[ant :n IGE (m/v) ZUIDDORPSE BASISSCHOOL GEEFT LES MET DE COMPUTER Bedrijven kijken naar de toekomst 7D TRISCH) 9SÜL 'ogel Hi r va ring als in verwante l'erkperiode opdrachten goede so- ttige werk- ovenstaand 7&TERDAG 8 DECEMBER 1984 MV4Z lameboodschap I op schoot! van het ET onderwijs in Nederland stuurt steeds meer aan op het gebruik van computers. Ook in het basisonderwijs dat volgend jaar kan rekenen op steun van het ministerie dat middels enkele projecten onderwijs met de computer in goede banen wil leiden. Diverse scholen zijn echter al gen heel eind verder. Onder meer de Zuiddorpse 'Canisius-basisschool' waar de computer sinds dit schooljaar als lesmateriaal gebruikt wordt. M Experimenten Een lijn Kleiner Zuiddorpe Onderschat Veel werk 'Computergek' Enthousiast A?2 I wij een va- Js wegens vertrek [i) per week ter aan mensen met in het methadort- |n begeleiden van nlid draagt vanuit Ken van moeizame ■sch) verpleegkun- Skundige aspecten lerpleegkundige of frpleegkundigen A, zelfstandig als in kid verwacht crisis- Iteren. gens Rijksregeling; fcrvaring. De vakan- I het Algemeen Bur- |l in de gelegenheid pemgebied in team- (Hemel, coordinator ptor). &n deze advertentie Idelburg. |S/em Door Romain van Damme ZUIDDORPE - Er is niet aan te ontkomen. De opmars van de computer is niet te stuiten, de automatisering is nauwe lijks bij te benen. In vrijwel ieder bedrijf drukt de compu ter een stevige stempel op de inrichting van het interieur. Ook in het onderwijs rukt het elec- tronisch wonder op. Zeker in het voortgezet onderwijs waar leraren van de exacte vakkep zich kunnen uitleven op het toetsenbord en de leerlingen wegwijs kunnen maken in het labyrint van mogelijkheden. In het basisonderwijs ligt dat wat anders. Weliswaar zijn er al een groot aantal basisscholen die een computer hebben aangeschaft, maar veelal nog niet verder gekomen zijn dan het uit dokteren van een passend lesrooster of het opslaan van de administratie. Om in de (nabije) toekomst de scholen op één lijn te krijgen is het ministerie van onderwijs van plan begin volgend jaar met computers op enkele scholen te gaan experimente ren. Met als opdracht, zoek maar eens uit welk onderwijssysteem het best aansluit bij het les geven met compu ters. Die gegevens gaan dan naar de Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO in Enschede). In samenwerking met de TH Delft moeten dan softwa- re-programma's, geschikt voor het basisonderwijs ontwikkeld worden. Dat het ministerie wat voorzichtig is met die projecten is terug te voeren op eerdere projecten met talenprakti- cums. Destijds werd er heel wat geld vrij gemaakt voor het aanschaf van apparatuur, maar een groot succes is het nooit geworden. Het ministerie wil in ieder geval bereiken dat het basisonderwijs niet verstrikt raakt in het grote aanbod computers en programma's dat op de markt gebracht wordt. „Er staan in derdaad enkele projecten op stapel", zegt ministerie-woordvoerder Pan huizen daarover, „maar inhoudelijk staat nog niet precies vast wat er gaat gebeuren. Hier en daar zijn er wel wat scholen bezig met computers. Vaak als onderwijssteunend middel. We houden dat goed in de gaten". Met dat laatste wijst Panhuizen naar het gevaar dat de scholen te veel ver schillende computers binnen halen. Het ministerie hief immers ook een waarschuwend vingertje op toen het bedrijfsleven acties op touw zette om scholen financieel te helpen bij het aanschaffen van computers. Onder meer banken en in Zeeuwsch-Vlaan deren bijvoorbeeld Dow Chemical en naar verluidt binnen korte tijd ook De Hoop. „We vinden het uitstekend 'Je moet onderwijssysteem Leerlingen van de 'Canisius-school' bezig met de computer. Peter Knegtel kijkt of alles goed gaat. - foto de stem/cor j. de boer. Van een onzer verslaggevers TERNEUZEN - DOW-Chemlcal Terneu- zen Is een van de bedrijven die geld be schikbaar gesteld hebben om scholen In staat te stellen computers aan te schaffen. Naast DOW-Chemlcal zijn er onder meer een aantal banken die der gelijke projecten steunen. DOW-chemlcal schonk de middelbare scholen In Terneuzen, acht In totaal, geld ter gelegenheid van het 400-larlg bestaan van de Zeeuwsch-Vlaamse stad. Voorlopig Is dat bepertk gebleven tot een eenmalige actie. „Op de eerste plaats wilden we Iets doen omdat Terneuzen 400 jaar be stond", aldus een woordvoerdster van de fabriek, „maar Inderdaad, Je kunt er niet om heen dat het vak Informatica steeds belangrijker wordt. In ons bedrijf hebben we mensen voor dat vak opge leid. De resultaten zlln erg goed. Als de jeugd al vroeg met die computers In aanraking komen, kan dat straks voor deel opleveren bij het zoeken naar een baan. Ervaring op dat gebied wordt erg belangrijk". dat het bedrijfsleven een helpende hand toesteekt. Maar we zijn bang dat het allemaal wat te snel gaat. In derdaad zit je straks met veel ver schillende computers, programma- teurs die voor een beperkt aantal scholen kunnen werken". Inmiddels zijn er al wat scholen die de gesubsidieerde projecten niet heb ben afgewacht. In Breda zijn bijvoor beeld de Jacintaschool en de Joris- school al druk aan het experimente ren. Maar niet alleen de scholen in de grotesteden wagen zich in de electro- nische wereld. Integendeel. „Ik heb de indruk dat de scholen op het platte land wat dit betreft verder zijn", zegt Wim Kreugel, beleidsmedewerker onderwijs van de gemeente Rotter dam, „dat komt omdat die scholen over het algemeen kleiner zijn. Min der leerlingen dus. Dat maakt het toch wat gemakkelijker. Zelf zijn we in Rotterdam nu bezig met vijf basis scholen en vijf mavo's. Het is een hele klus om het goed in te passen". Een van die kleinere scholen waar computers gebruikt worden om les te geven - voor alle duidelijkheid, het gaat niet om computerkunde - staat in Zuiddorpe. Een klein dorpje op en kele kilometers van de Belgische grens. De 'Canisius-basisschool' telt drie leerkrachten en een WPO'er (Werkvoorziening Project Onder wijs), een leerkracht die werkloos dreigde te raken, maar door middel van een project alsnog aan de school verbonden blijft. In dit geval het computerproject. Deze vier leer krachten proberen 63 kinderen het een en ander bij te brengen. Onder meer met behulp van de Commodore-computer. De kinderen krijgen iedere dag drie kwartier les met de computer. Dat betreft dan re kenen, taal en, in mindere mate nog, de zaakvakken zoals aardrijkskunde en geschiedenis. „We hebben deze stap zeer goed overwogen", zegt Etienne van Damme, hoofd van de school, „we hebben het niet zo maar gedaan". De leerkrachten werden in feite geleid door de nieuwe wet basis onderwijs die medio 1985 in werking treedt. Een van de doelstellingen is het klassikaal onderwijs zoveel mo gelijk te doorbreken. „Daar spelen we op in", gaat Etienne van Damme ver der, „het is een heel karwei geweest om het onderwijssysteem zo aan te passen dat de computer een plaats kon krijgen. Daar hebben we een jaar voor uit getrokken". Etienne van Damme is een groot voorstander van het niet-klassikale onderwijs. „Prof.Dr.F.Buijtendijk zei in 1922 al dat klassikaal onderwijs, het frontaal les geven zoals het ge noemd wordt, niet het beste systeem was", zegt hij in de geschiedenis dui kend, „toen was klassikaal onderwijs echter een noodzaak. De methodes waren minder, nog niet ontwikkeld. Nu ligt dat heel wat anders. Kinderen hebben een eigen karakter, een eigen intellectuele aanleg, een eigen ge voelsleven. Dat werd vroeger onder schat. Alle kinderen tegelijkertijd de zelfde leerstof geven, zeg maar slik ken en verteren, is onnatuurlijk en onmogelijk. Het klassikale systeem leert de kinderen alleen maar te ne men. Dat werkt door in het verdere leven, in de karaktervorming". „Bij een niet-klassikaal systeem komt de sociale vorming beter tot zijn recht. Iedereen kan naar zijn eigen mogelijkheden werken. Je kunt dan veel meer uitgaan van de leefwereld van het kind. Het verantwoordelijk heidsgevoel, het kind is bezig met zijn werk, wordt groter. Het kind kan zich persoonlijk beter ontwikkelen". Volgens Etienne van Damme en Peter Knegtel, de WPO'er die zich nadrukkelijk bezig houdt met de computers, kan de computer daar voortreffelijk aan meewerken. Mo menteel kan de schoolleiding be schikken over drie computers. Moge lijk komt er binnenkort een vierde apparaat bij. Een aardige investering waar tegen het schoolbestuur na een uiteenzetting van het onderwijzend personeel ja zei, „We hebben erg veel contact gehad met het ministerie", zegt Etienne van Damme, „we wilden niet over een nacht ijs gaan. Van de 25% uur les, krijgen de kinderen 15 uur les op hun eigen niveau. Een aantal lessen, zoals gymnastiek, muziek en de zaakvak ken worden klassikaal gegeven. De klas is verdeeld in zeven groepjes. De computers zijn dus iedere dag zeven keer 45 minuten bemand. We hebben een heel rooster ontworpen. Leesple zier, studerend of technisch lezen, breuken leren, je kunt er allerlei sys temen op bedenken. Dat gaat met een kaartensysteem. Op die manier is al les makkelijk controleerbaar. De computer wordt dus gebruikt als les materiaal. Het is niet de bedoeling dat de kinderen de computer volledig beheersen". „Natuurlijk moeten ze wel het toet senbord kunnen beheersen", vult Pe ter Knegtel aan, „eenvoudige ingre pen om de computer te kunnen bedie nen. Daar hebben we enkele lessen aan gewijd. Nu kunnen de kinderen, we zijn iets meer dan een maand be zig, de computers geheel zelfstandig bedienen". Het invoeren van de computers heeft Peter Knegtel handenvol werk. Computers hebben immers program ma's nodig. En die zijn nog niet in het winkeltje op de hoek te verkrijgen. In Nederland zijn er wel diverse bedrij ven die programma's voor rekenen, taal en enkele zaakvakken produce ren. Ze worden onder meer verkocht bij Vroom en Dreesmanen Dickson. „En dat loopt uitstekend", laat een verkoper van de computerafdeling weten, „we verkopen veel aan parti culieren. Nee, aan scholen niet zo veel. Maar dit staat nog maar in de kinderschoenen. Dit soort program ma's zal straks een geweldige vlucht nemen". Verder is er het bedrijf Malmberg dat zich bezig houdt met het ontwikkelen' van dergelijke pro gramma's. Daar zal Peter Knegtel ongetwij feld blij mee zijn. Nu moet hij her en der programma's verzamelen. „Veel programma's komen uit Amerika. En moeten dus vertaald worden. Verder ga ik diverse Schoolbegeleidingsdien sten af, onder meer in Dordrecht en Breda om software op te halen. Trou wens, de meeste programma's betreft rekenen en taal. Programma's over wereldoriëntatie, aardrijkskunde en meer van die vakken zijn er nog nau welijks. We hebben nu 800 program ma's op school. Honderd zijn er te ge bruiken. Ik kan inderdaad nog even voort". „Het is natuurlijk erg belangrijk dat je op school iemand hebt die veel van computers weet", zegt Etienne van Damme dan, ,je moet wat com putergek zijn. Peter heeft een compu tercursus basic (een van de compu tertalen) gevolgd. Het is een tijdro vende zaak. Alle programma's moe ten in drievoud gemaakt worden. Alle drie de computers moeten immers op dezelfde manier gevoed worden. Ik ga straks ook een cursus volgen. Als Pe ter eens een keer niet aanwezig is, zal er toch iemand moeten zijn die ook goed met die computers kan omgaan. Er gaat dus veel tijd inzitten. Zeker als je de computer niet alleen als on dersteunend gebruikt. Als je weinig tijd kunt vrijmaken om je bezig te houden met computers als lesmate riaal, moet je er niet aan beginnen. Maar op deze manier kun je uitste kend inhaken op de nieuwe leerwet die bijvoorbeeld een ononderbroken leergang vraagt". Inmiddels is in Zuiddorpe iedereen razend enthousiast over het nieuwe project. De ouders werden in de gele genheid gesteld de kinderen met de computer bezig te zien. „Aanvanke lijk", zegt Etienne van Damme, „wa ren de ouders wat bang voor die com puters. Ze dachten dat de computers alleen maar gebruikt konden worden om te spelen. Begrijpelijk, op de tele visie zie je bijna niets anders dan al lerlei spelprogramma's. Nu ze gezien hebben, wat er allemaal met die com puters gedaan kan worden, is die vrees weggenomen. De kinderen zijn enthousiast. Je moet niet meer vertel len wie er aan de beurt is voor een be paalde les. Natuurlijk spelen we ook in op de ontwikkeling van de computer. Als de kinderen straks naar het voortgezet onderwijs gaan, krijgen ze onherroe pelijk te maken met computers. Dan zijn ze al gewend aan die apparatuur. We gaan nu proberen of we in aan merking kunnen komen voor een project dat het ministerie straks wil starten. Maar ik vrees dat we er niet bij zijn, omdat we al een heel eind op weg zijn. Momenteel is het nog te duur om voor ieder kind een compu ter aan te schaffen. In de toekomst, als de computers wat goedkoper ge worden zijn, kan dat wellicht wel. Dan kan het klassikaal onderwijs echt doorbroken worden. En dat spreekt mij als onderwijzer enorm aan". Op jacht naar de komeet van Halley tien" i de EuroPese verkenner Giotto afsteve- op de befaamde komeet van Halley. - foto's archief oe stem Door Piet Smolders DE RUSSEN gaan proberen twee kosmische vliegen in een kosmische klap te slaan met de lancering van hun Vega- verkenners op 15 en 21 decem ber aanstaande. De toestellen zullen eerst langs de planeet Venus vliegen (in juni '85) om daar twee landingscapsules af te sto ten. De moederschepen vliegen ver der en ontmoeten in maart 1986 de be faamde komeet van Halley, zij het nog op de eerbiedige afstand van zo'n tienduizend kilometer. De Vega's zul len als eersten gedetailleerde foto's van de komeet maken. De komeet van Halley is al voor de geboorte van Christus gezien en maakt elke 76 jaar zijn opwachting in de buurt van de zon. De Russische Vega's zijn de eerste van liefst vijf toestellen die speciaal worden gelanceerd om de komeet te gaan onderzoeken - het is de eerste keer dat zoiets gebeurt. De Japanners hebben ook twee verkenners op sta pel staan, die direkt naar de komeet vliegen en dus pas in juli en augustus volgend jaar worden gelanceerd. Zij zullen op nog grotere afstand van de komeet blijven: De M5-T5 zal Halley op liefst 4-5 miljoen kilometer passe ren, Planet-A op zo'n 200.000 kilome ter. Omdat de komeet zelf wel een doorsnee van enkele miljoenen kilo meters heeft is die afstand relatief niet zo groot. Maar de Europese Giot to, die ook in juli 1985 van start gaat, zal de kern van de komeet tot op 500 kilometer moeten gaan benaderen, in astronomische termen rakelings. Bij een geringe koersafwijking zou het toestel zelfs met de kern in botsing kunnen komen, maar niet nadat eer der waarnemingen en foto's naar de aarde zijn geseind. Een komeet is een soort grote vuile sneeuwbal van hooguit tien kilometer doorsnee. Pas als hij in zijn langge rekte baan in de buurt van de zon komt verdampt er materiaal en ont wikkelt hij een grote gasvormige kop en een soms tientallen miljoenen ki lometers lange staart. Deskundigen denken dat kometen het oermateriaal bevatten waaruit de planeten werden gevormd. Vandaar de belangstelling voor de komeet van Halley, die in 1910 zeer helder aan de hemel stond. Naar verwachting zal de verschijning nu minder indrukwekkend zijn, omdat Bij het voorbijvliegen van Venus stoot een Vega-moederschip een capsule af, waaruit een lander tevoorschijn komt. Het moederschip zelf vliegt door naar de komeet van Halley. er bij elke passage van de zon mate riaal verloren gaat. In onze streken komt de komeet trouwens niet ver boven de horizon en wie het merkwaardige verschijn sel goed wil bekijken moet op zijn minst in Zuid-Frankrijk zitten. Het zuidelijk halfrond is nog beter. Ook de Amerikanen doen wat aan Halley- onderzoek. Vanwege hun krappe beurs maken zij gebruik van een al jaren actieve verkenner, de zonnesa- telliet ISEE-3 die, door hem een paar keer rakelings langs de maan te stu ren, in de richting van de komeet ge slingerd werd en vervolgens omge doopt tot ICE (International Cometa- ry Explorer). De ICE zal eerst op II september 1985 de kleinere komeet Giacobini- Zinner passeren en dan in maart 1986 bij Halley belanden. Ook zal de ko meet worden bekeken vanuit de Amerikaanse space shuttle met be hulp van drie zeer gevoelige telesco pen, ver boven de storende aardse dampkring. En duizenden beroeps- en amateurastronomen gaan de ko meet vanaf de aarde volgen. De Europese Giotto zal de meest riskante vlucht uitvoeren, tot vlak bij de harde kern van de komeet. Het toestel, waaraan ook door Fokker werd meegebouwd, is genoemd naar de Italiaanse schilder, die in de der tiende eeuw de komeet van Halley als de ster van Bethlehem afbeeldde op een van zijn schilderijen. Om Giotto met succes vlak langs de komeetkern te laten vliegen is de hulp van de bei de Russische voorgangers onontbeer lijk. Zij zullen foto's maken waaruit de positie van de kern nauwkeurig genoeg kan worden vastgesteld, om Giotto de noodzakelijke laatste koerscorrectie te geven.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 25