de Of: Kritisch Bezwaren Luisteren NeDERLAND kweekt zwervers. Als de Tweede Kamer binnenkort er geen stokje voor steekt, zal de bezuinigingsdrift van de regering tot gevolg hebben dat internaten voor probleemkinderen een deel van hun beddenbestand moeten inleveren. En volgens deskundigen heeft dit inleveren tot gevolg, dat een deel van de kinderen geen hulp meer kan worden geboden. Zij komen letterlijk op straat te staan. Schade Sfeer Toename Reserve .v>-. Mr. J. van der Goes- Van Naters: „Ze zijn vergelijkbaar met fi guren als Ciske de Rat". - FOTO ARCHIEF DE STEM Drs. Leo Ligthart (rechts) en een pupil: sa- mem vlieg tuigje bou wen. - FOTO DE STEM/BEN STEFFEN al ruim 900 bedden moeten inleveren. Er is echter geen leegstand." „Stel, dat er in een tehuis met 50 bedden twee bedden leegstaan. Dan is er sprake van een leegstand van vier procent." Ligthart valt hem in de re de: „Volgens de laatste cijfers is er een landelijke leegstand van vier procent." „Zo'n leegstand kun je niet inleveren. We hebben per tehuis en kele leegstaande bedden nodig om in noodgevallen meteen kinderen te kunnen plaatsen." De helft van de kinderen komt via de kinderrechter in een tehuis. De an dere helft wordt rechtstreeks door de ouders ondergebracht. Ouders dragen naar draagkracht bij aan het verblijf van hun kind in het tehuis. Veel hoe ven zij niet te betalen. Van der Goes: „Meestal leg ik een bijdrage van der tig tot vijftig gulden per maand op. In een uitzonderingsgeval twee of drie honderd gulden. De ouders moeten er dan al heel warmpjes bijzitten. Wan neer ik over een triest geval moet oordelen laat ik de ouderbijdrage zelfs achterwege." Een internaat kost heel wat meer. Ligthart: „Het verblijf van een kind kost 184 gulden per dag." Een bedrag dat door niemand is op te brengen, maar voor het heil en de toekomst van een gering deel van de Neder landse jeugd moet de staat het geld ervoor over hebben, zo vindt Van der Goes. De overheid mag best een kritische blik aan de jeugdhulpverlening wij den, vinden de gesprekspartners. Door gespitst te blijven op wat wordt gedaan kan men deze vorm van hulp verlening zo efficiënt mogelijk hou den. Ook in de jeugdhulpverlening valt te bezuinigen, maar niet op de manier van de staatssecretaris. Die hanteert de botte bijl zonder een dui delijk alternatief te bieden voor jeugd, die niet meer in tehuizen kan worden opgenomen. „De staatssecretaris denkt -let wel: denkt- niet op te vangen jeugd te kunnen helpen met pleeggezinnen en vervroegde, zelfstandige kamerbewo ning." Van der Goes oppert drie be zwaren De overheid denkt nog over vervangende hulp, terwijl de bezuini ging al moet worden ingevoerd. Ver vangende opvang dient duidelijk te zijn op het moment dat de bedden verdwijnen. De hulp van pleeggezinnen is niet de ideaalste. De praktijk heeft im mers uitgewezen, dat in vijftig pro cent van de gevallen een kind niet met een pleeggezin is geholpen. Een probleemkind raakt daardoor ver der in de moeilijkheden. Vervroegd zelfstandig maken van kinderen is niet verantwoord. „Ik weiger kinderen van veertien tot zestien jaar op een kamer te zetten. Zij komen niet meer aan schoolgaan toe, zelfs niet als ze regelmatig een begeleider over de vloer krijgen." Belangrijke bijkomstigheid: de staatssecretaris zou ook eenjdeel van de hulp aan het algemeen maat schappelijk werk willen toebedelen. Men vraagt zich echter af of maat schappelijk werk dit werk erbij kan nemen, aangezien ook deze post op de rijksbegroting niet aan het snoeimes ontkomt. Toedeling van werk waar mankracht ontbreekt vergroot men moeilijkheden in plaats van ze te ver kleinen. Van der Goes en Lighart verzetten zich met anderen tegen de plannen van de staatssecretaris, die nog voor de zomervakantie de bezuiniging door de Tweede Kamer behandeld wil hebben. De Kamer heeft al laten we ten het onderwerp liever na het zo merreces te bespreken. De agenda tot het reces is immers al overvol, maar het ziet ernaar uit, dat Korte-Van Hemel haar zin doordrukt. En dat be angstigt de hulpverlening. Waar niet rustig over de materie kan worden gesproken bestaat de kans op haastige besluitvorming, die achteraf wel eens een onjuiste kan blijken. De hulpverlening ziet op dit moment het noodlot op zich afkomen, aangezien de tijd dringt. Men kan geen uitge breide campagne tegen de plannen op touw zetten. Al ware dat mogelijk ge weest, bezuiningen op allerlei fronten -het zogenoemde 1 juli-pakket is de meest opvallende- brengen teveel stemmen in beweging om de stem van de jeugdhulpverlening goed te laten doorklinken. Van der Goes: „Je bent als onafhan kelijk rechter tegenwoordig verplicht vanuit het ambt politiek te bedrij ven." Hij heeft van zijn collega-kin derrechters toestemming gekregen om in Den Haag alles in het werk te stellen om het onheil over de interna ten te keren. Bij politieke vrienden krijgt hij echter te horen: heb je dan een alternatief? „Alsof wij of de volksvertegenwoordiging voor een andere oplossing moeten zorgen. Te gek toch. Wanneer de staatssecretaris met een onzinnig plan komt zal de zelfde persoon met een ander plan moeten komen." Van der Goes hoopt binnen enkele dagen begrip voor het onderwerp te kweken bij vertegenwoordigers van partijen. Volgende week hebben be trokken jeugdhulpverlenende orga nisaties, waarbij zelfs de FICE, een dochterorganisatie van de Unesco (een tak van de Verenigde Naties), een gesprek met de vaste Kamercom missie. Daarna en tijdens de begro tingsbehandeling in de Tweede Ka mer blijkt of het krachtige protest heeft geholpen. Ligthart en Van der Goes zouden het een schande vinden, wanneer de plannen toch doorgaan. Met overleg en inzet van een studiecommissie is een verantwoorde oplossing te vin den. Een oplossing, die Nederland niet de zwervers van morgen doet kweken. t van Velzen ,ner me nog hoe we oor de laatste maal luwden. Ze deden net ons niet hoorden. Nu we, zonder Tass kwaad \n, de Sovjet-Unie een ewaarschuwd. Er iet ingang van 1 juni :n SS-20 meer bij, óf. itraks via de CIA be- ijgen dat de Russen in een aantal van deze wapens los te tcoelen voeren dan kunnen de afstoting van België ken van het grootste atieke succes in onze denis. Lubbers zal dan ats vinden bij Madame tussen Charles de en Andrej Gromy ko, en zelfs op een nog be te we dat diplomatieke nicces ooit zullen kun- ren met straatfeesten mingsbijeenkomsten \e heilige eik, moet ern- rden betwijfeld. Want hoe er in Den Haag ge- ordt over de hoogte van ning die wij Moskou n bevriezingsbesluit moeten aanbieden. De r heeft gezegd: dan n wij geen kruis- wapens. Ed Raket zegt: n we nog wel. Dat ■nigszins verwarrend '.et dat als Den Haag sis, de rest van de we- ialt. En het zal niet lang joordat men in Moskou aten heeft dat Ed Nij- ■t tot een oppositiepar- ortDe glans die op edespolitiek ligt wordt s. Onze nationale een fijne neus voor bij- ijnselen, wordt dan in- tegen een talmend «betrouwbaarheid. mt door Nijpels, met al halen dat het geen don- maakt „of je nu met een is of een paraplu naar ara gaat." We gaan niet Sahara, we blijven n we hopen dat we het houden. Ik vraag Ed ook niet of hij in zijn ig dan wel in zijn door een atoomwolk ndelen, want dat zou emagogie zijn. Hij be- el een zeer lastig man- worden, die Nijpels. wort te weten dat Ne ef als het tot plaatsing gedwongen, voor de Big yrmule zal kiezen. Dat is, nnertuzich, een plaat- ormule in drie fasen: he rten, raketten neerzet- wederom beton storten, sistijd bikken we ze los. ■et dat, maar hij blijft sa- tteren en zijn coalitie- >n pesten met eigenzin- nterpretaties van moei- oerworven afspraken, eft een vliegenmepper aee hij alle ideeën die de <an antiek missen opta- '.eft. Hij is de mot in de '.l van het CDA. Hij is het rot in de huurkazerne regering. Hij is derhal- t geliefd. Er worden boze n over hem gezegd. We sen 47 kruisvluchtwa- m Ed Raket, hoor je be- e mannen knorrig mom- rond het Haagse Bin- Mannetjesmakers, die d hout nog een leuk po- imago kunnen timme- roberen nu voor Ed een ir opwaarts mobiele bij- te bedenken dan "Raket', hij is een molensteen, epend anker. Er zal een raag worden uitgeschre- >ant inmiddels voorge- koosnamen als Edje de lloody Mary, en 19th iry Fox zullen niet be- n, dat wil zeggen niet ,jn huid blijven kleven, evenals de Amerikaanse ient Ronald Reagan is Is, dankzij een geheim raat waarmee hij zich ij ks insmeert, van teflon. glijdt bijna alles vanaf uid van teflon en een ge- ij ke ezelstrap zijn de aamste attributen van ditieke fenomeen. Was aar chef van het apen- jan Blijdorp geworden, liegt, als een kruisvlucht- n, laag over de polders ns land. Een man van te- net een hart van hout. 7ATERDAG 9 JUN11984 Vervolg van pagina Gids Weekend 1 Vraag: hoe krijgen de mensen dat allemaal met elkaar gerijmd? Dr. Simonis: „Ik geef toe dat een concrete vertaling moeilijk is. Wij zijn van huis uit egoïstisch en libe raal. Dat moet met een grondige ka- techese doorbroken worden. Merk waardig dat daar een pausbezoek voor nodig schijnt te zijn." Is het pausbezoek een hefboom naar een nieuwe katechese in de kerk in ons land? Dr. Simonis: „Die hefboom is er al. Maar het pausbezoek kan natuurlijk wel meehelpen. De laatste vijf jaren is het besef gegroeid dat we zijn door geslagen met onze levensoriëntatie. Maar de mens moet eerst zijn eigen identiteit goed kennen. De mens moet eerst persoonlijk weet hebben van de woorden en daden van Jezus. Dan gaat hij echt verlangen naar een ge zond evenwicht. Daar kan het paus bezoek een stimulans toe zijn. Dat geldt natuurlijk niet alleen voor Nederland. In heel West-Europa heerst een fundamentele geloofscri sis. Die is veel belangrijker dan al die zaken die bijvoorbeeld een Mariën- burg-groep aan de orde stelt. Dat zijn toch eigenlijk secundaire dingen, die het wezen niet raken van de zaak waar alles om draait." Veel fundamenteler is die geloofscri sis. Ik noem die crisis wel eens een in different atheïsme, godloosheid uit onverschilligheid. Het is niet eens strijdbaar! Je beluistert die onver schilligheid als iemand zegt: 'Ik ge loof wel dat er iéts bestaat buiten en na dit leven.' Iets! En wie bidt er nu eigenlijk nog? Veel mensen bidden toch alleen maar in nood! In de Bergrede - Mattheus hoofdstuk 5 - gaat het om de Vader die weet heeft van alles. Hoeveel mensen hebben nog het fundamentele idee dat God met ons persoonlijk be zig is?" Kunt U begrip opbrengen voor de wens van veel mensen dat de paus in Nederland niet alleen zal vermanen, maar ook luisteren? Dr. Simonis: „De paus kent de Kerk in Nederland heel goed door de bij zondere synode van januari 1980. Bo vendien hebben de Nederlandse bis schoppen vorig jaar een bezoek 'ad li- mina' gebracht aan de paus. De men sen moeten dus echt niet denken dat de paus geen weet heeft van wat er in de Kerk in Nederland leeft. De femi nistische theologie en de groep Ma- riënburg, hij heeft er weet van." Zou hij ze ook van binnenuit aan voelen? Dr. Simonis: „Voorzover ik de paus ken, weet-ie goed wat er hier onder huids leeft. Ik probeer aan het paus bezoek een zo dialogerend mogelijk karakter te geven. Maar de grote vraag is natuurlijk onmiddellijk: met wie zou de paus dan moeten praten?" Bijvoorbeeld met pastorale wer kers en werksters? Dr. Simonis: „Dat is een moeilijke vraag. Er zijn goede pastorale wer kers, maar er zijn er ook die dingen doen die echt niet kunnen. Zou de paus hen ontvangen, dan denken veel mensen dat hij het met hen eens is. Moet de paus dan allerlei taken gaan onderscheiden en zeggen: dit mogen jullie wel doen, maar dat niet. Dat kun je de paus bij zo'n bezoek toch niet aandoen! Welke groepering je ook tot de paus toelaat, het kan nooit een zaak zijn van: kom, we gaan eens gezellig dis cussiëren! Dat is vanuit ons geloof ook niet de juiste houding. De paus komt hier als herder en leraar." Een echte discussie zal niemand verwachten. Maar een ontvangst van bijvoorbeeld een delegatie van pasto rale werkers heeft natuurlijk op zich zelf al een tekenwaarde van erken ning. Daarbij zou een situatie kunnen ontstaan als in de jonge Kerk, waarin Paulus tegen Petrus zei dat hij het niet met hem eens was. Of is dat on denkbaar bij het pausbezoek? Dr. Simonis: „Zulke beleidskwes ties horen thuis bij paus en bisschop pen samen. Zo iets moet je aan de herders overlaten. In geloof ontvan gen wij de paus als leraar. Maar ja, in een leraar- en vaderloze cultuur is dat natuurliik. moeiliik te verkopen." Denkt U dat de bisschoppen in Ne derland weten en aanvoelen wat er leeft onder de mensen? Dr.Simonis: „U doelt op Johannes 10: de herder diie zijn schapen kent. Dat geldt ook voor de aardse herder. Nou, ik kan U zeggen dat de bis schoppen verbazend goed weten wat er leeft. De bisschoppen luisteren heel goed naar hun mensen. Maar luisteren wordt nog wel eens verward met eens-zijn. Soms heb je urenlang geluisterd en gediscussieerd met mensen. Maar als ze hun zin dan niet krijgen, dan is het al gauw: de bisschop of de bisschoppen luisteren niet." Geen bezoek dus van de paus bij een paar miljoen Nederlandse paus- jes? Dr. Simonis: „Dat zou ik niet willen zeggen. Het klinkt zo onvriendelijk Maar soms lijkt het er wel eens op dat iedereen denkt zijn eigen leraar te kunnen zijn." Donkere wolken boven r internaten voor probleemkinderen De kinderrechter heeft er dagelijks mee te maken. De schare kinderen in de zittingszaal neemt toe. „De staats secretaris denkt met het opheffen van het aantal leegstaande bedden de pijn in de hulpverlening dit. jaar te laten meevallen. De hulpverlening zou ech ter in de optiek van Den Haag dit jaar -er resteren nog maar zes maanden- Door Jan van de Ven De jeugdhulpverlening is he lemaal niet te spreken over de regering. Die wil bezuinigen op de hulpverlening door 1700 bedden uit het internatenbe- stand niet meer te subsidië ren. In de praktijk betekent dit: geen geld, geen hulp. Kinderen met grote problemen zul len daardoor niet meer op hulp kun nen rekenen. Sterker nog, het beleid van de regering heeft -onbedoeld waarschijnlijk- tot gevolg, dat een deel van de probleemjeugd aan de slinger raakt. Zij komt aan haar lot overgelaten op straat te staan. De problemen van de kinderen waar het om gaat zijn niet uiterlijk waarneembaar. Ze gedragen zich heel gewoon. Men kan er niet, zoals met invaliden, op het eerste gezicht een gevoel van mededogen voor op brengen. Ze zijn echter vergelijkbaar met een figuur als Ciske de Rat. Ze ontberen 'nestwarmte'. „Grote schade hebben ze opgelo pen", vertelt kinderrechter mr. J. van der Goes-Van Naters. Samen met or- tho-pedagoog drs. Leo Ligthart schetst hij een beeld van het pro bleemkind: een slecht huwelijk van de ouders heeft van hem een geïso leerd mens gemaakt; door zijn karak ter vormt hij voor zijn ouders een on hanteerbaar mens; hij staat bloot aan verwaarlozing, doordat hij bijvoor beeld deel uitmaakt van een een- ouder-gezin. De kinderrechter doet een beroep op het voorstellingsvermogen. Wan neer een kind geen band meer heeft met de ouders staat het volstrekt ver laten in de wereld. Hij heeft moeite met het aanknopen van een relatie met anderen, want wie de natuurlijk ste band moet ontberen geeft zich niet gemakkelijk meer aan vreemden. In de internaten van tegenwoordig proberen hulpverleners een huislijke sfeer te scheppen. Hulpverleners ma ken met zo'n tien kinderen een leef gemeenschap, waarin een gezinsver band wordt nageboost. In dat pseudo gezinsleven proberen de hulpverle ners met veel geduld het kind weer in het spoor te krijgen. Volgens Leo Lig thart lukt het een beschadigd kind op te lappen en van lieverlee herstelt men ook het contact met de ouders. Want hoe slecht de relatie met de ouders ook moge zijn, de band wordt nooit helemaal verbroken. De statistieken wijzen uit, dat kin deren na verloop van tijd naar huis teruggaan. Na twee jaar en enkele maanden blijkt de schade voldoende hersteld om samenwoning met de ouders mogelijk te maken. Het jaar verslag over 1982 van de directie Kin derbescherming spreekt over een te rugkeer na 2,2 jaar. Een jaar daar voor stond de terugkeer in het eigen gezin nog op 2,3 jaar. „De praktijk van tien jaar geleden", zo zegt Leo Ligthart, „gaf nog een verblijf van vele jaren -zes tot acht was heel ge- woon- te zien." De opvallende verkorting van de verblijfsduur staat naast een vermin dering van het aantal jeugdigen, dat moet worden opgevangen: 10.000 in 1979 en 9.000 in 1982. De terugloop was de laatste tien jaar duidelijk constant. En de bezettingsgraad van de inter naten liep navenant terug, wat ver kleining van de capaciteit tot gevolg had. Puur cijfermatig kon staatssecre taris mr. V. Korte-Van Hemel (Justi tie) met een beleidsplan komen om de komende drie jaar 1700 'bedden' in de jeugdhulpverlening te schrappen. Zij zou daarmee een bedrag van ruim honderd miljoen besparen. Bij een gelijke trendmatige verlaging van de hoeveelheid op te vangen kinderen hoefde de pijn immers niet groot te zijn? De staatssecretaris heeft met deze filosofie echter naast de werkelijk heid gegrepen. „We maken mee dat er juist na het dieptepunt in 1982 weer sprake is van toename van probleem gevallen", vertelt de kinderrechter. „Naar mijn mening is er geen sprake van een korte opleving. De toename zal de komende periode jaarlijks te zien zijn." Van der Goes baseert zijn somber toekomstbeeld op maatschap pelijke ontwikkelingen: werkloos heid, toename van het aantal echt scheidingen, verslechterde economi sche omstandigheden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 23