BOEKEN
'Als een man zwendelt,
is hij geen jood meer'
Wereld van de Hanze
in kostbaar boekwerk
Kinderboeken:
Van meneer Pad
tot de sneeuwman
'DE BOETELING' VA SINGER
nONPERDAG 20 DECEMBER 1984
Evangeliën
harmonie
Geest en geest
Kookboeken
ude schotels
De Kastanje
Ongelukken
Enorme pil
A66
il
T1
Gemiste kansen
in 'De zomers
van mijn jeugd'
Door Gerard, van Herpen
ZO vanzelfsprekend
als Marnix Gij sen in
de voorbije jaren
een romancier van
grote klasse werd
genoemd, zo gemak
kelijk wordt zijn ta
lent nu verguisd en
zelfs vergeten.
In het boek 'Vlaamse
Schrijvers', met 25 pro
fielen uit de Vlaamse li
teratuur, geschreven
door Gaston Durnez,
komt de naam van
Marnix Gijsen niet eens
meer voor.
Zo is het Bertus Aafjes
vergaan, Maarten 't Hart
eveneens en wie durft Mars
man, de zo aanbeden Mars
man, nog naast Adriaan Ro
land Holst te plaatsen en wie
schreef onlangs dat Roland
Holst, de prins der Neder
landse dichters, eigenlijk
maar een onbegrijpelijke
keltische beuzelaar was?
U herinnert zich mis
schien nog hoe Maarten't
Hart in een bespreking van
het Verzameld Werk van
Marnix Gijsen sprak van
het Verzameld Prulwerk.
Marnix Gijsen zou het geld
van de Staatsprijs der Ne
derlandse Letteren maar
liever uitbetalen als smarte-
geld aan degeen die in staat
is geweest al dit verzameld
prulwerk te lezen.
Marnix Gijsen heeft on
voorstelbaar veel geschre
ven. Maarten 't Hart telt
zesduizend pagina's. Dat is
natuurlijk niet allemaal
prulwerk. Bij Marnix Gijsen
schuilt de mogelijkheid van
tegenspraak in het genre.
Misschien dat Maarten 't
Hart zich zo ergert aan Mar
nix Gijsen, omdat de
Vlaamse schrijver zo voort
durend en onuitputtelijk
blijft steken in het autobio
grafische gegeven. De kri
tiek is Marnix Gijsen altijd
goed gezind gebleven. In
Vlaanderen verkreeg hij
zelfs, evenals Gerard Wal
schap, op grond van zijn vele
verdiensten een Baronale
titel en in Nederland werd
hem door Koningin Juliana
in 1974 de Staatsprijs van de
Nederlandse Letteren over
handigd. Toen in 1979 zijn
Verzameld Werk verscheen
en in dat jaar Marnix Gijsen
het verhaal „Overkomst
dringend gewenst" afstond
als Boekenweekgeschenk,
leek de inmiddels tachtig
jaar geworden Vlaamse
auteur aan een laatste
triomftocht te zijn begon
nen. Juist in dat jubileum
jaar sloeg de kritiek venij
nig en verwoestend toe. En
kele Vlaamse jongeren, zoals
Hedwig Speliers, waren
Maarten 't Hart al voor ge
weest. Zij wezen de bewon
deraars op „vormelijke af
standelijkheid", op „een
kleurloze zegging" en op
„een gebrek aan Vlaamse
authenticiteit", waar de ro
mans van Stijn Streuvels en
Buysse zich juist wel op
kunnen beroepen.
Er is nog juist in het jaar
van zijn dood een soort Om
nibus verschenen onder de
titel „De zomers van mijn
jeugd". Het zijn alle romans
en verhalen die zich in af
spelen in het fictieve dorp
Blaren, dat niet als eenheid
bestaat, maar dat de ene
keer Brasschaat en de ande
re keer Schoten zou kunnen
zijn. De Blarense verhalen
zijn, als we Marnix Gijsen
mogen geloven, autobiogra
fisch van opzet. Het zijn de
Marnix Gijsen.
herinneringen van een jon
gen aan allerlei dorpsver
wikkelingen en aan mensen
die in die kleine gemeen
schap met elkaar leven en
dus ook met elkaar overhoop
liggen. Het zijn thema's die
U, maar dan boeiender, kunt
lezen bij zijn baronale con
frater Gerard Walschap. Bij
Marnix Gijsen proef je
voortdurend dat zijn taal
vermogen door zovele bur
gerlijke terughoudendheid
wordt beinvloed, dat alle
prachtige situaties, die hij in
zijn herinnering terugroept,
- FOTO MEULENHOFF
geen kans van overlevering
meer krijgen.
In 'De Zomers van mijn
jeugd' zijn ook de grote in
1947 in de Verenigde Staten
geschreven roman „Telema-
chus in het dorp" en de uit
1954 daterende novelle „De
oudste zoon" opgenomen.
Daar tussen door zijn heel
korte herinneringen en ver
halen opgenomen, zoals het
volslagen onduidelijke „Pe
rikelen van Bergen op
Zoom" en andere jeugdbele-
venissen uit de eerste we
reldoorlog.
De mooiste novelle uit dit
boek vind ik 'De boom van
goed en kwaad', het simpele
verhaal van een grote kas
tanjeboom. De boom die het
erf overlommerde en het
huis nog donkerder maakte,
oefent een grote aantrek
kingskracht uit op twee kin
deren. Als de vader van een
van de kinderen zich dan
aan die boom verhangt is
het met de macht en de beto
vering van de boom van
goed en kwaad gedaan.
Wat er allemaal gebeurt
en gebeuren kan en wat er
aan dreiging boven het ver
haal blijft hangen, valt te
bespeuren in de novelle „De
oudste zoon". Wat de lezer
aantrekt en afstoot, ook in
dit verhaal, is wat Hedwig
Speliers „het spel van de ge
miste kansen" noemt. Er zijn
heel ontroerende beschrij
vingen, zoals die van de rol
van de moeder in het vader
loos geworden gezin, maar
er zijn in even grote en sto
rende mate ook zinnen die
een achteloos woordgebruik
verraden en die gekenmerkt
worden door heel ambtelijke
en dorre uitlopers. Wat bij
Elsschot door grote terug
houdendheid in gevoel en
taal een eigen functie en
vorm krijgt, dat ziet er bij
Marnix Gijsen uit als een li
teraire bloei wij ze zonder
bloesem.
Marnix Gijsen boeit ook
in deze verhalenomnibus ze
ker wel, zoals een gemakke
lijk of gemakzuchtig kro
niekschrijver door de veel
heid van zijn zijn aanneme
lijke verhalen een toehoor
der wel kan boeien. Zonder
aan de prullenbak van
Maarten 't Hart te denken,
blijft ook dit verzamelboek
literair beneden de maat.
Vreemd eigenlijk dat wij zo
vanzelfsprekend en zo lang
in zijn grootheid zijn blijven
geloven.
Marnix Gijsen: 'De zomers van
mijn jeugd'. Uitgeverij Meulen-
hoff, Amsterdam, .29,50.
'De Boodschap van Jezus'. Uitge
verij J.H. Gottmer-Haar lem. f 25,-
„Gij zult u geen beelden ma
ken". Zo luidde het bevel van
Jahweh aan het joodse volk.
Het heilige laat zich niet af
beelden, was de diepere bood
schap. De christenen hebben
deze joodse wet al vroeg ter
zijde geschoven. In 'De bood
schap van Jezus' staat dan ook
christelijke kunst centraal:
het is vooral een kij kboek. Het
bevat 21 afbeeldingen uit het
leven van Jezus uit het zoge
heten Evangeliarium van kei
zer Otto III, die in 1002 werd
begraven in de dom van Aken.
Dit kostbare evangeliarium,
gemaakt rond het jaar 990 in
het Benedictijnerklooster op
het eiland Reichenau in het
Bodenmeer, telt 256 perka-
mentvellen en bevat behalve
de tekst van de vier evangelies
talloze illustraties. Deze illu
straties markeren volgens
kenners het begin van een
eigen Europese kunst. Het ori
ginele evangeliarium wordt
nog altijd bewaard in de
Akense dom. Het door Gott-
mer-Haarlem uitgegeven boek
heeft 21 afbeeldingen eruit ge
selecteerd die samen het leven
van Jezus vertellen. Bij elke
afbeelding is het corresponde
rende bijbelgedeelte afge
drukt, waarop nadere toelich
ting wordt gegeven door de
dominicanerpater Anselm
Hertz.
J.B.
Door Dirk Vellenga
DE Amerikaanse, of liever, de
Jiddische, in Amerika woon
achtige schrijver Isaac Bashe-
vis Singer, heeft zijn boek 'De
boeteling' (The Penitent) voor
zien van een naschrift. Om te
voorkomen dat de lezer door
de roman onjuiste gedachten
over het standpunt van de
schrijver zouden krijgen?
Het is mogelijk dat Singer,
of zijn uitgever, dat naschrift
noodzakelijk achtte. In 'De
boeteling' is namelijk van be
gin tot eind een man aan het
woord die aan de verdorven
heden van deze wereld ont
snapt door zich in Israël aan te
sluiten bij de meest extreme
joodse sekte die er maar be
staat.
Deze man, de rijke Joseph
Shapiro, legt uit dat je slechts
kunt kiezen tussen moderne
verdorvenheid en de extreem
joodse leefwijze. Andere mo
gelijkheden zijn er niet. Los
bandigheid leidt tot Gestapo
en KGB, zegt Shapiro. „Als je
geen nazi wilt zijn, dan zul je
het tegenovergestelde moeten
worden. Het is geen toeval dat
Hitier en zijn theoretici zo'n
barbaarse strijd hebben ge
voerd tegen de Talmudjude".
Shapiro kiest na een lange
weg vol twijfel voor een sober,
streng geordend bestaan, en
legt uit dat hij daarin uitein
delijk zijn heil heeft gevonden.
Isaac Singer heeft verschillen
de malen verkondigd dat hij
zeker in God gelooft, maar
niet in 'Zijn Genade'. Hij ge
looft niet in de 'definitieve
ontsnapping uit het menselij
ke dilemma', wat zijn roman
figuur dus wel doet. In het na
woord legt hij dat uit. Maar
serieuze lezers weten natuur
lijk al lang dat schrijver en
hoofdpersoon nooit per defini
tie identiek zijn.
Singer schreef 'De boeteling'
in zijn bekende puntige, naïe
ve stijl. De filosofie van za
kenman Shapiro is aan de ene
kant kinderlijk en komisch.
„Als een man zwendelt, dan is
hij al geen jood meer", is zijn
uitgangspunt. Zijn logica is
onnavolgbaar: „Zelfs als het
jodendom maar een spel is,
dan houd ik nog meer van dit
spel dan van Amerikaans
voetbal of honkbal, of het spel
van de politiek. Zelfs al is de
Almachtige slecht is, dan
praat ik nog liever met de on
rechtvaardige schepper van
het heelal dan met een scha
vuit van de KGB".
Het aardige van de kritiek
van Shapiro op de afgoderij en
vulgariteit van de moderne
wereld, is dat de ironie er af
druipt, maar dat de visie op de
lege, overspelige, zuipende
mens soms onverwacht raak
is. Die dubbele kracht van de
monoloog van Shapiro maakt
het boek uitermate speels en
boeiend.
'De boeteling' verscheen in
het begin van 1973 als feuille
ton (in het jiddisch) in The Je
wish Daily Forward en ver
scheen daarna in boekvorm
eerst in Israel, het land dat
door Shapiro wordt omschre
ven als even verdorven als
Amerika.
'De boeteling' van Isaac Bashevis
Singer, uitg. Arbeiderspers, f24,50.
Door Rein van der Helm
ZO ROND het midden van de
12e eeuw kende de toenmalige
'bekende' wereld een handels
organisatie die op de eeuwen
die zouden komen een groot
stempel drukte en ons, 20e
eeuwers, een cultuurschat na
liet waarvan - als men op de
juiste plaatsen is - nog dage
lijks genoten kan worden.
Het was een genootschap
van kooplieden, dat middels
een strakke organisatie, voor
langere tijd een soort recht op
internationale handel mono
poliseerde. Een genootschap
dat bekend werd onder de
naam De Hanze. Nog steeds
roept de naam De Hanze asso
ciaties op met geld en goed,
schilderijen en monumentale
koopmanshuizen.
De Hanze vond zijn oor
sprong in de steden die zich
rond de Baltische Zee ontwik
kelden. Centrum van deze or
ganisatie was de oude stad
Lübeck. Op het hoogtepunt
van zijn macht opereerde De
Hanze in niet minder dan 160
steden en controleerde zo di
verse handelsstromen. De in
vloed die De Hanze uitoefende
op steden, waarmee handels
betrekkingen werden aange
knoopt, was groot. De van oor
sprong Duitse kooplieden wis
ten zich ter plaatse allerlei
privileges te verwerven, niet
zelden afgedwongen omdat zij
dreigden met vertrek en zich
elders te vestigen.
Dat ondervond onder meer
het aloude Brugge, de Vlaam
se stad die in de Middeleeu
wen via het Zwin met de
Noordzee was verbonden. Om
dat bepaalde voorwaarden
niet geschapen werden ver
trokken de Duitse kooplieden,
in Brugge beter bekend als de
Oosterlingen, tot tweemaal toe
in het begin van de 14e eeuw
naar Aardenburg. Ijlings ga
ven de Bruggelingen aan ge
stelde eisen toe en zag Aar
denburg met lede ogen de be
drijvigheid zich weer meer op
Brugge richten. Wat overbleef
was de overslag van over zee
aangevoerde goederen op klei
nere schepen. Een activiteit
die ook het nabij het Zwin ge
legen Sluis geen windeieren
legde. Liever zou De Hanze
een soort eigen stapelplaats
willen hebben in Damme, ver
gelijkbaar met een vrijplaats
zoals zij die hadden in Londen
en andere steden.
In de loop der eeuwen dien
den zich echter andere han
delsnaties aan, onder meer de
Lage Landen. De bakens wer
den niet op tijd verzet. Het Ita
liaanse bankierssysteem, basis
van onder meer de opkomst
van de Lage Landen als han
delscentrum, vond geen in
gang. De Hanze bleef ook ge
bruikmaken van zijn eigen
vertrouwde schepen, terwijl
voor de 'grote handelsvaart'
andere schepen nodig waren.
Van b.v. het soort platboomde
vaartuigen dat de Hollanders
goedkoop wist te bouwen.
Niettemin bleef tot de helft
van de 17e eeuw De Hanze iets
om mee rekening te houden.
'De wereld van de Hanze',
een fraai uitziend boekwerk
van het Antwerpse Mercator-
fonds, schetst de opkomst, ont
wikkeling en het verval van
De Hanze. Auteur prof. dr. Al-
bert d'Haenens heeft zich
hierbij omringd met een aan
tal specialisten uit diverse
Europese landen. Het boek be
schrijft - en laat vooral zien -
wat moet worden verstaan on
der Hanzeatische cultuur en
Hanzeatische (handels)tech-
nieken.
Het boek, van kloek for
maat, kent een eveneens kloe
ke prijs. Daarvoor krijgt men,
naast een gedegen tekst, ech
ter ook zo'n 600 afbeeldingen
van Hanzeatische cultuurmo
numenten (zoals pakhuizen,
stadhuizen en kerken) en
Hanzeatische kunst. Voor wie
het geld ervoor over heeft een
waardevol bezit.
De Wereld van de Hanze, prof. dr.
Albert d'Haenens. Uitg. Mercator-
fonds (in Nederland uitgebracht
door Maklu, Apeldoorn). Prijs
ƒ245.-.
Samuel Rayan: "Wind en vuur'; De
Heilige Geest: hart van bet
christelijk evangelie. Uitgeverij
Tabor - Brugge, 15,90.
De vervreemding tussen het
hedendaagse, door natuurwe
tenschap en techniek gevorm
de, analytische levensgevoel
en het christelijke evangelie
manifesteert zich niet in de
laatste plaats rond het begrip
'geest'. Waar wij bij dit begrip
spontaan denken aan sfeer,
eigenschap, mentaliteit, kort
om aan iets abstracts, spreekt
de christelijke boodschap over
een persoon: de Heilige Geest.
Toch hanteert zowel het Oude
als het Nieuwe Testament het
begrip 'geest' vaak ook in onze
zin. De Geest wordt ten tonele
gevoerd als duif, als vuur, als
wind, als vredestichter maar
niet van het halfzachte soort.
De Indiase jezuïet Samuel
Rayan heeft over dit onder
werp een boek geschreven.
Het is niet een theologische
verhandeling, maar een medi
tatief geschrift. Omdat de
auteur uit een geheel andere
cultuur stamt dan onze wes
terse, is dit boekje om boven
vermelde cultuurbotsing de
moeite van het lezen alleszins
waard.
J.B.
In de 'Culinaire Boekerij' van
uitgeverij Zomer en Keuning
is een begin gemaakt met de
serie 'Lekker koken'.
Elke boek in deze reeks be
vat ruim 300 recepten en tips
en kost 19,90. De vier pas uit
gekomen boeken zijn:
Eenvoudige vlug-klaar ge
rechten, van Cecile Thijssen
Feestelijke hapjes en drank
jes, van Hans Belterman
Heerlijke vleesgerechten voor
weinig geld, van Ina Drukker
Salades en koude groentege
rechten, door Anneke Geerts
Bij dezelfde uitgever ver
scheen een herziene editie van
'Het volkomen kookboek' van
Wina Born, Marianne Stuit en
Heieen Halverhout (tijdelijk
ƒ.29,90, dan ƒ.49,90).
'Recepten op recept' is be
doeld voor mensen zich aan
een diëet moeten houden: (bij
na) geen cholesterol, natriu-
marra, weinig vet, verzelarm
of vezelrijk, suikervrij enz. De
twee auteurs werken in het
academisch ziekenhuis van .de
Amerikaanse Harvard Uni
versiteit (uitg. J.H. Gottmer,
prijs .49,50).
de Reizende Man te
'7, schotels v.a. 10.-.
onderdag 20 dec. bejaar-
snschieting in Café
oosterzande. Aanvang
I.30 uur.
1ATIS zolder, berging of
huur opruimen, wij ko-
Rol *oi r\-7C o-tot"'
i
Door Muriël Boll
ER ZIJN van die boeken die er
gewoon zijn, al jarenlang, en
die nog steeds graag gelezen
worden. Zo'n boek is "Wind in
de Wilgen' dat Kenneth Gra-
name in 1908 schreef. A.s. za
terdag zendt de NCRV het
boek als tekenfilm uit en kunt
u kennismaken met de fantas
tische avonturen van Rat, Mol,
Das, Otter en de eigenwijze
meneer Pad. Dieren doen het
altijd goed bij kinderen; ze ko
men in heel veel sprookjes en
oude rijmpjes voor (slaap
kindje slaap, daarbuiten loopt
een schaap, enz.). Misschien
komt het ook doordat kinde
ren en dieren contact met el
kaar hebben zonder dat ze met
elkaar kunnen praten.
Het verhaal pakt kinderen
direct: Mol voelt de lente in de
lucht en heeft helemaal geen
zin meer in witten. Hij smijt
zijn kwast opeens op de grond:
„Dat gezeur!" en „Die snert-
schoonmaak!" en loopt het
buis uit. Hij gaat met Rat en
een gevulde pick-nickmand de
rivier op; in de mand zit kou-
wetongkouwehamkouwer os-
bief augurkenslakadetj estui
ukerscornedbeefgemberlimo-
uadespuitwater...Dat herken
nen kinderen direct. Lekker
iets leuks gaan doen en de ver
velende dingen gewoon aan je
'aars lappen.
Verderop in het boek is de
aandacht meer op meneer Pad
gericht. Die is dol op autorij
den maar veroorzaakt alleen
ongelukken. Het wordt zo erg
dat zijn vrienden hem moeten
aanpakken, vinden ze. Als ze
de oprijlaan van Paddenburg
opkomen, zien ze alwéér een
nieuwe glanzend rode auto
staan en daar komt Pad, uit
gedost met stofbril, pet, slob
kousen en een enorme overjas,
met veel branie de treden af,
terwijl hij zijn autohand
schoenen aantrekt. Het boek is
heel geschikt om voor te lezen
Leuke dialogen, je moet er
steeds om grinniken en de ka
rakters komen goed naar vo
ren.
De schrijver vertelde de
verhaaltjes aan zijn zoon, pas
later werd het een boek. Die
zoon was blind en misschien is
het verhaal daarom wel zo
beeldend. Je voelt de lente, je
hoort de suizende wilgen langs
de oever en je duikt diep weg
in je hol als het winter wordt.
Kortom, het lijkt wel of je zelf
aan de rivier woont. Onlosma
kelijk verbonden aan het boek
zijn de meer dan honderd te
keningetjes van E.H. Shepard
die ook Winnie de Poeh illu
streerde. Plaatjes waarmee je
je het hele verhaal zo weer
voor de geest kunt halen. Dit
jaar kwam bij Ploegsma de
zevende druk uit.
Nog een boek waarin een
dier een belangrijke rol speelt:
'De Witte Wolf' van Kathe Re-
cheis dat onlangs bij Lemnis-
caat uitkwam. Het is een enor
me pil van 300 bladzijden en
daarom is het moeilijk in het
kort te vertellen waar het over
gaat.
Thomas wordt door een wit
te wolf meegelokt naar een
wereld waarin het land Imar
bedreigd wordt door het buur
land Aran; daar heerst de dic
tator Grote Gond. Onari, een
meisje uit Imar, wil haar land
van de ondergang redden.
Volgens een oud verhaal kun
nen alleen drie kinderen uit
Illustratie uit 'De sneeuivmc
drie verschillende landen dat.
Samen met Thomas en Alwin,
een overloper uit Aran, begint'
Onari aan een enorme tocht
naar de Stralende Bergen. Om
daar te komen moet ze door
het Verboden Land waarvan
nog nooit iemand is terugge
keerd. Ze komen door slapen
de grijze bossen, diepe ravij
nen en worden door de Zwarte
Koning gevangen genomen.
Geen leuke tocht dus, maar de
witte wolf spoort hen iedere
keer aan om verder te gaan en
vol te houden.
Het boek is spannend en
goed geschreven maar had
voor mij korter gekund. Ik
moest denken aan een gebrei
de kniekous waaraan steeds
verder is gebreid, met uitste
kend garen weliswaar, omdat
de breister de fantasiepa
troontjes zo mooi vond. Van
mij had het een sok mogen
worden.
De boodschap, volhouden en
op zoek blijven naar het goede,
ligt er niet te dik bovenop.. Er
zit veel symboliek in het boek.
Bijv. 'drie kinderen uit drie
volken, drie tot één vereend'...
en de vlag van Aran is een
zonnevlag. Is het nazikruis
niet een oudgermaans zonne
teken? Kinderen zullen die
symboliek er niet altijd uitha
len, dat lijkt me geen ramp. In
het verhaal zitten ook verwij
zingen naar de indianenwe-
reld. Niet verwonderlijk want
de schrijfster heeft een diep
gaande studie gemaakt van de
N avaj oindianen.
Dat is nog duidelijker te
merken aan een ander boek
van haar, dat ik eigenlijk
mooier vind, 'Pelsjager aan
het bevermeer', uitg. West
friesland. Zevenjarige Kit
moet nog heel wat van zijn in
diaanse vriendje Topean leren
voor hij een echte pelsjager is.
Het zware leven, de ontberin
gen maar ook de vriendschap
maken hem volwassen. Net als
in Witte Wolf wordt de natuur
indrukwekkend beschreven.
Een goed afgerond verhaal.
'De sneeuwman' van Ronald
Briggs en 'Kijk, Madieke het
sneeuwt!' van Astrid Lindgren
zijn heerlijke boeken voor de
ze tijd van het jaar. 'De
sneeuwman' bestaat uit een
serie kleine zachtgetinte
plaatjes die zonder woorden
het verhaal vertellen over een
jongetje dat een sneeuwpop
heeft gemaakt, 's Nachts be
leeft hij met zijn sneeuwpop
een heel avontuur. Aan de ge
zichten kun je goed zien wat
beide figuren denken. In dit
boek zag ik de tegenstelling
van 'je warmen aan het vuur'
uitgebeeld. Een heel mooi boek
dat kinderen lang zal boeien.
In 'Kijk, Madieke het
sneeuwt!' is Astrid Lindgren
er weer in geslaagd een schit
terend kort verhaal te vertel
len. Liesbeth is zo dom om
achterop een slee te gaan
staan. Plotseling vertrekt die,
in razende vaart en met klin-
gende bellen stuiven ze door
het bos. De voerman merkt
niets en dan is Liesbeth hele
maal alleen in een dikbe-
sneeuwd bos. Het loopt goed af
maar voorlopig hoeft Liesbeth
er niet weer op uit, tot Kerst
mis in ieder geval niet. prach
tige grote prenten vol sneeuw
van Hon Wikland. Heel leuk
zijn de twee liedjes die in het
verhaal gezongen worden. Een
psalm 'Op bergen en in dalen
en overal is God', daar staat
het liedje van de voerman te
genover: 'Sapperloot, wat heb
ik een gein met mijn flesje
brandewijn...'.
Beide boeken van harte aan
bevolen.
K. Grahame: De wind in de
wilgen.
Uitg. Ploegsma ƒ22,50.
Voor iedereen vanaf 8 jaar.
K. Recheis: De Witte Wolf
Uitg. Lemniscaat ƒ2950.
Vanaf 14 jaar.
K. Recheis: Pelsjager aan het
bevermeer.
Uitg. Westfriesland ƒ19,70.
Vanaf 11 jaar.
R. Briggs: De sneeuwman.
Uitg. Van Holkema en Wa-
rendorf ƒ1750.
Vanaf 5 jaar.
A. Lindgren: Kijk, Madieke
het sneeuwt!
Uitg. Ploegsma ƒ19,90.
Vanaf 5 jaar.