DE STEM
IMFV
IEENTE
(EVEN
IN DEZE BIJLAGE 0. A
De 8 mm video-camera
Auto volgepropt met elektron^
Spelletjes op de huiscomputer
Geld uit de muur
Smalfilm niet verouderd
inbreken in computers
Micro-computer steeds kleiner
ileksl o
SI
marvnen
schoenen
ALS UW
VOETEN U
LIEF ZIJN
IA KING
Spannend boek
Sigarendoos
Eén zin
Prachtig
Absoluut zeker
Steeds langer
Vervelen
Mafheid
Viel mee
3LETV
jrkeurzenders
PHILIPS
VCC 480
!AP
Z91P
EN DIEPVRIES
(■S3
KALORIK
VRIESKAST
.150 liter
listaat 4
tel. 01100-14224
.loten
lermesweg 23
jm Groenendijk
2563
Ichependijk 9
2423
sloten
nJon
paalde in artikel 26
jke ordening maakt
ren bekend, dat met
durende één maand
ligt, het bij raadsbe-
astgestelde bestem-
itrum.
ide termijn kunnen'
aren tot de gemeen-
het college van Ge-
oord-Brabant te 's-
<e bezwaren tegen
ngsplan indienen.
>ter van Hoeven.
an.
computermaf in het elektronisch gekkenparadijs
10 PRINT 'Computer;
20 GOTO 10. Als u hier
niets van begrijpt dan
bent u beslist een com
puteranalfabeet. Erg? Heel
wat professoren, politici, pe
dagogen en computerhande
laren vinden dat héél, héél
erg. Volgens hen moeten de
Nederlandse kindertjes met
spoed in de geheimen van de
computer worden ingewijd,
anders missen we met zijn
allen de electronische boot.
Die peperdure stelling is
niet onweersproken gebleven.
Professor Joseph Weizen-
baum, een beroemd Ameri
kaans computerdeskundige,
gelooft er niet in. „Natuurlijk
zullen we in de toekomst veel
computerdeskundigen nodig
hebben. Maar daarvoor hoe
ven we toch al die kinderen
niet achter de computer te zet
ten?"
Als eerste wees hij enige ja
ren geleden op de keerzijde
van de medaille. Program
meurs zijn gek op compters,
maar sommigen van hen kun
nen er ook gek van worden:
computermaf. Die ontwikke
len dan wat hij een 'compul
sion to program' noemt, een
dwangmatige neiging tot pro
grammeren. De computermaf
keert de boze buitenwereld de
rug toe om God te kunnen spe
len in een electronisch gek
kenparadijs. Hoe dat uit te
leggen? Laat ik dat eens doen
aan de hand van een demon
stratiepatiënt. Ikzelf.
Het begon in de zomer van *82
met het lezen van het buiten
gewoon spannende boek 'De
ziel van de nieuwe machine'
van Tracy Kidder (als u niets
van computers weet er er
meer van wilt weten, dan is
dat hèt boek). Omstreeks die
tijd kocht een vriend van'mij
een natuurkundige, een huis
computer om gemakkelijker
zijn duistere formules door te
kunnen rekenen. Of ik dat
ding niet eens kon lenen? Dat
kon.
Het was een Sinclair ZX-81,
de nederigste en goedkoopste
van alle huiscomputers. Toen
kostte hij (met een extra 16K
geheugen) nog 450 gulden, te
genwoordig koop je hem al
voor nauwelijks 200 gulden en
over een paar jaar krijg je een
ZX-81 bij aankoop van drie
pakken wasmiddelen cadeau.
Dat is het aardige van compu
ters, ze worden elk jaar met de
helft goedkoper. Nu moet u
zich bij die ZX niets in
drukwekkends voorstellen.
Het ding ziet er niet uit: een
toetsenbordje (niet echt maar
opdruk) ter grootte van een
flinke sigarendoos en in die
doos zit alle electronica, inclu
sief de fameuze chip, inclusief
het geheugen. Een gewone tv
dient als beeldscherm, met een
ordinaire cassetterecorder kun
je programma's invoeren of
vastleggen.
Ondanks dat vertoont de
ZX-81 alle kenmerken van een
echte computer, ongeveer zo
als een gemotoriseerde zeep
kist een echte auto is omdat
die ook kan remmen, rijden en
toeteren. De ZX-81 doet alles
des computers, zij het op een
ongelooflijk knullige, hemel
tergend slome en tot waanzin
drij vende omslachtige wij ze.
Wat maakt het ding dan toch
leuk? In één zin: het program
meren. Programmeren is 'fun'.
Door ervaring wijs gewor
den weet ik dat die 'fun' alleen
i maar aan een bepaald slag
mensen is uit te leggen. Wie
niet geobsedeerd kan raken
door 'spelletjes', de lol niet ziet
van breinbrekers, wiskundige
foefjes of raadsels, doet er ver
standig aan om de krant nu
r>eer te legen,
if
Goed, u bent er nog. Ik weet
nog goed hoe ik m'n eerste
programmaatje op het toet
senbordje van de ZX-81 typte.
Dat bestond aanvankelijk uit
één zin: 10 PRINT 'Computer';
het zinnetje waarmee dit stuk
begon. Wat betekent dat? 10 is
het nummer van de program
maregel (in de computertaal
BASIC loopt het regelnummer
in tientallen op). PRINT bete
kent 'druk af', en het woord
tussen aanhalingstekens
('Computer' in dit geval) is het
woord dat afgedrukt moet
worden. Toen kwam het
plechtige moment. Ik drukte
op de knop en verdomd, in een
flits verscheen het woord
'Computer' links boven op het
tv-scherm.
Aan die ene regel voegde ik
nog eentje toe: 20 GOTO 10.
Ofwel, regel 20: ga weer terug
naar regel 10.
Ik hoopte dat als de compu
ter door de tweede regel weer
teruggestuurd zou worden
naar de eerste regel (10 dus),
die opnieuw zou uitvoeren. Ik
stak een sigaret op (naast elke
computer staat een volle as
bak) en drukte wederom
plechtig op de knop, en tsjak.
Als een razende begon de com
puter het hele beeldscherm
met het woord 'Computer' te
I vullen.
IDit tweeregelige program
maatje herhaalde ik een keer
H of twintig. Prachtig was dat.
i. Met een beetje nadenken kon
re ik de beroemde en beruchte
iv j chip laten doen wat IK wil.
i Al gauw verviel ik van
kwaad tot erger. De program-
ma's werden steeds langer en
■^ingewikkelder en zo leerde ik
1 ook dat een computer vrijwel
nooit doet wat jij wilt. Je ver
zint een eenvoudig spelletje,
maakt en programmaatj e en
9 laat dat door de computer uit
voeren.
I Alles klopt, je weet het abso
luut zeker, maar tot je grote
verbijstering, snel omslaand
in verontwaardigde woede,
vertikt het kelere ding"te doen
wat j ij wilt. Hoe kan dat nou?
Uren vliegen voorbij, asbak
ken vulen zich met half opge
rookte sigaretten maar het
ding blijft het vertikken om
jouw programma naar beho
ren uit te voeren.
Neem nou dat luciferspel
letje, waaraan ik tot groot
chagrijn van mijn vriendin de
Paasdagen offerde. Het spel
letje gaat als volgt. Je legt drie
rijtjes lucifers boven elkaar,
één rijtje met 7, een met 5 en
een met 3 lucifers. Om de
beurt mogen twee spelers net
zoveel lucifers uit een rijtje
pakken als ze maar willen.
Maar lucifers wegpakken uit
meer dan één rijtje is verbo
den. Wie de laatste lucifer kan
weghalen is de winnaar.
Toevallig heb ik een boek van
de Nederlandse wiskundige
Fred Shuh. Die man had in de
oorlog niets te doen en schreef
daarom na spertijd een prach
tig nutteloos boek vol wiskun
dige grappen om dergelijke
spelletjes te kunnen winnen.
Ik gebruikte een van die
analyses voor het schrijven
van een programma waarmee
ik dan tegen de computer dit
'Game of Nim' zou kunnen
spelen. Dat lukte aanvankelijk
vrij aardig, totdat ik tot mijn
schrik merkte dat de computer
vals begon te spelen als hij aan
de verliezende hand was. Dat
begon hij ineens te sjoemelen
met de rijtjes op het scherm.
De klootzak, hoe krijgt hij dat
voor elkaar! Ik kwam er maar
niet achter.
I Het programma bestond toen
al uit een regel of 220 (met elke
verbetering werd het langer
en onbegrijpelijker) en telkens
als ik het navlooide op fouten
verdwaalde ik in mij zelf ge
schapen labyrinth. Op zo'n
moment kun je niet meer op
houden, de fout in het pro
gramma zal en moet gevonden
worden. Twee dagen, drie ru
zies met mijn vriendin, en vier
pakjes sigaretten later had ik
de fout gevonden. Ergens in
regel 130 stond een komma die
er niet had mogen staan. Ik
veranderde de komma in een
punt en zag dat het goed was.
Ook zag ik ineens het vale
ochtendgloren door de gordij -
nen kieren.
Maar programmeren in BA
SIC gaat vervelen. Het zijn
niet eens de programma's die
het hem doen, de computer
zélf is het summum van speel
goed, 'the ultimate toy'. Het
wordt pas echt leuk als je in de
electronische ingewanden van
de computer gaat rommelen.
Met machinetaal kun je zon
der tussenkomst van de BA
SIC-tolk rechtstreeks met de
chip converseren.
Wie machinetaal beheerst,
beheerst ook de chip. Alles
went, maar het openen van
electronische deurljes diep in
de computer met de geheime
wachtwoorden van de machi
netaal geeft je een diep gevoel
van verrukking. Carl Arising,
de werkelijk bestaande held
van Tracy Kidder's boek: „Het
was schitterend om dat te le
ren. Ik kon de tolk uitschake
len en rechtstreeks met de ma
chine praten. Het was alsof je
met God zelf sprak."
Toen ik met machinetaal ging
spelen begon ik beslist trekjes
van computermafheid te ver
tonen. Dat was vooral te mer
ken aan de reacties van mij n
vriendin. Aanvankelijk be
schouwde ze dat gedoe met dat
computertje als een milde
aanval van gekte, maar al
gauw begon ze het ding beslist
te haten.
Zij was, dat bleek toen ik
andere computergekken -
sprak, niet de enige: alle com
puterweduwen haten het ding
als de pest. Als je program
meert houdt de buitenwereld,
inclusief familie en lief, een
voudig op te bestaan en dat
pikt geen vrouw natuurlijk.
Hoe computermaf was ik? Dat
viel mee. Na verloop van tijd
lees verder op de tweede
pagina Elektronica.