BOEKEN 'Als een man zwendelt, is hij geen jood meer' Wereld van de Hanze in kostbaar boekwerk Kinderboeken: Van meneer Pad tot de sneeuwman 'DE BOETELING' VA SINGER nONPERDAG 20 DECEMBER 1984 Evangeliën harmonie Geest en geest Kookboeken ude schotels De Kastanje Ongelukken Enorme pil A66 il T1 Gemiste kansen in 'De zomers van mijn jeugd' Door Gerard, van Herpen ZO vanzelfsprekend als Marnix Gij sen in de voorbije jaren een romancier van grote klasse werd genoemd, zo gemak kelijk wordt zijn ta lent nu verguisd en zelfs vergeten. In het boek 'Vlaamse Schrijvers', met 25 pro fielen uit de Vlaamse li teratuur, geschreven door Gaston Durnez, komt de naam van Marnix Gijsen niet eens meer voor. Zo is het Bertus Aafjes vergaan, Maarten 't Hart eveneens en wie durft Mars man, de zo aanbeden Mars man, nog naast Adriaan Ro land Holst te plaatsen en wie schreef onlangs dat Roland Holst, de prins der Neder landse dichters, eigenlijk maar een onbegrijpelijke keltische beuzelaar was? U herinnert zich mis schien nog hoe Maarten't Hart in een bespreking van het Verzameld Werk van Marnix Gijsen sprak van het Verzameld Prulwerk. Marnix Gijsen zou het geld van de Staatsprijs der Ne derlandse Letteren maar liever uitbetalen als smarte- geld aan degeen die in staat is geweest al dit verzameld prulwerk te lezen. Marnix Gijsen heeft on voorstelbaar veel geschre ven. Maarten 't Hart telt zesduizend pagina's. Dat is natuurlijk niet allemaal prulwerk. Bij Marnix Gijsen schuilt de mogelijkheid van tegenspraak in het genre. Misschien dat Maarten 't Hart zich zo ergert aan Mar nix Gijsen, omdat de Vlaamse schrijver zo voort durend en onuitputtelijk blijft steken in het autobio grafische gegeven. De kri tiek is Marnix Gijsen altijd goed gezind gebleven. In Vlaanderen verkreeg hij zelfs, evenals Gerard Wal schap, op grond van zijn vele verdiensten een Baronale titel en in Nederland werd hem door Koningin Juliana in 1974 de Staatsprijs van de Nederlandse Letteren over handigd. Toen in 1979 zijn Verzameld Werk verscheen en in dat jaar Marnix Gijsen het verhaal „Overkomst dringend gewenst" afstond als Boekenweekgeschenk, leek de inmiddels tachtig jaar geworden Vlaamse auteur aan een laatste triomftocht te zijn begon nen. Juist in dat jubileum jaar sloeg de kritiek venij nig en verwoestend toe. En kele Vlaamse jongeren, zoals Hedwig Speliers, waren Maarten 't Hart al voor ge weest. Zij wezen de bewon deraars op „vormelijke af standelijkheid", op „een kleurloze zegging" en op „een gebrek aan Vlaamse authenticiteit", waar de ro mans van Stijn Streuvels en Buysse zich juist wel op kunnen beroepen. Er is nog juist in het jaar van zijn dood een soort Om nibus verschenen onder de titel „De zomers van mijn jeugd". Het zijn alle romans en verhalen die zich in af spelen in het fictieve dorp Blaren, dat niet als eenheid bestaat, maar dat de ene keer Brasschaat en de ande re keer Schoten zou kunnen zijn. De Blarense verhalen zijn, als we Marnix Gijsen mogen geloven, autobiogra fisch van opzet. Het zijn de Marnix Gijsen. herinneringen van een jon gen aan allerlei dorpsver wikkelingen en aan mensen die in die kleine gemeen schap met elkaar leven en dus ook met elkaar overhoop liggen. Het zijn thema's die U, maar dan boeiender, kunt lezen bij zijn baronale con frater Gerard Walschap. Bij Marnix Gijsen proef je voortdurend dat zijn taal vermogen door zovele bur gerlijke terughoudendheid wordt beinvloed, dat alle prachtige situaties, die hij in zijn herinnering terugroept, - FOTO MEULENHOFF geen kans van overlevering meer krijgen. In 'De Zomers van mijn jeugd' zijn ook de grote in 1947 in de Verenigde Staten geschreven roman „Telema- chus in het dorp" en de uit 1954 daterende novelle „De oudste zoon" opgenomen. Daar tussen door zijn heel korte herinneringen en ver halen opgenomen, zoals het volslagen onduidelijke „Pe rikelen van Bergen op Zoom" en andere jeugdbele- venissen uit de eerste we reldoorlog. De mooiste novelle uit dit boek vind ik 'De boom van goed en kwaad', het simpele verhaal van een grote kas tanjeboom. De boom die het erf overlommerde en het huis nog donkerder maakte, oefent een grote aantrek kingskracht uit op twee kin deren. Als de vader van een van de kinderen zich dan aan die boom verhangt is het met de macht en de beto vering van de boom van goed en kwaad gedaan. Wat er allemaal gebeurt en gebeuren kan en wat er aan dreiging boven het ver haal blijft hangen, valt te bespeuren in de novelle „De oudste zoon". Wat de lezer aantrekt en afstoot, ook in dit verhaal, is wat Hedwig Speliers „het spel van de ge miste kansen" noemt. Er zijn heel ontroerende beschrij vingen, zoals die van de rol van de moeder in het vader loos geworden gezin, maar er zijn in even grote en sto rende mate ook zinnen die een achteloos woordgebruik verraden en die gekenmerkt worden door heel ambtelijke en dorre uitlopers. Wat bij Elsschot door grote terug houdendheid in gevoel en taal een eigen functie en vorm krijgt, dat ziet er bij Marnix Gijsen uit als een li teraire bloei wij ze zonder bloesem. Marnix Gijsen boeit ook in deze verhalenomnibus ze ker wel, zoals een gemakke lijk of gemakzuchtig kro niekschrijver door de veel heid van zijn zijn aanneme lijke verhalen een toehoor der wel kan boeien. Zonder aan de prullenbak van Maarten 't Hart te denken, blijft ook dit verzamelboek literair beneden de maat. Vreemd eigenlijk dat wij zo vanzelfsprekend en zo lang in zijn grootheid zijn blijven geloven. Marnix Gijsen: 'De zomers van mijn jeugd'. Uitgeverij Meulen- hoff, Amsterdam, .29,50. 'De Boodschap van Jezus'. Uitge verij J.H. Gottmer-Haar lem. f 25,- „Gij zult u geen beelden ma ken". Zo luidde het bevel van Jahweh aan het joodse volk. Het heilige laat zich niet af beelden, was de diepere bood schap. De christenen hebben deze joodse wet al vroeg ter zijde geschoven. In 'De bood schap van Jezus' staat dan ook christelijke kunst centraal: het is vooral een kij kboek. Het bevat 21 afbeeldingen uit het leven van Jezus uit het zoge heten Evangeliarium van kei zer Otto III, die in 1002 werd begraven in de dom van Aken. Dit kostbare evangeliarium, gemaakt rond het jaar 990 in het Benedictijnerklooster op het eiland Reichenau in het Bodenmeer, telt 256 perka- mentvellen en bevat behalve de tekst van de vier evangelies talloze illustraties. Deze illu straties markeren volgens kenners het begin van een eigen Europese kunst. Het ori ginele evangeliarium wordt nog altijd bewaard in de Akense dom. Het door Gott- mer-Haarlem uitgegeven boek heeft 21 afbeeldingen eruit ge selecteerd die samen het leven van Jezus vertellen. Bij elke afbeelding is het corresponde rende bijbelgedeelte afge drukt, waarop nadere toelich ting wordt gegeven door de dominicanerpater Anselm Hertz. J.B. Door Dirk Vellenga DE Amerikaanse, of liever, de Jiddische, in Amerika woon achtige schrijver Isaac Bashe- vis Singer, heeft zijn boek 'De boeteling' (The Penitent) voor zien van een naschrift. Om te voorkomen dat de lezer door de roman onjuiste gedachten over het standpunt van de schrijver zouden krijgen? Het is mogelijk dat Singer, of zijn uitgever, dat naschrift noodzakelijk achtte. In 'De boeteling' is namelijk van be gin tot eind een man aan het woord die aan de verdorven heden van deze wereld ont snapt door zich in Israël aan te sluiten bij de meest extreme joodse sekte die er maar be staat. Deze man, de rijke Joseph Shapiro, legt uit dat je slechts kunt kiezen tussen moderne verdorvenheid en de extreem joodse leefwijze. Andere mo gelijkheden zijn er niet. Los bandigheid leidt tot Gestapo en KGB, zegt Shapiro. „Als je geen nazi wilt zijn, dan zul je het tegenovergestelde moeten worden. Het is geen toeval dat Hitier en zijn theoretici zo'n barbaarse strijd hebben ge voerd tegen de Talmudjude". Shapiro kiest na een lange weg vol twijfel voor een sober, streng geordend bestaan, en legt uit dat hij daarin uitein delijk zijn heil heeft gevonden. Isaac Singer heeft verschillen de malen verkondigd dat hij zeker in God gelooft, maar niet in 'Zijn Genade'. Hij ge looft niet in de 'definitieve ontsnapping uit het menselij ke dilemma', wat zijn roman figuur dus wel doet. In het na woord legt hij dat uit. Maar serieuze lezers weten natuur lijk al lang dat schrijver en hoofdpersoon nooit per defini tie identiek zijn. Singer schreef 'De boeteling' in zijn bekende puntige, naïe ve stijl. De filosofie van za kenman Shapiro is aan de ene kant kinderlijk en komisch. „Als een man zwendelt, dan is hij al geen jood meer", is zijn uitgangspunt. Zijn logica is onnavolgbaar: „Zelfs als het jodendom maar een spel is, dan houd ik nog meer van dit spel dan van Amerikaans voetbal of honkbal, of het spel van de politiek. Zelfs al is de Almachtige slecht is, dan praat ik nog liever met de on rechtvaardige schepper van het heelal dan met een scha vuit van de KGB". Het aardige van de kritiek van Shapiro op de afgoderij en vulgariteit van de moderne wereld, is dat de ironie er af druipt, maar dat de visie op de lege, overspelige, zuipende mens soms onverwacht raak is. Die dubbele kracht van de monoloog van Shapiro maakt het boek uitermate speels en boeiend. 'De boeteling' verscheen in het begin van 1973 als feuille ton (in het jiddisch) in The Je wish Daily Forward en ver scheen daarna in boekvorm eerst in Israel, het land dat door Shapiro wordt omschre ven als even verdorven als Amerika. 'De boeteling' van Isaac Bashevis Singer, uitg. Arbeiderspers, f24,50. Door Rein van der Helm ZO ROND het midden van de 12e eeuw kende de toenmalige 'bekende' wereld een handels organisatie die op de eeuwen die zouden komen een groot stempel drukte en ons, 20e eeuwers, een cultuurschat na liet waarvan - als men op de juiste plaatsen is - nog dage lijks genoten kan worden. Het was een genootschap van kooplieden, dat middels een strakke organisatie, voor langere tijd een soort recht op internationale handel mono poliseerde. Een genootschap dat bekend werd onder de naam De Hanze. Nog steeds roept de naam De Hanze asso ciaties op met geld en goed, schilderijen en monumentale koopmanshuizen. De Hanze vond zijn oor sprong in de steden die zich rond de Baltische Zee ontwik kelden. Centrum van deze or ganisatie was de oude stad Lübeck. Op het hoogtepunt van zijn macht opereerde De Hanze in niet minder dan 160 steden en controleerde zo di verse handelsstromen. De in vloed die De Hanze uitoefende op steden, waarmee handels betrekkingen werden aange knoopt, was groot. De van oor sprong Duitse kooplieden wis ten zich ter plaatse allerlei privileges te verwerven, niet zelden afgedwongen omdat zij dreigden met vertrek en zich elders te vestigen. Dat ondervond onder meer het aloude Brugge, de Vlaam se stad die in de Middeleeu wen via het Zwin met de Noordzee was verbonden. Om dat bepaalde voorwaarden niet geschapen werden ver trokken de Duitse kooplieden, in Brugge beter bekend als de Oosterlingen, tot tweemaal toe in het begin van de 14e eeuw naar Aardenburg. Ijlings ga ven de Bruggelingen aan ge stelde eisen toe en zag Aar denburg met lede ogen de be drijvigheid zich weer meer op Brugge richten. Wat overbleef was de overslag van over zee aangevoerde goederen op klei nere schepen. Een activiteit die ook het nabij het Zwin ge legen Sluis geen windeieren legde. Liever zou De Hanze een soort eigen stapelplaats willen hebben in Damme, ver gelijkbaar met een vrijplaats zoals zij die hadden in Londen en andere steden. In de loop der eeuwen dien den zich echter andere han delsnaties aan, onder meer de Lage Landen. De bakens wer den niet op tijd verzet. Het Ita liaanse bankierssysteem, basis van onder meer de opkomst van de Lage Landen als han delscentrum, vond geen in gang. De Hanze bleef ook ge bruikmaken van zijn eigen vertrouwde schepen, terwijl voor de 'grote handelsvaart' andere schepen nodig waren. Van b.v. het soort platboomde vaartuigen dat de Hollanders goedkoop wist te bouwen. Niettemin bleef tot de helft van de 17e eeuw De Hanze iets om mee rekening te houden. 'De wereld van de Hanze', een fraai uitziend boekwerk van het Antwerpse Mercator- fonds, schetst de opkomst, ont wikkeling en het verval van De Hanze. Auteur prof. dr. Al- bert d'Haenens heeft zich hierbij omringd met een aan tal specialisten uit diverse Europese landen. Het boek be schrijft - en laat vooral zien - wat moet worden verstaan on der Hanzeatische cultuur en Hanzeatische (handels)tech- nieken. Het boek, van kloek for maat, kent een eveneens kloe ke prijs. Daarvoor krijgt men, naast een gedegen tekst, ech ter ook zo'n 600 afbeeldingen van Hanzeatische cultuurmo numenten (zoals pakhuizen, stadhuizen en kerken) en Hanzeatische kunst. Voor wie het geld ervoor over heeft een waardevol bezit. De Wereld van de Hanze, prof. dr. Albert d'Haenens. Uitg. Mercator- fonds (in Nederland uitgebracht door Maklu, Apeldoorn). Prijs ƒ245.-. Samuel Rayan: "Wind en vuur'; De Heilige Geest: hart van bet christelijk evangelie. Uitgeverij Tabor - Brugge, 15,90. De vervreemding tussen het hedendaagse, door natuurwe tenschap en techniek gevorm de, analytische levensgevoel en het christelijke evangelie manifesteert zich niet in de laatste plaats rond het begrip 'geest'. Waar wij bij dit begrip spontaan denken aan sfeer, eigenschap, mentaliteit, kort om aan iets abstracts, spreekt de christelijke boodschap over een persoon: de Heilige Geest. Toch hanteert zowel het Oude als het Nieuwe Testament het begrip 'geest' vaak ook in onze zin. De Geest wordt ten tonele gevoerd als duif, als vuur, als wind, als vredestichter maar niet van het halfzachte soort. De Indiase jezuïet Samuel Rayan heeft over dit onder werp een boek geschreven. Het is niet een theologische verhandeling, maar een medi tatief geschrift. Omdat de auteur uit een geheel andere cultuur stamt dan onze wes terse, is dit boekje om boven vermelde cultuurbotsing de moeite van het lezen alleszins waard. J.B. In de 'Culinaire Boekerij' van uitgeverij Zomer en Keuning is een begin gemaakt met de serie 'Lekker koken'. Elke boek in deze reeks be vat ruim 300 recepten en tips en kost 19,90. De vier pas uit gekomen boeken zijn: Eenvoudige vlug-klaar ge rechten, van Cecile Thijssen Feestelijke hapjes en drank jes, van Hans Belterman Heerlijke vleesgerechten voor weinig geld, van Ina Drukker Salades en koude groentege rechten, door Anneke Geerts Bij dezelfde uitgever ver scheen een herziene editie van 'Het volkomen kookboek' van Wina Born, Marianne Stuit en Heieen Halverhout (tijdelijk ƒ.29,90, dan ƒ.49,90). 'Recepten op recept' is be doeld voor mensen zich aan een diëet moeten houden: (bij na) geen cholesterol, natriu- marra, weinig vet, verzelarm of vezelrijk, suikervrij enz. De twee auteurs werken in het academisch ziekenhuis van .de Amerikaanse Harvard Uni versiteit (uitg. J.H. Gottmer, prijs .49,50). de Reizende Man te '7, schotels v.a. 10.-. onderdag 20 dec. bejaar- snschieting in Café oosterzande. Aanvang I.30 uur. 1ATIS zolder, berging of huur opruimen, wij ko- Rol *oi r\-7C o-tot"' i Door Muriël Boll ER ZIJN van die boeken die er gewoon zijn, al jarenlang, en die nog steeds graag gelezen worden. Zo'n boek is "Wind in de Wilgen' dat Kenneth Gra- name in 1908 schreef. A.s. za terdag zendt de NCRV het boek als tekenfilm uit en kunt u kennismaken met de fantas tische avonturen van Rat, Mol, Das, Otter en de eigenwijze meneer Pad. Dieren doen het altijd goed bij kinderen; ze ko men in heel veel sprookjes en oude rijmpjes voor (slaap kindje slaap, daarbuiten loopt een schaap, enz.). Misschien komt het ook doordat kinde ren en dieren contact met el kaar hebben zonder dat ze met elkaar kunnen praten. Het verhaal pakt kinderen direct: Mol voelt de lente in de lucht en heeft helemaal geen zin meer in witten. Hij smijt zijn kwast opeens op de grond: „Dat gezeur!" en „Die snert- schoonmaak!" en loopt het buis uit. Hij gaat met Rat en een gevulde pick-nickmand de rivier op; in de mand zit kou- wetongkouwehamkouwer os- bief augurkenslakadetj estui ukerscornedbeefgemberlimo- uadespuitwater...Dat herken nen kinderen direct. Lekker iets leuks gaan doen en de ver velende dingen gewoon aan je 'aars lappen. Verderop in het boek is de aandacht meer op meneer Pad gericht. Die is dol op autorij den maar veroorzaakt alleen ongelukken. Het wordt zo erg dat zijn vrienden hem moeten aanpakken, vinden ze. Als ze de oprijlaan van Paddenburg opkomen, zien ze alwéér een nieuwe glanzend rode auto staan en daar komt Pad, uit gedost met stofbril, pet, slob kousen en een enorme overjas, met veel branie de treden af, terwijl hij zijn autohand schoenen aantrekt. Het boek is heel geschikt om voor te lezen Leuke dialogen, je moet er steeds om grinniken en de ka rakters komen goed naar vo ren. De schrijver vertelde de verhaaltjes aan zijn zoon, pas later werd het een boek. Die zoon was blind en misschien is het verhaal daarom wel zo beeldend. Je voelt de lente, je hoort de suizende wilgen langs de oever en je duikt diep weg in je hol als het winter wordt. Kortom, het lijkt wel of je zelf aan de rivier woont. Onlosma kelijk verbonden aan het boek zijn de meer dan honderd te keningetjes van E.H. Shepard die ook Winnie de Poeh illu streerde. Plaatjes waarmee je je het hele verhaal zo weer voor de geest kunt halen. Dit jaar kwam bij Ploegsma de zevende druk uit. Nog een boek waarin een dier een belangrijke rol speelt: 'De Witte Wolf' van Kathe Re- cheis dat onlangs bij Lemnis- caat uitkwam. Het is een enor me pil van 300 bladzijden en daarom is het moeilijk in het kort te vertellen waar het over gaat. Thomas wordt door een wit te wolf meegelokt naar een wereld waarin het land Imar bedreigd wordt door het buur land Aran; daar heerst de dic tator Grote Gond. Onari, een meisje uit Imar, wil haar land van de ondergang redden. Volgens een oud verhaal kun nen alleen drie kinderen uit Illustratie uit 'De sneeuivmc drie verschillende landen dat. Samen met Thomas en Alwin, een overloper uit Aran, begint' Onari aan een enorme tocht naar de Stralende Bergen. Om daar te komen moet ze door het Verboden Land waarvan nog nooit iemand is terugge keerd. Ze komen door slapen de grijze bossen, diepe ravij nen en worden door de Zwarte Koning gevangen genomen. Geen leuke tocht dus, maar de witte wolf spoort hen iedere keer aan om verder te gaan en vol te houden. Het boek is spannend en goed geschreven maar had voor mij korter gekund. Ik moest denken aan een gebrei de kniekous waaraan steeds verder is gebreid, met uitste kend garen weliswaar, omdat de breister de fantasiepa troontjes zo mooi vond. Van mij had het een sok mogen worden. De boodschap, volhouden en op zoek blijven naar het goede, ligt er niet te dik bovenop.. Er zit veel symboliek in het boek. Bijv. 'drie kinderen uit drie volken, drie tot één vereend'... en de vlag van Aran is een zonnevlag. Is het nazikruis niet een oudgermaans zonne teken? Kinderen zullen die symboliek er niet altijd uitha len, dat lijkt me geen ramp. In het verhaal zitten ook verwij zingen naar de indianenwe- reld. Niet verwonderlijk want de schrijfster heeft een diep gaande studie gemaakt van de N avaj oindianen. Dat is nog duidelijker te merken aan een ander boek van haar, dat ik eigenlijk mooier vind, 'Pelsjager aan het bevermeer', uitg. West friesland. Zevenjarige Kit moet nog heel wat van zijn in diaanse vriendje Topean leren voor hij een echte pelsjager is. Het zware leven, de ontberin gen maar ook de vriendschap maken hem volwassen. Net als in Witte Wolf wordt de natuur indrukwekkend beschreven. Een goed afgerond verhaal. 'De sneeuwman' van Ronald Briggs en 'Kijk, Madieke het sneeuwt!' van Astrid Lindgren zijn heerlijke boeken voor de ze tijd van het jaar. 'De sneeuwman' bestaat uit een serie kleine zachtgetinte plaatjes die zonder woorden het verhaal vertellen over een jongetje dat een sneeuwpop heeft gemaakt, 's Nachts be leeft hij met zijn sneeuwpop een heel avontuur. Aan de ge zichten kun je goed zien wat beide figuren denken. In dit boek zag ik de tegenstelling van 'je warmen aan het vuur' uitgebeeld. Een heel mooi boek dat kinderen lang zal boeien. In 'Kijk, Madieke het sneeuwt!' is Astrid Lindgren er weer in geslaagd een schit terend kort verhaal te vertel len. Liesbeth is zo dom om achterop een slee te gaan staan. Plotseling vertrekt die, in razende vaart en met klin- gende bellen stuiven ze door het bos. De voerman merkt niets en dan is Liesbeth hele maal alleen in een dikbe- sneeuwd bos. Het loopt goed af maar voorlopig hoeft Liesbeth er niet weer op uit, tot Kerst mis in ieder geval niet. prach tige grote prenten vol sneeuw van Hon Wikland. Heel leuk zijn de twee liedjes die in het verhaal gezongen worden. Een psalm 'Op bergen en in dalen en overal is God', daar staat het liedje van de voerman te genover: 'Sapperloot, wat heb ik een gein met mijn flesje brandewijn...'. Beide boeken van harte aan bevolen. K. Grahame: De wind in de wilgen. Uitg. Ploegsma ƒ22,50. Voor iedereen vanaf 8 jaar. K. Recheis: De Witte Wolf Uitg. Lemniscaat ƒ2950. Vanaf 14 jaar. K. Recheis: Pelsjager aan het bevermeer. Uitg. Westfriesland ƒ19,70. Vanaf 11 jaar. R. Briggs: De sneeuwman. Uitg. Van Holkema en Wa- rendorf ƒ1750. Vanaf 5 jaar. A. Lindgren: Kijk, Madieke het sneeuwt! Uitg. Ploegsma ƒ19,90. Vanaf 5 jaar.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 21