LEN LOS ANGELES 1984/ 100 m200 m./ 800 m./ 1500 m./ Estafette/ Gerard Nijboer: 'Sport minder sportiei door commercie Carl Lewis: 'Terugval is mijn enige angst' 999 099 999 999 999 Druppers wenst geen 'lopende kassier' te zijn 999 999 DE STEM VAN DINSDAG 24 JULI 198> MET opzienbarende inspanningen heeft Carl Lewis zich bij voorbaat opgewor pen als koning van de komen de Olympische Spelen. Het sprint- en springfenomeen heeft de grenzen van perfectie nog niet bereikt, maar hij moet zich onderhand knap eenzaam voelen, onbereikbaar verheven boven tijdgenoten. In Los Angeles wordt hij geacht een monumentaal stuk atletiekge- schiedenis te evenaren: vier gouden medailles, zoals Jesse Owens die in 1936 vergaarde. Ook herbergen zijn benen het vermogen het legendari sche verspringrecord van Bob Bea- mon (890 meter) minimaal een maal te overtreffen Maar hoe moet het verder met Fre derick Carlton Lewis indien hij op 23- jarige leeftijd daadwerkelijk waar maakt wat hij in zich heeft? Dat is in feite het enige probleem dat de atleet in zijn zorgeloze leven bezighoudt. COLOFON/ V Redactie: Rob Velthuis, Herman Jansen, Twan van den Brand, Harry Vermeulen, Peter van Putten, Ted van Leeuwen, Wil Kester, Hans Braat, Jacques Eestermans; ffl Eindredactie: Leon Krijnen; V Vormgeving: Ad Couwenbergh en Erik d'Ailly. „Als alles dit jaar perfect gaat, als ik laten we zeggen 9.10 spring, 990 en 19.5 loop en ik win vier gouden me dailles, wat dan? Als het dan volgend jaar minder gaat, zou dat niet meer bevredigend zijn. Ik hou van vooruit gang. Ik heb me elk haar, op elk eve nement verbeterd. Een terugval is be angstigend. Het is de enige angst die ik heb. In het jaar van de eerste wereld kampioenschappen atletiek demon streerde Lewis reeds een uitzonderlijk machtsvertoon, al leverde het hem 'slechts' één wereldrecord op. Met speels gemak vergaarde hij drie we reldtitels. De vierde, op de 200 meter, liet hij uit vrees voor overbelasting en blessures wegens koud weer schie ten. Wereldrecordhouder Calvin Smith werd op de 100 meter verne derd, bij het verspringen stopte hij al bij de derde van de beschikbare zes sprongen en op de 4 maal 100 meter sleurde hij als slotloper Amerika naar een wereldrecord: 3786. Voor Lewis werd 88 seconden gemeten! Carl Lewis meed bewust de wed strijden in Colorado Springs, waar Evelyn Ashford en Calvin Smith vorig jaar de grenzen op de 100 meter ver legden. Sinds 1981, toen hij door overbelasting geblesseerd raakte en tijdens de World Cup in Rome afging, kiest hij zijn wedstrijden met zorg. Na elk groot evenement trekt de Ameri kaan zich twee weken terug om zijn prestaties te analyseren. Hij zegt niet bewust uit te zijn op wereldrecords, al leverde een dergelijk novum vorig jaar in Helsinki een vreugde-uitbar sting op die geen toeschouwer onbe roerd liet. „Ik stel nooit een record als doel. Ik kan verder dan 30 feet (9.15 meter, RV) op zeeniveau springen, dus ik ben geduldig genoeg om te wachten. Als ik een wereldrecord vestig, doe ik dat op zeeniveau, in plaats van het te overhaasten door het op grote hoogte te doen Verspringen is veruit Lewis' favo riete onderdeel. Hij bereikt in de zandbak constaat een ongeëvenaard hoog niveau en is ondanks de Bea- mon-sprong de beste verspringer al ler tijden. Waar Beamon een on verklaarbare uitschieter produceer de, heeft Lewis al een brede basis van topkwaliteit gelegd. De sprongen van Lewis kenmerken zich door het merkwaardige sparte len van armen en benen in de lucht. „De meeste verspringers zweven prachtig door de lucht, maar komen bijna loodrecht naar beneden. Ik ga laag boven de grond bijna recht vooruit wanneer ik de plank verlaat. Ik tol naar voren en moet daarom vechten om mijn evenwicht te bewa ren, anders val ik plat op mijn ge zicht. De landing is nog niet geheel goed, maar dat komt mettertijd. Ik zet mijn handen gewoon naast me neer, maar ik moet er langer mee doorwer ken tot ik het zand raak. Lewis heeft een enorme populari teit, juist door zijn vriendelijkheid en zijn enorme wil om te winnen. „Ik heb altijd vooropgesteld dat ik een aar dig iemand wil zijn. Mijn eerste priori teit is, dat anderen goed over mij als mens denken. Ik weet wat verliezen of winnen sommige mensen kan aan doen. Ik wil dat de mensen over mij zeggen: hé wat een aardige jongen, en hij kan nog hardlopen ook. Lewis ontmoette de man die als zijn voorganger wordt aangeduid vier keer, maar hij heeft Owens nooit zo goed leren kennen als hij zou wil len. „De keren dat ik hen ontmoette waren we niet in de gelegenheid om rustig met elkaar te praten. Maar Owens gaf me zelfvertrouwen. Ik res pecteer hem zeer omdat hij streed in een veelomvattend evenement. On danks dat de meeste mensen dach ten dat hij dingen wilde die niet kon den, voelde hij dat innerlijke vertrou wen, net als ik nu heb. Ik zal hem echter nooit kunnen overtreffen, want we leefden-in verschillende tijden" In Los Angeles wachten Lewis der tien starts in een tijdbestek van zeven dagen, indien hij zich op Grand Slam richt. Hij waagt zich er slechts aan in dien zijn voorbereiding gladjes is ver lopen en hij er zeker van is dat hij al le vier de onderdelen wint. Zo niet, dan laat hij de 200 meter vallen. „De 100 meter doe ik in elk geval, want die afstand bepaald wie de snelste mens op aarde is. Dat is een eer die ik graag wil hebben. Zoals in Amerika gebruikelijk, wordt druk gespeculeerd hoeveel dollars de gouden medailles Lewis gaan opleveren. Aangezien de knaap al centen zat heeft, doet hij alsof dat punt hem onbezorgd laat. „Geld is niet belangrijk, omdat ik uit een middenklasse-familie kom. Ik heb altijd de dingen gehad die ik nodig had.Het talent Lewis kwam dus met bovendrijven vanuit de sociale ach tergrond van de arme neger, gesterkt door zijn zwakke positie. Lewis zegt slechts te denken aan de mogelijkheden die hij via zijn sportieve optredens krijgt voor een uitdagende maatschappelijke carriè re. „Ik kijk uit naar de overstap naar een andere carrière. Dat is een uitda ging, net zoals die voor mij momen teel op de baan ligt." De angst voor de sportieve terugslag is op 23-jarige leeftijd al aanwezig, maar Lewis denkt verder dan zijn sprongen en sprint. „Dat is de gang van het leven. Je komt, doet wat je kunt en maakt weer plaats. Dat is alles. DE echte grote sportlie den der aarde zijn naar Amerikaanse be grippen diegenen met een 'profetische' inslag. Gelie ve voor de start even te melden dat u gaat winnen en u wordt reeds op handen gedragen. Maar dat had die argeloze Ne derlander Gerard Nijboer niet in de gaten toen hij in februari in Los Angeles neerstreek om de Olympische limiet te halen. „Als ik bij de eerste vijf eindig is dat allang mooi", zo deelde hij nuchter de onthutste pers mede. Stomverbaasd hoorde hij vervol gens zijn Nederlandse, maar verame- rikaanste begeleidster aan, die hem fijntjes duidelijk maakte dat hij zich volslagen belachelijk had gemaakt. „Ze was echt heel boos en ze zei me dat het tegenover de organisatie erg onbeleefd was om niet te zeggen dat ik zou gaan winnen", aldus een grijn zende Nijboer. „Een atleet die zegt: „Ik ga winnen in een wereldrecordtijd", is in de Ver enigde Staten dè kerel en wordt in Nederland de grond in geschreven. Maar in de Sovjet-Unie mag hij zoiets niet zeggen. Bescheidenheid is in de Sovjet-Unie, net zoals in Japan, een enorme gratie. In de Verenigde Sta ten begrijpen ze daar niets van. Een Rus sprak op de persconferentie de hoop uit onder de 215 te lopen. Daar werd smalend om gelachen. Er werd aan de Russische vrouwen gevraagd wat ze met het prijzengeld zouden doen. Daar wisten zij absoluut geen raad mee. Wij halen bij dat soort din gen onze schouders op, maar in het Oostblok begrijpen ze er niets van." Niet zozeer de boycot van de Spe len heeft Nijboer getroffen alswel de commerciële exploitatie van het eve nement. Met name zijn onderdeel, de marathon, is geheel onderworpen aan de wensen van de commerciële televisiemaatschappij ABC, waar voor slechts kijkcijfers en reclamegel den heilig zijn. Het startschot klinkt in de broeiende namiddag, nadat de uitlaatpijpen van miljoenen auto's en industrie achteloos een deken van gif over de metropool hebben gelegd. „De vrouwen starten 's morgens vroeg, want zij zijn commercieel niet interessant. Het is typisch Ameri kaans, dat sportmensen onderge schikt worden gemaakt aan de com. mercie. Het gaat er slechts om, om dollars in de wacht te slepen en als je daaraan niet meedoet, tel je niet mee. Dat heb ik op dat land tegen. Sport wordt minder sportief door de commercie. Dan spreekt het sportbe- drijven in het Oosten me meer aan. De kilometervreter uit het Drentse Uffelte zou zich met een prestatie van formaat eindelijk weer eens willen toetsen aan de huidige stand van za ken in de wereldtop. 1980 was het jaar van zijn doorbraak en vormde tevens het hoogtepunt. Eerst het offi cieuze Europese record in Amster dam (2.09.01), gevolgd door Olym pisch zilver in Moskou achter de Oostduitse kwaliteitsloper Cierpinski. En dat was het eigenlijk, wat Nijboer betreft, al bezorgde de Europese titel in Athene hem twee jaar later veel voldoening. Maar toch. „Het resul taat op zich was goed, dat vergoedde veel. Maar het was een middelmatige wedstrijd. Hoe weinig lopers waren er niet, die ooit al onder de 2.10 wa ren gekomen. Je moet reëel zijn om dat te erkennen. Moskou was on danks de boycot veel belangrijker." Nijboer krikte in februari op het Olympisch parkoers zijn zelfvertrou wen behoorlijk op. Met 21063 kwam hij pas voor de tweede keer in zijn carrière onder de twee uur en elf mi nuten. Wat dat betreft snijdt zijn uit spraak „Het is tamelijk frustrerend om nu al vier jaar op een nieuwe goede prestatie te moeten wachten", hout. De omstandigheden destijds waren volgens Nijboer ideaal. Veel wind en geen last van smog. De verwachting is, dat de omstandighedenop 12 augustus tijdens de slotdag van de Olympische Spelen wel anders zullen zijn. Het parkoers noemt Nijboer snel ler dan bijvoorbeeld de trajecten in Athene en Helsinki, al zijn er verbor gen hindernissen. „De eerste vijf kilo meter gaan geleidelijk omhoog, zon der dat je dat merkt. Daarin kunnen veel lopers zich vergissen Een groep van vijftien man heeft zich daar in fe bruari kapot gelopen. "Na een glooi end gedeelte volgt na 25 kilometer weer een geniepig stuk vals plat door de binnenstad van Los Angeles. „Daar vielen de klappen in de kop groep. Ikzelf was na dertig kilometer kapot. Ik liep op een zevende plaats op een schema van achter in de 209. Dat ik toch derde werd bewijst dat de mensen voor mij ook te veel hebben gegeven. Maar een behoorlijk verval in tijd zat er in de slotfase wel in. Hal verwege zat ik nog op 104. Zo snel had ik nog nooit gelopen. DE werkzaamheden van een topatleet beperken zich tegenwoordig niet tot lichamelijke arbeid. Enig zakelijk inzicht strekt tot de aanbeveling, zo is Rob Drup pers inmiddels duidelijk gewor den. Aan dat soort afleiding heeft de nuchtere Utrechtenaar echter geen behoefte. Voor het behandelen van alle bijzaken die aan het leven van een sportster kleven, heeft Druppers een ploeg van zeven mensen om zich heen verzameld. „Het lijkt inderdaad net een klein bedrijf. In feite is het een manage mentbureau waarbij ik als enige ben aangesloten. De bedoeling is, dat het per 1 september ook gaat werken voor andere sporters onder de naam Warming Up Sport Promotion. Alle sporten komen in aanmerking behal ve voetbal. Daarvoor bestaan al vol doende instanties." Met het toenemen van Druppers snelheid worden zakelijke beslomme ringen complexer. Vooral na zijn tweede plaats tijdens de wereldkam pioenschappen in Helsinki, werd het 800-metertalent een gewilde gast op internationale wedstrijden. Hij krijgt niet alleen de meest luxe reizen en hotels aangeboden en heeft mede zeggenschap gekregen in het deel nemersveld waarin hij wenste te star ten, ook financieel gaat het hem voor de wind. Dankzij hoge startgelden, maar ook als veel gevraagd (of on gevraagd) reclame-object. Zijn ontwikkeling als atleet wenst Druppers niet op te offeren aan over werk aan de kassa. „Ik bemoei me helemaal nergens mee, zodat ik bui ten mijn sport niets aan mijn hoofd heb." Twee zaken, waarvan Drup pers de finesses niet zegt te kennen, speelden in de afgelopen maanden. Ten eerste een conflict met de KNAU over het beheer van zijn met sport verdiende kapitaal. Bovendien werd hij er door Gerard Nijboer op attent gemaakt dat een benzinemaatschap pij ongevraagd goede sier maakt met zijn naam. Het eerste geval is een rechtstreeks gevolg van de verruiming van de amateurregel, die in 1982 werd inge voerd. Atleten mogen hun sportieve activiteiten in pakken bankbiljetten omzetten zonder hun amateurstatus te verliezen, mits zij hun verdiensten op een zogeheten trust-fonds storten. Van die door de nationale bonden beheerde rekening mag, behoudens onkosten, pas na de actieve carrière worden gesnoept. Het begrip onkos ten is ruim, als men bedenkt dat Druppers van zijn sportinkomsten leeft. „Wij zijn al een jaar met die zaak bezig, want we hadden een voor sprong op de bond. Voor mij werken er vier professionals aan, de bond is afhankelijk van vrijwilligers. Die wis ten met de situatie duidelijk geen raad". Een benzine-maatschappij wenst zijn klanten in te lichten over de tijd stippen waarop Gerard Nijboer en Rob Druppers tijdens de Spelen op het scherm komen. De grote reclame borden langs de weg waren Drup pers zelf niet opgevallen. Zijn advo caat houdt zich met de kwestie bezig, want Druppers wenst zijn naam niet ongevraagd in de aanbieding aan te treffen". Lopen is zoals de zaken er nu voor staan nog lang de voornaamste le vensvulling. Op dat gebied wordt Rob Druppers bijgestaan door zijn trainer van het eerste uur Jon Weller- dieck en oud-bondstrainer Haico Scharn, die met name zaken rond wedstrijden regelt" Een baan bij een sportkledingfa- brikant zegde Druppers dit jaar op om zich volledig op de Spelen te kun nen voorbereiden. De omvang van zijn trainingen (negen keer per week) werd weer vergroot, al noemt hij zijn programma nog steeds niet extreem zwaar. In tijdsduur zijn de sessies re latief kort, de intensiteit is onwaar schijnlijk hoog. „De andere toppers doen veel meer. Ondanks enkele nederlagen voelt hij zich sterker dan ooit. „Een eerste gunstige indicatie was mijn sterke 1500 meter onder slechte omstandig heden aan het begin van het seizoen. Over de achthonderd meters ben ik tevreden, al won ik niet. Ik wilde in de 1 minuut 44 lopen en dat is gelukt. Daarvoor moest ik wel zelf de races maken en dan is het risico dat er iemand over je heen komt nu een maal groot." „Dat anderen over mij zeggen dat ik verkeerd bezig ben, interesseert me niet. Ik sport puur voor mezelf. Trok ik me van iedereen wat aan, dan was ik allang gek. Ik weet exact wat ik kan. Tijdens de Spelen hoor ik er gewoon bij, zoals zovelen. De 800 meter maakt nog steeds een enorme ontwikkeling door Het wordt steeds spectaculairder. Zelfs het we reldrecord van Coe (1.41,72, red.) is in de komende jaren voor velen be reikbaar. Favorieten voor LA? Coe en Ovett zijn verschrikkelijk slim, Cruz en Elliot gaan altijd heel hard. Maar als het in de finale snel gaat is het voor mij okay. Maar er is zoveel con currentie, dat iedereen al opgelucht is als hij in de finale komt.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 6