CANADEZEN KRIJGEN HET ZWAAR TE VERDUREN
BEVRIJDING '44
ZATERDAG 6 OKTOBER 1984
KsFaBffiM
ZATERDAG 6 OKTOBER
De strategen kunnen er nog jaren over
twisten wie gelijk had, Montgomery of
Eisenhower, zo noteerde Winston
Churchill in zijn oorlogsmemoires. De
strategen zijn er dan ook al veertig jaar
over bezig. Montgomery wilde erop los.
Snel en doeltreffend. Eisenhower
huldigde een bedachtzamer strategie. De
'speerpunt' versus het 'brede front'.
Jjjr staan in Zuidw
wat bedrijfsgebouwe
in de jaren zeven
projectontwikkelaar,
sneeuw voor de zon zt
de economische re
gebouwen zijn niet r
met weinig sfeer. 1
ademen hun verledei
een verhaal van vt
glo
Top-prioriteit
Onderschat
Kreekrakdam
Gehalveerd
Schelde: de blinde vlek
(c3
ID)
Zuid-west Nederland is in 1944 be
vrijd door het 1ste Canadese Leger.
Dat stond onder bevel van generaal
Crerar, maar toen de eigenlijke Slag
om de Schelde begon was deze ziek en
werd hij waargenomen door de door
tastende generaal Simonds. In okto
ber 1944 waren alle Canadezen vrij
willigers. Dienstplichtige Canadezen
verschenen pas in 1945 op het Europe
se toneel.
Omdat het onvermijdelijk is bij de
verdere beschrijving van de bevrij
ding militaire formaties nader aan te
duiden (zij het met mate), bekijken we
eerst de struktuur van een leger.
Het 1ste Canadese Leger maakte
deel uit van de 21ste Legergroep, die
onder bevel stond van Veldmaar
schalk Montgomery. Een legergroep
bestond in 1944 in principe uit twee le
gers. In het geval van de 21ste Leger
groep waren dat het 1ste Canadese
Leger en het 2de Britse Leger.
Een leger bestond uit twee Leger
korpsen. Bij het 1ste Canadese Leger
waren dat het 1ste Britse Legerkorps
en het 2de Canadese Legerkorps.
Een Legerkorps bestond uit een
aantal Divisies: Infanterie-divisies en
Pantserdivisies. De Divisie is opge
bouwd uit Brigades. De Brigade is de
kleinste 'all round', zelfstandig opere
rende legerformatie en daarom kun
nen er ook Brigades aan Legerkorp
sen zijn toegevoegd die buiten Divi-
sieverband opereren.
Brigades bestaan weer uit kleinere
eenheden waarvan de meest voorko
mende Regimenten worden genoemd.
Bij al deze onderdelen, van Divisie tot
en met Regiment, heb je de specialisa
tie: infanterie of pantser. Je hebt dus
infanterie-brigades en pantserbriga
des, infanterie-regimenten en pant
serregimenten. Samenvattend is de
volgorde van boven naar beneden:
Legergoep, Leger, Legerkorps, Divi
sie, Brigade, Regiment.
Er trekken in die massa's ook nog
tal van andere onderdelen mee: ver
kenningsregimenten, genie-aanval-
stroepen, verbindigstroepen, trans
portcompagnieën, medische troepen
etc. Het is voor dit verhaal niet nodig
hun organisatorische status nader
aan te geven.
Het 1ste Canadese Leger was zeer
gemengd van samenstelling. In
hoofdzaak bestond het uit Canadese
en Britse Divisies. Maar ook de 1ste
Poolse Pantserdivisie maakte er deel
van uit. Verder hoorden bij dit leger
(soms tijdelijk): de 1ste Belgische Bri
gade, de Prinses Irenebrigade, de 1ste
Tsjechische Pantserbrigade, de 104de
US Infanteriedivisie en verder nog
Franse en Noorse eenheden.
Het Canadese 1ste Leger had een
zeer moeilijke en ondankbare taak.
Helemaal op de linkervleugel van de
geallieerde legermassa moest het de
soms hardnekkig verdedigde Kanaal
havens veroveren én slag leveren
voor de opening van Antwerpen. Als
of dat niet genoeg was moest het ook
de linkerflank van het 2de Leger, „op
weg naar het Roergebied", dekken
waardoor deze strijdkrachten steeds
verder afbogen van het strijdtoneel
rond de Schelde. „Generaal Crerar's
Eerste Canadese Leger was de Asse
poester van Eisenhower's strijd
krachten", zou een beroemde Britse
oorlogscorrespondent later schrijven.
Leegte voor de suikerfabriek in
Etna Breda.
Huybergen: toneel van weken
lange strijd om de Kreekrakdam.
ten, Duitse tegenaanvallen definitief
afgeslagen.
Aan het Leopoldkanaal en in
Zeeuwsch-Vlaanderen gaat het niet
anders. Ook daar is de tegenstand
taai. De Duitse 64ste Divisie (gen
Eberding) bestaat voor een belangrijk
deel uit ervaren soldaten van het
Oostfront die in de chaotische sep
temberdagen van verlof zijn terugge
roepen. De Duitsers zijn omringd
door waterlinies: het Leopoldkanaal,
de Braakman en talloze ondergelopen
polders.
Op 6 oktober trekt de 7de Infante
rie Brigade van de 3de Divisie met
stormboten ip de buurt van Eede over
het Leopoldkanaal. De Canadezen
slagen erin een bruggehoofd te vor
men. Bij de gevechten lijden beide
partijen zware verliezen. 's-Nachts
wordt verderop een tweede brugge
hoofd gevormd. Pas op 9 oktober kun
nen die twee worden samengevoegd,
maar het duurt nog tot de 13de eer de
genie een brug over het kanaal kan
slaan. De Brigade heeft dan al 500
man verloren waarvan er 400 zijn ge
sneuveld, hetgeen wel wijst op de fel
heid van de gevechten; 1|
Intussen is op 8 oktober een andere
Infanteriebrigade met amphibievoer-
tuigen vanuit Terneuzen de Braak
man overgestoken om in Zeeuwsch-
Vlaanderen een tweede front te ope
nen. Op 11 oktober bereikt deze bri
gade Biervliet. Op de 16de breken de
Canadezen bij Eede door. Ook het ob
stakel bij Isabellapolder, waar de Ca
nadezen in september al op vastlie
pen, is overwonnen. Op 19 oktober
ontmoeten de troepen die de Braak
man zijn overgestoken en zij die uit
de bruggehoofden van het Leopold
kanaal komen elkaar bij Aardenburg.
Er is weer een stukje Zeeuwsch-
Vlaanderen vrij. Maar hoe moeizaam
is het ook hier gegaan.
Nog even naar de rechterflank van
Simond's leger. Op 3 oktober heeft
zich de Poolse pantserbrigade, als
speerpunt van het 1ste Legerkorps, in
beweging gezet en na hevige gevech
ten Baarle-Nassau ingenomen. Bij
Alphen wordt het Duitse verzet zo
hevig dat de opmars vastloopt. Voor
ruim drie weken is er het front vrij
wel bevroren.
Montgomery had inmiddels inge
zien dat er meer voor nodig was dan
een gehalveerd leger om de Schelde-
monding vrij te maken. Op 7 oktober
liet hij Eisenhower weten dat hij zijn
offensief in de richting van de Rijn
wilde stopzetten en uitstellen totdat
alle Duitsers aan de Schelde en ten
zuiden van de Maas verdreven zou
den zijn. Op 9 oktober bevestigde
Eisenhower zijn instemming hiermee
in nieuwe orders.
De ommekeer in de strategie is
vastgelegd in Montgomery's directie!
van 16 oktober 1944. Daarin kreeg de
opening van Antwerpen eindelijk de
absolute prioriteit („zonder enig
voorbehoud") van de gehele 21ste Le
gergroep.
Een greep uit dit 'directief
Het 1ste Can. Leger dient alle
krachten te richten op de opening va
de Schelde. Hiertoe zal het worden
versterkt met de 104de US Infanten
Divisie en de 52ste Britse (Lowland)
Divisie.
De rechtervleugel (1ste Legerkorps
dat eerst het 2de Leger moest ste
nen) buigt af naar het westen en n
2de Leger neemt zelf de opmars na
Den Bosch weer over.
Het 2de Britse Leger richt alle aa
valskracht naar het westen, 6erl
op de as Moerdijk - Breda - P°PP;
om de vijand ten zuiden van de M
de verbindingsroutes over deze n
te ontnemen. h
Alle andere grote operaties van
2de Leger worden zolang gestaakt
„De grootste energie en vas'tbe
denheid" zijn vereist en: „we
zware verliezen accepteren om
snel te
slagen." haJ
De opening van Antwerpen
eindelijk 'top-prioriteit', 42 dagen
dat de haven zelf onbeschadig
geallieerde handen was gevaltlem
was op 4 september geweest, toei
chaos bij de Duitsers zijn hoogtep
bereikte.(Wordt vervolgd).
Door Wim Koek
Montgomery heeft wel eens
geklaagd dat de aanduiding
'potloodvormige' stoot, die de
Amerikanen op de stafconfe
renties bezigden, van het be
gin af aan zijn plan psycholo
gisch vertekend heeft. Zijn
stoot was niet zo potloodvor-
mig. In feite wilde hij met de
gehele massa van twee Leger
groepen - zijn 21ste en Brad
ley's 12de (US) - oprukken
naar het Roergebied. Hij
streefde er daarbij naar zelf
het tactisch commando over
deze formidabele legermacht
te voeren, maar - liet hij
Eisenhower op een gegeven
moment weten - Bradley
mocht het ook doen, als de be
slissing maar werd genomen.
Montgomery ging er van uit dat
door de vernietiging van de Duitse le
gers in Normandië en de daarop vol
gende chaotische vlucht uit Frankrijk
en België een fundamenteel nieuwe,
en bij de planning van de campagne
niet voorziene, situatie was ontstaan.
Het 'brede front' dat Eisenhower hul
digde en dat in september al zeer be
hoorlijk begon uit te rekken, zou de
Duitsers te veel tijd geven om zich te
herstellen, zo meende Montgomery.
Eisenhower, meer diplomaat dan
ijzervreter, had met méér heetgeba
kerde aanvoerders te maken. De in
Amerika zeer populaire Patton van
het 3de US Leger bijvoorbeeld, zou er
niet voor hebben teruggedeinsd een
eventuele prioriteit voor Montgome
ry's plan te ondermijnen door zich in
zijn frontgebied zó te ontplooien dat
Eisenhower hem wel extra zou heb
ben móeten steunen, op straffe van
verguizing door de Amerikaanse pu
blieke opinie. Die speelde op de ach
tergrond een invloedrijke rol bij deze
permanente strategische discussie,
evenals de Amerikaanse politiek,
want 1944 was een presidentiëel ver
kiezingsjaar.
Eisenhower sloot compromissen en
dat kwam er in de praktijk op neer
dat hij in grote lijnen vasthield aan
zijn 'breed front', met als hoofddoelen
het Roergebied én het Saargebied, de
twee industriële bekkens, vlak achter
de Siegfried-linie. Voor het verwe
zenlijken van beide oogmerken tege
lijk miste hij echter eind september al
de kracht, voornamelijk als gevolg
van het stagneren van de aanvoer. De
voorraden en aanvullingen moesten
niet langer alleen van honderden ki
lometers achter het front komen,
maar ook nog worden verspreid over
een inmiddels bijna 900 km breed
front. En als hij iets toegaf dan was
het te weinig, hetgeen al gebleken
was bij de luchtlandingsoperatie bij
Arnhem. Het gevolg was dat hij het
Roergebied noch het Saargebied voor
de winter in handen kreeg.
Het zal altijd de vraag blijven of
Montgomery's plan kans van slagen
zou hebben gehad (dat mede beoogde
de Duitsers in het westen nog vóór de
winter een beslissende nederlaag toe
te brengen). Zelfs indien de 21ste en
12de Legergroepen absolute prioriteit
hadden gekregen is het nog zeer de
vraag of er voldoende transportmid
delen voorhanden waren geweest om
deze oprukkende massa te bevoorra
den. Eind september beschikten de
geallieerden nog steeds niet over ha
venfaciliteiten aan de Kanaal-kust.
De voorraden moesten uit Cherbourg
en van de Normandische stranden
komen. Daar stonden zelfs al acht
verse divisies te wachten op ver
voer
Churchill merkte al in september
op: „Men kan zich moeilijk voorstel
len dat de 21ste Legergroep in staat
zal zijn in volle omvang op te rukken
naar de Duitse grens, als niet eerst de
koppige Duitse tegenstand in de Ka
naalhavens opgeruimd is en afgere-
Op 5 oktober komt de 2de Infante
rie Divisie bij Putte de Nederlandse
grens over en op de 6de staat ze op
een afstand van slechts 5 km van
Woensdrecht. Daar ontmoeten de Ca
nadezen de Gevechtsgroep Chill die
zich ten zuiden van Bergen op Zoom
ophoudt. Er is geen doorkomen aan.
kend is met de Duitsers op Walcheren
en ten noorden van Antwerpen.
Antwerpen! De haven van Antwer
pen, de monding van de Schelde. Dat
was het probleem dat met alle discus
sie over 'tactisch bevel', 'één stoot' of
'breed front', te lang onderschat bleef.
Overigens niét door iederéén. De Ca
nadezen zelf, die voor die zware klus
stonden wisten wel beter. De Britse
admiraal Sir Bertrand Ramsey had al
in een vroeg stadium op het belang
van Antwerpen gewezen en voorge
steld bij de opening van de Schelde
gebruik te maken van amphibische
strijdkrachten. Toen hij op 1 oktober
landingsvaartuigen vrij wilde maken
voor dr reeds door generaal Simonds
geplande aanval op Walcheren, kreeg
hij nog te horen „dat andere operaties
voorgingen" en zelfs vier dagen later,
toen de dijk bij Westkapelle al was
gebombardeerd, vernam Ramsey op
het hoofdkwartier van de 21ste Le
gergroep van Montgomery zelf dat
deze nog steeds dacht het Roergebied
te kunnen veroveren zónder de be
schikking te hebben over de haven
van Antwerpen.
Dat laatste bleek ook uit de orders
die het 1ste Canadese Leger had. Die
dateerden van 27 september. De lin
kervleugel van het 1ste Canadese Le
ger (dat was het 2de Canadese Leger
korps) moest Boulogne en Calais ne
men en Duinkerken maar laten zit
ten, waarna deze troepen hun volle
gewicht in de strijd om de Schelde
dienden te werpen. De rechtervleugel
- dus het 1ste Britse Legerkorps -
moest meer naar rechts afbuigen, in
de richting van Tilburg - Den Bosch
om de linkerflank van het 2de Britse
Leger „op weg naar het Roergebied"
te dekken.
Een bekend beeld in de dorpen en steden tussen de slagvelden van najaar '44: bevrijden schrijven hun boodschap
pen voor familieleden en kennissen in andere plaatsen op de stalen flanken van oprukkende tanks.
- FOTO'S ARCHIEF DE STEM
De omgeving van Woensdrecht staat
onder water zodat alleen de smalle
hoogte bij Hoogerheide een doorgang
biedt. Er wordt dagenlang hevig ge
vochten. Soms ook 's-nachts en man
tegen man. Op 9 October schiet een
detachement van de 4de Pantserdivi
sie te hulp, maar dit is geen terrein
voor tanks. Op 13 oktober verovert
het Black Watch-regiment na zware
gevechten Woensdrecht maar vanwe
ge de opgelopen verliezen krijgt het
opdracht terug te trekken. Drie dagen
later weten infanteristen gesteund,
door zware artillerie Woensdrecht
opnieuw te bereiken en de volgende
dag worden, ten koste van hevige
verliezen in man tegen man-gevech-
Twee rivalen en een scheidsrechter: v.l.n.r.: Montgomery, Eisenhower en Bradley.
De belangrijkste taak van het 2de
Britse Leger bleef: proberen 'met alle
middelen' door te stoten naar de Roer.
De officiële geschiedschrijver van
het Canadese leger schreef hierover
terecht: „Gezien vanuit het standpunt
van het Canadese Leger was de kern
van het directief dat de operaties voor
het openen van Antwerpen nog steeds
een relatief lage prioriteit kregen.
Zelfs het eigen, al beperkte potentiëel
werd niet eens volledig op deze on
derneming geconcentreerd want ge
neraal Simonds (die het bevel van het
lste Can. Leger inmiddels van de zie
ke Crerar had overgenomen. WK)
had orders een van zijn twee leger
korpsen af te laten buigen om op de
Roer gerichte operaties van het 2de
Leger te steunen."
Het was niet uitsluitend eigenwijs
heid van Montgomery die hem tot de
ze orders had bewogen. Op 22 septem
ber had Eisenhower hem groen licht
gegeven voor zijn aanval op het Roer
gebied, daarbij tegelijkertijd op
dracht gevend Antwerpen te openen.
Van een prioriteitsstelling ten gunste
van Antwerpen was in Eisenhower's
orders geen sprake, zo heeft Montgo
mery later in zijn memoires aan pro
beren te tonen.
Begin oktober begon Simonds met
de tweede fase van zijn offensief te
gen de Scheldemonding. Zijn plan
was in grote lijnen als volgt: De 2de
Canadese Infanterie Divisie moest
van het noorden van Antwerpen op
rukken door West-Brabant naar de
Kreekrakdam (Operatie Vitality). De
3de Canadese Infanterie Divisie
moest de aanval openen op de Bres-
kens-pocket (Operatie Switchback).
Deze divisie had op 1 oktober Calais
veroverd en ging op 6 october, direct
na aankomst aan het Leopoldkanaal,
tot de aanval over. De aanval op Wal
cheren zou in een later stadium
plaatshebben.