Dl
Ml
Een blik in een achttiende-eeuws klaslokaal
A
is
21
E€
ZATERDAG 18 AUGUSTUS 1984
Mijntje naar
Amerika
Ac
.chter de
monumentengroene deur van
het Nationaal Schoolmuseum
liggen de leermiddelen en
andere attributen (van roe tot
negentiende-eeuwse
leesbordjes) klaar om
nieuwsgierigen een beeld te
geven van het onderwijs van
de achttiende eeuw tot en met
het einde van de Tweede
Wereldoorlog. Een schat aan
onder wijsspullen staat in die
monumentale boerderij van
de gemeente Zoetermeer
opgesteld om mensen terug te
laten denken aan hun lagere-
schooljaren, de jaren van aap,
noot, mies of- als ze uit
Nederlands-Indië komen -
van Jaap, Gijs, Dien, Zus,
(ba)Boe.
Baas
Onbegrijpelijk
L^imburg, maar nog liever
héél Nederland, naar Zwitsers
voorbeeld vol bouwen met
bunkers om alle mensen een
veilig onderkomen te
garanderen voor het geval de
nucleaire
bewapeningswedloop ooit
mocht uitmonden in een
ramp. Dat heeft de 31-jarige
Henk Franken uit Ubach over
Worms zich tot doel gesteld.
Zonder massale bijval van de
kant van de bevolking zal dit
ideaal van Franken echter
een droom blijven.
'Nucleair War Department'
gaat behoefte peilen
Kernwapen-vrij
Chaos
dag j J
Sterren
kijken
Suske en Wiske: De Lie
Leden
Appie Happie en de die
De jaren van
aap, noot en|
Mies te kijk
Door Jan Greyn
Op een stille bovenkamer van
een oud-Hollandse hofstede,
die ingeklemd ligt tussen
dicht-opeengebouwde, jonge
vrijesectorstulpjes en de ef
fen, oude Zoetermeerse pol
derweilanden lijkt de (school-
)tijd stil te staan.
De oude bovenmeester en zijn on
derdanige leerlingen ontbreken wel
iswaar, maar verder is haast alles zo
als rond 1800: in de hoek de verhoogde
lessenaar met binnen 's meesters
handbereik de pechvogel, de roe en de
plak; kris-kras in het lokaal de bank
jes met daarop de griffels en de leien,
in de hoek een sober telraam; aan de
muur nog geen schoolbord, maar wel
het schandbord, het ezelsbord, de
houten schooltassen aan een spij
kertje en een primitieve, van de
Fransen afkomstige kaart van wat
later Nederland zal heten; op de
grond het blok-aan-de-been voor wel
héél stoute kinderen.
„Het is buitengewoon moeilijk om
leerlingen van de lagere school dui
delijk te maken dat kinderen in de
achttiende en negentiende eeuw zon
der verzet een schandbord of een
ezelsbord om hun nek hadden han
gen. 'Dat doe je dan toch gewoon af',
reageren de meesten. Breng de kinde
ren van deze tijd maar eens aan het
verstand dat er toen harde tucht
heerste, dat de meesters wil, wet
was".
Conservator Jaap ter Linden (of
anders wel zijn medewerkers) wordt
regelmatig geconfronteerd met ver
baasde opmerkingen van bezoe-
kertjes. Het kilo's zware schandbord,
waarmee 'stoute kinderen' voor het
klaslokaal (dat vaak niet meer was
dan een schuurtje) te kijk moesten
gaan staan of waarmee ze bij een
ernstige overtreding op het plaatse
lijke marktplein moesten gaan staan,
zou door een leerling anno 1984 zon
der blikken of blozen zeker ter zijde
worden gelegd. Zo ook met het 'ezels
bord', ten teken van stommigheid van
de drager. En evenmin zouden heden
daagse leerlingen slaafs de 'pechvo
gel' terug brengen naar de meester,
zodat die hen met de plak enkele tik
ken op de hand of op het achterwerk
kon verkopen. De pechvogel, een
enigszins verzwaarde stoffen prop in
de vorm van een vogel, zou vandaag
de dag waarschijnlijk een kort leven
beschoren zijn.
De tijden zijn veranderd, niet het
minst in het onderwijs, ook al geldt
nog steeds wel de aloude stelregel dat
„de verstandelijke vermogens der
Kinderen door hetzelve ontwikkeld
worden en (dat) zij tot redelijke We
zens worden gevormd, waarbij de
gronden der Nederduitse Taal onont-
beerlijck zijn". De onderwijzers wa
ren toentertijd echter here en
meeschter in de klas en niemand -
ook vader of moeder niet - haalde het
in zijn hoofd om aan zoiets als in
spraak te denken. De meester kroop 's
morgens aan het begin van de lessen
achter zijn lessenaar en kwam daar
niet meer achteruit totdat het etens
tijd was.
Tweemaal per dag moest iedere
leerlingen naar voren komen om de
opgedane kennis te spuien. Ging dat
flink mis, dan was een pose met het
ezelsbord om de nek van de onweten
de het onvermijdelijke gevolg. Het
zou hen wel leren op te letten en de
toch aanwezige veronderstelde herse
nen ongebruikt te laten.
Hoe nationaal is het Nationaal
Schoolmuseum? Zijn ook de Franse
invloeden verwerkt, die onmisken
baar in Zuid-Nederland te bespeuren
waren rond de wisseling van de acht
tiende naar de negentiende eeuw? Of
de Duitse invloeden in diezelfde pe
riode en anders tussen 1940 en 1945?
Ter Linden aarzelt. „Het is de vraag
in hoeverre de Fransen een duidelijk,
nog te achterhalen stempel hebben
gedrukt op het onderwijs. Vast staat
dat de jarenlange plicht dat onder
wijzers aanhangers moesten zijn van
de calvinistische leer vlak voor het
einde van de achttiende eeuw - onder
invloed van de Franse revolutie en de
scheiding van kerk en staat - ver
dween. Van het Duitse onderwijs,
niet alleen in die tijd, is bekend dat de
tucht en de discipline nog een graadje
erger was dan het te lande".
Over de periode 40-45 heeft het Na
tionaal Schoolmuseum erg weinig
aanschouwelijks te bieden. Om ver
schillende redenen. „Duits georiën
teerde onderwijssystemen zijn veelal
na de oorlog vernietigd. Als mensen
ze nog hebben, durven ze daar wel
licht niet voor uit te komen. De 'ille
gale' onderwijsboekjes zijn vaak na
de oorlog weggegooid, omdat ze na
tuurlijk niet van duurzame aard wa-
Beheerder Jaap ter Linden in zijn
Nationaal School museum.
ren, dikwijls handgeschreven op
slecht papier", vermoedt Jaap ter
Linden.
Aan het eind van de late middel
eeuwen (ruwweg: rond 1550) waren
scholen bepaald geen zeldzaamheid
in de Nederlanden (en naaste omge
ving), terwijl het onderwijs boven
dien meestal kosteloos was. Daardoor
waren het niet altijd de meest bekwa
me lieden die voor de klas stonden.
Soms was er zo weinig geld voor een
salaris dat er geen onderwijzer be
schikbaar was die zowel kon lezen en
schrijven als rekenen. Vooral dat re
kenen schoot er wel eens bij in.
Maar in de achttiende eeuw kwam
toch een beetje de klad in het onder
wijs. Het is niet duidelijk waaraan
dat precies heeft gelegen, maar de la
biele politieke en economische situa
tie zal daar zeker debet aan zijn ge
weest. Pas toen de federale republiek
der verenigde Nederlanden werden
ingeruild voor de Bataafse Republiek
(vanaf 1795 tot 1806) begon er zoiets
als onderwijswetgeving te ontstaan.
De eerste 'minister' op dat gebied was
ene meneer Th. van Kooten, 'Agent
van Nationale Opvoeding', terwijl la
ter prof. Van der Palm als bewinds
man aan een schoolwetgeving ging
werken.
Terug naar de tastbare bewijsmid
delen. Zoals het letterrad van meneer
Nieuwold, een nogal lomp houten ge
val, waarmee bestaande, maar ook
onzinnige woorden te maken vielen.
„Het was een zeer beperkt systeem.
De later letterbakken en nog later de
woordkaarten functioneerden een
stuk beter. Die letterkaarten zijn echt
tijdgebonden. De visie op onderwijs
die toen heerste komt bij ons tegen
woordig vreemd over, vanwege het
nogal 'volwassen' karakter".
Het Nationaal Schoolmuseum heeft
spullen in zijn bezit waarvan 't het
hoe en waarom nog niet heeft kunnen
achterhalen. Een systeem om doof
stomme kinderen te leren lezen is
voor de staf van het museum volledig
onbegrijpelijk (omdat een handlei
ding ontbreekt), evenals sommige
woordspelletjes die werden gebruikt
om de leerlingen op taalkennis te tes
ten. Ook sommige oude onderwijsme
thoden blijven geheimzinnig voor
twintigste-eeuwse conservatoren van
onderwijsmusea.
Relativeert Ter Linden: „Vroeger
werd er - net zoals nu waarschijnlijk
- natuurlijk ook onzin uitgekraamd
over pedagogie en wat daar mee te
maken heeft. Gymnastiek werd bij
voorbeeld door zekere, stevig gefrus
treerde lieden als iets verderfelijks
beschouwd, vanwege het al te licha
melijke en onzedelijke aspect. Dat
zijn leuke dingen om de mensen tus
sendoor te vertellen".
Jaap ter Linden verhaalt zijn ge
hoor van vooral - maar niet alleen -
scholieren (jaar zullen dat er naar
waarschijnlijk zo'n achtduizend zijn)
Ter Linden toont oude school:!
tributen: de plak, het blok aan
been en de pechvogel.
op boeiende wijze en met de nodl
reserve over zijn lievelingsondtf
werp, het onderwijs dat was. Nif
gelang de leeftijd en het interessevl
de bezoekers past hij zijn toelichtif
aan. De laatste weken bestond t
name belangstelling voor de speed
expositie over leermiddelen over V/1
lem van Oranje, die tijdelijk is inj|
richt in het Nationaal Schoolmusea
Gniffelend wijst Ter Linden op(
verschillende benadering van
voorvader der Oranjes: door het pij
testantse volksdeel tot held verheel
en bij de katholieken met scepsis k
keken. Speciaal aangegeven citatl
in geschiedenisboekjes benadruk!
dit opmerkelijk en haast humor:;]
sche verschil. In katholieke
werkjes staan zelfs verontschuldig!
gen voor de moordaanslag van Baisf
sar Gerards, die eigelijk alleen fo|
was omdat hij zich vlak voor de s
slag uitgaf als protestant
Aan het slot van dit hoofdstuk t
den de katholieke kinderen (voor af
duidelijkheid: we hebben het nuc!
de twintigste eeuw) voor de H|
Martelaren van Gorcum en voor o
kering van het vaderland. Het prote
tantse deel der natie draaide de rolll
keurig om en vervloekte - binnen if
mogelijkheden die de bijbel daar;
bood - de katholieke verrader, bos|
doener en Spanjevriend.
Keurig naast elkaar liggen destrij
dige boekjes nu in vitrines, want 3
museum heet niet voor niets 'nat!
naai' schoolmuseum, één dak bovff
al die soorten scholen die hier t
lande waren. En niet zeuren dat dé
van Gelderland, Limburg en Noorif
Brabant toen nog niet Nederlands^
'nationaal' waren; in Zoetermeer
Het Nationaal Schoolmuseum. Hij'f
die tegenspreekt kan van Jaap t
Linden enkele klappen met de
krijgen.
Onder de naam 'Nucleair War
Department' gaat Henk Fran-
ken uit Ubach over Worms
1= binnenkort alvast zo'n 10.000
gezinnen in Limburg met zijn
initiatief confronteren.
M!
Limburger wil
schuilbunkers
voor iedereen
Deze 10.000 gezinnen gaan in feite
uitmaken of Franken zijn plan in
praktijk gaat brengen. Zij worden via
een folder gevraagd om zijn idee te
steunen en lid te worden van het 'Nu
cleair War Department'. Samen met
die toekomstige achterban wil Fran
ken bunkers gaan bouwen en de
overheid gaan bewerken, in de hoop
dat zij het initiatief, zoals in Zwitser
land is gebeurt, steunt.
Over het waarom van zijn initiatief
zegt Henk Franken: „Ik doe dit, om
dat ik later, als het mis zou gaan, in
ieder geval tegen mijn twee kinderen
kan zeggen, dat ik geprobeerd heb om
iets te doen. Er schuilt geen enkel fi
nancieel belang achter. Dit is zuiver
idealisme".
Hij vervolgt: „Ik ben hier al zeven
jaar mee bezig. Wij gewone mensen
lopen, als ik zo de wereldpolitiek be
kijk, groot risico. Omdat een huis kan
afbranden, sluiten we een brandver
zekering af, terwijl we ervan uit gaan
dat het óns nooit zal overkomen.
'Nucleair War Department' wil een
vorm van overlevingsverzekering
zijn. Het is niet de bedoeling om een
particuliere BB te gaan oprichten en
het is helemaal niet de bedoeling om
winst te maken. Als dit initiatief
slaagt, dan worden alle mensen bij de
uitwerking betrokken. Dan pas wordt
'Nucleair War Department' in een or
ganisatievorm gestoken", vertelt
Franken.
Het nucleaire evenwicht, waarnaar
de grootmachten zeggen te streven, is
volgens Franken geen veiligheidsga
rantie voor eeuwig. Hij vertrouwt
Henk Franken: „Zuiver idealisme".
niet op het idee van de afschrikking.
Ook in een kernwapen-vrij Neder
land stelt hij niet zoveel vertrouwen.
„De strategen", zo zegt hij, „houden
daar toch geen rekening mee. Trou
wens veel militaire doelen liggen vlak
over de grens. Als er iets gebeurt,
krijgen wij onze portie toch wel".
Momenteel acht hij het gevaar voor
een kernoorlog nog niet zó groot. „Een
kernoorlog is nog niet interessant
voor de grootmachten, vanwege de
'fall-out'. Het wordt pas echt gevaar
lijk als ze kernwapens hebben met
een beperkte na-werking van drie tot
dertig dagen, zoals de neutronenbom.
- FOTO DE STEM
Voor die tijd moeten er overal schuil
kelders zijn, waar de mensen, mocht
dat nodig zijn, die dagen in kunnen
doorbrengen", aldus Franken.
Uit enquetes blijkt volgens de man
achter 'Nucleair War Department',
dat de meeste mensen zich pas veilig
voelen als zij weten dat er ook een
veilig onderkomen voor hen is. Die
schuilgelegenheden, die volgens
Franken ook bij milieurampen ge
bruikt kunnen worden, zijn er niet.
En privé-schuilkelders bouwen is
veel te duur.
Bijna elk Nederlands kind
kent Nijntje. Als ze 'n jaar of
vier zijn kennen sommige
kinderen de versjes van bui
ten:
Zeg Nijn, zei vader op een
ik heb een goed idee,
ik ga eens naar de dieren
tuin'
wil jij soms met mij mee?
Ook de tekeningen van
Nijntje vergeet je niet gauw.
Ze zijn heel eenvoudig, 'n
Paar lijnen, 'n paar kleuren
en dat is Nijn. Je herkent
haar meteen.
Dick Bruna, die Nijntje
verzonnen heeft, is een van
de tien beroemdste kinder
boekschrijvers in de wereld.
Zijn boekjes zijn in heel veel
talen vertaald en ze zijn in
veel landen heel populair.
Vooral in Japan.
Nu gaat Nijntje ook naar
de Verenigde Staten. De
Amerikanen hebben 450.000
boekjes van Dick Bruna be
steld. Ze hebben daarvoor
zelfs een hele maatschappij
opgericht, de Dick Bruna
Books inc. Die maatschappij
gaat ook de rechten verko
pen voor het gebruik van
Brunafiguurtjes in spel
letjes en puzzels en zo. Bin
nenkort zullen dus heel wat
Amerikaanse kinderen ken
nis maken met Nijntje. Er is
maar één land waar ze niks
van Nijntje moeten hebben,
dat is Italië. Daar vinden ze
de boekjes uitgesproken le
lijk! Hoe of dat nu komt?
Op 22 Sep
tember be
gint de
Volksster-
rewacht Si
mon Stevin
met een
nieuwe
cursus sterrekunde voor
acht- tot tienjarigen. De
cursus bestaat uit vijf lessen
en gaan over de zon en
maan, de aarde en sterren,
enz. Je leert ook sterrebeel-
den herkennen met behulp
van een draaibare sterren
kaart die je zelf uit een
bouwplaat maakt. De laatste
is op 17 november.
Er is ook een cursus voor
tien- tot veertienjarigen; die
duurt ook vijf lessen. De
cursussen kosten 35.-.
Inschrijfformulieren aan
vragen bij
Simon Stevin,
Bovenstraat 89,
Hoeven,
tel. 01659-2439
Je wordt ingeschreven in
volgorde van aanmelding.
Dat is I
over A
niet he
is heel
is er wi
stad, l
eerste
de leuk
Je
moeter
boek
denker
leen ir
beurt.
Amstei
wel zo
derdaa
stad is;
keer g(
te weti
hun b:
vooral,
die je
Maar o
met al
nergen
sen; tc
tuurlij]
spelen.
Het i
nergen
in An
ders. F
de grc
bouwp
houder
ren in 1
verzarr
wilden
afgebrc
het An
veel vo
In di
een ste
ontdek
stad ei
e
TomP
is miss
meest
Hij is i
den ve
Toondi
steeds
Mar
zich a
Tom
lijk tie
de Ma
opgeric
boel st
kaar s;
gen de
Toond<
verder
werkte
Kresse
wordei
[Koehoeh hier ben ihtf Eiftnlnh wtletn "J
[Had je me verwacht hltm beetje. Mm
„De mensen zien dat de overt!
niets doet. Grote schuilkelders, zo'
de parkeergarage onder het school
burgplein in Heerlen, stellen flfI
voor. Er moeten schuilkelders diof
bij de mensen komen, zoals in
seriand. Hier in Ubach over Woh?
wonen zo'n 11.000 mensen,
schuilkelder bouwen voor al die nul
sen kan niet. Er moeten meer®C
bunkers komen", aldus Franken 1
wil het gebied in sectoren verdOT
zodat iedereen snel zijn bunker»
bereiken. Meer dan 2.500 mensen?
bunker wil hij niet. Zo denkt hij
chaos te vermijden.
De eerste stap van 'Nucleair Ij j
Department' is het werven van le®J
die bereid zijn een bijdrage te Wj
len. Die bijdrage varieert van II
voor alleenstaanden tot 95 voor S
zinnen tot acht personen. Die ge™
worden, als na een jaar blijkt dat J
respons te gering is, met aftrek
2 administratiekosten teruggest01!
Gaat het project wel door, daarwj
moet echter wel zo'n tachtig Pr°\|
van de mensen deelnemen, dan
het geld besteed aan de bouw
bunkers. Tevens roept 'Nucleair j
Department' nu al mensen op 0I"'
solliciteren naar een vast diensh'j
band bij de organisatie, omdat stra
ongetwijfeld mensen nodig zijno®
projecten tot uitvoering te brengen I
Wie meer wil weten van het inj°j
tief van Henk Franken, kan schrin
naar postbus 2720 in Heerlen-
kan voort ƒ3,80 een informatie"'
aangevraagd worden.
'Heu.Dat kan ik niet vertellen..')
dat... dat is een vermiin(