ujn. eek ECOL OGIE IN HET NEDERLANDSE CHA TEA U PRODOR i Kostbare operatie moet Italiaanse toeristenstad redden ite Stabiel jaar lang ist op. Het ypotheek krente op i afsluiten /potheek- b en 10% uw rente erdernaar ente 9%. ot10%,dan ;r naar 8%. 5% dan 4 Iypotheek biel Hypo- neente- nijn. Maak kadviseur )p maat en arden van n over alle bele ïste Rente ZATERDAG 29 OKTOBER 1983 W4 JljE HEBBEN nu zo'n acht jaar ervaring, de uit Polen afkomstige Hinryck Recko en zijn Groningse vrouw Stephanie. Samen vormen zij directie èn personeel van het in Nederland unieke Chateau Prodor in Lelystad. Acht jaar lang importeren zij nu 'biologische' wijn uit vooral Frankrijk en verkopen die aan de Nederlandse consument die er om vraagt. De term 'biologisch' gebruiken zij zelf liever niet. 'Ecologisch' vinden ze beter. WERK(ST)ER magement B.V. tenrijk Voorschriften Analyse Dertig soorten Afnemers Hoe is ie Prijzen ITALIË kan Orvieto als toeristische trekpleister nauwelijks missen. Per jaar bezoeken 1,2 miljoen toeristen (onder wie 180.000 Nederlanders) de vestingstad. Ze laten er 45 miljoen gulden achter en geven werk aan een derde van de bevolking (van 23.000). Er wordt alles aan gedaan om Orvieto voor wegzakken te behoeden en de Dom van Maitani, de Put van StPatrizio en het paleis van de Capitano overeind te houden. t HG07 administratie, de voor- iprojecten die wij in irt-time) baan met een geschiktheid een maatschappij wélke, in atieprojecten verzorgt, ireven sollicitatiebrief met vens te zenden naar onder- medewerk(st)er. 248, 4800 CE Breda. ^IJKS NAAR SPANJE. vertrek vanuit mid. Ned. en het ize spec, aanbieding. Div. apt. op 89. Te]. 020-267068. RBRUNN. Nw. 4-6 pers. App- en ip.w. Ideale ski-mogelij kh. Di ere facil. Verv. bus en trein mog- >2-3033. ïabij Oetz/Kühtai (2200 m.) v.a. on incl. avondeten. Inl. Jansen- m. 08340-26384. Door Hein Sluijter Termen als 'snobisme' en 'mo deverschijnsel' worden graag in verband gebracht met deze wellicht wat luxe wijnen. Maar het is zo, dat iedereen die van wijn houdt, de wijn moet drinken die hij lekker vindt. Dat is het belangrijkste criterium als het over wijn gaat. Welnu, als blijkt dat er mensen zijn die graag ecolo gische wijn drinken, dan moeten ze dat gewoon niet la ten. Vrijwel elke ecologische wijn in Nederland komt van Prodor (97%). Bijna alles is Frans. Zo'n veertig zelf standige wijnboeren in Frankrijk houden zich met ecologische wijn bouw bezig. Dat wil zeggen, dat zij te rug grijpen naar wijnmakersmetho- den uit overgrootmoeders tijd. Alle moderne produktiemethoden zijn ta boe voer hen. Dat geldt voor het hele proces, van druif tot fles. Er wordt in de wijngaard bijvoorbeeld geen kunstmest gebruikt. Alleen organi sche meststoffen. Spuiten tegen in secten of ziekten mag ook niet. Het toevoegen van synthetische middelen om kleur, geur of smaak te verbete ren evenmin. Zo is er een hele reeks van voor schriften waar de ecologische boer zich aan te houden heeft. Die man maakt niet zomaar een afspraakje met zichzelf. Via een contract is hij gebonden aan de bepalingen van de drie organisaties die daarvoor in Frankrijk bestaan. De instituten Le- maire-Boucher, Nature et Progrès en i Dynorga hebben deskundigen op het I gebied van wijn, landbouw, chemie I en biologie in dienst. Zij controleren elke boer die bij een I van de drie verenigingen aangesloten is. Zij bepalen wat de boeren wel en niet mogen. Zo mag het sulfietgehalte E een maximumgrens niet overschrij- j den. Binnen de EEG is normaal 225 j tot 400 miligram sulfiet per liter toe- gestaan. Nature et Progrès laat bij - I voorbeeld maar 30 tot 100 miligram toe. Veel minder dus. Lemaire-Bou- E cher en Dynorga liggen ook ver onder E de EEG-norm. Sulfiet (zwaveldioxy- de, SO2) wordt aan wijn toegevoegd om die beter houdbaar te maken. Een j methode overigens die al eeuwenoud I is. Wijn bevat trouwens van nature E altijd wel een beetje sulfiet. Het kan WIJN UIT OVERGROOTMOEDERS WIJNGAARDEN bij ReimsOok uit dit Champagnegebied komt ecologische wijn. FOTO ARCHIEF DE STEM bijvoorbeeld tijdens de gisting wor den gevormd. Het toevoegen van suiker aan gis tende most om een hoger alcoholge halte te krijgen (chaptalisatie) is tot een absoluut minimum beperkt en mag alleen worden toegepast in jaren waarin dit echt nodig is. De wijn die uiteindelijk verkocht wordt, is tevo ren door laboratoria van een van de drie wijn-milieuorganisaties geana lyseerd. Pas als het analyserapport gunstig uitvalt, mag de wijn op het etiket het handelsmerk van Nature et Progrès, van Lemaire-Boucher of van Dynorga voeren. Nu zijn Hinryck en Stephanie niet snel tevreden. Het lijkt een koud kunstje om een paar van die veertig boeren op te bellen met het verzoek om maar een paar dozen naar Lely stad te sturen. Want die wijn is gega randeerd ecologisch. Jawel, maar ook hier zijn er kwaliteitsverschillen. Dus gaan ze elk jaar een paar keer naar Frankrijk om de wijn ter plekke te proeven. Behoefte aan uitbreiding van hun kleinschalig tweemansbedrijfje heb ben Hinryck en Stephanie niet. Het moet, zo vindt hij, een goed betaalde hobby blijven. Acht jaar geleden heb ben ze Prodor opgezet omdat ze er al lebei veel toekomst inzagen. Voor die tijd zat hij in de reclame, zij in de mu ziekwereld. En nog eerder woonde Hinryck in zijn geboorteland Polen. Hij is een van die velen die Nederland hebben meebevrijd en na de oorlog hier zijn blijven hangen. In 1975 begon het paar in Amstel veen met 5000 flessen. Nu, in 1983 en inmiddels verhuisd naar Lelystad, is dat uitgegroeid tot zo'n 100.000 fles sen. Een dikke dertig soorten liggen er in Chateau Prodor. Die naam 'cha teau' slaat oolfop de grappige en van kantelen voorziene toren die tegen het bedrijf is aangebouwd. In de bo vengrondse kelder (de chai, zeggen de Fransen) worden de aangevoerde wijnen op een constante temperta- tuur gehouden. De kelder is verder zoals die zijn moet, donker en tocht vrij. Wie een doos Prodor wijn bestelt, kan er op rekenen dat Hinryck die zelf komt brengen. Laatst was er een bruiloft in Heerenveen. Men bestelde acht flessen. Die werden gewoon even in het autootje gebracht. Dit om aan te geven dat ze inderdaad alles zelf doen. Alleen voor het vervoer van in Frankrijk uitgekozen wijnen wordt een transportbedrijf in de hand geno men. Er is zelfs een beetje export naar Engeland, maar dat zijn maar een paar dozen per jaar. In die en an dere dozen zitten flessen uit alle Franse wijngebieden met uitzonde ring nog van de Loire, omdat het paar daar nog geen geschikte ecologische wijnen heeft gevonden. Op de prijs lijst prijken nu sinds kort ook een paar Duitse wijnen. Een paar maan den geleden zijn Hinryck en Stepha nie naar Spanje geweest, maar ginds hebben de boeren kennelijk geen zin in een ecologisch avontuur. Het is duidelijk waar de afnemers van Prodorwijn te vinden zijn. In re formzaken en vegetarische restau rants en natuurlijk bij partiku'lieren. Reclame wordt er niet gemaakt. Het paar is niet van plan om met het pro- dukt te gaan leuren. De twee willen het met zijn tweeën aankunnen en daarmee uit. Laaiend enthousiast vertellen ze verhalen van grote wij nen die ze bij een kleine wijnboer kunnen ontdekken. Dat zijn vaak wijnen die voor een grote importeur niet interessant zijn omdat het transport niet loont, de be langstelling er hier te gering voor zal zijn en ook omdat de partij vaak te klein is. Die kleine boeren hebben .soms niet eens geld om bijvoorbeeld hun etiketten te kunnen betalen. Hin ryck en Stephanie weten uit ervaring dat wanneer een boer niet zo toe schietelijk is om zijn wijn aan „die Hollander" te verkopen, dit een kwestie van geld kan zijn. Daarom betalen ze vooruit. Dat helpt. Meer dan eens wil de boer dan ineens graag tot verkoop overgaan. Alles goed en wel, maar hoe is nu die ecologische Prodorwijn. Dat valt reuze mee. Men bedenke dat het hier gaat om wijn die onder de normale Franse controlebepalingen valt. Het zijn dus 'vins de pays' of nog een trapje hoger 'vdqs' (vin délimité de qualité superieure) of opgenomen in de hoogste kwaliteitsklasse 'appella tion controlée'. Ik proefde een Co- teaux des Baux en Provence, een vdqs-rosé, die luistert naar de naam Mas de Gourgonnier. Een volle, veel belovende geur liet de tong alvast krullen. De wijn smaakt droog, vol voor een rosé en vooral zuiver. De af dronk is onverwacht frii Ik wil niet zeggen dat ik puur natuur proefde, want dat is maar onzin. Maar een in teressante wijn is het wel. Goedkoop is hij niet: 11,75. Ecologische wijnen kunnen niet goedkoop zijn, omdat de opbrengst per hectare in het produk- tiegebied vaak de helft geringer is dan bij commerciële wijn en ook om dat er nogal veel tijd en werk mee ge moeid is. Nog een, een witte Bourgogne. Een Hautes Cötes de Nuits 1980 van Alain Verdet. Gemaakt van de chardon- naydruif. De geur is bloemig maar wat ingehouden. De smaak is vol be lofte. Moest op dat moment nog zeker zo'n hall' jaartje liggen om zijn on rijpheid kwijt te raken en iets moois te worden. Nu een rode. Een Cötes de Provence 1979 van het domaine Richeaume. De geur is Medocachtig en dat zal wel liggen aan de Cabernet-Sauvignon- druif die hier met kwistige hand in verwerkt is. De smaak is vrij vol, iets belegen en fruitigheid is er ook Heel lekker, maar toch wat apart van smaak. De prijzen van deze wijnen begin nen bij 6,95 en houden op bij 65. De meeste moeten tussen de tien en twintig gulden kosten. Maar er zijn er genoeg die goed zijn en toch te koop zijn onder een tientje. Erg veel duur der dan commerciële wijn is de ecolo gische wijn niet. De meeste boeren, die hun bedrijf terug de vorige eeuw in hebben gevoerd, zullen er zich dan ook niet mee verrijken. Het ver schijnsel is trouwens in Frankrijk be slist geen rage. Er zijn boeren die het opgegeven hebben. Toch hoeven de liefhebbers van wijn uit overgroot moeders tijd niet te wanhopen, want 'de klassieke wij nbereiders nemen licht in aantal toe. Ondanks de afval ligen. Door onze correspondent Cees Manders ORVIETO - Pozzuoli bij Na pels wordt elke dag door ver borgen vulkanische krachten millimeters omhoog geduwd; het Umbrische toeristenstadje Orvieto zakt elk jaar centi meters verder weg. Dit zijn maar twee voorbeelden van het grillige spel dat de natuur met Italië speelt. Vulkaanuit barstingen, aardverschuivin gen, overstromingen en aard bevingen stellen dit land voor problemen die meestal onop losbaar zijn. Slechts af en toe is de mens tot meer in staat dan alleen maar toekij ken en wachten totdat de vulkaan barst en de heuvel begint te schuiven. Zoals in dit geval van Orvieto dat dankzij de modernste techniek de strijd tegen de natuur kan winnén en zal winnen alls de financiële middelen tijdig beschikbaar zullen komen. Orvieto, aan de weg tussen Floren ce en Rome, noemt zich met recht een van de fraaiste steden van Midden- Italië. Het is een traditionele aanleg plaats voor touringcars die toeristen aanvoelen uit alle landen van Euro pa. Ze komen kijken naar die fameu ze 'gestreepte' Dom van Maitani, die dateert uit de veertiende eeuw. De Dom heeft een voorgevel van uniek mozaïek met voorstellingen uit het oude en nieuwe testament, het werk van bouwmeester en beeldhouwer Maitani, terwijl Signorelli het leeu- wedeel van de 'danteske' muurschil deringen binnen voor zijn rekening nam. Maar de ligging van de stad alleen al is een bezienswaardigheid. Orvieto, een stadje van 0,7 km. bij 1,5 km. is geheel gebouwd op een rotsplateau en verheft zich ongeveer 150 meter uit het omliggende Umbrische heuvel land. Een vesting van nature dus, en dat is (waarschijnlijk) ook de reden geweest waarom ongeveer 2.500 jaar geleden de Etruskische herders er hun oog op hebben laten vallen. Maar deze rots, het fundament van Orvieto, dat de eenvoudige levens vormen van vroeger gemakkelijk kon dragen, dreigt nu weg te zakken on der de last van de moderne tijd. Tien tallen keren is de stad in het verleden belegerd geweest door vijandige le gers waarbij de steile rotswand een onoverkomelijke barrière vormde. Nu hangen arbeiders en technici te gen diezelfde rotsmuur om deze juist te verstevigen en Orvieto te behou den. Orvieto staat in de steigers, wordt 'gerestaureerd', en de techniek die daarbij wordt toegepast is nog ORVIETO IN CORSET GEZICHT op Orvieto. Links de steigers tegen de rotswand, rechts' de beroemde Dom. - FOTO C MANDERS niet eerder in dit deel van Italië toe gepast. De rotsmassa waarop Orvieto rust is van tuf, en daarin zit 'm juist het probleem. Tuf blijft hard als het droog blijft, maar de laatste eeuwen hebben slechte afwatering, een verrot rioleringsysteem en ook de overbelas ting als gevolg van te intensieve hui zenbouw en modern verkeer teveel van het gesteente gevergd. Bovendien is nu gebleken dat het tufstenen pla teau verre van massief is: ruim 8.000 grotten zijn onder de stad ontdekt, met als klapstuk een gehele necropo lis van de eerste bewoners, de Etrus- ken. Deze zachte en poreuze onder grond veroorzaken een verzakking, die de stad elk j aar centimeters bene den zijn vorig niveau brengt en haar voortbestaan bedreigt. De techniek die nu wordt gehan teerd om Orvieto overeind te houden bestaat uit twee delen. Eerst wordt het water uit de tufmassa gepompt en het afwateringsysteem van de stad verbeterd. En vervolgens worden de grotten onder de stad met cement ge vuld of verstevigd en de rotswanden verankerd. De vernieuwing van het afwaterings- en rioleringsysteem is het verst gevorderd. Alle straatjes en pleinen van de stad worden opgebro ken en oude pijpen vervangen. Het hele buizensysteem mondt uit in een centrale afvoerbuis die het afvalwa ter naar een nog te bouwen zuive ringsinstallatie moet leiden in het dal beneden. Het riool- en hemelwater krijgt dus niet meer de kans in het tuf te verdwijnen, maar wordt direct van de berg afgevoerd. Dit gedeelte van de reddingsoperatie van Orvieto is het minst spectaculair, maar wel het meest ingrijpend, en ook het hinder lijkst voor het leven in de stad. Indrukwekkender is het werk dat rond de natuurlijke stadswallen wordt verricht. De kwetsbaarste ge deelten van de rotswand, onder ande re op een plek enkele tientallen me ters van de beroemde Dom, worden met 5.000 ijzers verankerd en verste vigd: onder in de rotswand, die onge veer veertig tot vijftig meter lood recht de hoogte in gaat, worden veer tig meter diepe gaten gebood, van en kele centimeters doorsnee, schuin naar boven en schuin naar beneden gericht. Daarin gaan eerst lange stalen pin nen, en vervolgens wordt er cement in gespoten. Beweegt de rotswand dan komen deze ankers onder span ning en trekken het zaakje vanzelf recht. Volgens de technici is het best mogelijk pinnen van 700 meter lengte (de afstand van de zuidkant tot de noordkant van de stad) aan te bren gen, om het hele rotsplateau waarop Orvieto zich bevindt als het ware vast te schroeven. Maar een stalen corset van pinnen van 30 tot 40 meter is al voldoende, mits Orvieto niet veel zwaarder wordt dan het nu is. Dit betekent dat Bet gemeentebe stuur nieuwe bouwplannen voortaan met de grootste zorgvuldigheid moet bekijken, en het zware verkeer de toegang tot de stad voorgoed te ont zeggen. Met het'oog daarop zijn de plannen om het uit 1888 daterende kabeltreintje, dat al jaren niet meer wordt gebruikt, weer in ere te her stellen. De toeristen kunnen dan hun bussen beneden laten staan en met het treintje omhoog. Maar al deze plannen voor het be houd van Orvieto worden dagdromen als er niet snel geld beschikbaar komt. Sinds de werkzaamheden aan de riolering en de verankering van de rotswanden begonnen (in 1980) is er al 15 miljoen gulden uitgegeven, zoveel als Rome en de regio voor het behoud van de stad hadden geboden. Daar mee heeft men nog geen derde deel van de totale operatie kunnen uitvoe ren. Voor de rest en het belangrijkste deel van het werk is nog eens ruim 100 miljoen gulden nodig. En dat is veel voor een land dat er financieel toch al niet zo best voor staat en juist geneigd is op dit soort 'restauraties' te bezuinigen «omdat dat politiek het meest pijnloos is.- Bovendien is Orvieto niet de enige stad in Umbrië die er zo bij ligt. Peru gia, Todi, Assisi, Narni, Attigliano en 25 andere eveneens op dergelijke tuf- plateaus geconstrueerde steden heb ben ook assistentie nodig omdat 'de grond verzakt.' Maar Orvieto is wel een van de urgentste gevallen, waar op korte termijn 'iets' gedaan moet worden. 111, toestel 221. -tbus 65, 5900 AB Venlo.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1983 | | pagina 25