NDFOS i DE Oj Renée van Hoof op de top van de toren van Babel Leden nazi rechtbanken nooit veroordeeld 37ATERDAG 18 JUN11983 W4 'P 8 DECEMBER 1944 werd de verpleegster Ehrengard Frank-Schulz onthoofd in een Berlijnse gevangenis nadat zij door een Volksgerechtshof ter dood was veroordeeld. Haar misdaad? Ze [had tegen een collega gezegd dat ze wenste dat de aanslag op Adolf Hitler van 20 juli 1944 was geslaagd. Tal van mensen zijn door Hitler's Volksrechtbanken gerechtelijk vermoord om bizarre futiliteiten. Het wordt tijd dat die „rechters" alsnog ter verantwoording worden geroepen. Zwarte bladzijde Vrijspraak Aanloop Gepensioneerd ToLK bij de EEG is een zeer goed betaalde, maar ook erg moeilijke baan. Zonder academische opleiding kom je er niet in. Dat heeft gedeeltelijk te maken met de aard van het werk, maar ook met het feit dat de Nederlands-Duits- Belgische Renée van Hoof die aan het hoofd staat van de dienst, zelf ook een academische studie volgde alvorens voor tolk te gaan leren 453 bieden: ;degen opleiding in eigen drijf >ede honorering ima arbeidsvoorwaarden Ifstandige funktie 'iffelijke, met de hand :hreven sollicitaties worden ne ontvangen door de die van Grundfos erland B.V, Postbus 104, AC WEESP. BV. JS WEESP Tel.: (02940-15175 DER I. 0, het snelst groeiende tnd. Dankzij de r de toegenomen van Grundig u biedt storingvrije las tussen rekte afstemming op le geprogrammeerde waarmee Grundig zich bij stilstaand beeld, hikt voor alle matische zenderzoeker ve compacte )oorlusmogelijkheid HiFi-instailatie oor intoetsen rgave. liening van RECHTERS MET DE DOLK ONDER DE TOGA De beruchte Roland Freisler spreekt „recht". - FOTOARCHIEF DE STEM Door Gerard Kessels BONN - De gevangenis van Berlijn-Plötzensee. Kalm en rustig ging de ziekenzuster Ehrengard Frank-Schultz die 8ste december 1944 haar dood tegemoet. „De veroordeelde liet zich zonder tegenstribbe len op het schavot leggen, waarna de beul de onthoof ding met de valbijl uitvoerde en vervolgens meldde dat het vonnis voltrokken was. De voltrekking duurde van de voorgeleiding tot de melding negen seconden." De laatste twee zinnen uit het strafdossier Frank-Schultz. De mis daad van de zuster? Ze had tegen een collega gezegd dat ze het jammer vond dat de aanslag van 20 juli 1944 op Adolf Hitler mislukt was. Het Volksgerechtshof o.l.v. de bruchte Roland Freisler kende geen pardon. Ehrengard Frank-Schultz werd voor 'altijd eerloos' verklaard en ter dood veroordeeld. Zij was niet de enige. Een monnik, die een brief had geschreven waarin kritiek uitte op de Führer, moest dat met de dood bekopen. Hans en Sophie Scholl, die pamfletten tegen Hitier uitdeelden, werden na een snel proces ter dood gebracht. Een doodvonnis was er ook voor het echtpaar Gran- gert uit Wiesbaden dat zijn zoon een paar tips had gegeven hoe hij zich kon onttrekken aan inzet aan het front. De Volksgerechtshoven velden 5286 doodvonnissen. Elke tweede be klaagde werd naar het schavot ge stuurd. In één nacht, 7 augustus 1943, werden in Berlijn-Plötzensee 186 veroordeelden geëxecuteerd. Drie officieren van justitie in Berlijn doen momenteel een allerlaatste poging le den van de Volksgerechtshoven ach ter de tralies te krijgen. Het Volksgerechtshof moest een 'meedogenloos, hard en brutaal recht' spreken, zo had Hitier bevolen. Zijn propagandaminister Josef Goebbels was nog duidelijker. Het Volksge rechtshof moest „niet van de wet uit gaan, maar van het besluit: de man moet weg." Zo werd elke afwijkende uitlating over Hitier meteen hoogver raad, elke kruimeldiefstal plunde ring. Geen wonder dat de Ameri kaanse hoofdaanklager Taylor bij het proces van Neurenberg sprak over 'rechters met de dolk van de moorde naar onder de toga'. Vooral nadat Freisler in 1942 presi dent van het Volksgerechtshof was geworden, draaide de executie-ma chine op volle toeren. In het eerste jaar van zijn presidentschap werden 1200 doodvonnissen geveld, tegen 263 in 1941. Freisler, die de verdachten toeschreeuwde en beledigde, de uit spraak meestal vantevoren afsprak met de openbare aanklager, kon na de oorlog niet meer ter verantwoording worden geroepen. Hij stierf bij een bombardement van de geallieerden, getroffen door een granaatscherf. Niet alleen Freisler werd nooit ver oordeeld. Geen enkele van de 564 rechters en officieren van justitie van deze hoogste nazi-rechtbank hoefde zich ooit te verantwoorden voor het onrecht dat zij in naam van het volk hadden gesproken. Velen van deze moordenaars in toga pasten zich na de oorlog als kameleons aan de nieuwe situatie aan. Alsof er niets gebeurd was maakten ze verder car rière in de rechterlijke macht van de Bondsrepubliek. De gang van zaken rond de Volksge rechtshoven is een zwarte bladzijde in de geschiedenis van het naoorlogse Duitsland. En de tijd dat er nog iets aan deze misstand gedaan kan wor den verstrijkt snel. Twee jaar geleden waren al 207 leden van de Volksge rechtshoven dood. Dat aantal is in middels opgelopen tot 387. Degenen die nog leven zijn tussen de zeventig en negentig jaar. In het verleden zijn diverse .malen pogingen ondernomen deze nazi-rechters aan te pakken. Die hebben echter alle schipbreuk gele den. Hans-Joachim Rehse, bijzitter in de senaat van Freisler. was nog het dichtst bij een verblijf achter de tra lies. Hij werd in de jaren zestig ver oordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf wegens medeplichtigheid aan moord. Het vonnis werd echter in hoger be roep vernietigd door het Bondsge- rechtshof in Karlsruhe dat Rehse in 1968 vrijsprak. De overweging van het Hof: Rehse zou alleen dan schul dig zijn als hij op 'minderwaardige gronden', dus tegen zijn rechterlijke overtuiging in, voor de doodstraf ge stemd had. Dat was echter niet geble ken. Verder overwoog het Hof dat het Volksgerechtshof van de nazi's „een onafhankelijke rechtbank was, die alleen aan de wet gebonden was." Een verbluffende uitspraak. Het Hof negeerde daarmee de stapels aanwijzingen dat het Volksgerechts hof geen rechtbank was, maar een brute terreurmachine. Geen wonder dat de Berlijnse Hoofdofficier van Justitie Günther zeer scherp reageer de: „Deze vrijspraak getuigt van vol ledig begrip voor de omstandigheden waarin de Volksgerechtshoven inder tijd moesten werken. In gedachte worden de doodvonnissen waar Reh se bij betrokken was nog een keer overgedaan", zo zei hij. De verden king komt op dat de Duitse rechters er weinig voor voelen de collega's uit de oorlogsjaren al te hard aan te pak ken. In deze kringen heeft de uit spraak van de voormalige marine- rechter Hans Filbinger opgang ge maakt, die zijn hoge functies in de CDU op moest geven vanwege zijn oorlogsverleden. „Wat toen. recht was", zei Filbinger, „kan nu toch geen onrecht zijn?" De Rehse-vrijspraak heeft de ani mo bij de Justitie om de nazi-rechters opnieuw te gaan vervolgen sterk ver minderd. Hoger beroep was niet mo gelijk omdat Rehse kort na de vrij spraak stierf. De uitspraak had een verlammende werking. In Berlijn wordt momenteel een nieu we aanloop genomen. Sinds 1979 on derzoeken drie officieren van justitie de praktijken van 52 leden van de Volksgerechtshoven. De verdachten zijn tussen de 73 en 88 jaar oud. „Wij verwachten dat het vooronderzoek in 1985 is afgesloten en dat de zaak dan voor kan komen", zegt woordvoerder Spleth van de justitie in Berlijn. Maar de Berlijner justitie voert een wanho pige strijd tegen de tijd. Het proces dat in 1985 begint zal ongetwijfeld land duren en daarna kan er weer in beroep worden gegaan. Met het oog op de leeftijd en de gezondheidstoe stand van de rechters lijkt het vrijwel uitgesloten dat nog een van hen de gevangenismuren van de binnenkant zal bekijken. „Het zal inderdaad heel moeilijk zijn", erkent Spelth, „maar we proberen het toch." Nee, Paul Reimers (81) in Bremen hoeft niet al te bezorgd te zijn dat over zijn oude dag nog de schaduw van een gevangenschap zal vallen. Reimers, gepensioneerd rechter uit een arrondissementsrechtbank, was als bijzitter in de Fresler-senaat me de-verantwoordelijk voor de dood van 122 Hitler-tegenstanders. Een van zijn slachtoffers was de veehan delaar Karl Grabe omdat die van me ning was dat „wij de oorlog niet zou den mogen winnen." Ook de 79 nota ris en advocaat Willmar Hager uit Usingen hoeft zich geen al te grote zorgen te maken. Hij was aanklager bij het Volksgerechtshof en op 25 april 1945, enkele dagen voor het einde van de oorlog, verscheen hij in een tuchthuis om op de valreep 28 doodvonnissen te voltrekken. Hij had daarvoor een speciale volmacht gehaald bij het ministerie van Justi tie. „Wij zijn gekomen om op te rui men", zei hij volgens een ooggetuige toen hij bij de gevangenis arriveerde. Hager en Reimers zal het net zo vergaan als de rechters en aanklagers die Hans en Sophie Scholl naar het schavot stuurden. Die zijn inmiddels allen gestorven, nadat ze als keurige en verdienstelijke beambten gepen sioneerd waren. Hoe zei regisseur Mi chael Verhoeven het ook weer, die een indrukwekkende film maakte over het uitblijven van straffen voor de nazi-rechters? „Het is en grotesque rechtstoestand dat de plaatsen waar de verzetsmen sen ter dood gebracht werden bede vaartplaatsen zijn voor de school jeugd en dat de bloedrechters een staatspensioen genieten." [i metallic of zwart Het model In de toeKomstzekere p gepubliceerd in de uitgave De Gemeenschappelijke Tolken- en Conferentiedienst van de Commissie van Europese Gemeenschappen werd op 15 april 1981 pas officieel opgericht. De dienst doet alle Europese zaken met uitzondering van het Europees Parlement en het Europese Hof met een jaarbegroting van bijna 41 miljoen gulden. Er zijn 384 tolkenposten, waarvan er 318 thans bezet zijn. Per dag zijn er echter 400 tot 500 tolken aan het werk. Grootste probleem: Hoe vind je iemand, die uit het Deens in het Grieks kan vertalen en omgekeerd? De beste vertegenwoordigde taal is hét Frans (309), gevolgd door het Engels (253) en het Duits (238). Een oplossing voor moeilijke problemen wordt gevonden met het zogenaamde relais. Daarbij vertaalt bijvoorbeeld een tolk van het Deens naar het Frans, waarna een collega van het Frans naar het Nederlands vertaalt. Universitair afgestudeerden, die geïnteresseerd zijn, kunnen zich wenden tot de Gemeenschappelijke Tolken- en Conferentiedienst, Wetstraat 200,1040 Brussel. Door onze correspondent Aad Jongbloed BRUSSEL - Even lijkt het erop, dat Renée van Hoof, hoofd van de groot ste tolkendienst ter we reld, een voorwaarde wil stellen voor het inter view, als ze zegt: „Maar u moet wel zorgen dat we Nederlandse tolken krij gen." Ze blijkt echter geschrokken te zijn van de meest recente cij fers, die aantonen dat er van de 384 tolkenposten in de Europese Gemeenschap slechts 15 bezet worden door Nederlanders. „Dat kan toch niet", zegt ze met de vlakke hand op de lijst met cijfers slaand, „wat is er in he melsnaam aan de hand? Tot voor kort zorgden we ervoor dat 'de Belgen en Nederlanders al tijd in evenwicht waren en wat zie ik nu? 23 Belgen en 15 Ne derlanders." Nog even een paar tele foontjes, rap overschakelend van Frans naar Duits, Engels, Nederlands, dan gaat ze zitten om op haar gemak vragen te be antwoorden. De eerste vraag weet ze geen raad mee. „In welke taal ik droom? Ik weet het niet. Ik droom, geloof ik, alleen in beel den, ik kan me niet herinneren ooit in een droom gesproken te hebben. Tellen doe ik in het Ne derlands, want ik ben in Neder- Mevrouw Renée van Hoof, de enige vrouwelijke direc teur-generaal bij de EG en hoofd van de grootste tolken dienst ter wereld. land op de lagere school geweest en daar leer je tellen." Dan komt het verhaal van een meisje, dat om mysterieuze redenen altijd al tolk wilde worden en nu de enige vrouwe lijke directeur-generaal binnen de EG is met de verantwoorde lijkheid over een gigantische to ren van Babel. Renée van Hoof, Duitse van geboorte, op school geweest in Nederland en Belgi sche door haar huwelijk. „Ik ben op een Belgische universi teit geweest, waar ik, zo ging dat nog, in het Frans in mijn vak onderwezen werd, het Duits. Een vriend van mijn ouders had gezegd: als je tolk wilt worden kun je beter eerst op een universiteit een vak le ren, vandaar. Toen ik afstu deerde in de germanistiek en fi losofie ontmoette ik op een bootreis naar de Verenigde Sta ten Paul Henri Spaak, een be kend Belgische politicus, die aan de wiegvan Europa zou staan. Hij kende geen enkele taal, behalve het Frans, en hij was op weg naar Amerika om daar de UNICEF-baan op zich te nemen, die Danny Kaye later van hem over zou nemen. Ik vertaalde voor hem, ik tolkte voor hem en ik leerde aan zijn hand me voor Europa te inte resseren. Uiteindelijk kwam ik in Genève terecht, waar een van de grootste tolken, die ooit ge leefd heeft, de vader van de Franse actrice Simone Signoret, me zei: „Nog even de techniek leren en je bent klaar." Ze vertelt hoe ze terecht kwam bij de pioniers van de Europese Gemeenschap in Lu xemburg, waar ze in 1953 deel uitmaakte van de eerste groep tolken rond de Europese Kolen en Staal Gemeenschap. „Ik ging toen trouwen met een Belg en ik vond dat ik in België moest wo nen", zegt ze, „ik nam dus ont slag, maar dat ontslag werd me geweigerd." Wel werd ze over geplaatst naar Brussel, waar men zich bezig ging houden met het Verdrag van Rome, het ge boortebewijs van de EG. „Ik werd chef van een klein team. Er zat toen nog vaart in Europa en we werkten dag en nacht. Een blik op de eigen tolkenopleiding van de EG, die onder leiding staat van mevrouw Edmée Gangier. Allengs kwam daar - na het verdrag - de raad van ministers bij, Euratom, de investerings bank. Sinds twee jaar bestaat de dienst, zoals die nu functioneert, de Gemeenschappelijke Tolken- en Conferentiedienst van de Europese Gemeenschap offi cieel." De successtory van een vrouw, wier carrière van toe valligheden aan elkaar hing. Mevrouw van Hoof beaamt dat. „Maar", zegt ze, „de grootste toevalligheid is dat die vriend van mijn ouders zei dat ik eerst iets anders moest gaan doen. En daar houd ik nog aan vast. Er komt hier niemand in dienst of hij moest eerst een universitaire studie afgemaakt hebben." En inderdaad, de lijst die ze toont, staat bol van de academische ti tels. „We ronselen", beaamt ze een vraag. „We gaan naar de uni versiteiten van Leiden, Nijme gen, Oxford, Cambridge, we gaan naar Frankrijk, noem maar op. We nodigen talentvol le mensen uit om een stage van negen maanden, betaald, te vol gen, maar dan moeten ze zich wel verplichten minimaal twee jaar in dienst te blijven." Ze is dus geen afneemster van tol- kenscholen. „Nee", zegt ze gede cideerd, „ik zeg altijd, verdoe je tijd toch niet. Als je vier jaar een tolkenopleiding volgt en je zakt, heb je niets. Wat ik moet hebben zijn mensen die afgestu deerd zijn in een bepaalde rich ting en veel interesse hebben in een taal. Nu met name heb ik behoefte aan mensen, die geen gangbare, maar een gekke taal kennen, zoals Deens, Grieks, Portugees. We gaan ervan uit dat iedereen moet terugvertalen in zijn eigen taal. Dat betekent dus dat een Nederlandse tolk van het Deens of Grieks moet kunnen terugvertalen in het Nederlands. Om de problemen van de op leiding nader toe te lichten haalt mevrouw Van Hoof er Ed mée Gangier bij, verantwoorde lijk voor die opleiding. Me vrouw Gangier: „We gaan bij de opleiding uit van de universele belangstelling. Als er een lacune is dan moet die bijgespijkerd worden. Een tolk moet de ene keer een conferentie over land bouwprijzen en de andere keer er een over douanerechten doen. Ze moeten dus de ambtelijke terminologie onder de knie krij gen." Wordt er gelet op accenten? „Jazeker, we gaan uit van het meest gangbare accent in een land. Het hoeft geen Hoogduits of Algemeen Beschaafd Neder lands te zijn als er maar sprake is van een algemeen geaccep teerd accent. Niet iedereen in de wereld hoeft hetzelfde accent te hebben. Als er sprake is van een verkeerde dictie, dan leren we dat af. Te snel of te langzaam praten verbeteren we ook." Mevrouw van Hoof: „De idea le tolk is geen machine. Het is de man of vrouw, die naast een grondige kennis van drie gang bare talen van de Gemeenschap, waaronder zijn moedertaal, ook nog de gave bezit om het be langrijke van het bijkomstige te onderscheiden. Om zich met net zoveel overtuiging uit te druk ken als de sprekers. Hij of zij moet zich weten te identificeren met de spreker en waar die voor staat. Jawel, het is een moeilijk vak, maar het wordt ook zeer goed betaald." „Denk eraan", zegt ze tenslot te, „ik wil absoluut meer Neder landers."

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1983 | | pagina 25