Rode Kruis speurt in het verleden Steeds heb ik de kracht gevonden om ITMM A.AN DERGELIJKE opsporingen werken de Ameri kaanse Rode Kruis-organisaties niet mee. Die gaan er van uit, dat de Yankee-bevrijders daar na terugkeer getrouwd zijn en een gezin gesticht hebben. Hun huwelijk zou gevaar lopen, als het bekend werd. LeN KRAS voorbeeld van hoe het soms niet werkt, is de lërobic rage. Toen men zag hoe deze moderne vorm van (azzhallet door de dansscholen raasde, dachten fabrikanten |n winkeliers een fraaie markt te zien in de verkoop van Ipeciale aerobic pakjes. Corifeeën als Jane Fonda, Adèle Tjloemendaal en Doris D vertoonden hun nieuwe kunsten hiet voor niets in glanzende, kleurrijke pakjes. Alle media hebben bol gestaan van aerobic dancing en alle commercië le franje daar omheen. Maar het publiek is er niet in ge- Istapt. De dames vinden het blijkbaar toch sportiever om lZelf wat te improviseren met een maillot, een paar beenwar mers en een T-shirt, alle aansporing van tv-sterren ten spijt. |Een WARENHUISTYPE als De Bijenkorf zou in een tijd als deze in de knoei kunnen komen en het leek een jaar geleden dat dat ook was gebeurd. Het waarmerk 'exclusivi teit' van de Strategische Heroriëntatie aan het eind van de [jaren zeventig dreigde een brandmerk te worden. Ook een sjiek warenhuis moet het immers van massa's hebben die met min of meer onbestemde wensen naar binnenlopen en die als het even kan toch met een kleinigheid of meer weer de deur uit gaan. Zo'n tien miljoen mensen schuifelen jaar lijks door de Amsterdamse Bijenkorf. V OOR VEEL MENSEN knaagt de tijd aan hun bestaan. Met het ouder worden wordt het gevoel sterker, meer te wil len weten van je verleden. Voor sommigen is dat verleden een grijze mist. De mist laten optrekken en het verleden als nog invullen geeft dan rust. Geeft een stukje geluk terug. Wie WAS mijn moeder? Waar bleef mijn kind, mijn vriendin, mijn barakgenoot uit het concentratiekamp? Wat is er geworden van mijn broer die naar het Oostfront Iemand vinden, die in de mist der jaren verdwenen is, zo noemt het Rode Kruis deze taak. Een taak, gegroeid uit oorlogssituaties, waarin het Rode Kruis de contacten gaan de houdt tussen de soldaten en hun families. Geen valse ro mantiek, bezweert het Rode Kruis. Dit speurwerk moet je gewoon zien als menselijke hulp voor wie in psychische of materiële nood is. Het Nederlandse Rode Kruis beperkt zich dan niet, zoals het Amerikaanse, tot familieleden. „Een vriend is vaak belangrijker voor iemand dan een familielid." Mtvrouw Ravelli komt al snel met voorbeelden. Er komen veel aanvragen binnen uit Polen, met smeekbedes om hulp. Ouders van 20, 30 jaar geleden naar Australië of Canada geëmigreerde kinderen worden oud en eenzaam, willen weer contact zoeken met hun dierbaren, waar zij al die jaren niets meer van vernomen hebben. Het Rode Kruis slaagt er meestal wel in, na die decennia de 'mist van de ja ren' op te laten trekken. Di Me DeRTIEN jaar geleden liet de in Venraj geboren en in Sittard opgegroeide zuster Truus Lemmens haar onderwijs- baan aan een Engelse school in Karachi schieten. Gecon fronteerd met de erbarmelijke omstandigheden waarin vooral geestelijk gehandicapte kinderen in Pakistan leven, besloot zij om voortaan haar zorg op deze groep van misdeelden te richten. Vier jaar geleden ontmoette ik haar in Karachi. Haar onwrikbare vertrouwen in de Voozienigheid blijkt echter ook ditmaal terecht want ongeschonden arrive ren we bij het in wit en rose geschilderde gebouw. In een tempo dat veel jongeren maar met moeite zouden kunnen bijbenen (je ziet het haar bepaald niet aan dat ze ruim ze ventig jaar is en twee levensgevaarlijke operaties achter de rug heeft), sleept ze me vervolgens een klasje binnen waar vijftien kinderen les krijgen van een Pakistaanse onderwij zeres. Bij het ontwaren van de zuster en haar gast duikt de leerkracht als een snoek achter de piano, de kinderen gaan staan en zingen vervolgens in onvervalst Nederlands lang zal hij leven. Het IS duidelijk dat de regisserende hand van zuster Lemmens achter dit gebaar schuilgaat. Op deze manier wil zij via haar kinderen haar dankbaarheid tonen voor de goedgeefsheid van de lezers van onder andere De Stem die vier jaar geleden na het verschijnen van het eerste verhaal over Truus Lemmens spontaan naar de portemonnee gre pen en een bijdrage stortten op het gironummer van het 'thuisfront zuster Lemmens'. Een DAG doorbrengen met zuster Truus Lemmens en haar kinderen zorgt voor ontroering en werkt tegelijkertijd LTERDAG 24 DECEMBER 1983 VERVOLG VAN VORIGE KERSTmm (3e - M li W \GES ZIJN grillige en daarom wat riskante verschijn selen voor een winkelier. „Het probleem is vaak niet wal te Jopen, maar hoe veet'legt Kessels uit. Met trends ligt dat landers dan bij rages. Die blijken met redelijke zekerheid voorspelbaar te zijn, ook voor een langere periode. Zo is ;men er bij De Bijenkorf van overtuigd dat het wit-virus nog ■lang niet is uitgewoed. Wit aardewerk, witte stoffen, witte Imeubels. Dat de niet-kleuren overheersen (in de wintermode voeren wit, zwart en grijs de boventoon en in het voorjaar overheersen naturel kleuren) heeft volgens de trendgevoeli- |ge deskundigen te maken met het crisisgevoel, dat ook een |hang naar eenvoudige, natuurlijke materialen en vormen te- Iweeg heeft gebracht. INu ECHTER steeds minder mensen over een exclusieve l beurs kunnen beschikken, is de strategie van De Bijenkorf I lichtelijk bijgesteld. 'Veel smaak voor weinig geld' is de vlag I waaronder nu een meer gevarieerde lading schuil gaat. Ex clusiviteit en stijl gepaard aan praktisch en betaalbaar. Het vele wit sluit daar volgens de deskundigen logisch op aan. Wit (door Louis vanpast in zekere zin bij de crisis. Bij De Bijenkorf verwachten ze ook voor Kerstmis 1984 nog veel wit. Dus? en geldt ongeveer hetzelfde te loodjes het zwaarst. Een- trbeeld, dat de warenhuizen december over de toonbank, ■en geheid decemberartikel. t bij de warenhuizen 36% in er. Ook duurdere artikelen 'emakkelijker de winkeldeur nmervolle tijden. Speciaalza- uur en audio/video etc. ver- t meer dan in een gemiddel- ijenkorf-inkoopdirecteur Jan aas zit hem een beetje dwars, ook, want nergens wordt de als in Nederland. Maar voor beter zijn als men zich op het en. In de Verenigde Staten oop genomen naar Kerstmis er wordt de kerstsfeer opge- nkelier zal echter aan Sin- :n, of het hem nu te pas komt ebben we geprobeerd om het nterklaas en meer aandacht te :er cadeautjes in onze publica- november. Maar Nederland klaas is echt heilig, dus. nterklaas dan maar tegen het- adden evenmin weinig succes. Bijenkorf-warenhuizen twee aide weinig uit. Elk feest heeft t rode tinten in de winkels, de n groen, zilver en goud. Dat Daar helpt geen lieve moeder iters winkelvloer moeten daar- lecember bliksemsnel in kerst stand van Sinterklaas tegen de taar de achtergrond te dringen, en de reclamejongens niet naar ren met het publiek. Kessels: iben natuurlijk wel invloed op gedrag van de mensen. Als AH beïnvloedt hij de markt. Nou ig om dat niet in juni te doen, allen. Dat geldt ook voor ons.' nvloed op de vraag. Maar dat ogte". DE VOLGENDE KERSmwA Wie Was Mijn Moeder? DOOR RINZE BRANDSMA EEN NEDERLANDSE vrouw van nog geen 40 jaar. De la te ontdekking dat je ouders je ouders niet zijn. Het spoor te rug is er, maar reikt niet ver genoeg. Stukje bij beetje leert ze, dat ze in Oostenrijk geboren is, in de chaotische situatie van vlak na de oorlog geadopteerd door een daar verblijvend Ne derlands echtpaar en meegenomen naar Nederland. Er kwam een geboorte-acte boven tafel. Haar 'biologische ouders' (zo heet dat heel klinisch) bleken niet getrouwd geweest, maar wel was de baby door de vader erkend. Ze ging zelf zoeken in Oostenrijk, met die paar puzzelstukjes in de hand, maar kwam niet verder. Haar vroege verleden bleef in de mist. Toen een brief en wat telefoontjes naar het Rode Kruis. Bin nen 14 dagen was haar vader gevonden, binnen 2 maanden de moeder, dankzij gerichte navorsingen in archieven en een ra dio-oproep. Die wilden dolgraag het contact herstellen, waren ook elkaar na de geboorte van het dochtertje kwijtgeraakt. En de dochter reisde alsnog haar verleden tegemoet. Zij heeft er twee ouders bij, heeft haar Oostenrijkse halfbroers ontmoet. Haar hartewens werd vervuld, en meer dan dat. Minstens drie mensen werden gelukkig gemaakt, kregen rust nu alle gesloten deuren opengingen. moest? Het opsporen van zoekgeraakte familieleden is een van de minder bekende taken van het Rode Kruis. Minder bekend, een taak die zelden in de publiciteit komt, maar wel een uiterst dankbare klus, die vaak succes heeft. ^OOR mevrouw Helene Ravelli, medewerkster op het In formatiebureau in Den Haag van het Nederlandse Rode Kruis (hoofdkantoor) is het 'opsporing verzocht' een dage lijkse klus. Dankzij de wereldwijde organisatie van het Ro de Kruis, een dicht netwerk met plaatselijke medewerkers in alle mogelijke landen, brengt zij zoekgeraakte familiele den en vrienden weer bij elkaar. VLAK VOOR de oorlog was haar beste vriendin, een Jood se Amsterdamse, in 1939 naar de Verenigde Staten gegaan. Haar vader en een andere zus bleven achter, wilden liever af wachten. De zuster wist in de oorlog buiten de handen van de Duitse Jodenjagers te blijven en vluchtte naar het buitenland. De vader, een slager uit Winterswijk, kwam om in een concen tratiekamp. Begin dit jaar kwam het Lnformatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis op verzoek van de vriendin in ac tie. De zus in kwestie bleek inmiddels in de PS overleden, maar 3 andere zussen werden wel gevonden, waaronder een in Zuid- Frankrijk. Niet veel later werd na 44 jaar het contact hersteld. Een van de zussen, Boortje (Deborah, in de VS werd ze Debby genoemd) Blom, kwam over naar Winterswijk. Voor koffie met appelgebak. En een heleboel bijpraten. C* VJEEN psychische nood? Die vrouw liep er steeds mee rond. Zoiets kan een obsessie voor je worden. Maar dit ge val was voor ons vrij eenvoudig. Wij hebben gegevens van veel kampen in huis: 3 miljoen registratiekaarten, 275.000 dossiers, van de Tweede Wereldoorlog in Europa en Azië en van na de oorlog. "1NJ 1N EE, voor een leuke reünie of zo doen we het niet. En sinds begin dit jaar moeten we een tegemoetkoming vragen, 35. Kostendekkend is dat niet, het is meer een bijdrage in de kosten." Een particulier, die zelf de opsporing ter hand zou nemen, is een veelvoud van die kosten kwijt. Bovendien heeft het Rode Kruis een gemakkelijke toegang tot Veel in stanties, dringt sneller door tot de informatie. Voor een ge slaagde opsporing zijn op z'n minst geboortedatum en -plaats nodig, of anders het laatst bekende adres. Wat dan volgt is geen Sherlock Holmes-speurneuzerij. Met of zonder vergrootglas, mevrouw Ravelli kijkt dan allereerst in de eigen archieven. Want meer dan de helft heeft betrekking op de oorlog. En anders worden gemeentelijke bevolkings archieven aangeschreven. 'E OORLOG heeft ook voor veel Nederlanders hun vroegste verleden in nevelen doen hullen. Bij het Rode Kruis komen nog steeds veel verzoeken binnen van kinde ren die ergens in de Verenigde Staten of Canada hun vader zoeken, verwekt als zij zijn in de feestroes van de bevrij dingsdagen. EVROUW Ravelli: „Wij zeggen dan: maar dat kind heeft er óók recht op, de vader te kennen en te ontmoeten." Op tactische wijze wordt zo'n Amerikaanse vader via maat schappelijke werkers daar dan vaak toch benaderd. Wil de vader niet, dan houdt het op en geeft het Rode Kruis zijn naam en adres ook niet door. Een dergelijke opsporingsac tie leidt dan ook maar heel zelden tot een contact. Meestal wil de echte vader met rust gelaten worden en niets meer weten van wat het gevolg was van die vluchtige relatie van toen. V EEL werk heeft het Rode Kruis aan geadopteerde kin deren van een jaar of 20, 30, die alsnog hun ouders willen zoeken. Een voorbeeld van een opsporing die op zich slaag de, maar toch niet het gewenste succes had; gelukkig gaat het meestal wèl goed. LAK VOORDA T de Jappen kwamen werd een kind gebo ren. De ongehuwde moeder gaf het kind korte tijd later in het Jappenkamp aan een Nederlands echtpaar, dat in die onzeke re dagen ook in het Jappenkamp zat. Na de oorlog vertrok paar met kind naar Nederland. Het kind groeide daar op en heeft nooit anders geweten dan dat het haar echte ouders wa ren. Vlak voor zijn overlijden maakte de pleegvader haar met haar ware verleden bekend, gaf haar een foto en gegevens van haar eigenlijke moeder. Het Rode Kruis, gevraagd om hulp, vond via haar archieven de moeder snel. De vrouw bleek zelfs in Ne derland te wonen, maar wilde geen contact, wilde ook niet ver der geconfronteerd met dat stukje moeilijk verleden. M EVROUW Ravelli: „Dan houdt het voor ons op, he- Z US TER Lemmens en de Nederlandse Consul laas. Maar we schrijven wel te hopen dat het contact later alsnog tot stand mag komen." Zoals gezegd: meestal lukt het wel en ontstaat het hartverwarmend contact, dat beide partijen dan al tientallen jaren vurig gewenst hadden. Dankbaar werk. Zoals de heel moeilijke, maar leuke opspo ring van de Thaise moeder. /EN DOCHTER in Thailand zocht haar moeder. Die moe der moest in Nederland wonen. Indertijd had zij een Neder landse KNIL-militair leren kennen, die als krijgsgevangene in Thailand zat. De Thaise was eerder getrouwd geweest met een Thai en had al een dochtertje. De moeder trouwde met de Ne derlander en volgde hem naar Indië en later naar Nederland. Samen kregen ze een stel kinderen. Bijna 40 jaar later vroeg de achtergebleven Thaise dochter vanuit Bangkok om opsporing van haar moeder. Zij had wei nig gegevens, wist ook de naam van de Nederlandse militair niet, geen geboortedatum, slechts dat hij met haar moeder 'er gens in Nederland' woonde. Een fotootje uit Thailand van de moeder met haar tweede man en kinderen hielp tenslotte. Het Rode Kruis zette een adver tentie in Moesson, een blaadje voor oud-'lndischmensen', met het kiekje. Er volgde al snel een telefoontje. De moeder wilde graag con tact met haar verre dochter. Adressen werden uitgewisseld, daarna brieven met Bangkok. De families over en weer waren dolgelukkig. De dochter had haar moeder teruggevonden, de moeder de dochter. Zuster LEMMENS DOOR HARRY VERMEULEN Naar aanleiding van het verhaal in De Stem werd door een groot aantal lezers een bijdrage gestort op het gironummer van het Thuisfront Zuster Lemmens. Deze spontane actie le verde ruim tachtigduizend gulden op, een bedrag waarvan zuster Lemmens een compleet nieuw tehuis liet neerzetten. Onlangs was ik in het kader van het hockeytoernooi om de Champions Trophy in Karachi en ontmoette Truus Lemmens voor de tweede maal. We brachten een bezoek aan het nieuw gebouwde tehuis waar weeskinderen onderdak hebben ge vonden. kLS NEDERLANDSE die al ruim veertig jaar in Pakis tan woont en werkt, heeft zuster Truus Lemmens zich alle gewoontes van dit Westaziatische land eigen gemaakt, het geen bijvoorbeeld impliceert dat het krankjoreme verkeer van Karachi totaal geen indruk op haar maakt. „Niet bang zijn" is het optimistische devies van de in sarong geklede reglieuse, een motto waarmee ze haar bijrijder tijdens rit van Lemmens Home - het tehuis voor geestelijk gehandicap te kinderen - naar haar gloednieuwe tehuis voor weeskinde ren, diverse malen de stuipen op het lijf weet te jagen. "W tt EET JE wat al jullie lezers samen opgebracht heb ben", zegt ze wanneer ik van de eerste verbazing bekomen ben. „Tachtigduizend gulden, is dat niet prachtig? Ik heb er dit schitterende nieuwe tehuis van kunnen laten bouwen. Hier wonen de kindertjes die geen ouders en ook geen on derdak meer hebben. Ik ben blij dat ik voor hen nu ook iets kan doen. Wil jij al die lieve mensen in Nederland mijn dank overbrengen. Ze beseffen waarschijnlijk zelf niet hoe veel goeds ze met hun giften hebben gedaan." LEES VERDER OP DE VOLGENDE AfflSr-PAGINA I "1

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1983 | | pagina 23