Ei GENTLEMEN] „JE HOUD HET NIET VOOR MOGELIJK HOE GEWELDDADIG DEZE AARDIGE MENSEN ZIJN" SPITTENIN REACANS EL SALVADOR uiua gBffiPBBfJ!!! Stille—Oceaan n El Salvador is elke stap naar gerechtigheid tegen je eigen belang. Je weet nooit of je niet om hulp gaat bij een handlanger van de moordenaars. In de afgelopen jaren vielen 40.000 Salvadorianen door moordenaarshand naar er zijn momenteel maar twee zaken in onderzoek, een daarvan - een moord op vier nonnen - onder Amerikaanse druk. Een reportage uit een gewelddadig land. Spoorweg Panamerikaanse weg GUATEMALA] HONDURAS ZONA X Ihalchüapa' ^cajutg NOORD-x \AMERIKA ZUID- AMERIKA door Bert van Velzen Ik lig in bed met de maitresse van de Engelse gentleman, de vrouw van de Engelse gentle man en de Engelse gentleman zelf. Schrik niet, hier is geen ambt-1 tieus en zondig bedrijf gaande Ik ben getroffen door de gesel van de griep en probeer door aandachtige lezing van drie slanke boekjes het mysterie van de Engelse gentleman te doorgronden. De studies over respectievelijk de Engelse gentleman, zijn vrouw (onge twijfeld een Lady) en zijn maitresse zijn geschreven door I Douglas Sutherland, een heer van stand die een tochtig kas teel bewoont in een onher bergzaam deel van Schotland. „The English Gentleman" ver- scheen vijfjaar geleden; het was een gebeurtenis die de voorpagina van The Times haalde die er toen nog op wees I dat een gentleman zijn zak doek niet uit zijn mouw be hoeft te halen. Bovendien was het al vast komen te staan dat iemand die een bolhoed draagt en een streepjespak en voor zien is van een hyperslanke paraplu, veelal geen gentle man is maar werkzaam bij een I bank of betrokken bij de han del in goud of waardepapie ren. Een echte gentleman werkt niet. In ieder geval niet in Engeland. Gentlemen behoren een van vele open haarden voorzien huis te bewonen in afgelegen gebieden waar men npg ge huchten en buurtschappen aantreft als Hogsnorton-in- the-Wold of Blistering-under- Wychwood. Daar heerst een eeuwige kalmte, slechts af en toe onderbroken door het schelle ritueel van de vosse- jacht. Wij zouden niet als een Engel se gentleman kunnen leven. We zouden, geplaagd door jicht, tocht en een verwarren de gedragscode, tegen onszelf gaan demonstreren. Zelfs in bed ontbreekt het de gentle man ernstig aan comfort. Hij slaapt in flanel, alsof op de weg naar Groenland en niet zelden bewandelt hij het land schap van zijn nachtelijke dromen met slaapsokken aan en een warme muts op. Vol gens Sutherland is de Engelse gentleman niet erg roman tisch; zijn vrouw krijgt al een kleur als hij haar, zich buiten gehoorsafstand wanend „dear old bag" noemt, dat wellicht als „goeie ouwe baal" vertaald moet worden. Als hij haar „dear old faggot" noemt is ze de hele dag warm, ook al giert de wind door de kieren. De gentleman is dus niet lyrisch- romantisch en zijn bed is een gevarenzone. Hij deelt het met een of meer van zijn honden, die er niet voor terugdeinzen zich met het minnespel van de baas te bemoeien. Af, Bran- dy!Lig! Caesar! Grotere hon detypen, de zwarte Labrador en opwaarts, genieten de voor-1 keur van de Engelse gentle man. Hij houdt van zijn vrouw, maar meer nog van zijn hond. De wederzijdse waardering neemt met de ja ren toe. Ook de vrouw van de gentleman is dol op honden, doorgaans van kleiner for maat, soms met halsbanden die bezaaid zijn met edelste nen en winderig door de vele bonbons. Het mysterie rond de Engelse gentleman verdicht zich in Sutherlands tractaat over de gentleman en zijn maitresse. Hadden we niet altijd gedacht dat gentlemen er geen wai tresses op na hielden? Fout! Alweer verblind door het zwa re rookgordijn. Koning Ed ward VII, keizer der boudoir leeuwen, was hun patroon Lloyd George was de begaafd ste minnaar onder de politici Voorde banale term „vreemd gaan" hanteert de gentleman precieuze uitdrukkingen als „to take tea at the Ritz", thee drinken in de Ritz of spreekt hij vermoeid over „alliances de la main gauche", allianties van de linkerhand, waarbij de rechterhand maar al te goed wist wat de linkerhand doet. In het maitressewezen blijkt aardig de klad gekomen. De grote tijden zijn voorbij. Met onverholen nostalgie herin nert Sutherland aan de be faamde Lord Hertford, die in 1855, tegen de uitkering van de som van een miljoen francs, werd toegelaten in het bed van Virginie, maitresse-en-titre van Napoleon III. Daar word F toch wel even stil van. En daar was, op het hoogtepunt van het Victoriaanse tijdperk, dat zelfs pianopoten aan het wel lustige oog meende te moeten onttrekken, Emma Crouch, zich Cora Pearl noemde en die een breed spoor van financiële rampspoed trok door de hoog ste lagen van de Europese aris tocratie. In korte tijd vergaar de en verspilde zij vijftien miljoen pond sterling. Dat be staat nu niet meer. Sutherland meent dat het financiële be leid van achtereenvolgende na-oorlogse regeringen veel onheil heeft aangericht. Dat de maitresse niet als een bui tengewone last kan worden opgevoerd voor de belastingen beschouwt hij als een groot onrecht. Ach, we moeten alle maal inleveren. El Salvador: te laat voor de mildheid? Door het kogelvrije glas van de Amerikaanse ambassade-auto, een blik op het partijbureau van de Christen-Democraten. Tonnen en zandzakken tegen de doodseskaders DE WEG van het vliegveld naar de hoofdstad San Salva dor is dertig kilometer lang, eenzaam en aardedonker. De auto die ons vervoert is van de Amerikaanse ambassade. De ramen zijn dubbeldik ge maakt met kogelvrij glas en de rest van de carrosserie is aan de binnenzijde met extra stalen platen bedekt. Het re gent onbedaarlijk. Niemand in de auto zegt een woord. Iedereen weet dat de guerrilla op deze weg herhaaldelijk aanvallen heeft uitgevoerd en dat een Amerikaanse ambassadewagen een aantrekkelijk object zou zijn. Plotseling drukt de chauffeur krachtig op de rem. Vanuit het spook achtige duister komt een man in ge- vechtspak en met een machinegeweer op onze stilstaande wagen toegelopen. Hij blijkt een regeringsmilitair, die het verkeer controleert. We halen op gelucht adem. Wie zich in gevaar acht is dankbaar voor elke bescherming, of die nu van rechts komt of van links. In het comfortabele hotel valt de laatste spanning van ons af. Het is droog geworden en bij het verlichte zwembad strooit een orkest Spaanse akkoorden in de zwoele avondlucht. Sinds in El Salvador de burgeroorlog de toeristen weghoudt, leeft .het hotel van buitenlandse journalisten. Een Canadese collega zit aan de bar. Hij klaagt dat hij moeilijk de leiders van de politieke partijen en van de guer rilla te spreken kan krijgen. „Ieder een schermt zich af. Er zijn in dit land in de afgelopen drie jaar veertigdui zend politieke moorden gepleegd. Niemand vertrouwt iemand." ZATERDAGOCHTEND schijnt een hevige tropenzon op San Salvador. De stad is de mo dernste van heel Midden- Amerika. Er is druk verkeer in de brede avenues. In de talrijke parken staan bomen en planten in oogver blindende bloei. Het is altijd lente in dit paradijselijk heuvelland aan de Stille Oceaan. In de gepantserde auto arriveren we bij de Amerikaanse ambassade, die van buiten op een concentratie kamp lijkt. Op alle hoeken in de vijf meter hoge muren zijn wachttorens gebouwd, waarop zwaar bewapende militairen de omgeving afturen. Voor we de poort van deze vesting door mogen, valt een van de bewakers op zijn knieën om de onderkant van ons vervoermiddel op kleefbommen te in specteren. Binnen de muren staat het ambas sadegebouw in een sprookjesachtig mooie tuin. En binnen het gebouw worden we door diverse diplomaten uit Washington bijgepraat over de ontwikkelingen in El Salvador. Dit (met 4,8 miljoen mensen) over bevolkte landje ter grootte van half Nederland zuchtte tientallen jaren achtereen onder militaire dictators, maar heeft sinds de 'vrij eerlijk ver lopen' verkiezingen van maart 1982 een burgerregering, waarin alle vier de grote politieke partijen zitting hebben en waarvan de partijloze pre sident Magana de leiding heeft. Als belangrijkste programmapunt 'is de regering thans de meest pro gressieve landhevorming aan het doorvoeren die enige Latijnsameri- kaanse staat ooit heeft gezien. In 'fa se 1' zijn alle 'hacienda's' van meer dan 500 hectaren onteigend en onder gebracht in coöperaties van landar beiders, die nu zelf eigenaar zijn ge worden. In fase 3 hebben alle landar beiders en pachtboeren die op een eigendom van minder dan 100 hecta ren werkten, het recht gekregen om die grond - via een overheidsbank - in stukken van minimaal 7 hectaren op te kopen. In totaal is nu 22 procent van de Salvadoraanse landbouw grond herverdeeld en heben 500.00 'campesino's' (kleine boertjes) en hun gezinsleden daarvan geprofi teerd. IAAR ACHTER de fraaie statistieken staat de grim mige werkelijkheid dat de - belangrijkste - fase 2 (herverdeling van eigendommen tus sen 100 en 500 hectaren) wegens poli tieke botsingen binnen de regering waarschijnlijk niet meer door zal gaan en dat de fase 1- en 3-boeren letterlijk onder vuur liggen van zowel Roberto D'Aubuisson staat ons te woord. De leider van de extreem-rechtse Arena-partij zou het brein zijn achter de slachtpartijen die de doodseskaders dagelijks aanrichten onder rechtzoekende Salvadoranen. de rechtse doodseskaders als van de linkse opstandelingen. De guerrilla's vinden de landhervorming maar een sociale schijnvertoning, omdat de re gering onder meer via landbouw- prijspolitiek en het toestaan van rechtse terreur de kleine boeren arm en angstig zal houden. „Zodra de nieuwe coöperaties hun suikerriet gaan planten wordt er geschoten vanuit de bergen", zegt een Ameri kaans diplomaat. De guerrilla-troe pen, waarvan de FMLN de belang rijkste groep is, telt naar schatting 5000 tot 7000 man. Ze zijn zeer gedis ciplineerd en beschikken over de mo biele radiozender 'Wij zullen over winnen', die op vaste uren overal in het land te horen is. Het belangrijkste doel is de vernieting van 's lands eco nomie. Daartoe blazen ze bruggen op en plegen ze voornamelijk aanslagen op het electriciteitsnet. Vorig jaar heeft eenderde deel van El Salvador (het gebied ten oosten van de Lempa- rivier) gedurende eenderde van de tijd zonder stroom gezet. Hetzelfde landsdeel is grotendeels feitelijk in handen van de guerrilla. Het rege ringsleger heeft er een speciale Ame rikaanse helikopter ingezet, waarmee men niets anders doet dan opgeblazen electriciteitspalen vervangen en lei dingen weer aan elkaar knopen. Ook in de provincie San Vicente, vijftig kilometer oostelijk van de hoofdstad, en Chalatenango in het noorden is door de opstandelingen tot 'bevrijd gebied' verklaard. Ze vallen er voortdurend de posten van het Sal vadoraanse leger aan. „Die posten be staan uit een man of veertig. De guer rilla trekt daar omheem tienmaal zo veel mensen samen en wint dus al tijd". Volgens de Amerikanen hebben de opstandelingen jarenlang via ge heime transporten door de lucht en overzee massa's wapens en tal van instructeurs aangevoerd gekregen vanuit het met Cuba en de Sowjet - Unie verbonden Nicaragua. Maar die bevoorrading is nu door het Salvado raanse leger goeddeels afgesneden. HET NATIONALE leger telt 40.000 man. De Amerikaanse militaire bemoeienis met El Salvador bestaat behalve uit wapenzendingen uit 55 militiare in structeurs. Zij zijn ingeschakeld in de speciale training van 36 nieuw ge vormde 'contrasubversieve' batal jons, die zich in anti-guerrilla-acties bekwamen. Een van de Amerikaanse instructeurs verklaart: „Je houd het niet voor mogelijk hoe gewelddadig dit volk is. Het zijn aardige mensen, maar ze hebben nu eenmaal de cultu rele erfenis om hun geschillen op bloedige wijze te slechten. Voor het uitschakelen van een guerrilla-een heid leren wp ze om met drie in plaats van vier groepen te opereren: een omsingelings-, een aanvals- en een steungroep. Zij plachten daarnaast nog een macheta-groep te hebben. Dat zijn de jongens met de lange mes sen, die de zaak folkloristisch afwer ken." In maart 1984 zullen er in El Salva dor, zo heeft de regering beloofd, nieuwe presidentsverkiezingen plaatshebben. De grootste rivalen zullen opnieuw zijn José Napoleon Duarte voor de vooruitstrevende christen-democraten (de partij die de landhervorming en de onteigening van banken en export-industrieën doorvoerde) en de aartsconservatieve Roberto d'Aubuisson van de Arena partij welke door velen wordt gezien als de inspirator van de gevreesde doodseskaders. Thans hebben de christen-demora- ten van de zestig parlementszetels er 24 en Arena 19. Inspanningen van de regering zijn er op gericht de guerril la de wapens te doen neerleggen en als linkse politieke partij te laten deelnemen aan de presidentsverkie zingen die voor volgend jaar zijn ge pland. Er is binnen de regering een 'vredescommissie' opgericht die tot dusver weinig vruchtbare gesprek ken - buiten het land - voert met de politieke leiders van de opstandelin gen. „Wij schatten dat uitgesproken links in vrije verkiezingen zo'n 15 procent van de stemmen zou kun nen krijgen. Het lijkt er op dat ze 'daarom niet geïnteresseerd zijn in verkiezingen", aldus een van de Ame rikaanse waarnemers in San Salva dor. DIE MIDDAG gaan we een stukje landhervorming in de praktijk bekijken. We verla ten de hoofdstad in westelijke richting. Langs ons glijden lemen hutten en wuivende bananenbomen met in hun schaduw de eeuwige kof- fieplanten. Op smalle lapjes grond groeit suikerriet en rijst. Aan de oever van een kleine rivier doen vrouwen de was. In de stad Armenia zijn de straten onverhard, de huisjes donkere holen in de pijnlijk felle zon, de kinderen in lompen gehuld en de zwerfkatten en -honden mager als de dood. Na een bocht verandert de straat in een steil afdalende landweg. Even later lopen we met 12 campesino's in een lange rij door de jungle naar het nieuw ver worven land. Felgekleurde vogels schreeuwen galmend door de wilder nis. Als we uitkijken over de open plek, waarop suikerriet groeit, vertel len de 'fase 1-boeren' dat de oor spronkelijke eigenaar hen aanvanke lijk van het land had gejaagd en er handlangers op aan het werk had ge zet, opdat die de percelen zouden kunnen aankopen. „Maar het leger is gekomen om ons er weer op te zet ten." Hun woordvoerder, de trotse boer Erasmo Caceres, vertelt een ge zin met twaalf monden te moeten voeden. „Het gaat nu veel gemakke lijker dan vroeger, want het land is nu van ons zelf en we werken har der." We rijden terug naar San Salvador met de onbeantwoorde vraag hoe ty pisch dit stukje landhervorming is voor de rest van het land, waar - ver van de hoofdstad - behalve de guer rilla's, de doodseskaders en afgezon derde legereenheden vrij spel hebben. De tocht gaat over de Panamerican Highway, een smalle tweebaansweg die ten oosten van de hoofdstad sinds enkele dagen is afgesloten omdat de opstandelingen hem in handen heb ben. In de berm sjouwen vrouwen en meisjes met zware bossen hout op het hoofd. De mannen verplaatsen zich, zonder bepakking, gemotoriseerd. Ze puilen in grote trossen uit streekbus sen en vrachtwagens. Maandagochtend zit aan een don kere ovale tafel in een sober vertrek mgr. Ricardo Urioste, vicaris-gene raal van het aartsbisdom San Salva dor. Hij is geladen. „De overgrote portie van het geweld in dit land komt van uiterst rechts. Van de veer tigduizend doden in de afgelopen drie jaar komen er 32.000 op rekening van fascistische groepen. En er zijn van daag in El Salvador maar twee moordzaken juridisch in onderzoek. Eén daarvan is - door Amerikaanse druk - de moord op vier Amerikaan se nonnen. De regering wil blijkbaar extreem-rechts niet controleren. En toch zegt president Reagan over El Salvador, om zijn economische en mi litaire hulp aan dit land te verdedi gen, dat „de mensenrechtensituatie hier verbetert." Dat is objectief on waar. De doodseskaders zijn sinds enkele weken actiever dan ooit. Deze week heeft de 'Maximilian Hernan dez Brigade' openlijk toegegeven vier vakbondsleiders te hebben vermoord. Zij komen nooit voor de rechter. De meeste rechters zijn trouwens ver moord." DE BISSCHOP zet de verlam mende spiraal van de terreur uiteen. Hoe getuigen van poli tieke executies niet naar de politie durven lopen omdat de be trokken ambtenaar zelf tot een moordbrigade kan behoren. Hoe nie mand bij een krant zal aankloppen omdat die krant zijn of haar verhaal toch niet durft te publiceren. „In dit land is geen perscensuur nodig. Bij kranten die te ver gaan worden bom men geplaatst, zoals ook het katholie ke radiostation is opgeblazen. We zijn in de situatie terechtgekomen dat voor de mensen elke stap naar recht vaardigheid tegen hun eigen belang is. Dat is eigenlijk al eeuwen zo. De bevrijding uit de slavernij maakte de Salvadoranen armer dan tevoren. En nu betekent een verzoek om gerech tigheid meer kans om vermoord te worden." Het aartsbisdom heeft in San Sal vador een eigen mensenrechtenbu- reau in het leven geroepen, waar da gelijks tientallen burgers aangifte komen doen van de verdwijning van of de moord op een hunner geliefden. Hoofd van het bureau is de - zo ver zekert ons een Amerikaans diplo maat - 'onvoorstelbaar dappere' Ma ria Julia Hernandez. Voor haar is het geen vraag dat mensen uit het leger, eventueel tevens lid van Arena, de moorden uitvoeren. Ze rijden rond in auto's - zo weet ze van talloze getui gen - waarin zich electrische martel- apparatuur bevindt. Dezelfde auto's met dezelfde nummerborden zijn aangetroffen op parkeerplaatsen van kazernes. Een van de sterkste bewij zen is dat het spoor van verdwenen mensen kon worden gevolgd tot op afstanden waarvoor men meer mili taire controleposten heeft moeten passeren. ARIA Julia Hernandez houdt de verschrikkelijke statistieken nauwgezet bij. Alleen al in de voorbije maand augustus werd op haar bu reau de moord gemeld op 323 politiek of maatschappelijk actieve mensen en kleine landhervormingsboeren. Leger en paramilitaire groepen wa ren voor 318, de linkse guerrilla voor 5 doden verantwoordelijk. In dezelf de maand hadden 12 'verdwijningen' plaats, waarvan de ervaring leert dat er bijna niemand van terugkeert. Voor ons volgen vandaag de ont moetingen in San Salvador elkaar in een moeilijk te verwerken tempo op. De volgende gastheer is Roberto d'Aubuisson, die na de verkiezingen van vorig jaar het voorzitterschap van het parlement in de wacht heeft gesleept en als leider van 'Arena' door bijna iedereen in het land de dirigent van de doodseskaders wordt geacht. Hij toont zich in een vergaderzaal van het Assemblée-gebouw een groot voorstander van democratie en be schermer van mensenrechten. „Ik heb de macht om die excessen te stoppen. Wij verwerpen dit soort acties met kracht. De kerk verdient alle steun in haar strijd er tegen." Maar, vindt D'Aubuisson, jaren ge leden is de guerrilla met het geweld begonnen. „Links begon met ontvoe ren, kapen en doden. En zij werden, onder meer in Europa, als helden, als Robin Hoods afgeschilderd. Het ge weld van rechts is een reactie daar op." De Arena-leider meent dat het geregelde leger van El Salvador in kwaliteit is verbeterd en dat de FMLN-guerrilla in het defensief is. „De opstandelingen zijn weer begon nen met banken, apotheken en win kels te overvallen. Dat wijst er op dat ze fundamentele tekorten hebben." Overigens heeft volgens d'Aubuis son „de christen-democratische partij evenveel schade aan het land berok kend als de gewapende guerrilla. Zij hebben de economie van het land te gronde gericht en ons weer tot bede laars gemaakt", aldus geeft de Are na-voorman een voorproef van de verkiezingsstrijd van volgend jaar. De landhervorming vindt hij op zich zelf geen ramp, maar hij verzet zich tegen de doorvoering er van omdat „de landarbeiders geen boeren zijn, hun bezit niet kunnen beheren en grote delen van de grond thans vruchteloos ligt." VEN LATER zitten we in het met zandzakken en schietkla- re soldaten beveiligde hoofd kantoor van de christen-de mocratische partij, waar onder-voor zitter José Antonio Morales Ehrlich (Napoleon Duarte's 'tweede man') zegt: „Oh ja, ja, natuurlijk is het Are na die achter de dagelijkse moorden met de afgesneden kelen zit. Dat wil zeggen, er zijn mensen van Arena die dat doen. Maar ook mensen uit het bedrijfsleven en van het leger. Er leeft daar zulk fascistisch extremis me." Volgens Morales Ehrlich biedt Are na aan het leger politieke macht aan, indien Arena de verkiezingen wint „en als ze verliezen zullen ze het spel van de staatsgreep gaan spelen." Ve len, ook in Amerikaanse kringen in San Salvador, maken geen geheim van hun vrees dat een gekozen rege- ring-Duarte niet getolereerd zal wor den door de legerleiding. Hetgeen voor Washington, dat nu in Midden- Amerika helemaal de kaart van de voortschrijdende democratie spelen, in de strijd tegen de guerrilla een on genadige gezichtsbeschadiging zou betekenen. Volgens christen-democraat Ehr lich is er ondanks alles een groeiend aantal leidende mensen in de Salva doraanse politiek en in het leger dat genoeg heeft van het bloedvergieten en zich realiseert dat de enige manier om de guerrilla van de overwinning af te houden de blijvende economi sche en militaire steun van de Ameri kanen is. Die steun dreigt weg te val len omdat zo niet president Reagan dan toch het Amerikaanse Congres vooruitgang in het democratisch pro ces en bestrijding van de rechtse ter reur tot voorwaarde maakt. „Wij zijn de enige partij die in El Salvador de eerlijke krachten in dienst van het land kan stellen. Wij kunnen zowel met rechts als met links praten. Ik heb het gevoel dat veel regeringen in West-Europa ook gaan inzien dat alle gruwelen van rechts ons nog niet verplichten het land in handen van marxisten te ge ven." De dag is voorbij en we hebben in El Salvador, waar de gewelddadige dood ook deze nacht weer gewoon zijn l>< )uR MARC Di: KONINCK gang zal gaan, niet één slecht mens gesproken. De waarheid houdt zich in dit land angstvallig ondergronds. DE LAATSTE ochtënl in El Salvador brengt ons naar de hoogste functionaris in het land, tevens de man op wie velen hun laatste hoop op terugkeer naar binnenlandse vrede hebben ge steld: president Alvaro MagEnj:. Hij: is 'éten vrierlöêlijjke, tSSiichtza- mè én' Verlegen zestiger. „Ik'kan voor u niet meer dan een uur uittrekken", zegt hij. „Ik heb een afspraak met de tandarts. Niet met mijn éigen tand arts, want met alle veiligheidsagen ten die ik om mij heen moet toestaan zou ik zijn wachtkamer niet ingaan. Daarom ga ik naar het militaire hos pitaal." In het statige Spaans-koloniale presidentieel paleis verzekert de pre sident zijn Europees gehoor dat hij zijn best doet het leger en de veilig heidsdienst te zuiveren van deelne mers in de doodseskaders. „Maar het is niet gemakkelijk. Iedereen is bang. Jammer genoeg denkt men daarom in het buitenland al te gemakkelijk dat ook de huidige politieke leiding van het land niet deugt. We krijgen wei nig steun voor de ontwikkeling van onze democratie. In West-Europa, waar men hoogontwikkeldedemo cratieën heeft, begrijpt men veel pro blemen niet die wij nog hebben. Maar gelukkig krijg ik de laatste maanden toch het idee dat sommigen ggan ge loven dat ik mijn best doe." President Magana onderstreept hoeveel moeite het heeft gekost om in eigen land aanvaard te krijgen dat zijn regering politiek overleg pleegt met de gewapende FMLN-guerrilla. „Wij proberen hen over te halen om aan het democratisch proces deel te nemen. Maar een politieke oplossing zou altijd via verkiezingen moeten. Ook de guerrilla zal zich aan de stem bus moeten onderwerpen om deel te kunnen nemen aan de officiële macht." S. HET Salvadoraanse staats hoofd besluit desgevraagd met zijn visie op sociale recht vaardigheid. „Is het moreel aanvaardbaar om rijk te zijn in dit arme land?", luidt de vraag. „Dit is een politiek-fijpsofische vraag. Ik ben zelf rijk. Het Kijk,'zijn op zich is alleen een probleem omdat er zoveel armen zijn. Ik maak 's avonds een fles Chablis open, die evenveel geld kost als waarvan een arm gezin een week moet eten. Ik ben een belas tingdeskundige. Ik heb altijd gezegd dat de oplossing voor onze sociale problemen en onze burgeroorlog moet komen uit een progressieve belas tingschaal, ten bate van de armen. Daarom zijn er zoveel rijken die mij niet mogen", aldus de in dejSefjenigde Staten opgeleide en partijlozë eco noom. Magana is een oprecht mah. Dat A zegt het instinct van elk van zijn or- dervragers. De kwestie is of het niet te laat is voor zijn mildheid, in een land dat voor de helft is bezët door communistisch geïnspireerde guerril la's en voor de rest kreunt onder de, gruwelen van een bloeddorstig fas cisme. Als we weer buiten staan valt ons oog op de militaire school, die pal te genover het presidentieel palëls gro tendeels schuilgaat achter een ves tingwal met kantelen en bemande uitkijktorens. Voor een staatsgreep hoeven de soldaten slechts de straat over te steken. LTERDAG 5 NOVEMBER 1983

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1983 | | pagina 21