Ni
Haring
ZATERDAG 21 ME11983
öwmffiEflB®
Meningen over
Wiegel,
toen en nu
Uook de tweede helft van de eertijdszo hechte
Haagse tandem Van Agt-Wiegel een commissaris-
post heeft gekregen, is het nuttig eens te bekijken
hoe de vroegere VVD-voorman het in Friesland
heeft gedaan. Een jaar geleden hingen er vlaggen
halfstok in Friesland, maar Wiegel heeft
mdertussen heel wat tegenstanders „bekeerd". Een
jaar Wiegel, misschien kan Van Agt er iets van
opsteken.
Hard water
Duwtje
999 trucs
Lawaai
Grap
VVD-dassen
Doorlopers
VEEL
OVERK
1 USSEN Rijsberg
Breda ligt nu een hal
het kleuterhuis
Krabbebossen, uitge
vanuit één landhuis
complex van gebouu
een sfeer van gezellig
rust uitstraalt. Onda
50 jaar bestaan er o
Krabbebossen vt
misverstanden. Oude 1
kinderen hebben w
door de buitenwereld
nek aangekeken. Kv
worden simpelu
bestempeld als „deb
„onhandelbaar". Ma
gebeurt er wérkel
II Ouders
v<
ORIGE week vo
aan het Thorbeckep
dagboek uit een no
schrijver is inmidc
Lemij, thans topfur
dat de ene overlev
voor altijd dichtsla
jaar later in staat is
op pc
W2
Marianne en Hans Wiegel tijdens de PC-kaatswedstrijd in Franeker.
Amper een jaar geleden riep
Anne Hoekstra, voorzitter van
de Fryske Nasjonale Party, in
ongekuist Fries dat hij zich
'flink yn 'e sek naaid' voelde
door de plotsklapse benoeming
van VVD-hoofdman Hans
Wiegel tot commissaris der
Koningin in Friesland.
Hoewel de doorsnee Fries
over het algemeen zijn emoties
afknijpt, kon menigeen zich
deze uitbarsting wel voorstel
len. Want terwijl een vertrou
wenscommissie koud een op
het lijf van oud-minister Al-
beda (CDA-er en Fries) ge
schreven profiel had overhan
digd aan minister Van Thijn,
was Wiegel reeds zijn koffers
aan het pakken. Logisch dat
vooral politiek Friesland, uit
gezonderd de WD, zich over
rompeld voelde. Sommigen
hingen de Friese vlag halfstok,
anderen dreigden met ec-n
Door David Hiemstra
blokkade van de Afsluitdijk.
En op muren in Leeuwarden
stond gekalkt: Wiegel Nea!,
wat Fries is voor 'Wiegel
Nooit'.
Hoe oordelen de partijen in
de Friese politiek thans na een
jaar Hans Wiegel als commis-
sartis der Koningin?
Mevrouw G. Krol-Benedic-
tus, fractievoorzitter van de
Fryske Nasjonale Party:
„Niets verkeerds over Wiegel
hoor, maar wij vinden dat een
nieuwe commissaris Fries
moet kunnen praten, lezen en
verstaan. Zo niet, dan moet hij
zich dat maar aanleren. Wij
wachten dus in spanning op de
dag, dat hij in de Friese taal de
statenvergadering zal leiden.
Als hij echt de moeite neemt
dan hebben we er een nieuwe
Fries bij".
Johanneke Liemburg, leider
van de PvdA-statenfractie:
Af en toe krijgen we de indruk
dat hij niet zo betrokken is
met de provinciale politiek.
Zijn voorganger Rijpstra kon
een discussie zo kernachtig sa
menvatten. Wiegel lijkt soms
zo luchtig over zaken heen te
stappen. Ik heb wel eens ge
hoord, dat als Wiegel geweten
had dat het kabinet destijds zo
snel zou vallen, dat hij in de
Haagse politiek gebleven was.
Dan had hij nu weer in het ka
binet gezeten. Alsof de functie
in Friesland hem bij elkaar
wat is tegengevallen".
WD-aanvoerder Van Beth
lehem: „Hij wacht niet af, on
derneemt onmiddelijk actie en
is humorvol. Hij wil misschien
wel eens gauw klaar zijn,
maar gunt toch iedereen zijn
tijd. Dat de functie hem zou
zijn tegengevallen vind ik zoe
ken naar spijkers op laag wa
ter. Ondanks zijn liberale op
vattingen probeert hij zich zo
min mogelijk als VTO-er te
profileren, want tenslotte
neemt hij een onafhankelijke
plaats in. Nee, we zijn dik te
vreden".
Mevr. A. Brandenburg-Vo
gelzang, fractievoorzitter van
het CDA: „Wiegel is een stijl
vol persoon. Maar ja hij heeft
nu eenmaal een VVD-imago,
dat weet iedereen en dat is
jammer. Hij is een uitstekende
voorzitter en we aaien hem
echt niet onder de kin. Zo zijn
Friezen niet."
„Je wint meer met
een grap dan met
een dik rapport"
Door Hans Toonen
Een winderige woensdag
in Leeuwarden, iets voor
half tien.
Duim over de zijzakken van
zijn doordeweekse driedelige
pak, zo snelt de commissaris der
Koningin Hans Wiegel het Friese
provinciehuis uit. Maakt een
grapje tegen de werkster die het
blinkende koper in de trappenhal
oppoetst. Groet zijn chauffeur
Sytze Dijkstra. En schuift op de
achterbank van zijn dienstauto,
een snelle Audi 100. Op de hoe-
denplank liggen een schipper
spet, een regenhoedje, grijze
Britse bolhoed, een deukhoed en
warempel de hoed van JR.
„Mijn hebberige afwijking,"
begint de commissaris, maar
moet zijn ontboezeming bewaren
voor straks. Want we zijn reeds
bij het kantoor van de NV Wa
terleiding Friesland, waar een
licht nerveuze directeur ir. J. van
Winkelen de hoge gast welkom
heet bij diens eerste werkbezoek.
In de vergaderzaal boven wach
ten elf afdelingshoofden, koffie
met koek en een bolknak.
Anderhalf uur later weet com
missaris Wiegel dat het waterlei
dingnet in zijn provincie 220.000
aansluitingen telt, 5800 km lang
is, goed voor een jaaromzet van
ruim 64 miljoen.
Ook de van zijn echtgenote
meegekregen vraag waarom het
water thuis in Giekerk zo hard
is, blijft niet liggen. Mevrouw
Wiegel kan gerust zijn; na de
'bouwvak' wordt het Noordfriese
drink- en waswater onthard.
Vlak voor het afscheid trekt J.
Brandsma, bijna burgemeester-
af van Leeuwarden, maar die
ochtend voorzitter van de raad
van commissarissen, zijn com
missaris aan het jasje voor een
langslepende kwestie. Of Wiegel
er wat vaart achter kan zetten?
O ja, als blijk van waardering
voor dit eerste bezoek is er een
stropdas met eigen watermerk
voor de commissaris, een sjaal
voor mevrouw en een tas met
stickers voor de kleintjes.
Buiten houdt Sytze Dijkstra
alvast de achterportier open.
Onderweg naar Harlingen,
waar om half twaalf de veelbelo
vende Harlingen Offshore gepre
senteerd wordt, wijdt Wiegel uit
over de gespannen verwachtin
gen die men in Friesland heeft
over de man die de WD groot
gemaakt heeft.
„Natuurlijk kan ik hier en
daar wel een Haagse deur opdu
wen. Maar men moet niet denken
dat 'zijne excellentie' meteen ja
zegt als de commissaris der Ko
ningin uit Friesland aan de lijn
hangt. Wel kan ik vanwege mijn
Haagse contacten een beslissing
net dat laatste zetje geven. Of
een minister wijzen op heilloze
voornemens zoals het opheffen
van het Frysk Orkest. Minister
Brinkman heb ik op de meest
merkwaardige tijden gebeld -
zelfs 's ochtends om half acht -
om hem te waarschuwen voor
onberaden stappen.
„Nee, ik ben allesbehalve een
lastige horzel. Wel vasthoudend,
maar bovenal vriendelijk. En be
reid tot compromissen. Ik neem
liever genoegen met een resul
taat van 80% dan dat ik met lege
handen op mijn principiële gelijk
blijf staan. Hoort ook bij mijn
functie als ambassadeur van
Friesland: zoveel mogelijk van
uit Den Haag gedaan krijgen,
maar tegenover de statenleden
duidelijk maken dat onderhan
delen tussen rijk en provincie al
tijd een kwestie is van geven en
nemen."
Onlangs betichtte commissaris
Wiegel voor TROS-Aktua, uiter
aard weer met opgestoken vinger
vanaf de beeldbuis recht de huis
kamer in wijzend, Den Haag van
bureaucratie.
Past dit gevecht tegen ambte
lijke molens wel in het politieke
spel waarvan zeker Wiegel alle
999 trucs kent?
Getuite lippen: „Ach, als oud
minister weet ik dat een be
windsman ook niet alles weet
van wat er op zijn departement
gebeurt. Mijn verwijt over
Haagse bureaucratie is eerder
een signaal om op te houden met
al dat gepalaver. Dan moet er
knopen worden doorgehakt."
Vlak vóór Harlingen parkeert
chauffeur Dijkstra achter een
wachtende politieauto; de per
soonlijke standaard van de com
missaris der Koningin (twee lig
gende leeuwen) gaat op de
dienstauto. Buiten de visafslag
aan de haven heet ir. E. Steen
beek, burgemeester van Harlin
gen, de commissaris der Konin
gin zeer welkom. Even later slaat
de welbespraakte liberaal
kwink. De genodigden glunderen
als hij in Wiegeliaanse houding
(duim over jaszak, nijdige blik)
weer met een handvol steentjes
tegen Haagse ruiten tikt.
Als dank een ingelijste lucht
foto van Noorderhaven in Har
lingen. En een warm aanbevolen
koud buffet.
Geen kwaad woord van chauf
feur Dijkstra over de Friese
Het echtpaar Wiegel-Frederiks met Eric en Marieke.
commissaris der Koningin. Noch
over het gezin, waar voor hem op
elk uur van de dag de koffie
klaar staat. En zeker niet door-
drammen over dat gezanik van
de Fryske Nasjonale Partij.
Nee, het Fries woordenboek
dat hij vorig jaar op 30 juni bij
zijn installatie demonstratief
kreeg uitgereikt van de fanatie
ke FNP, heeft Wiegel niet in het
dashboardkastje van de Audi
liggen. „Dat was een overbodig
cadeau," grijnst Sytze Dijkstra,
terwijl hij een gesmoorde mossel
aan zijn vork prikt. „Goed, in het
begin heb ik de commisaris af en
toe voorgezegd hoe je bepaalde
klemtonen moet leggen. Maar hij
heeft in zeer korte tijd het Fries
uitstekend leren verstaan en
spreken."
Een tafelgenoot neemt over!
„Topfiguren uit het bedrijfsleven
in Friesland, die overigens zelf
vaak ook geen Fries spreken, ko
pen toch niets voor een commis
saris der Koningin die alleen
Fries moet praten. Wat schiet je
daar in Den Haag mee op? Niks!
Een noordelijk accent werkt eer
der in je nadeel. Ten onrechte
uiteraard, want je mag best laten
horen waar je vandaan komt.
Maar in het westen staat een
zachte g voor gezelligheid en een
afgeknepen n voor uit de klei ge
trokken boeren."
Een andere Fries: „Belangrijk
is of Wiegel gevoel heeft voor
wat er in Friesland leeft. Trou
wens, waarom moet Wiegel een
echte Fries worden? Volgens mij
moet ie een uitstekende commis
saris zijn. En dat is Wiegel."
Chauffeur Dijkstra: „De com
missaris en echtgenote zijn in
bijna alle Friese gemeenten -we
moeten nog naar Vlieland en
Terschelling- met gejuich ont
vangen. Het leek vaak net alsof
de koningin op bezoek kwam.
Wat de Friezen nu denken van
hun commissaris?... Schrijf
maar op: Tige best! Da's Fries
voor: het kan niet beter."
Iets over half twee keren we
laagvliegend terug naar Leeu
warden, waar in schouwburg De
Harmonie het eeuwfeest van het
Bonifatiushospitaal stijlvol
wordt gevierd.
Onderweg kijkt Wiegel zonder
wrok terug op de eerste woelige
dagen. „Toegegeven, er was bij
sommigen teleurstelling over zo
wel de procedure als de benoe
ming. Maar wat er toen in de
pers verscheen over verzet verte
kende de werkelijkheid." Plukt
even aan zijn vest en prikt:
Maar wie niks zegt of hartelijke
brieven schrijft, haalt de krant
nu eenmaal niet. Juist door die
berichten in de pers kreeg ik re
acties van: niks van aantrekken,
het is maar een kleine minder
heid die lawaai maakt."
Dan draait zijn meerijdende
kabinetsmedewerker drs. Ger
main Sandberg zich om en vult
aan: „Op het provinciehuis stond
vorig jaar een hele goede spreuk:
Wiegel Niet Gekozen Maar Wel
De Beste." Zijn heer slaat hem op
de schouder: „Maar die spreuk,
heb jij er toch persoonlijk opge
schilderd.
Al ver voor zijn benoeming
vertoefde Wiegel regelmatig in
Friesland. Zodra de Haagse veste
of het Catshuis hem benauwde
dook hij onder in zijn vakantie
huisje in Ee, vlak achter Dok-
kum. Bovendien moest het bloed
wel die kant opkruipen. Want
tijdens haar exodus uit Polen,
waar de stamboom van Wiegel
ooit wortelde, verzeilde een van
Hans Wiegels voorouders in
Makkum.
„Natuurlijk heb ik een gewel
dige tijd gekend als vice-pre-
mier, minister en fractieleider.
Maar om allerlei redenen, waar
ik liever niet verder op ingaan,
wilde ik totaal iets anders gaan
doen. Ik hou van bewegen, van
ontmoetingen met verschillende
mensen voor wie ik iets kan be
tekenen. Ik sta op traditie, be
leefdheid en betrouwbaarheid.
Al die zaken vind ik terug in
Friesland. Goed, de Fries moet
nog wat wennen aan mijn vlin
derachtige manier om me met al-
„lerlei zaken te bemoeien. En aan
mijn humor. Als ik met een
grapje ergens op reageer dan
denkt menige Fries dat ik zijn
verzoek niet serieus neem. Maar
mijn stelling is dat je vaak meer
wint met een grap dan met het
inleveren van een dik rapport."
Net als Dijkstra pijlsnel de ro
tonde bij Leeuwarden nadert,
moet hij zwaar remmen. Van
rechts nadert met gillende sire
nes een geldtransport. „De kas
van de provincie wordt nu afge
voerd," grijnst de commissaris
der Koningin kwajongensachtig.
Ook in deze toespraak ter gele
genheid van het 100-jarige Boni
fatiushospitaal toont Wiegel zich
een grootmeester in het steekspel
met de Haagse HH Politici. Wijst
de aanwezige staatssecretaris
Van der Reijden (Volksgezond
heid) snedig op gedane beloftes.
De zaal grinnikt. Wat is de com
misaris weer 'tige best'. Aan het
einde van die werkdag geeft
Wiegel toe dat hij de staatssecre
taris en partijgenoot de avond
daarvoor had opgebeld met de
vraag: „Wat ga jij morgen zeg
gen, opdat ik daarop kan inspe
len?"
Drs. Sandberg, Wiegels rech
terhand: „Vergeleken met zijn
voorganger, commissaris Rijp
stra is Wiegel meer op pad. Veel
meer een doe-het-zelver. In te
genstelling tot Rijpstra, hoe
Fries die naam ook klinken mag,
durft Wiegel wel Fries te praten.
Hij kokketeert er alleen niet mee.
Wiegel is wel iemand die overal
net op het nippertje arriveert.
Weet je wat me bij al die kennis
makingsbezoeken sterk opvalt?
Het groot aantal Friezen met een
WD-stropdas."
Drs. Sandberg is ook liberaal,
maar loopt er niet mee te kijk
Bij zijn afscheid op 14 mei
kreeg Hans. Wiegel van de VVD-
afdeling in Amerongen, zijn vo
rige stek, een paar schaatsen.
Van het veelzeggende type Frie
se doorlopers. Op het Binnenhof
zwaaide men hem uit met „tot
1 ziens als redder van de WD of
als premier.
Is de Friese commissaris der
Koningin op doorreis?
Wijst naar het voorbij flitsen
de landschap: „Neen, hier woon
ik met mijn gezin met groot ge
noegen. Ik hoop dit ambt nog ve
le jaren te kunnen vervullen.
Wanneer de Friezen zelf zeggen
dat het de hoogste tijd wordt
voor een andere commissaris,
pas dan stap ik op. En blik dan
liever eerst over de landsgren
zen, naar een ambassadeur-
spost."
De volgende stek van Wiegel is
onder een van zijn hoeden te
vangen.
De commissaris steekt de duim
over zijn schouder in de richting
van de Britse bolhoed.
Door Bert van Velzen
In de haven van Scheveninget
ruikt het nog steeds zilt en
naar teer en gerookte makreel
maar de logger De Zeemeeuw
is niet meer te vinden. Lang
geleden - ik was de leeftijd
van de ketelbink nog maar net
teboven tekomen - ben ik, op
een kalme, late avond in mei
aan boord van de toen al zeer
oude Zeemeeuw het zeegat
uitgevaren.
Ik ging voor spek en bonen
mee, om de jacht op de Hol
landse Nieuwe, het nobele zee
banket, te observeren tijdens
een naar hedendaagse maat
staven kommervolle reis.
Vlaggetjesdag en de Haringn-
ce keren weer terug, maar de
Zeemeeuw is weg en het vissen
met de vleet, het lange drijf
net, zal welzijn achterhaald
door minder bedachtzame vor
men van visserij.
De race was een avontuur,
want in najaarsstormen had
ik loggers, die in het Kanaal
hadden gevist, slag zien leve
ren met zware grondzeeën bij
de havenhoofden. Ze waren
dan een speelbal van de gol
ven en je stelde je voor dat de
schipper, in zuidwester en
oliegoed, wijdbeens aan het
roer een voor die gelegenheid
geschikte psalm stond te zin
gen.
Het was spannend, want bij
mist kon je het angstig geroep
horen van schepen die dicht
onder de kust naar de haven
zochten. Er hingen dan vissers
over de voorplecht om te luis
teren en te kijken totdat
iemand riep: Vuurtje recht
vooruit. En ook de jam
merklacht van Kniertje lag
onheilspellend in de herinne
ring. Mensen bleven op zee en
de vis werd duur betaald.
Ik wist toen dat haringen niet
met de hengel werden gevan
gen en dat de vissen van het
verre noorden afzakten naar
de Doggersbank om laat in het
jaar samen te scholen in het
Kanaal en dat ze dankzij Wil
lem Beukelszoon van Biervliet
konden worden gekaakt. Maar
verder was het mysterie.
De jong sten aan boord waren
het reepschieterje en het af-
houwertje. De eerste eerste
moest, op de knieën gezeten,
de lijn van de vleet vieren en
wat dat andere joch afhield
weet ik niet meer. Mochten ze
meedrinken als de enorme
koffiekommen waren wegge
zet en het glaasje zonder voet
de hiërarchische weg afdaalde
van schipper naar stuurman
naar lagere gezagsdragers
Van dë reepschieter herinner
ik me weinig. Misschien heeft
hij de hele reis wel in het
kombuis aardappelen zitten
schillen of in het vooronder
om zijn moeder liggen janken
De afhouwer wist dat je, in ge
val van zeeziekte, op het dek
voor de mast moest gaan zit
ten.
Het was koud, ook al was het
mei, want de eerste haring
werd gezocht in kille jachtvel
den ter hoogte van Aberdeen.
Ik sliep op de brug, waar het
krachtig kon waaien. In het
vooronder, een hol dat alleen
te bekruipen was en waar een
man of vier sliep, was het war
mer, maar het was er zo be
dompt dat afgrijzen zich van
je meester maakte als je de
helse plek omzichtig passeer
de.
Ook in dit opzicht waren
Scheveningers niet voor een
kleintje vervaard. De mannen
wasten zich alleen als de ha
ven in zicht kwamen en ze be
perkten zich daarbij tot hoofd
en handen, want daar hadden
ze tenslotte mee gewerkt.
De schipper heette Maarten
den Heijer. Hij droeg een fiere
bijnaam, Haringlord, want hij
was een bekwaam en gelukkig
visser, die aan de kleur van het
water kon zien of er 'aering'
zat. Als de vleet werd uitgezet
nam hij de pet af en sprak hij
waardig: Op hoop van zegen.
Zoals bijna alle Scheveningse
vissers kon hij niet zwemmen.
Later las ik in de krant dat hij
was verdronken toen zijn laat
ste schip door onopgehelderde
oorzaak was gaan zinken. De
bemanning kon zich in veilig
heid brengen. Maar de schip
per bleef aan boord.
taTFRPAG 21 ME11983
Door Ron G-
RIJSBERGEN -
1 wereld heeft er
flauwe notie van
I medisch pedago
I tuut De Krabbel
I het medisch kle
blijf De Twee G
I beurt. Wat voor
I ren er zijn, hoe d
worden, waarom
I er zijn en wat mei
heeft moeten afzii
Voor de buitenwer
bebossen iets vreemds
zover mogelijk uit c
1 waar je je kinderen
stuurt.
Daarom is men bij
sen zo blij, dat we allf
medaille willen bek
een dag rondhangen
I iedereen, die we tegen
lijk zou je een week
I pas dan kun je echt z
gebeurt", houdt dire<
lingszaken, mevrouw
ons voor. Maar zoveel
helaas niet.
Er moet heel wat ge
ouders ertoe besluiter
I de Krabbebossen te d<
Door Hans Ti
OEGSTGEEST/Vt
Toen Henri Lemi
Robinski heette,
op zijn onderdi
frontberichten
Oranje. Van een e
zoals 'Het Acht
wereldvermaarde
ment van Anne F
ook geen sprake,
is de vraag waaro
een extreme situa
gedoken, achter pi
gekaapte trein -n
grijpt? Waaroi
iemand, eenmaal
een dagboek?
Vaak om de tijd te
Indonesische journali:
bis, die zijn 'Kampd;