In 1970 beleefden chartervluchten hoogtijdagen W2 1 Gekke tijd 'e afgelopen zaterdagen hebben we laten zien hoe de Nederlander zij n vakantie doorbracht in vroeger jaren. De serie Vergeelde Vakanties' voerde ons onder meer naar het strand van Scheveningen, Artis en de Rijn. Vandaag zitten we in 1970 en vliegen we, massaal, per charter naar een zonnig strand. Botertje Applaus Hordes Tijdwinst Vandaag precies een eeuw geleden, kwam in het Limburgse Steyl een groep 'heren' bijeen om een retraite te houden: een aantal dagen van bezinning 'verbonden met de beschouwing van de grote godsdienstige waarheden'. Het was het bescheiden begin van een beweging die met name in de eerste helft van deze eeuw, veel invloed heeft gehad op katholiek Nederland. Tallozen hebben er herinneringen aan - in positieve en negatieve zin. Meditatie Werklieden Eén op vijf Donderpreek 'Vorming' ft van Velzen timon Stuiver, graad versleten ïig, is in zijn auto f snelheid door fvenster van de aar binnengere- Imet zijn voor- keuken. De scha- hrold, de bouvier, lige kwetsuren in Tt. Het is alsof er Itplo/t. De kost- Ivazen uit het 1 zijn verpulverd. Ie autowrak staat op de dure Pers. t in de ijskast. Hij ld, maar op zoek lig hapje. Hij \rgen. Hij wil niet heb een wereld- i met een gedeel- Id spraakmecha- Tze slaat me lek." I half etmaal in \nde Baron geze- leeft zich daar tronken. Bij het tde ramp zal nie- idee komen een adevergoeding en tegen De Zin- J omdat de kaste- fawanten zouden staan dat Stuiver tem van het vat is [De Zingende Ba- i blaam. 50 Amerikaanse gt dat anders, zo i artikeltje in het Ime'. Kasteleins riten teveel laten I irden daar verant- \iehouden voor het van hun beschon- |ers. Advocaten zij die wetgeving \joudmijn kunnen eisen, bij voor hoeve slachtoffers Ivloed rijdende ten, miljoenen aan eding van de gro- i iemand die zwal- on of Holiday Inn potentiële finan- oor die bedrijnen \et mag dus niet i haastig 'alcohol- ft' projecten en xtwikkeld die ten de gevaarlijke, 1leewater geraken de identificeren en )t het drinken van |pen, iets te nemen nemen naar el- e rij gen nu les in Iche judogrepen en peld - het opvan- t-verbale indica- ferende dronken- xoet deze niet-ver- ftijdig kunnen sig- ziet wanneer ze al- tche vormen heb- omen zoals de ach- ïlto van de kruk, xet anderhalve als iemand pro lgen, dan is het te hensoverschrijden- jenmaal geïdenti- dringt een buiten- eilijk, zelfs teer x. Hem moet wor- jk gemaakt dat er ordt geschonken. bedrijven komt pr dat als een stren- in aanzeggen, moet de bartender If opknappen. Een is het discreet |en van een ge- ■t met bij voorbeeld (d en een vrome aanbieden van de met de vriendelij- ling: „Doe me een Irink deze heel >p, want het is de avond." Als de jeklaagt mag als n zijn droevig droe- taat en zelfs het worden genoemd, x de bekwaamheid ikende cliënt is ge in de Verenigde iger geleden dan ezocht ik wel eens pp Manhattan, waar e glas gratis kreeg. >n voor nop. Het ivelse truc, want na ■rde wilde je niet zonder voor je fat- ierde te hebben ge- iet vijfde glas was lijkste, want zes kon jk niet weigeren. ie zomaar ineens op rna kwam het er :o erg op aan. Het nelijk rumoerig be- verjaardag hoefde xk nooit te betalen, dronk. Zo ging dat dat zal nu ook wel zijn. Vliegensvlug naar de zon en klappen bij de landing De stampvolle vertrekhal van Schiphol. Opeens was de zon bin nen het bereik van jan met de pet. - FOTO ARCHIEF DE STEM Peter Felderhoff legt zijn KLM-stropdas recht en sput tert tegen: „Tegenover dat strookje Spaans strand, wat dan voorgoed verpest zou zijn door het massa-toerisme, staat echter wel dat hierdoor talloze Spanjaarden een bete re toekomst hebben gekre gen." Willem Bakker, zijn rechterhand bij reisbureau NRV-Holiday: „En toch hebben we meegewerkt aan het naar de knoppen helpen van menig zonnig stukje buitenland." Directeur Felderhoff geeft niet op. „Wie nu neerbuigend uithaalt over Torremolinos vergeet dat dankzij het massa-toerisme nu ook mensen met een minimum-inkomen in het 'schou derseizoen' (vakterm voor laagsei- zoen red.) goedkoop van de Spaanse zon kunnen genieten." Dit tweetal heeft aan het einde van de jaren zestig van dichtbij de veelbe lovende aanloop meegemaakt van charter-vluchten. Peter Felderhoff als piloot, Willem Bakker als reis-organisator. Blijkbaar een pionierstijd met wild-west-achtige trekjes, waar bei den met pretoogjes op terugkijken. Felderhoff: „Voor het merendeel van de passagiers begon de vakantie al op Schiphol. Iedereen wilde uitslui tend aan het raampje zitten. In een bus kun je nogal eens van plaats wis selen. Maar in een vliegtuig stond men zelden zijn raamplaats af. Het contact van de bemanning met de passagiers was toentertijd beter en leuker. Zodra de co-piloot door het gangpad liep, werd hij bestookt met vragen. Informatie over de vliegrou te, hoogte, buiten-temperatuur, weersverwachting werd gretig opge zogen." En geen mens die niet naar 'ram penshow' van de stewardess keek. Grinnikt: „Omdat we nog relatief laag vlogen zat bovendien menige passagier met witte knokkels in de stoel. Er werd dan ook meer dan nu naar het zakje gegrepen. Aan het ge drag van het vliegtuig kon je merken of het eten was opgediend. Even later moest je 'trimmen', vliegtuig in ba lans brengen, omdat men ineens 'massaal' naar achteren liep richting toiletten. Als je de Mont Blanc pas seerde, rende iedereen naar links en moest je weer 'trimmen'. „Een hele gekke tijd, die ik voor geen goud had willen missen. Mo menteel is toerisme een goed geoliede industrie. Als je niet uitkijkt, ben je geen passagiers maar kilo's vlees aan het vervoeren." Bakker: „In de beginperiode van de charter-reizen moest ik vaak drie keer per jaar hals over kop naar Spanje en Tunesië om bedden te re serveren. Je kreeg ze niet aange sleept. Gelukkig kon je toen met de geldbuidel rammelen, dus aten de ho telhouders uit je hand. Het reisbu reau bepaalde de prijs. En scherp, want de concurrentie tussen de char ter-maatschappijen was moordend. Je slachtte elkaar af voor een gul den." Vliegensvlug naar de zon. Met die belofte lonkt de reiswereld naar de zich in welvaart wentelende Neder lander. Sla er de reisgids van 1969-'70 maar op na. Zeker zestien vliegroutes naar lui lekkerland. Opvallend in de kleurrij ke catalogi zijn de kiekjes van het ty pe vliegtuig, waarmee de aangeboden vakantie de allure krijgt van hoog staande luxe. Wat voorbeelden: met de Con vair Propjet van Marti nair naar Verona. Onderweg: koffie- complet, terug: lunch. met de DC 9 in twee uur naar uw cappuccino. binnen drie uur naar de Costa del Sol, goed voor 320 zonnedagen per jaar. Ook de sfeertekening van de bloot gelegde vakantieoorden liegt er niet om. Geplukt uit de NRV-gids van 1969: wie vroeger Torremolinos heeft gekend, zal het zeker niet meer herkennen. Hotels, bungalows en reusachtige appartementen hebben de plaats ingenomen van de kleine visserswoningen. Maar nog steeds trekken de vissers er hun boten op het strand en betaalt men in de kleine ca fe's voor een goed glas wijn twee pe seta's. Daartussen liggen de nacht clubs en in de avond klinkt er de felle cadans van de flamenco Sindsdien riekt het in de Calle Mi guel, de propvolle 'Kalverstraat' van Torremolinos, naar zonnebrandolie en patat. Langs de boulevard poetsen zonen van de Spaanse vissers slippers en sandalen van Van Haren. Snel, maar ook goedkoop naar de zon. Wie met billijk geprijsde tickets kan wapperen, krijgt de toerist uit de touringcar. Hoewel, anno 1970 lijkt het leven nog botertje tot de boom. Tussen haakjes, in dat jaar moet het knoer- harde pakje margarine opzij voor het nu vertrouwde smeuïg kuipje. Een bouwvakker verdient bruto per uur gemiddeld 5,76, een kwartje meer dan de metaalarbeider. Krap 200.000 Nederlanders zitten in de ziektewet. En met zijn 13 miljoen hebben we maar liefst 35 miljard gulden op het spaarboekje. Welgeteld 5,8 miljoen landgenoten gaan dat jaar met vakantie, van wie er 3,2 miljoen naar het buitenland karren, bussen, treinen of vliegen. Het leven in deze wat vochtige postzegel aan de Noordzee oogt zon nig. Goed, de Russen lijken na het neerslaan van de 'Praagse lente' niet meer weg te slaan uit Tsjecho-Slowa- kije. Alleen de in napalm verpakte oorlog in Vietnam davert bijna elke avond onze huiskamer binnen, beur telings voorgelezen door Frits Thors, Jan Gerritsen, Rien Huizing en Mar- ga van Arnhem - het naadloze NOS- gezicht van 1970. De bakermat van de charter vluchten ligt in Engeland. Werkloze oorlogsvliegers en brodeloze technici staken er twintig jaar geleden de koppen bij elkaar en hup, daar werd weer een luchtvaartmaatschap pijtje van de grond getild met opge poetste Dakota's en Skymasters (DC-4). Willem Bakker: „Eagle Airways, een Britse maatschappij, behoort tot de pioniers op het gebied van charter vluchten. Zij vloog op Interlaken, Innsbruck, oorden waar nu niemand meer naar toe wil." Peter Felderhoff springt er tussen: „Overigens waren het niet de veilig ste vliegvelden, waar de eerste char- terkisten neerstreken. Innsbruck is levensgevaarlijk. Dat vliegveld ligt in een dal. Zeker bij weinig zicht kwam een landing op Innsbruck eigenlijk neer op een serieuze poging tot zelf moord. Nee, natuurlijk werd daar met geen woord over gerept in het reisprogramma." Toch stamt uit die periode de tradi tie om bij elke landing opgelucht een applaus te laten opstijgen. Felder hoff, ooit voorvlieger van nieuwe luchtreuzen op luchtvaartshows, grijnst: „Vooral als je over zee een vliegveld moest aanvliegen, maakte dat diepe indruk op de passagiers. Het oogde spectaculairder dan de werkelijkheid toestond. Want ik land liever op Malaga dan in zo'n pispot als Innsbruck." Voor de reisbureaus blijken de uit de mottenballen-vloot ontstegen kis ten een geschenk uit de hemel. Want de toerist komt in hordes op de balie af. Wat cijfers, geturfd op Schiphol. In 1968 boeken 637.664 passagiers een charter-vlucht. Een jaar later groeit het aantal charter-passagiers met 55%: 990.974. En 1970 is goed voor 1.262.477 passagiers. Het totaal aantal passagiers in dat jaar komt neer op ruim 5 miljoen. Weer een jaar later zwelt deze stroom charter-reizigers aan tot 1.650.942. Ook uit het volgende overzicht van enkele bestemmingen blijkt dat de Nederlandse 'aardappeleters' Spanje, Tunesië en Griekenland bestormen. Neem Palma de Mallorca. In 1968 goed voor 84.206 per charter aange voerde NL-ers; twee jaar later moe ten er nog meer terrasstoelen worden aangesleept: 133.422 passagiers. Of pak Malaga, het doorgeefluik tussen Schiphol en Torremolinos: 79.734 pas sagiers in 1968 tegen 165.505 in 1970. Tunesië - waar 'het oosten glim lacht' - wacht in diezelfde periode ook een verdubbeling van het aantal toe risten uit Nederland: van 4080 (1968) naar 8694 (1970). Griekenland, waar sinds 1967 de kolonels hun laarzen aan de demo cratie afvegen, wordt ook steeds gre tiger aangevlogen. Rhodos ontvangt in 1968 2591 charter-passagiers uit Nederland tegen 41.723 amper drie jaar later. Terug naar Felderhoff-Bakker. Geld en niet te vergeten tijdwinst zijn volgens dit duo de stuwende krachten geweest bij de opkomst van de charter-reizen. Wat je vroeger met de auto, al dan niet volgestouwd met eigenheimers (je weet maar nooit met die olijfolie) en jengelend kroost (pa pa, duurt Frankrijk nog lang?) in krap twee dagen kon overbruggen, vlieg je anno 1970 in nog geen drie uur. Bakker: „Een weekje hotel in Italië kostte in 1969 op de kop af 499 gulden. Maar voor vier tientjes meer had je ook een splinternieuw hotel in Torre molinos of Fuengirola." Namen die menigeen anno 1984 blind kan aanwijzen in de Bos-atlas. RETRAITE: Een wasbeurt voor de ziel Door Boet Kokke Wat hebben tienduizenden katholieken of katholiek op gevoede Nederlanders geleerd in de retraitehuizen? Dat is moeilijk te meten - maar vraag het een aantal mensen die, met name als middelbare scholieren, een retraite meemaakten, en het ant woord kan luiden: in elk geval iets wat we nu burgerlijke ongehoor zaamheid zouden noemen. „Wij hadden een fles cognac ver stopt achter het beeld in de Maria- grot" zegt een nu vijf en veertig jari ge, „en ik ben er nog altijd trots op dat niemand er iets van gemerkt heeft." Een leeftijdgenoot onthult de ge raffineerde truc, die het hem moge lijk maakte de regel te ontduiken dat er in die drie dagen slechts heiligen levens mochten worden gelezen. „Ik liep over de binnenplaats met een zéér heilig boek - maar ik deed er de stofomslag van 'Arendsoog' omheen. Ik werd natuurlijk meteen gepakt door een pater - maar die was zeer onder de indruk van mijn verhaal dat ik dat kostelijke boek extra tegen be schadiging wilde beschermen. De rest van die dagen had ik geen probleem meer. g Opnieuw De herinneringen van de mensen die niet - zoals bovenaangehaalde scho lieren - zich gedwongen enige dagen 'terugtrokken uit de wereld' maar dat vrijwillig deden, zijn ongetwijfeld heel anders. Dat blijkt trouwens wel uit het feit dat de retraite nog altijd, of liever ge zegd weer opniéuw, trekt. Niet op de schaal van de jaren der tig, veertig en vijftig, maar toch. Zo verwerkt het retraitehuis in Uden, dat gerund wordt door de zus ters Dienaressen van de H. Geest, jaarlijks zo'n drieduizend retraite gangsters, waarvan de helft religieu zen en de helft leken. Een van de gastvrouwen is zuster Mechtruud: „Het leeft beslist weer op. Niet bij jongeren, maar bij mensen zo tussen de veertig en vijf en zestig. En daarbij zijn er velen die echt een ouderwetse retraite willen. Compleet met een biecht en communie aan het slot. Sommige van onze retaites zijn meer dan een half jaar tevoren volge boekt." Zuster Angelina van 'Maranatha' in Duizel valt haar bij„Voor die tra ditionele retraites groeit de belang stelling. We hebben er zelfs enkele van acht dagen met een volledig spreekverbod. Daar doen voorname lijk religieuzen aan mee, maar toch ook leken." Het is opvallend dat in de jaren zestig en zeventig, toen het retraitewezen snel terugliep, elders bewegingen ontstonden die min of meer op dezelf de golflengte zaten: met name uit het oosten waaiden allerlei medidatie- achtige toestanden over. Bewijs van een blijvende behoefte van de mens om 'in zichzelf te keren'?. „Dat kan" zegt de Jezuïet Hans Bij- mans, „maar er is toch wel een groot verschil. De klassieke retraites waren enorm 'doenerig': je moest je engage ren, voornemens maken, ga maar door. Bij al die meditatievormen van tegenwoordig gaat het veel meer om jezelf te leren kennen en met jezelf te leren leven." Het retraitewezen kwam in Neder land pas laat op gang. In het buitenland had men al een paar eeuwen ervaring, met name sinds Ignatius van Loyola zijn 'Geestelijke oefeningen' had geschre ven, een handleiding, die, zo was de opzet, een complete wasbeurt voor de gelovige ziel konden betekenen, mits die gelovige er zich dertig dagen op concentreerde. Dat was, bleek in de loop van de jaren overigens, al te hoog gegrepen: in de praktijk duurde een retraite minimaal drie en maxi maal acht dagen. Het gezelschap van 'Zestien Heeren uit alle oorden van ons land' dat zich vandaag precies een eeuw geleden voor drie dagen terugtrok in het Moe derhuis van het Gezelschap van het Goddelijk Woord in het Limburgse Steyl, vormt de bescheiden aanzet. Steyl blijft vanaf dat moment retrai tes organiseren, maar het duurt tot het begin van deze eeuw voor de re traite echt in de mode komt. Dat ge beurt met name op aandrang van Paus Leo XIII, die pleitte voor het stichten van retraitehuizen, met na me voor werklieden, omdat 'de wer kende stand in onzen tijd het meest is blootgesteld aan de hinderlaagen des boozen'. Katholiek Nederland, destijds te recht de naam hebbend het pauselijk woord nooit naast zich neer te leggen, ging aan de slag. Tussen 1908 en 1927 werden niet minder dan dertien re traitehuizen gebouwd en in gebruik genomen, plus nog twee voor 'anders denkenden' die er een stoomcursus in de katholieke leer konden krijgen. In 1930 meldt prof. W. Nolet in zijn Encyclopaedie van Katholiek Neder land met trots de bezoekcijfers: in zo'n twintig jaar stroomden bijna zeshonderdduizend katholieken door te huizen: méér dan één op de vijf Ne derlandse katholieken. Duidelijke koploper was het door de Jezuïeten geleide 'Manresa' in Venlo, dat in 20 jaar maar liefst 90.000 retraitanten verwerkte. Daarbij wa ren dan in grote getale de leerlingen van katholieke middelbare scholen, die vóór het eindexamen drie dagen geestelijk onderhanden werden geno men. Geheel in de stijl van de tijd wer den de deelnemers aan retraites op allerlei manieren 'onderverdeeld'. Vrouwen en mannen gingen uiter aard afzonderlijk, maar ook naar 'stand' werd onderscheid gemaakt. De werklieden, waarover Leo XIII zo bezorgd was, kregen hun eigen re traite, de 'heren' ook. Met die werk lieden liep Nederland overigens toch al achterop. Nolet beschrijft in 1930 hoe men rond 1906 'vanuit Maastricht België inkeek en met verbazing zag, hoe daar niet alleen de heeren, maar ook werklieden jaarlijks optrokken naar de zeven retraitehuizen' Retraitehuis Seppe in Bosschenhoofd. Waarna de Nederlandse katholieken, aldus Nolet, 'een vuist in de zak maakten tegen de oud-Hollandsche achterlijkheid' en aan het werk gin gen. In 1928 kon het retraitehuis 'Loyola' in Vught vol trots een lijst overleggen, waaruit bleek dat men in zestien jaar in totaal duizend retrai tes had gegeven voor groepen varië rend van 'hoogere standen' eri 'werk gevers', via 'middenstanders' en 'bur gerjongemannen' tot 'politiemannen' en 'spoormannen'. De bloeitijd van de retraitehuizen, die tot na de Tweede Wereldoorlog voortduurde, viel samen met het tijd perk waarin in katholieke kring - maar daar niet alleen - de strijd tegen alles wat 'onkuisheid' heette hoogtijd vierde. Vele retraitegangers van destijds hebben dan ook de indruk overge houden dat er weliswaar vele soorten kwaad op dit ondermaanse waren, maar dat de onkuisheid boven alle andere kwaden uittorende. Met name de biecht tijdens de retraite placht te worden ingeleid met een donderpreek (zowel Redemptoristen als Jezuïeten waren er meesters in), waarin het lot werd geschilderd van iemand die ge zondigd had 'tegen Jiet vlees' en niet meer de kans had gekregen zich te verzoenen met zijn Schepper voor hij het tijdelijke met het eeuwige ver wisselde. - FOTO ARCHIEF DE STEM Vandaar ook dat tot de meest aan bevolen lectuur tijdens de retraite le vensbeschrijvingen behoorden van de zuivere jongeling Aloysius van Gon- zaga en van Maria Goretti, het Ita liaanse meisje dat beslistheid om haar ongereptheid te verdedigen met de dood moest bekopen. Ook de 'klassiek' genoemde retrai tes waarvoor de belangstelling weer groeit, is dié aanpak verdwenen. En de mééste retraite-achtige bijeen komsten die nu worden georgani seerd hebben met de retraite-van toen weinig meer gemeen. De naam 'retraite' is dan ook in de meeste ge vallen gewijzigd in iets met 'vor ming', 'medidatie' of 'bezinning'. En met name is er veel belangstel ling voor de mogelijkheid om enkele dagen of langer in een klooster door te brengen. Zonder leiding, zonder in doctrinatie, maar wel met de moge lijkheid om even 'weg te wezen' en de dingen op een rijtje te zetten. Die behoefte blijft - al zullen wei nigen nog de woorden van Nolet on derschrijven, die de noodzaak van de retraite aldus samenvatte: „Ach, eigenlijk moesten er geen retraite huizen nodig zijn! Evenals Kurorten en Sanatoria zijn ze massief opge bouwde bewijzen, dat wij, menschen, abnormaal zijn en jaarlijks een 'kuur' behoeven om weer normaal te wor den"

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 21