speelde het or zich af. 'Tussen ar tenklacht' bevl om belangenoi ten op te zetti I

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1985 | | pagina 16