GEKRAKEEL IN ONDERWIJSKRING OVER VOORTBESTAAN KLASSIEKE OPLEIDING (Y1 EEN NIEUW TYPE MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS «06 7ATERDAG 28 JANUARI 1984 irzetten isten ieftijd 'E LEVEN IN het tijdperk van de gro te scholen, scholengemeenschap pen,ook wel smalend leerfabrieken genoemd. De omvang van die gemeen schappen, 1000 tot 2000 leerlingen groot, brengt ouders ertoe voor hun kind naar een kleine school om te zien. Een van de relatief kleine scholen is het categorale gymnasium, dat de laatste tien vijftien jaar een sterke groei heeft doorgemaakt. Door de plannen van minister Deetman 0 de middenschool voor iedereen in te voeren staat de kwaliteit van het gymna sium echter op de tocht. Scherpen Indruk Contact Doorn Nivellering Marcus Vjlanc AUGUSTUS start in heel Neder land een nieuw type middelbaar be roepsonderwijs. Het heet bij gebrek aaneen betere benaming MDG0, wat |staat voor Middelbaar Dienstverlenings- n Gezondheidszorg Onderwijs. Een in grijpende operatie die duizenden scholie- in Brabant en Zeeland raakt. Opleidingen Toelating \A leerlen staat het bestuurscen- van de Open Universiteit, ta- c excentrisch, maar daar heeft en inmiddels vrede mee. - FOTO KLAAS KOPPE it uit cursussen die een inlei- en oriënterend karakter hebben oral bedoeld zijn om de cursist cennis bij te brengen. niet studeert voor een hbo- of rsitair diploma kan uit het tota- ierwijsaanbod van de OU naar lust scrabbelen. Van één cursus t laagste niveau tot tien tegelijk e drie de niveau's, alles is moge- n die gevallen wordt de cursus loten met een certificaat. Wil nd na drie of vier cursussen en, dan heeft hij recht op een er- dossierdiploma, waarin staat e cursussen op welk niveau met •s zijn gevolgd. Ook wordt ver- II hoeveel studiepunten het dos- iploma waard is. Omdat het di- a zijn geldigheid behoudt kun- deze punten bij een eventuele of wo-studie benut worden, tgerekend is, dat elk studiepunt enkomt met 100 uur studie. I t een bepaalde cursus voor 200 I studie, dan 'verdient' iemand mee dus 2 studiepunten. Voor volledige hbo-studie zijn mini- 1 36 studiepunten nodig, voor een ersitaire studie 54. ik het studietempo kan volledig I persoonlijke voorkeur worden I gesteld. Voorbeeld: Als iemand 12 per week aan zijn studie besteedt hij er negen jaar over om een ersitaire graad en zes jaar om HBO-diploma te halen. :t deze cijfers blijkt, dat een flinke s doorzettingsvermogen goed van kan komen. En hoewel enige I ropleiding niet vereist is om tot del te worden toegelaten is de kans! slagen geringer naarmate de ;telijke bagage minder is. at een alternatieve ou-studie nietJ ïaar weghapt, wil het bestuur ookl ens de wervingscampagne duide-| tot uitdrukking brengen om tel rkomen, dat studerenden massaall aken. Dat zou de OU immers nietl ■en een slechte naam bezorgen,f ar ook inkomsten schelen. „De OUl ■en zeer flexibele opleiding, die zo-l :1 mogelijk tegemoet komt aan del uiteenlopende omstandigheden! werkende volwassenen. Maar| t betrekking tot het niveau van c imens worden geen concessies g< in. ïr zal een zware wissel worden ge-I ikken op de eigen verantwoordeT cheid en de studiediscipline van del identen", laat een brochure lichte-] belerend weten. Jitgangspunt is, dat studenten diel n de OU een gebonden WO- oil iO-programma volgen gemiddeldl enveel betalen als bij andere instel-1 gen voor hoger onderwijs. Maar del J-student betaalt geen inschrijf-oil llegegeld, hij rekent af per cursus.l ,it bestuur van de Heerlense instel-! ïg heeft uitgerekend, dat een be-l ag gevraagd zou moeten worden! n niet meer dan honderd guldeiil r cursus van honderd uur, inclusief! t schriftelijke lesmateriaal. Minis-j - Deetman zit nog druk op dat vooi-1 _£l te broeden. 1 Een studiebeurs behoort niet tot del ogelijkheden, omdat OU-studentenJ acht worden zelf in hun levenson-l rhoud te voorzien. Voor wie de cur-J .s niet (volledig) kan betalen bestaat! mogelijkheid tot tegemoetkoming! de studie- en reiskosten. In de Kamer zal de komende maan-1 ;n nog een strijdpunt worden de mi- mumleeftijd die tot de OU toegang :eft. De minister heeft de toelatings-l ■ens verlaagd van 21 tot 18 jaai.l ooral om te voorkomen dat schoi>c*l ?n in het middelbaar onderwijs e ïog meer) met de pet naar gaan r omdat ze de OU en daarmee ee l ul achter de hand hebben als het opj „■hooi spaak mocht lopen. VVD e 'vdA vinden, dat scholieren van jar oud en wijs genoeg zijn om z 1 ie keuze te maken. In de lijn der verwachtingen 'ij at de Open Universiteit in 19®- .jL volle borstomvang is be'^1 J 3.000 ingeschrevenen telt. Het J aarom niet zo verwonderlijk, da j iestaande universiteiten en hbo-' j tellingen deze ontwikkeling met nengde gevoelens volgen. Spij' da n de weelde van het overaanbod 1 tudenten verzuimd hebben de ma 1 'an het afstandsonderwijs zélf a® 'j >oren, vrees voor een zuigeffect 1 1 ileen rechtstreeks, maar ook ind' 1 'ia een politieke steun aan de OL' mmers goedkoper werkt) on vaan over de kwaliteit van het g len studieprogramma. edesverj Maar er zij n ook enkele vrea iragen te melden. De OU heet inkele universiteiten same1"-' cingsovereenkomsten gesloten iet 'uitlenen' van hoogleraren aruik van universiteitsbibliom ;n andere faciliteiten behelzen. Door Jan van de Ven De eenheidsworst in het on derwijs, de middenschool, is in aantocht. En het ziet ernaar uit, dat het aloude gymna sium bij invoering en ver plichtstelling van de midden school niet meer kan zijn wat het was. Dwars door het ge krakeel tussen voor- en te genstanders van de midden school en gymnasiaal onder wijs doet zich echter een op merkelijk verschijnsel voor. Ouders trekken zich niets aan van de donkere wolken boven het voorbereidend weten schappelijk onderwijs. Zij V Rector Schaafsma en conrector Rombaut. voor, maar pas nadat er tot samen stellen van het keuzepakket alle stof erin is geramd. Voor wie al dat stampwerk onbe grijpelijk is of wie het stampwerk niet zinvol vindt, het nut is moeilijk aan te geven. In de maatschappelijke praktijk heeft men het oude Grieks niet nodig. Toch zou Rombaut de eer ste drie jaar niet willen missen. In de ze jaren scherpt de leerling de geest. Een verworvenheid, die in het latere leven op elk terrein bruikbaar blijkt. Nivellering in het onderwijs kan echter ook op andere wijze aan de kaak worden gesteld. Volgens rector Schaafsma heeft de nivellering zich in de Verenigde Staten het duidelijkst doen gevoelen. Het Amerikaanse schoolsysteem kent de 'high school', een met de middenschool vergelijk bare onderwijsvorm. De 'high school' heeft er naar zijn idee toe bijgedra gen, dat er in de VS nu tien procent analfabeten rondloopt. In ons omringende landen, zo weet Schaafsma, heeft men een afkeer van Ouders kiezen voor gymnasium sturen hun kinderen in toene mende mate naar het gym. Zouden /.ij medelijden hebben met een underdog? Of is er een andere grondslag, die de belangstelling wekt? Het is merkwaardig, om niet te zeggen: verheugend, dat in de strijd over de hoofden van de leerlingen -eigenlijk al begonnen ba de invoe ring van de mammoetwet- ouders van leerlingen ongewild mee gaan doen. Een grote schare leerlingen voor de 39 categorale gymnasia in ons land is immers voor beleidsvoerders moeilijk te negeren. Om een beeld te geven van de groei het volgende: het Stedelijk Gymna sium in Breda had in 1965 170 leerlin gen. Nu telt de school 495 leerlingen. Bij het Oelbert in Oosterhout stonden in 1965 235 leerlingen ingeschreven. Op dit moment zijn er 507. En Juve naat H. Hart in Bergen op Zoom huis vest nu 408 leerlingen tegen 169 in 1965. Deze drie zijn de zelfstandige^ gymnasia in West-Brabant. Of de verdubbeling van het aantal leerlin gen ook buiten dit gewest te registre ren valt, weten we niet. De voorlich ter van onderwijs-minister Deetman had geen cijfers voorhanden. Bij het nemen van steekproeven gaat men niet bij iedereen informatie winnen. Ook al is deze steekproef niet a-select, dan zou men verspreid over het land enkele scholen moeten prik ken, we wagen het erop te veronder stellen dat de Westbrabantse cijfers een indruk geven van het geheel en dat betekent: over de hele lijn gaat er een groter aantal leerlingen klassiek onderwijs volgen. Terwijl er toch geen sprake is van een geboortegolf of een nawerking daarvan. Over de groei hadden we een ge sprek met rector G. Schaafsma en conrector F. Rombaut van het Stede lijk Gymnasium in Breda. Zij veron derstellen, dat de kleinschaligheid van de school een belangrijke factor is in de schoolkeuze. Een ander facet zou de hoge kwaliteit van het gymna siale onderwijs kunnen zijn. De heren horen zo nu en dan, een diepgaand onderzoek is er op dit punt nog niet geweest, van ouders dat zij hun kind een zo hoog mogelijke opleiding toe wensen. De zo hoog mogelijke oplei ding dient dan een garantie te zijn om de grote werkloosheid te omzeilen. Of die redenatie opgaat, merkt het kind na zijn eindexamen pas. Wat hij direct indervindt, is het voordeel van een kleinschalige school. Op een school met 400 tot 500 leerlingen ken nen leerlingen elkaar en de leraren. De leraren hebben er nog geen moeite mee de leerlingen persoonlijk te be geleiden. Een wisselwerking, die zich ook uitstrekt tot de ouders. Hun aan deel in de opleiding van het kind be staat uit regelmatig contact met lera ren en in controle op het huiswerk. Volgens conrector Rombaut gaat op een kleine school het intermense lijk contact niet verloren. Een aspect dat naar zijn zeggen op scholenge meenschappen, waar duizenden kin deren lessen volgen, geheel verloren gaat. Kleinschaligheid en kwaliteit zijn aan te vullen met traditie. Het komt nog steeds voor dat kinderen naar het gymnasium gaan, omdat de ouders ook deze vorm van onderwijs hebben genoten. Hun aantal loopt echter te rug. Op het Stedelijk Gymnasium komt nog maar dertig procent van de leerlingen uit de traditionele hoek, vertelt rector Schaafsma. In het ver leden kwamen de leerlingen van het 'Stedelijk' uit Ulvenhout en Breda- zuid. Een generatie geleden was de school nog een onderkomen voor de kleine bovenlaag. Op dit moment komen de leerlin gen voor de helft uit Breda. Uit alle wijken van Breda. De andere helft woont in de dorpen in de omgeving, in Gilze, in Lage-Zwaluwe en in Zun- dert. Zij vertegenwoordigen alle 'la gen' van de bevolking. De democrati sering van het gymnasiale onderwijs zich in snel tempo voltrok- Zal de democratisering een verdere groei van de school inhouden? De on verwachte toename in de belangstel ling, prognoses lagen steeds ver ach ter op de ontwikkeling, kan niet ein deloos doorgaan, meent Rombaut. De huidige omvang acht hij nog net aan vaardbaar. Toename van de school bevolking zou de kleinschaligheid geen goed meer doen. Hij leeft in de veronderstelling, dat er een eind is gekomen aan de groei. De democratisering heeft rector Schaafsma aan het denken gezet. Als er zoveel kinderen deze onderwijs vorm zo aantrekkelijk vinden, waar om breidt de overheid de gymnasiale mogelijkheden dan niet uit. Er hoe ven niet persé gebouwen bij te ko men, waarin overal hetzelfde pro gramma wordt afgedraaid. Er zouden gymnasia kunnen komen, waarop naast de klassieke opleiding aandacht aan dans en muziek wordt geschon ken. Of instituten, die een zwaar ac cent leggen op de bèta-vakken. Op die manier geniet een groter deel van de jeugd van een kwalitatief hoogstaan de opleiding. Is het gymnasiale onderwijs dan zo bijzonder? Een folder van het Stede lijk Gym poogt de vraag te beant woorden: Grieken en Romeinen heb ben met de door hen ontwikkelde cul tuur nog altijd grote invloed on de he dendaagse beschaving van Europa en daarmee op die van een zeer groot deel der mensheid. Bij hen zijn in de oudheid de grondslagen gelegd voor het politieke en het natuurwetensch appelijke denken in onze tijd; daar ligt ook de basis voor ons denken over fundamentele vragen met betrekking tot zin en wezen van het menselijk bestaan. De confrontatie met het denken van de klassieken betekent dat de leerlingen zich moeten inleven in een andere cultuur. Daardoor wordt de kritische zin gescherpt. Enerzijds vergroot dit het vermogen om afstand te nemen van de huidige eigen sa menleving, anderzijds wordt het inle vingsvermogen bevorderd in vreem de hedendaagse culturen. De leiding van het Gemeentelijk Gymnasium staat niet alleen in het pleidooi voor hoogstaand onderwijs. Zij weet zich gesteund door ouders en vele collega's in het land. En hebben onderwijsdeskundigen uit diverse po litieke geledingen niet onlangs nog de vloer aangeveegd met de opzet van de middenschool van onderwijs-minis ter Deetman? De middenschool, een doorn in het oog van onderwijsgevenden. Rector Schaafsma kan er niet omheen. De groei van zijn school, en de andere in West-Brabant, garandeert niet, dat het gymnasium zijn de huidige vorm voort bestaat als de middenschool eenmaal gemeengoed is geworden. Mocht de middenschool voor iedereen gaan gelden dan kan de gymnasiale opleiding geheel verdwijnen, zegt Schaafsma. Voor deze boude uitspraak heeft hij hetzelfde argument als zijn collega's; „In de eerste en tweede klas van het gymnasium zijn de leerlingen bereid tot stampwerk. Iets dat ze in de vier de klas niet meer opbrengen. Kinde ren doen op hun twaalfde jaar nog wat ze krijgen aangeboden. Een paar jaar later komen ze met de vraag naar het nu ervan. Dan zou het aantal leerlingen met een klassieke oplei ding sterk teruglopen." De vrees van de strijders voor be houd van het gymnasium moge dui delijk zijn. De middenschool moet in de ogen van minister Deetman een opleiding worden waar alle leerlin gen na de basisschool drie jaar ge meenschappelijk worden onderwezen in dezelfde vakken en in een voor iedereen gelijk niveau, ongeacht de begaafdheid van de leerling, die pas na de middenschool een echte onder wijsvorm kan kiezen. De nivellering zal op de midden school toeslaan. De antieke cultuur, zo wordt gekscherend gezegd, zal plaats maken voor strijken en koken. Leerlingen kiezen na drie jaar niet meer voor zware klassieke vakken. Bovendien wordt in drie jaar -vol gend op de middenschool- niet de vertaalmachine in Grieks en Latijn gemaakt. Daarover zijn de strijdende partijen het eens. Schaafsma meent het voorbeeld al bij de hand te hebben. Gymnasiaal onderwijs wordt ook gegeven op scholengemeenschappen. Deze onder wijsorganisatie veroorzaakt 'incom plete' gymnasiasten, want zij zullen zonder dat zij zich er diepgaand mee hebben beziggehouden in een later stadium een van de twee klassieke talen laten vallen, het grieks. Op ca tegorale scholen komt dat eveneens nivellering. Duitsland, België en al die andere denken er niet over om een schoolconstructie te ontwikkelen, zo-, als de high school en de midden school. Met een middenschool, die geen rekening houdt met begaafde leerlingen, kweekt men geen gelijk heid. Begaafden worden achterge steld op minder begaafden. Ware het niet beter de democrati sering van het onderwijs aan de ouders over te laten? Hebben de afge lopen tien, vijftien jaar niet duidelijk gemaakt, dat ouders uit alle lagen van de bevolking heel goed in staat zijn hun kinderen op intelligentie aangepast onderwijs te laten volgen? Schaafsma zegt eigenlijk hetzelfde als de in dit verband al veel geciteer de communist Marcus Bakker. Bak kers uitlating: „Waarom moeten ar beiderskinderen naar de midden school nu ze eindelijk de kans hebben naar het gym te gaan en dit in de praktijk ook doen? Zet nu liever gymnasia in de volksbuurten." Schaafsma zet vraagtekens bij het nut om ons historierijke onderwijs systeem zomaar op zijn kop te zetten. Voor verbetering is alles vatbaar, maar niet op deze manier. Het grote voorbeeld Amerika voelt er zelfs veel voor zijn middenschool te vervangen door een ander systeem. Moet Deet man dan zonodig een systeem voeren dan in de praktijk elders onbruikbaar is gebleken? Vragen, vragen, argumenten. Zij schijnen niet bij te dragen aan de me ningsvorming bij onderwijs-mini- strer Deetman, die heilig overtuigd lijkt van zijn gelijk om de midden school in te voeren en daarmee het doodvonnis uit te spreken over de gymnasia. MDGO: zware bevalling Van onze onderuhjsredactie HET MDGO zal twee andere onderwijsvormen gaan ver vangen: het middelbaar huis- houd- en nijverheidsonder wijs (MHNO) en het middel baar sociaal en pedagogisch onderwijs (MSPO). Dat wordt een zware be valling, want het is meer dan een simpele fusie. Op dit moment houden zich in Nederland ongeveer 300 scholen bezig met zo'n 35 opleidingen op het gebied van dienstverlening en ge zondheidszorg. Na 1 augustus blijven er 131 scholen over, die samen tien opleidingen aanbieden. In Brabant wordt het aantal scholen gehalveerd: van 36 naar 18. Het wordt dus nogal wat op z'n kop gezet. Met name voor de leerlingen uit kleine plaatsen zal het betekenen, dat ze verder moeten reizen om de opleiding van hun keuze te kunnen volgen. Daarnaast zullen schoolbe sturen moeten fuseren, zullen direc ties hun functies verliezen en zullen docenten aan andere scholen moeten gaan les geven. Een aantal scholen heeft die 'pijn' al ervaren. In 1979 be gonnen namelijk 38 zogenaamde pro- jektscholen aan dit nieuwe type on derwijs. Ingrijpend is de operatie ook voor het lagere huishoud- en nijverheids onderwijs (LHNO), waaraan de mid delbare opleidingen tot nu toe vaak waren gekoppeld. Die raken ze nu kwijt en dat betekent dat veel LHNO-scholen een belangrijk deel van hun leerlingen en hun aantrek kelijkheid kwijt raken. Om de schade te beperken wordt daarom op veel plaatsen al gewerkt aan het opzetten van scholengemeenschappen voor la ger beroepsonderwijs, waarin dan LHNO, LTO (lager technisch onder wijs) en LEAO (lager economisch en administratief onderwijs) worden on dergebracht. De nieuwe opleidingen zijn de vol gende, met daarbij tussen haakjes het aantal afstudeerrichtingen: activitei tenbegeleiding, assistenten gezond heidszorg (3), agogisch werk (3), civie le en consumptief-technische dien sten (2), mode en kleding (3), sociale arbeid (2), sport en bewegen, uiterlij ke verzorging, verpleegkundige, ver zorgen. Daarnaast zal aan veel scholen de 'oude' Intas-opleiding (interim alge mene schakelopleiding) worden ver bonden, terwij 1 enkele scholen ook de 'oude' VHBO-opleiding (voorberei dend hoger beroepsonderwijs) krij gen toegewezen. En tenslotte is er on langs door het kabinet besloten om de havo-top (vierde en vijfde klas), die per 1 augustus vervalt aan de ver nieuwde pedagogische akademie door te schuiven naar het middelbaar be roepsonderwijs. Maar over het hoe en wie van dat laatste hangt nog een dikke mist. Wat is er nu nieuw aan deze oplei dingen. In de eerste plaats gaan ze drie jaar duren in tegenstelling tot de 'oude op leidingen' die meestal ltfe tot 2¥2 jaar in beslag namen. In sommige oplei dingen wordt die extra tijd gebruikt voor een verbreding van de opzet, bij andere voor een betere aansluiting op de praktijk en bij weer andere wor den beide aspecten benadrukt. Tweede kenmerk is dat het 'echte' beroepsopleidingen zullen worden. Dat komt onder meer tot uitdrukking in het vakkenpakket, waarin bijvoor beeld ook maatschappijleer is opge nomen. Daarnaast is er een stagepe riode in iedere opleiding variërend van 135 dagen tot een jaar, verdeeld over het tweede en derde leerjaar. Derde kenmerk is dat het examen wordt gespreid. Er zijn school beoor delingen in alle drie de leerjaren, waarvan sommige een afsluitend ka rakter hebben. Het centrale gedeelte van het examen is weliswaar in het derde jaar, maar daar mag al in het weede jaar aan worden deelgenomen. Verder bestaat het examen niet uit vakken maar uit onderdelen, die be trekking hebben op meer dan een vak. De stage is ook zo'n onderdeel en daarvoor mag geen onvoldoende wor den gehaald. De leerling die zonder examen van school gaat, kan een cer tificaat krijgen waarop de onderdelen staan die hij afgewerkt heeft. Als toelatingseis voor het MDGO geldt een Lbo- of Mavo-diploma of een overgangsbewijs van Havo naar VWO-3. Daarvan is ontheffing moge lijk, maar het ziet er nu naar uit dat er met name aan het Lbo-diploma zwaardere eisen zullen worden ge steld. De minister volgt in dat opzicht niet de aanbevelingen van de stuur groep, die zich met de voorbereiding van het MDGO heeft bezig gehouden. De bedoeling van deze hele opera tie, die ruim 54.000 jongeren raakt (waarvan 11.000 uit Brabant), is onder meer om voor 16- tot 20-jarigen bete re opleidingsmogelijkheden in het be roepsonderwijs te scheppen dan tot nu toe het geval was. Daarnaast zit er een stuk emancipatie in. Er is sprake van een dubbele positieve discrimi natie: voor jongens bij typische 'meisjes-opleidingen', voor meisjes bij typische 'jongensopleidingen'. Of al die schone bedoelingen eruit zullen komen, zal de tijd moeten leren

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 25