'aarheid Professor Oosterveld onderzoekt evenwichtszintuig in Fokker Friendship W2 JjjEN MANIER om als niet-astronaut iets van gewichtloosheid mee te maken is van een kerktoren springen. Maar die methode is niet aan te hevelen, parachutespringen met een langdurige vrije val (enkele minuten) is ook niet iets ma-rje even snel aan begint. Dan blijft er nog één mogelijkheid over: het uitvoeren van capriolen in een vliegtuig. Het is te doen een vliegtuig zodanig te laten vliegen dat telkens voor even gewichtloosheid optreedt, voor 10 seconden tot een halve minuut. if Wee gevoel Spekpa n nekoeken Draaistoel Duiven Door Bert van Velzen ichien neem ik er straks een loopje mee, maar •alsnog gaat het om de rheid. Het dynamiet irmee de routes van be- ivingen zijn geblazen door jmassieven van duisternis likke schedels. De route irop wrakke huwelijken men stuklopen. Bron van teloos lijden op de brand- >els van de waarheidspach- bron van mateloze wreed- i. leugen, zei de schrandere, htaardige denker, is een keerde interpretatie van de arheid. De absolute waar- d kan een grote leugen zijn. e vermomde leugen sneller dekt dan de gecamoufleer- waarheid? Uziet, ikzit-er e te tobben. Dat komt om- volgens een respectabele niepeiling in de elegante nday Times, de Britten mi ters, politici in het alge- en, vakbondsbonzen en rnalisten tot de minst ge- fwaardige lieden in de atschappij rekenen. Merk- ardig. Engelse journalistiek is irgaans zeer inventief. Een gelsman zou de nuchtere mpteur die bij Sonja op vi- was, stellig hebben ge logd naar de monumentale litose van leeuwen. Is het ar, dat de schroom van de mpteur die zijn hoofd in de pende muil van een niet als urotisch bekendstaande •uw schuift, minder te ma- n heeft met het gevaar dat val dichtklapt dan door het it dat de koning der dieren n ongehoord slechte adem left door zijn eenzijdige dieet i de rottende vleesresten in et want van zijn kakement? i denk dat de kwalijke leeu- nadem de oorzaak is van In zekere schaarste onder de mmers die bereid zijn het euwenbek-nummer uit te teren. Als u deze specialiteit lit hebt aanschouwd zal het u jn opgevallen dat de domp- ur, terug uit de muil, eral- jd wat bleek en betraand tziet. Waar anders dan in n Engelse krant is een be- ■cht te vinden omtrent de ntdekking van een drie ecu- jen oude plee van een pro oost van Oxford College, zo ut, na zorgvuldige analyse m ongeveer vier ton bruin, ezelachtig materiaal, kon lorden vastgesteld dat hij rote hoeveelheden kersen, lilde aardbeien, pruimen, ruiven en uit de Levant af- omstige vijgen heeft gecon- umeerd? ie ongewone waarheid is ver acht. Ga maar na: als ik in en café betoog dat er einde- ijk een doorbraak is bereikt n de studie van sneeuwvlok- en en dat iedere sneeuwvlok en eigen uniek gezicht heeft Is ik vertel dat een indiaanse aedicijnman me jaren gele ien heeft genezen van een hoofdpijn als van een domp teur die met zijn kop te lang n een leeuwenmuil heeft ge- eten; onthul dat de Ameri kaanse staatsschuld in 1835 op •en paar centen na 35.000 dol- ,ar bedroegbezweer dat Tal- ulah Bankhead om whisky leeft geroepen (Bourbon om jrccies te zijn) terwijl ze tierf; citeer uit wekelijkse profetieën die ik jarenlang mtving van een volledig in iet wit geklede zwarte man, dan zullen de omstanders zich in een dubbele nelson van on geloof met hoongelach van mij afwenden. Het lijkt soms wel of de waarheid ordinair moet zijn om geloofwaardig te zijn. Ik maak hier een uitzon dering voor bovenaardse waarheden, waar je me trou wens nooit over hoort. Volgens de Britse enquête hebben geestelijken de waar heid in pacht. Nieuwslezers bij de televisie scoren zeer hoog, hoewel ze het werk lezen van als leugenachtig bestempelde journalisten. Is dat het Em mer-effect? Het is een fascine rend feit dat de Amerikaanse tv-nieuwsman Walter Cron- kite, vaderfiguur met een grocstem, onder het volk een groter vertrouwen genoot dan God. Bij Walter kon je je geld in bewaring geven. Wat Wal ter zei was de eenvoudige, di recte waarheid. Pas er maar mee op. Zelfs wat mensen zeggen met hun laat ste adem, met één been in de hemel, heeft veelal een laag waarheidsgehalte hoewel soms een zoete charme. Goethe, een der grote Verlichters riep: „Meer licht" toen hij de laatste adem uitblies. Oscar Wilde stierf in 1900 met klachten over het behang: „Dat behang weg, of ik!" Het behang bleef. En Brendan Behan, de grote Dronkaard, de mensgeworden storm, was de ziel van ierland zelf toen een non het zweet van zijn voorhoofd wiste wijl hij stervende was. „Ah, God zegene U zuster. Mogen al Uw zonen bisschop worden". De non moet hebben gezegd: „Daar bid ik iedere dag voor.' Door Piet Smolders Al een kwart eeuw heb ik over gewichtloosheid geschre ven zonder er ooit iets per soonlijk van te hebben erva ren. In Nederland is één man die me die ervaring kon be zorgen: prof. dr. W.J. Ooster P De zwaarte kracht over wonnen: ge wichtloos zweven in de Fokker Friendship. Jl <lïÜr m Spuugzakken na gebruik dicht! veld van de Universiteit van Amsterdam. Hij onderzoekt aan boord van een Fokker Friendship van de Koninklij ke Luchtmacht het even- wichtszintuig van mensen en dieren tijdens perioden van sterke versnelling en nul- zwaartekracht. Op zijn invi tatie ging ik gretig in, niet wetende wat me boven het hoofd hing. Maar goed ook, anders was ik er wellicht niet aan begonnen. Hoe maak je gewichtloosheid in een vliegtuig? Eerst vlieg je naar kruishoogte. Daar aangekomen kun je met je kunsten beginnen. Het vliegtuig maakt een duik, alshof het een denkbeelding dal volgt. Onder in dat dal trekt het scherp op. Op dat moment wordt niet alleen het toestel maar ook alles en iederen aan boord drie keer zo zwaar als normaal. Drie g noemen ze dat in vaktaal. Vervolgens klimt het vliegtuig met gas terug over een denkbeeldige berg heen. Op de top van die klim onder vinden toestel en passagiers even precies dezelfde naar boven gerichte versnelling, zodanig dat de zwaarte kracht precies wordt tegengewerkt. Gevolg: zowel het toestel als de pas sagiers zijn gewichtloos. Maar even over de top van de denkbeeldige berg heen kan het vliegtuig niet blijven duiken. De motoren komen tot leven en trekken het toestel weer uit het dal. Zo maakt de kist de ene golf na de andere. In vaktaal: er worden pa rabolen getrokken. De praktijk is indrukwekkender dan de theorie. Soesterberg, de mili taire vliegbasis. De groene Fokker Friendship wordt volgeladen met meetapparatuur en proefkonijnen. Dit laatste deels letterlijk op te vat ten: er gaan konijnen, duiven en mensen mee. Hun gedrag zal tijdens de capriolen nauwkeurig worden geobserveerd en geregistreerd. Ik neem nieuwsgierig mijn plaats in en wacht af. Oosterveld en zijn mede werkers, waarvan sommige al hon derd keer zo'n vlucht hebben ge maakt, doen snel en geroutineerd hun werk. Ik heb me op mijn manier voorbereid: een stevig ontbijt achter de kiezen en mijn camera in de aan slag. De start. De vlieghoogte is snel be reikt. De bemanning die vandaag vliegt doet voor de eerste keer dit soort werk. Vol goede moed wordt de eerste duik ingezet. Onder in het dal klimt de g-meter voor me naar bijna 3. De wangen zakken uit, de ledema ten worden loodzwaar, mijn camera hangt als een blok om m'n nek. Het is nu zaak je hoofd stil te houden, want bewegingen kunnen het evenwicht- zintuig in het inwendige oor nu danig op de proef stellen. Misselijkheid en braken zijn dan bijna het onvermij delijke gevolg. Een gewaarschuwd man telt voor twee. Het gaat prima. De F-27 klimt het dal uit en ijlt naar boven. De g-meter loopt terug. En onverwacht is het zover: 0-g. Armen en benen (ik zit in een veiligheidsgordel) zweven om hoog, mijn camera hangt plotseling boven mijn hoofd. Leuk hoor! Mijn duim gaat moeiteloos in de hoogte, richting Oosterveld. De ervaring duurt minder dan tien seconden. Ruw worden we weer neergesmeten, alsof er plotseling een zwaargewicht op je schouders springt. Weer ruim 2-g. In-_ teressant, maar leuk is anders. En" dan opnieuw 0-g. Vroeger heb ik al tijd verondersteld dat je misschien het gevoel zou hebben te vallen. Maar nee, het is een onvoorstelbaar heer lijk bevrijd zweven, als in een droom. „Dat komt omdat je hele omgeving met je meevalt", zegt Oosterveld la ter. „Bij een gewone val zie je alles aan je voorbij flitsen en de grond op je afkomen. Dat is hier niet." Vijf, zes keer blijft de gewichtloosheid leuk. Maar dan bespeur ik plotseling een wee gevoel in mijn maag. Ik krijgt het warm, maar heb niet de kans iets uit te trekken. Intussen zijn de onder zoekers routinematig met hun expe rimenten begonnen. Maar ik zie er bar weinig van. Ik heb genoeg aan mezelf. Van foto's maken komt hele maal niets. Ik heb zelfs niet gemerkt dat m'n camera me ontschoten is en dat die gelukkig is opgevangen door Oosterveld, aan het andere eind van het vliegtuig. De ene parabool volgt op de andere. Het zweet parelt op mijn voorhoofd en gutst langs mijn slapen. Ik hou m'n uitvoerige ontbijt niet binnen, dat is duidelijk. Nog net op tijd kan ik een spuugzak pakken, die boven m'n hoofd tegen de wand zit. En terwijl het vliegtuig onverstoorbaar verder gaat met golven, golft er ook het een en ander in mijn inwendige. De ene zak na de andere wordt volgemaakt. Maar het is opletten geblazen. Bij ge wichtloosheid moet je ijlings de zak dichtknijpen, anders vliegt de inhoud weer naar buiten. Voor de gevorderden: tijdens ge wichtloosheid met je ogen dicht rondjes maken op een draaistoel. Een gewichtloze onderzoeker kijkt vanuit het bagagerek toe. „Zakken dicht!", roepen de routi niers dan tot de enkele nieuwelingen aan boord. Da's makkelijk gezegd, maar wat doe je als je die zak net op dat moment nodig hebt? Ik krijg snel een handdoek toegestopt, maar die gaat er in gewichtloosheid weer van door. Ik raak volkomen op het nul punt, niet alleen wat m'n gewicht be treft. Als iemand me nu mijn dood vonnis zou voorleggen, zou ik direct tekenen als ik overal van af zou zijn." Een koud kunstje om iemand volle dig te demotiveren", meent Ooster veld later. Nog nooit heb ik me zo el lendig gevoeld. „Smolders moest weer zo nodig", is een gedachte die ik nog net kan opbrêngen. Ik heb al eens gutsend van het zweet in een ruimte- pak rondgestapt, ben in de space shuttle en de Russische Sojoez gekro pen. Dat was allemaal aardig om eens meegemaakt te hebben. Maar dit nóóit meer. Nooit ben ik gelukkiger geweest dan toen de Friendship weer veilig aan de grond stond. Nu volgt een merkwaardige traditie, waar alleen ingewijden iets van zullen begrijpen: Oosterveld en zijn team gaan spek- pannekoeken eten in een nabijgele gen etablissement. Ik bestel een kop soep maar laat die onaangeroerd staan, terwijl de oudgedienden gretig en zonder problemen hun vettige hap verteren. Ik kan nog steeds geen ver standig »voord uitbrengen. Eigenlijk zou ik nu met Oosterveld moeten pra ten over zijn ongetwijfeld interessan te activiteiten op hoog niveau. Maar ik zeg: „Ik bel nog wel. Bedankt voor de - laten we zeggen - interessante ervaring." De ruimtevaartjournalist sleept zich naar zijn auto en rijdt in een matte stemming huiswaarts om vervolgens in bed te duiken. Wat een afgang. Pas de andere dag 's avonds kom ik ertoe Oosterveld op te bellen. Of hij zich óók ooit zo belabberd heeft ge voeld? „O ja, in het begin zag ik groen", verklaart hij vrolijk. „Maar je went er betrekkelijk snel aan. Een volgend keer zal het beslist beter gaan." Een volgende keer? Ik moet er niet aan denken. Het is eigenlijk on begrijpelijk dat er mensen zijn die nergens last van hebben, onder dit soort omstandigheden. Het is niet zo zeer de gewichtloosheid die de ellende veroorzaakt, dat is me wel duidelijk geworden. Maar het zijn die abrupte overgangen van sterke versnellingen via allerlei tussenstadia naar 0-g en dan weer die forse versnellingen. En dat, zoals ik later hoor, bij deze vlucht 44 keer achtereen. Waarom blijft een man als prof. Oosterveld niet liever met beide be nen op de grond? Omdat hij daar hoog in de lucht, afwisselend lichter dan een veertje en zo zwaar als drie soortgenoten, de wetenschap wil be drijven. Hij wil méér weten over de werking van het evenwichtssysteem. „Niet alleen van het evenwichtsor gaan in het oor, maar van het hele systeem. Daar moet je ook het ge zichtsvermogen bij rekenen en het diepe voelen van evenwicht in spie ren en gewrichten. Al die systemen werken samen en geven ons de zoge naamde evenwichtssituatie. En die wordt ernstig beïnvloed door ge wichtloosheid en hogere g-waarden - meer zwaartekracht dan normaal dus." Zowel nul-zwaartekracht als extra zwaartekracht zijn interessante si tuaties om de werking vn het even wichtssysteem te onderzoeken. Maar gewichtloosheid is natuurlijk het meest specifiek, omdsat het even wichtssysteem dsan helemaal niet belast wordt. Oosterveld drukt het poëtisch uit: „Het is zoiets als de stilte voor het oor en de nacht voor het oog. Zoiets kent het evenwichtsstelsel niet. Dus is het interessant daar eens wat aan te doen." Oosteveld onderzoekt in het vlieg tuig, dat door de Universiteit van Amsterdam gehuurd wordt van de Luchtmacht, het gedrag van mensen en dieren. De mensen, dat zijn ge woonlijk twee proefpersonen, die niet al te gevoelig moeten zijn. Want zij worden met de ogen dicht rondge draaid op een draaistoel. Er is een be paald deel van het evenwichtsorgaan dat die prikkel in het horizontale vlak oppikt. Maar dan wordt plotseling al les gewichtloos. Dat betekent dat een ander deel van het evenwichtsstelsel, dat de zwaartekracht registreert, plotseling op nul staat. En dan gaat de man of vrouw op de stoel plotse ling heel anders reageren op die hori zontale draaiing. Het evenwichtsorgaan wordt plotsklaps veel gevoeliger. En dat wordt gemeten aan de oogbeweging, die via electroden aan het hoofd wor den geregistreerd. Het oog speelt ook een rol in een ander experiment: daar wordt met een video-camera geregi streerd hoe de pupil van het oog zich verwijdt als de zwaartekracht min der wordt en zich vernauwt als de zwaartekracht groeit. In de Friendship gaan ook telkens een of meer konijnen mee, meestal zowel een konijn met twee even wichtsorganen als een waarvan het ene verwijderd is. Dat laatste klinkt niet zo leuk, maar het konijn heeft er normaal na enige tijd geen last meer van, net zo min als sommige mensen die het met één evenwichtsorgaan moeten doen. Maar in gewichtloze toestand wordt dat anders. Dat is te zien aan de bewegingen van zo'n ko nijn, terwijl het gewichtloos zweeft. Het gekke is dan dat het lijkt alsof dat beest maar één evenwichtsorgaan heeft, namelij k het uitgeschakelde. Er moet dus iets in de hersenen zijn dat die functie heeft overgenomen. „We hebben daar wel vage ideeën over, maar we weten er niet voldoende van", aldus Oosterveld. Ook de bewe gingen van de konijnen worden op vi deo vastgelegd. En dan zijn er nog de duiven. Die worden gebruikt omdat ze heel ge makkelijk te opereren zijn en zodanig dat het dier er later geen schade van ondervindt. De test die wordt uitge voerd heeft veel te maken met de zo genaamde calorisatie, die nogal eens bij patiënten met evenwichtsproble- men wordt gedaan. Dat betekent dat men warm of koud water in het oor spuit. En dat heeft voornamelijk in vloed op het zogenaamde horizontale kanaal van het evenwichtsorgaan, het kanaal dat horizontale draaiingen registreert en dat het dichtst bij het trommelvlies ligt. Maar dat beeld is nooit helemaal zuiver omdat ook de andere kanalen, die er loodrecht op Prof.W.J.Oosteveld: „...heel ge makkelijk om iemand volslagen op het nul-punt te krijgen staan, wel degelijk wat van die spoe ling voelen. De duiven, die Oosterveld bij dit onderzoek gebruikt, hebben een klein slangetje om het horizontale kanaal gekregen, waar een beetje koud of warm water doorheen geleid wordt. Op die manier kan men alleen dat ka naal prikkelen en ontstaat een veel beter beeld van de reacties, die ook weer aan de oogbewegingen worden gemeten. Deze duiven zitten vast in een kist en hun hoofd is wat men noemt ook 'gefixeerd'. En tenslotte zij n er dan ook nog ge blinddoekte duiven die in gewicht loosheid rare capriolen uitvoeren. Vogels kennen de gewichtloosheid: ze gebruiken de vrije val om zich op een prooi te storten of aan een belager te ontkomen. Maar als een vogel dat doet voelt hij de luchtstroom en die zegt hem dat hij valt. Bij gewicht loosheid in een vliegtuig is die lucht stroom er niet, maar de zwaarte kracht is evengoed weg. Je ziet dan dat die tuimelende vogels de zwaar tekracht gaan zoeken, tuimelende be wegingen uitvoeren. En het onder zoek daarvan is van grote betekenis. Oosterveld: „Dan zie je de patiënt weer opdoemen natuurlijk. Die zegt: ik heb het gevoel dat ik schuin rechtsom draai. En dankzij het on derzoek met duiven leren we hoe het komt." Tot zover de wetenschap. Enkele weken na mijn eerste gewichtloze ca priolen kom ik terug op mijn voorne men nóóit meer mee te gaan met pro fessor Oosterveld en zijn team. Dit keer moeten er opnamen worden ge maakt voor een televisie-onderwerp- je en krijg ik de kans gewichtloos door het interieur van de Friendship te gaan drijven. Ik heb me dit keer beter voorbereid: niet gegeten en en kele pillen tegen bewegingsziekte in genomen. En het gaat wonderbaarlijk goed, zoals Oosterveld voorspeld had. Gewichtloosheid is al met al zo gek nog niet. Maar even wennen is het wel. Nooit heb ik me beroerder ge voeld dan tijdens de eerste ge- wichtloosheidvlucht in het lucht macht-vliegtuig. Mijn uitvoerige ontbijt brak me lelijk op.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1984 | | pagina 21