De South Point Big Band: kwaliteit door discipline Sprookjes DE FANFARE VAN EEUWIGDURENDE BIJSTAND Dag vol met actie-muziek in Tilburg 28 APRIL 1984 EBT U een actie? Bel dan de Fanfare Van Eeuwig Durende Bijstand. Met die slagzin^zou er in een gouden gids reclame gemaakt kunnen worden voor dit Tilburgse actie-orkest. Maar de Fanfare doet uit principe niet aan dit soort reclame en bovendien weet actievoerend Nederland het gezelschap feilloos te vinden als er iets muzikaal ondersteund moet worden. |In Breda opereert al zo'n tien jaar een big band, die zich in de loop van die tijd heeft ontwikkeld tot een der beste op amateur-niveau in Nederland zijn te vinden. Dit professioneel klinkende ensemble repeteert iedere maandagavond in het Bredase café De Vrachtwagen, voor iedereen toegankelijk. „Wij proberen gedisciplineerd bezig te zijn", zegt bandleider (en NOS- regisseur) Frits Bay ens. Een impressie van de South Point Big Band in actie. Bus Verkiezingstijd Mening Veelzijdigheid door Wim van Leest In de vijf jaar van het be staan werd er door de Fanfare Van Eeuwig Durende Bij stand bij zo'n 400 acties, de monstraties, manifestaties en andere uitingen van maat schappelijk ongenoegen mo rele steun verleend aan de goede zaak. Die goede zaak is altijd iets pro gressiefs, vertellen Zjef Naaijkens, Geert de Wit en Piet Maas tijdens dit interview. De Fanfare Van Eeuwig Durende Bijstand is begaan met on recht in deze maatschappij en trekt er steeds als een vliegende brigade per bus op uit om muzikaal tegen dat on recht te protesteren of om actievoer ders een hart onder de riem te steken. De Fanfare werd vijf jaar geleden opgericht. Het initiatief ertoe werd genoemen in kringen van de roem ruchte RK Veulpoepers BV. Die Veulpoepers vormden onder andere een linksgeoriënteerde popgroep en hadden daarnaast onder andere een eigen buttonfabriek en een kinder theater. Zjef Naaijkens, indertijd voorman van de Veulpoepers: „De Fanfare is geboren uit noodzaak. We konden met de Veulpoepers al die actiege- richte aanvragen niet aan. Bovendien stelden we met de Poepers eisen aan podium en geluid en dat kon bij veel van die spontaan georganiseerd ac ties niet. We hebben toen gezegd 'la ten we iets mobiels oprichten, waar mee we snel kunnen opereren'. We zijn begonnen met acht, negen man en binnen de kortste keren hadden we 25 leden. Nu zijn dat er 34. We stellen bij de Fanfare geen eisen aan Door Bert van Velzen Toen Hans en Grietje zich te goed deden aan het eetbare huisje van de kannibalistisch heks hoorden zij het schelle stemmetje van de feeks niet zeggen „Knibbel knabbel knuisje, wie knabbelt er aan m'n huisje", maar knoesper, knasper knuisje, wie knabbeli er aan m'n huisje." Ik heb mijn hele leven gedacht dat het knibbel knabbel knuisje was. Ook het schitterende ant woord van de beide houthak kerskinderen, die door armoe-I de radeloos geworden ouders alleen gelaten werden in het bos, ken ik pas sinds gisteren. Ik heb mij destijds laten ver tellen dat Hans tegen de heks zei dat het geknibbel (eigen lijk het geknoesper en geknasi per) door het ritselen van een boomtwijg tegen de schoor steen werd veroorzaakt. Abso luut niet waar! Het antwoord, was: „De wind, de wind, dat hemelse kind." Ongelooflijk. Ik heb dat na kunnen trekken, want ik heb nu eindelijk de sprookjes van Grimm gekregen bij wijze va voorschot op m'n verjaardag. Er wachten mij schone mo menten bij het lezen van ver halen als „Het dappere snij- dertje", „Het servet, de ransel, het dophoedje en het hoorntje" en „De gouden gans" waarvan totaal niets in de herinnering is achtergeble ven en oude bekenden als „Ta feltje dek je, ezeltje strek je, knuppel uit de zak" en „De wolf en de zeven geitjes. Schitterend! Weet u nog dat i; Roodkapje de jager de wolf aanspreekt met: „Zo, ben jij daar, oude zondaar?" In de ge sproken teksten die aan de vooravond van de tweede we reldoorlog circuleerden kwm dit soort fraaie zinswendingen niet voor. En terwijl de wolf gevuld met stenen volgens Grimm niet uit oma's bed kan komen heb ik een versie ont houden waarbij de wolf, tong uit de bek van de dorst, zich vooroverboog om te drinken uit een beek, waardoor de ste nen naar voren schoven en misdadiger verdronk. De jagi had hem trouwens met een schaar opengeknipt en niet opengeritst met een mes. Mijn hernieuwde belangstel ling voor het sprookje is opge laaid door een congres dat een maand geleden werd gehou den aan de universiteit van Princeton in New Jersey. Met name door Marxisten enfemi nisten is daar een frontale aanval gelanceerd op Rood kapje. Volgens de gebroeders Grimm droeg Roodkapje haa rode fluwelen hoedje omdat het haar lief stond, maar in oudere versies was Roodkapje het middelpunt van een gru welijk seksverhaal en was j - haar scharlaken hoed hetsym-1 ÏÏIOCIGT71C f CLZZ- OVKQStCYl CLÏC CV booi van de zonde. Roodkapje,| zo vertelden folkloristen en andere geleerden in Princetm is een seksistisch onderdruk- kersverhaal. Veel sprookjes blijken trouwens een vrouw vijandig karakter te hebben: ze worden vaak bevolkt door dwaze meiden, boze heksenen kwaadaardige moeders, die haar kinderen laten verdwa len in het bos. Door sommige sprookjes waait bovendien de geur van mensenvlees. Een muffe boel dus. De geleerden in Princeton trokken met veel spraakwat een soep van Marxistische kluiven en Freudiaanse ballet die men volgens sommigen niet meer aan kleine kindere mag opdienen. Een professor Jack Zipes van de Universiteit van Wisconsin te Milwaukee bleek zich wetenschappelijk geheel aan Roodkapje te heb ben vastgeklampt. Hij heeft een feministische versie van dit sprookje geconstrueerd. „The Trials and Tribulations of Little Red Riding Hood" is het verhaal van een moedige, intelligente meid in een we reld van kwaadaardige man nen. In Princeton zijn de sprook jesfiguren ook onderworpen aan ondoorzichtige psycho analyse; men heeft er gepro beerd door te dringen in sto koude symboliek. Roodkapje is tenslotte al vele eeuwen out De vraag is of het sprookje o negatief heeft beïnvloed. we er vrouwenhaters door ge worden? Is de houthakker door het sprookje in een ver keerd daglicht komen te staan? Ik denk van niet. Van Roodkapje hebben we geleerd dat je uit moet kijken met vreemde wolven in het bos en dat grootmoeder een behoor lijke grendel op de deur had moeten hebben in plaats van een gammele klink. Ik ga de sprookjes van Grimm lezen met een scherp oog voor de ge varen waarop men in Prince ton heeft gewezen. Ik zit me ei te verknoesperen. Ik begin i"el het sprookje „Van iemand die er op uittrok om het griezelen te leren", vervolgens komt Vrouw Holle" en dan „De roerdomp en de hop." Wantte hebben het indertijd allemaal verkeerd zitten vertellen. door Hans Rooseboom Het is aan het begin van de repetitie een wat onwennig gedoe: de heren moeten er in de eerste nummers nog een beetje inkomen. Er worden partijen uitgewisseld en ver geleken, potloodjes doorgege ven, noten bijgeschreven, mollen uitgegumd, passages geneuried, en er wordt veel gelachen. Maar dan kondigt dirigent Frits Bayens The Heat's Onaan en de band blijkt volledig warm gedraaid. Op eens klinkt daar, 'up tempo', op zo maar een voorjaarsavond in een ach terzaal aan een Bredaas pleintje, or kestrale jazz van het hoogste niveau. Swingend en met de drijfkracht van een stoomlokomotief op volle snelheid spelen de twaalf blazers van de South Point Big Band een hecht geluidsblok bij elkaar, ondersteund door een niet minder professioneel klinkende ritmesectie. De South Point Big Band repeteert. Samen met gast-solist Ferdinand Po- vel nemen zij de nummers door van de drie 'sets' die zij aanstaande zon dag ten gehore zullen brengen. Dan treden zij op voor Modern Jazz Breda, in café Het Hijgend Hert in Breda (15.00 uur). Het is zo'n beetje de af sluiting van het moderne jazz-sei- zoen, aan de vooravond van het oude stijl-gebeuren dat zich binnenkort gaat ontrollen. Iedere maandagavond speelt de big band in de achterzaal van 'De Vrachtwagen' in Breda, een openbare repetitie zogezegd. Uit die .regelmaat én de grote inzet van de bandleden is Ferdinand Povel speelt graag met de South Point Big Band Ï.:.:.S.PI s"' v s1- v.. ZATERDAG 5 mei vindt er 's middags in het Wilhelminapark in Tilburg een festival plaats van actie-orkesten, waaraan in totaal 12 gezelschappen deelnemen. Het festival is georganiseerd ter gelegenheid van het verschij nen van een live-elpee van het Tilburgse actie-orkest 'De Fan fare Van Eeuwig Durende Bij stand. Die plaat werd gemaakt ter ere van het het vijf-jarig be staan van die fanfare. Het festival is gratis toeganke lijk en zat van 13.00 tot 19.00 uur duren, 's Avonds zijn er ook nog concerten in het Tilburgse thea ter Noorderligt. Daar speelt on der andere de Zuidafrikaan Ja mes Philips met zijn band. doordat je er dan een beetje maf uit ziet, slaag je er in die mensen enthou siast te krijgen. Je verlegt dan gren zen van tolerantie en verruimt het in zicht bij die mensen. Dan blijken ze ineens waardering te hebben voor die maffe werklozen, die achter hun actie staan." „Dat zie je ook met die politie in Den Bosch. Als je voor hun belangen opgekomen bent en je komt die agen ten later bij een andere actie weer te gen, dan zullen ze toch met andere ogen naar je kijken. Je zet dan de mensen met je muziek aan het naden ken." Geert de Wit: „Ik weet uit eigen er varing wat voor effect de Fanfare kan hebben. Voor ik er in speelde, zat ik bij een studentenvakbond en bij een actie van ons speelde de Fanfare vlak voor een belangrijke stemming. Die muziek gaf ons net dat zetje in de rug, dat we nodig hadden om door te gaan." De Fanfare Van Eeuwig Durende Bijstand speelt vaak als het ware op 4 de barricade, in de frontlinie, waar de stenen je om de oren vliegen en ver vaarlijke politiehonden ingezet wor den. Hoe houdt de Fanfare zich staande bij eventueel geweld? Zjef Naaijkens: „Er zijn wel eens een instrument en een bespeler door een politiehond gebeten en we hebben meerdere malen in stenenregens ge staan. Nu stellen we dat behoud van instrument en gezondheid voorop staan. We hebben onze bus hier in Tilburg wel eens gebruikt als barri cade, maar dat was eenmalig. Want als ze zo'n ding met grof geweld gaan verplaatsen, dan zitten we wel zonder vervoer." Geert de Wit: „Als het spannend wordt, is het aan ieder voor zich om te beslissen. Ik heb bij Doodewaard ste nen en traangas genoeg gezien. Dat hoeft voor mij niet meer. Ik weet van mezelf, dat ik dat niet aandurf. Dat zelf beslissen geldt ook op momenten, dat je kans loopt opgepakt te wor den." Waar protest is, daar is de Fanfare zou je kunnen stellen. Wat heeft mo menteel de aandacht? Geert de Wit: „In de maand mei wordt overal geprotesteerd tegen het 1-juni-pakket van de regering. Met het oog op de aanvragen om bijstand, die dan ongetwijfeld zullen komen, hebben we die hele maand vrij ge houden om alert te kunnen reageren." Piet Maas: „Alles heeft de aan dacht. Sinds ik in de fanfare speel, weet ik precies wat voor acties er in het land aan de gang zijn. Je bent vol ledig op de hoogte." Muziek op de barricade De Fanfare tijdens een vredesdemonstratie in Breda in 1980: muziek is een prima actie-middel. - FOTO DE STEM JOHAN VAN GURP muzikale vaardigheden. Er zitten mensen zonder enige muzikale scho ling bij, maar ook figuren met een conservatorium-opleiding. Ze komen bij ons uit muzikale interesse en uit maatschappelijke betrokkenheid. Die twee motieven staan voorop. Het idee van een fanfare is aangeslagen. In Roosendaal is er een, in Amsterdam en Eersel zijn er en ook in Baarle- Nassau komt er een fanfare. Van Doodewaard tot Woensdrecht en van Amsterdam tot het Belgische Temze is de Fanfare aanwezig bij ac ties. Moeten die acties per se progres sief zijn? Zjef Naaijkens: „Het meest rechtse, waar we ooit voor gespeeld hebben, was een actie voor een tunnel bij Zwijndrecht. Normaal gesproken wordt er door de hele groep verga derd en dan besluiten we met zij n al len of we ergens wel of niet naar toe gaan. Daarna bekijken we of iedereen ook kan en als we een redelij ke bezet ting hebben dan gaan we. Alles bij el kaar hebben we 350 tot 400 optredens gehad. Dat varieerde van spelen voor 100.000 man op de Dam in Amsterdam voor de bond tot spelen voor een een zame dienstweigeraar, die in de bak zat." Waar links zich roert is de Fanfare dus te vinden en nog op meer plaat sen. Zijn er dingen die de Fanfare ab soluut niet doet? Zjef Naaijkens: „Als het kabinet ons zou bellen om een persconferentie op te luisteren, waarop nieuwe kor tingen op de minima worden aange kondigd, dan niet. We spelen ook niet voor politieke partijen in verkie zingstijd. De rest wordt van geval tot geval bekeken." Piet Maas: „We hebben wel de af spraak gemaakt, dat de Fanfare zelf niet de actie moet zijn. Er zijn clubs, die denken, dat als ze ons erbij halen, dat ze dan een actie hebben en kun nen volstaan met het uitdelen van pamfletten. We willen die mensen dwingen er zelf meer van te maken, maar dat valt nog wel eens tegen." Dat actievoeren in Nederland een ingewikkelde zaak is, wijst ook de praktijk van de Fanfare uit. Piet Maas: „Het is soms heel raar. Zo stonden we op een bepaald mo ment in Den Bosch te spelen bij de ontruiming van de pedagogische aca demie, waar krakers door de politie naar buiten geknuppeld werden. Een paar dagen later speelden we in Den Bosch bij het provinciehuis voor poli tie, brandweer en andere ambtena ren, die daar bij het bezoek van Riet kerk protesteerden tegen de 3 -pro cent-korting en die Rietkerk beletten weg te gaan. Dat waren dezelfde agenten, die een paar dagen eerder de PA ontruimd hadden. Je moet dan als Fanfare duidelijk het doel van de ac tie voor ogen hebben." Muziek als strijdmiddel is ouder dan de weg naar Rome. Tegenwoor dig is die manier van muziekmaken, zeker in Nederland, een zeldzaam heid. Toch is muziek volgens de Fan fare prima bij acties. Zjef Naaijkens: „Muziek is een pri ma actie-middel. Je kunt er een me ning mee naar buiten brengen. Als je in een actie-kring zit zoals bij kraak- acties, bij Doodewaard of bij stakin gen dan steekt je muziek die mensen een hart onder de riem. Soms zetten we stoom op de ketel en soms halen we druk er vanaf." Piet Maas: „Het heeft ook met tole rantie te maken. Zo hebben we bij een staking van de BBA gespeeld en Schrappen, nootjes bijschrijven, Bayens) rietblazers hun standaard-instru menten inruilen voor fluit, twee kla rinetten en basklarinet leidt tot een prachtige inzet van solist Ferdinand Povel, die verderop in het stuk wordt ondersteund door een zacht geblazen koper-ensemble, dat alles gedragen door de elektronisch versterkte zin gende bas van Mark van Rooy. Dat is ballad-spelen van klasse. partijen vergelijken (midden Frits Er is ook nog een mogelijkheid het orkest binnenkort op te radio te ho ren: onlangs zijn er opnamen ge maakt voor de Vara. Ze zullen ko mende maand worden uitgezonden in het programma 'De Vereniging'. Pre cieze dag en tijd zullen nog worden bekend gemaakt in de wekelijkse jazz-rubriek in deze krant. Aan het eind van de repetitie avond, wanneer de meeste bandleden al aan het inpakken- en-wegwezen zijn, maakt een klein groepje nog even van de gelegenheid gebruik om een kleine jam-sessie te spelen. Bete re illustratie van het speelplezier en de inzet van de South Point Big Band is er nauwelijks. „Zijn dat onze saxofonisten, of is dat de South Point Big Band?. het te danken dat er een 'sound' tot stand is gekomen die klinkt als een klok. En toch, hoe ge-olied het orkest ook klinkt als het eenmaal op dreef is ge komen, is hier sprake van een stel liefhebbers. „Wij zijn zeg maar een amateurorkest", aldus trompettist Ad Houtepen. „Maar", voegt bandleider/arran geur Frits Bayens eraan toe, „wij streven in de eerste plaats kwaliteit na. In andere steden zitten tegen woordig ook overal big bands, maar dat zijn vaak meer gezelligheidsvere- nigingen. Wij proberen gediscipli neerd bezig te zijn. Of we beter zijn dan andere big bands kunnen wij zelf natuurlijk niet beoordelen, maar wij worden al wél jaren uitgenodigd voor het TROS-big band-festival, en die anderen niet". De South Point Big Band heeft in de ongeveer tien jaar van zijn be staan een repertoire van 75 stukken opgebouwd, over het algemeen het ij zeren big band-werk. Dirigent Frits Bayens, in het dagelijks leven klank regisseur bij de NOS in Hilversum, heeft een groot deel van de arrange menten voor zijn rekening genomen, arrangementen die hij overigens ook maakt voor de Skymasters. Andere arrangeurs waarvan de band zich be dient: Thad Jones, Sammy Nestico, Jerry van Rooyen, Frans Eisen, Ken ny Napper. „Het idioom dat wij met het orkest proberen te benaderen is uiteindelijk dat van Basie", zegt Frits Bayens. „Diens behandeling van het orkest als blok, en die enorme gedisciplineerd heid zijn het grote voorbeeld". Frits Bayens leidt het orkest ont-1 spannen, maar met vaste hand. Dat wil niet zeggen dat hij zich afsluit voor suggesties uit de band. Een voor beeld tijdens de repetitie, dat tevens aangeeft dat de sfeer binnen de South Point Big Band er ook een van vriendschap en gezelligheid is. Tijdens het doornemen van het stuk Bouncing with Bud blijkt het ar rangement van Frans Eisen enige moeilijkheden op te leveren voor de sax-groep. Een keer of zes laat Bayens de vijf man (vier vaste plus Ferdinand Povel) het sax-chorus her halen, en het klinkt uiteindelijk zó mooi dat er ergens vanuit het koper wordt geroepen: „Zijn dat ónze saxo fonisten of is dat de South Point Big Band?". Iemand anders roept van achteren: „Is het geen idee om ze dat alleen te laten spelen? Hartstikke mooi. Nu horen we eindelijk eens wat ze spelen. Wat een bariton!" Frits denkt even na en zegt: „Een andere keer. Ik zal er over nadenken". De klank-veelzijdigheid van het orkest blijkt opeens bij de inzet van de ballad Easy Living, in een arran gement van Frits Bayens. Een ver rassend subtiel introotje, waarin de De South Point Big Band („Nie mand weet waar die naam vandaan komt", zegt Bayens) repeteert serieus en hard. 's Avonds na elven zijn ze nog onvermoeibaar bezig, en op de valreep komt er nog een verrassing. De bezoekers die de repetitie bijwo nen maken al aanstalten om naar huis te gaan als Frits Bayens roept: Wind Machine. Een van bovenge noemde bezoekers keert op zijn schreden terug: „Dat moet ik nog even horen! Dat is iets geweldigs". Ij lings gaat hij weer zitten. De bas brandt los in een razendsnel swingend 'up-tempo', en even later knettert het vuurwerk in volle sterk te uit de instrumenten. Dit arrange ment van Sammy Nestico geeft het orkest de mogelijkheid even alle re gisters open te trekken. Een uitsmijter die er zijn mag, van een big band die best nog wat meer bekendheid mag krijgen. Ze treden zo'n tien keer per jaar op. Dat is niet zo heel veel, dus voor de liefhebbers is het zaak zondagmiddag in de gaten te houden. Zeker omdat de South Point Big Band dan een van de beste tenoristen van Europa in haar gelederen heeft: Ferdinand Po vel (momenteel bij de Skymasters). Povel speelt niet zo vaak met ama teur-big bands, maar wil wel kwijt dat hij over de Bredase formatie zeer te spreken is. De samenwerking klinkt dan ook zeer vruchtbaar.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 27