1982 Rampjaar voor Afrika
Ethiopië's zwarte joden
komen uit hun isolement
Duize
buiten
ia POLITI
Parijs kent weer de
beruchte soepkeuken
Slachtoffers Spaans
olijfolieschandaal
eisen gerechtigheid
mo
MAANDAG 7 FEBRUAR11983
EXTRA
Met de Wereldbank op zoek naar een nieuwe strategie
F AL ASIA'S ZELFS DOOR ISRAEL GEDISCRIMINEERD
JONGEREN NIEUWE GENERATIE ARMEN
Door Ferry Versteeg
VOOR DE Afrikaanse econo
mieën was 1982 een rampjaar
met onveranderd lage prijzen
voor hun exportprodukten,
met pijnlijke importbezuini
gingen en met een schulden
last die voor het hele continent
opliep tot 90 miljard dollar of
wel 12% van de totale schulden
van de Derde Wereld.
Als dit neerslachtige scena
rio nog enkele jaren voort
duurt, zal het aantal 'perma
nente noodgevallen' in Afrika
toenemen, zal de infrastruc
tuur verder afbrokkelen, zul
len steeds meer wegen onbeg
aanbaar worden, spoorwegen
stagneren, watervoorzienin
gen niet meer werken en kli
nieken zonder medicijnen
draaien. Een aftakelingspro
ces dat zich al aftekent in lan
den als Zaïre, Tanzania,
Tsjaad, Ghana, Angola en Mo
zambique.
Intussen is de speurtocht
naar nieuwe strategieën om
Afrika uit het productieve slop
te halen volop aan de gang.
Daarbij valt op dat de door
Wereldbank en Internationaal
Monetaire Fonds aangedragen
recepten, die lange tijd in bre
de Afrikaanse kring met arg
waan werden bekeken, in kor
te tijd sterk aan invloed heb
ben gewonnen.
Populariteit
De ideeën van Wereldbank
en Internationale Monetaire
Fonds zijn zeker niet onaange
vochten. Vooral in kringen
van de zogeheten 'ontkoppe-
lings'-school, die de laatste tijd
ook aan populariteit wint,
wijst men erop dat Wereld
bank en Internationaal Mone
taire
Fonds Afrika's economi
sche heil voornamelijk zien
liggen in een zo nauw mogelij
ke aansluiting bij de wereld
economie. Vandaar ook bij
voorbeeld het belang dat de
beide instellingen hechten aan
bevordering van de agrarische
produktie voor de export als
motor voor economische ont
wikkeling.
De 'ontkoppelaars' (de-lin
kers) benadrukken echter dat
Afrika's belang eerder is gele
gen in een zekere onthechting
van de wereldeconomie, waar
in de ontwikkelingslanden
huns inziens een structureel
inferieure rol krijgen opge- Inkrimpen
drongen. Ze zijn dan ook ge-
kant tegen het streven om de
Afrikaanse economieën door
middel van agrarische export
bevordering weer in het gareel
te krijgen. De 'ontkoppelaars'
wijzen er op dat de verbouw
van agrarische exportproduk
ten steeds meer ten koste gaat
van de voedselproduktie ten
behoeve van de snel groeiende
Afrikaanse bevolking.
Daar komt volgens hen bij
dat de aanbevelingen van We
reldbank en Internationaal
Monetaire Fonds voor agrari
sche exportbevordering ko
men op het moment waarop de
wereldhandel juist inkrimpt.
Ook worden uitgerekend de
agrarische exportprodukten
van de Afrikaanse landen het
hardst getroffen door het pro
tectionisme van de geïndus
trialiseerde landen.
„Maar wat is het alterna
tief?" Bax Nomvete van de
Economische Commissie voor
Afrika (ECA) en prominent lid
van de Afrikaanse 'ontkoppe-
lingsschool', zei onlangs: „Wij
zeggen niet dat de Afrikaanse
landen het isolement moeten
zoeken. Ze moeten hun strate
gieën en denkwijzen moeten
bijstellen. De oude strategieën
en denkwijzen hebben geleid
tot de export van niet- of half-
verwerkte agrarische of mine
rale produkten naar de ont
wikkelde landen. Die produk
ten worden daar verwerkt en
vervolgens gereëxporteerd
naar de ontwikkelingslanden
als dure consumptiegoederen.
Wij moeten de Afrikaanse
economieën zo herstructure
ren dat ze hun eigen produk-
tiecapaciteit kunnen ontwik
kelen." Nomvete denkt daarbij
aan een Afrika dat zelf zijn
meeste voedsel en verbruiks-
artikelen produceert ter be
vrediging van de directe be
hoefte van de bevolking.
De 'ontkoppelaars'
will,
dit ideaal naderbij brem
door meer nadruk op regi0r
le Afrikaanse samenwerk,
op tal van terreinen Jj
transport, telecommunica,
opleidingen, onderzoek
Verder dient Afrika de
stroom uit het continent te!
duceren door beheersing v:
de prijssystemen van buit»,
landse bedrijven en banken
Stokpaardjes van de 'ontw
pelaars' zijn ook het collect,,
onderhandelen met de rij
landen over exportprijzen
de aankoop van technologie,
kennis, alsmede het colleen,
vaststellen van investering
voorwaarden voor buit»
landse bedrijven en standpu-
ten tegenover instellingenj|
Wereldbank en Internationa-
Monetaire Fonds.
Van onze correspondent Ferry Versteeg
NAIROBI - De Ethiopische regering van kolonel Mengistu Hai-
le Mariam is eind vorig jaar een campagne begonnen om berich
ten in de buitenlandse pers te ontzenuwen over de slechte be
handeling van de zwarte Ethiopische joden ofwel Falasja's.
Vooral de Israëlische pers
betichtte Mengistu - geen
vriend van Israël - met regel
maat van onderdrukking van
de ongeveer 30.000 Falasja's,
die ook niet naar Israël zouden
mogen emigreren.
Onlangs nog betoogden in
Jeruzalem leden van de kleine
Ethiopische gemeenschap te
gen hun vervolging. Nu heeft
de Ethiopische regering echter
laten weten dat de Falasja-
dorpen door alle buitenlanders
kunnen worden bezocht „of
het nu toeristen, journalisten
of afgevaardigden van de Is
raëlische regering betreft."
Dus bezochten verscheidene
in de Ethiopische hoofdstad
Addis Abeba gestationeerde
buitenlandse correspondenten
Falasj a-dorpen in de omge
ving van de oude keizerlijke
hoofdstad Gondar op zo'n 600
kilometer ten noorden van
Addis Abeba.
Dit was het eerste bezoek
van buitenlanders aan deze
dorpen sinds daar twee jaar
geleden joodse welzijnswer
kers werden uitgewezen om
dat ze Falasja's zouden hebben
aangemoedigd naar Israël te
emigreren.
Enkele van de nog tamelijk
summiere bevindingen van de
bezoekers: de Falasja's toon
den zich verrast en wisten
niets van een veranderde re
geringshouding tegenover
hen. De meesten wisten ook
niet dat er in het buitenland
bezorgdheid bestond over hun
lot. Er was geen teken van po-
litie-aanwezigheid in de Fa-
lasja-dorpen en de mensen
zeiden in het algemeen dat
hun materiële situatie was
verbeterd sinds de socialisti
sche revolutie van 1974.
Wel viel in een van de dor
pen het buitenlandse bezoek
samen met de heropening van
de plaatselijke synagoge, die
daar twee jaar geleden was
gesloten.
Hoewel dit soort korte be
zoeken geen grondig uitsluit
sel kan bieden over de werke
lijke situatie van de Falasja's,
is één ding wel duidelijk: het
regime-Mengistu streeft naar
verbetering van de relaties
met het westen en naar bevor
dering naar de veelbelovende
toeristenindustrie en neemt
daarom een welwillender hou
ding aan tegenover de Falas
ja's.
Vorig jaar deden al meer
dan 100.000 buitenlandse toe
risten Ethiopië aan en spen
deerden er 20 miljoen dollar.
Daar komt bij dat de meeste
Falasj a-dorpen nabij de voor
naamste toeristencentra, zoals
Bahar Dar en Gondar liggen.
Een zegsman van de nationale
commissie voor toerisme be
nadrukte dan ook dat de Fa
lasja's op gelijke voet staan en
worden behandeld als de ove
rige Ethiopiërs.
Hij voegde daar veelzeg
gend aan toe: „Onder het feo
dale regime van keizer Haile
Selassi kampten de Falasja's
vaak met het bijgeloof en
vooroordeel van hun buren en
ondervonden ze problemen.
Maar de huidige regering pro
beert die verschijnselen uit te
roeien."
Voorouders
Intussen lopen de opvattin
gen over de vraag hoe de Fa
lasja's in het verre Ethiopië
zijn beland, nogal uiteen. Deze
zwarte joden delen weliswaar
een gemeenschappelijke reli
gieuze en culturele erfenis met
de andere joden in de wereld,
maar het idee dat ze gelijke
voorouders zouden hebben, is
aan ernstige twijfel onderhe
vig.
Het is volgens de historicus
David Kesslar waarschijnlij
ker dat de joodse religie zich
op dezelfde wijze verspreidde
als de grote wereldreligies, zo
als christendom en islam. Enig
licht biedt hun naam: Falasj a
betekent 'emigrant' of 'bal
ling'. De Falasj agemeenschap
in Ethiopië toonde door de
eeuwen heen een grote vastbe
radenheid om zich als per
soonlijke groep te handhaven.
Dat bezorgde hun dezelfde
vervolging en discriminatie
die joden elders in de wereld
ten deel vielen.
Toch wisten ze zich aanvan
kelijk goed te handhaven en in
de 14e eeuw bereikte het Fa
lasj a-koninkrijk in de Se-
mien-hooglanden nabij het
Tanameer een aanzienlijke
macht. Maar met de opkomst
van het Amhaarse rijk namen
invloed en aantal van de Fa
lasja's gestaag af en hun
MAANDAG 7 FEBRUA
Vervolg van pagina 1
In het pamflet dat het af
gelopen weekeinde op
grote schaal is verspreid
wordt er voor gewaar
schuwd dat er niet enkel
1500 arbeidsplaatsen bij
de KMS-groep op het spel
staan, maar ook de werk
gelegenheid van duizen
den ambtenaren, onder
aannemers en midden
standers.
„De regering heeft gewei
gerd om geld en werk beschik
baar te stellen, zodat vele
mensen ontslagen moeten
worden", aldus het pamflet.
„Daar komt de Zeeuwse be
volking tegen in verzet".
o Straattafereeltje waar toeristen tuk opzijn.
macht werd na een bloedige
pogrom in het begin van de
17de eeuw definitief gebroken.
Hoewel ze hun onafhankelijk
heid toen kwijt waren, hielden
ze tegen de verdrukking vast
aan hun religieuze en culture
le tradities.
Maar materieel zakten de
Falasja's af naar het niveau
van keuterboeren en armzali
ge landarbeiders in primitieve
en feodale dorpen. In het begin
van de vorige eeuw waren er
nog zo'n 200.000, begin deze
eeuw 50.000 en nu nog naar
schatting 30.000.
Wereldgemeenschap
De zwarte Ethiopische joden
moesten niet alleen eeuwen
lang vechten tegen een vijan
dige omgeving, maar ook voor
erkenning door de joodse we
reldgemeenschap. Toen de
staat Israël in 1948 werd opge
richt, garandeerde de Wet op
de Terugkeer alle joden het
recht zich in de nieuwe staat te
vestigen, maar dat recht werd
de Falasja's ontzegd.
De prominente Falasja-lei-
Nadat het opperrabbinaat in
Jeruzalem in het begin van de
jaren zeventig nogmaals wei
gerde de Falasja's als joden te
erkennen, zonden ze een open
brief de wereld in die veel op
zien baarde en als volgt be
sloot: „Hebben wij niet gele
den en blijven wij niet lijden
als gevolg van onze religie?
Waarom moet onze stam als
laagwaardiger worden be-l
schouwd dan het overige jo-|
dendom?"
Pas in 1975 kwam aan d(
historische onrechtvaardig
heid een einde en werden
Falasja's op voorspraak vu]
de twee opperrabbijnen
het Israëlische parlement il|
joden erkend. Ironisch
kwam deze erkenning een jas
nadat keizer Haile Selassi,
bondgenoot van Israël, wasa'
gezet en vervangen door
radicale en anti-Israëlisclf
Derg, die wordt geleid dcc
kolonel Mengistu.
Door onze
correspondent Jan Drummen
PARIJS - Pascal is 24 jaar,
komt uit Albi in Zuid-Frank
rijk en slaapt sedert enkele
weken op een stoep van de
Quai des Célestins. Tegen de
avond spreidt hij zijn oude
kranten op een rooster van de
ondergrondse waardoor wat
warme, bedorven lucht naar
boven komt.
Pascal is twee jaar geleden
naar Parijs gekomen met een
meubelmakersdiploma op zak.
Na enige tijd vond hij werk in
een fabriek in de Rue du Fau
bourg St. Antoine, maar de
crisis noopte de eigenaar zijn
bedrijf al heel gauw aan een
grotere onderneming over te
doen. De jongste krachten
werden bij die gelegenheid
ontslagen om economische re
denen.
Pascal had te kort gewerkt
om voor een werkloosheids
uitkering in aanmerking te
komen. „Na twee weken werd
ik op straat gezet omdat ik de
huur van mijn kamer niet
meer kon betalen. Tevoren
waren het gas en de electrici-
teit al afgesloten. Een week la
ter had ik geen frank meer en
ik begon te bedelen. Bedelen
brengt niets, maar dan ook
niets op in Parijs en je hebt zo
de politie aan je broek. Na
tuurlijk heb ik geprobeerd
werk te vinden, maar er is
geen werk voor iemand zoals
ik: te jong, te weinig ervaring;
goede wil en plezier in het vak
tellen niet."
Vuilnisbak
Daarna begon hij vuilnis
bakken na te zoeken om er iets
in te vinden dat hij op de
vlooienmarkt kwijt zou kun
nen. Het brengt soms wat op;
per maand verdiendt hij daar
ƒ120,- tot ƒ380,- mee. De
ƒ380,- is een hoge uitzonde
ring.
„Sedert begin van de winter
sta ik elke avond in de rij voor
de soepkeuken van het Leger
des Heils. Ik ga ook naar de
Secours Catholique waar je
gratis een douche kunt nemen.
Er is zeep en een handdoek en
zelfs scheergerei, zodat je
uiterlijk tenminste een mini
mum van menselijke waar
digheid kunt handhaven. Na
de douche krijg je een kop kof
fie, chocolade, thee of een glas
vruchtensap. Vanmiddag was
ik doodop. Ik had zowat zes
tien kilometer gelopen op en
neer naar Meudon waar meu
belmakers aangenomen zou
den worden. Het was natuur
lijk een vals gerucht. Ik heb
me tot hier gesleept met
krampen van de honger. Mijn
schoenen zijn doorgelopen; de
rechter heeft geen zool meer
en ik loop met mijn blote voet
op de grond. Soms denk ik er
over er een eind aan te maken.
Met 24 jaar lijkt het leven niet
meer waard geleefd te wor
den, en dat in deze eeuw. Als
ik kon of geld had, ging ik
naar Albi terug, ofschoon ik er
geen familie en vrienden meer
heb. Maar het lijkt me dat het
daar wat minder ondraaglijk
zou zijn. In elk geval is het er
niet koud. Maar ik heb geen
geld, dus blijf ik hier."
Niet denken
„Hopend waarop?"
Hij haalt de schouders op en
zegt: „Daar wil ik niet eens
aan denken. Voor het ogenblik
heb ik zeventig centimes op
zak. Een een kop koffie kost,
zoals u weet, 2,30 frank."
Pascal is een van de honder
den voor wie de rijdende soep
keuken van het Leger des
Heils een uitkomst is om
's avonds althans zoveel in de
maag te krijgen dat zij, als het
niet al te koud is, enkele uren
kunnen slapen. Een van de
2000 officieel geregistreerde
daklozen in Parijs, maar in
feite zouden er viermaal zo
veel zijn. Pascal en zijn lotge
noten behoren tot de opko
mende generatie van nieuwe
armen in Frankrijk, voor een
verrassend groot gedeelte jon
ge mensen.
De ministerraad heeft nu
een aantal maatregelen geno
men om te hulp te komen aan
deze nieuwe armen. De over
heid springt bij waar de hulp
van liefdadige organisaties
niet meer voldoende blijkt om
de meest schrijnende ellende
te lenigen. Er is moeilijk een
cijfer aan te voeren aangaan
de de noodlijdenden, mede
omdat een aantal van hen de
armoede en ellende verborgen
houdt. Maar algemeen wordt
aangenomen dat er anderhalf
miljoen gezinnen in Frankrijk
zijn waarvan de middelen niet
meer dan 50 frank (plm. 20,-
per gezinslid per dag bedra
gen.
De meeste van deze noodlij
denden worden alleen maar
geregistreerd wanneer zij ten
einde raad hulp komen vragen
bij de diverse sociale diensten.
Deze diensten werken evenwel
niet tijdens het weekeinde en
's nachts. Er is nu bepaald dat
in vijftien grote steden de so
ciale diensten dag en nacht
open moeten blijven om in
dringende gevallen hulp te
verlenen; voedsel, kleding,
medische bijstand of andere
hulp.
Een tweede maatregel heeft
ten doel te voorkomen dat het
aantal armen toeneemt, want
er is gebleken dat veertig pro
cent van de hulpbehoevenden
lieden zijn die in feite op so
ciale bijstand konden rekenen,
bijstand die om administratie
ve redenen veelal ten onrechte
is weggevallen. Er is nu be
paald dat de kassa's voor so
ciale bijstand voortaan direct
hulp moeten verlenen, midde
len ter beschikking stellen en
daarna pas een onderzoek mo
gen instellen naar de rechtma
tigheid van de eisen, in plaats
van weken, soms maanden, te
verliezen met het administra
tief nagaan van de rechtma
tigheid van de aanvrager.
Hetzelfde geldt als de sociale
hulp van de ene categorie naar
een andere overgaat waarbij
heel vaak een zgn. 'gat' of een
De traditionele clochard.
'dood getij' ontstaat.
Tenslotte worden er speciale
afdelingen samengesteld om te
hulp komen aan alleenstaande
moeders. Kinderen zullen
naar zomervakantiekampen
gezonden worden en tenslotte
zal er een intensieve alfabeti
sering doorgevoerd worden,
omdat blijkt dat er nog elk
jaar 3000 recruten zijn die als
zij hun militaire dienst moeten
verrichten, noch lezen noch
schrijven kunnen.
Het probleem is inmiddels
acuut geworden, omdat de
verschillende liefdadigheids
instellingen het niet meer
aankunnen en een noodkreet
geslagen hebben. Zij zijn naar
president Mitterrand gekomen
om hem te bezweren iets te
ondernemen. De verzoeken tot
hulp blijken voor een groot ge
deelte van relatief jonge men
sen te komen tussen 20 en 40
jaar. Het aantal noodlijdenden
van minder dan 39 jaar is zelfs
63% van het totaal en 72,5%
heeft geen beroepsopleiding.
Drieënvijftig procent blijken
echtparen te zijn, 27% alleen
staande vrouwen. Verder zijn
er oude van dagen zonder
middelen, werklozen die geen
uitkering meer ontvangen,
verlaten vrouwen met kinde
ren, zieken, jongeren die zwer
ven en geen middelen hebben.
Sedert enkele maanden ziet
men vooral in de oudere wij
ken van Parijs meer en meer
daklozen die in portieken, on
der bruggen, op de stoepen
slapen en het Leger des Heils
is weer begonnen met de
FOTOSWEERING
roemruchte soepkeuken om
daarmee maaltijden te ver
strekken, iets wat sedert 1930
niet meer gebeurd was.
Een woordvoerder van de
katholieke hulpverleningsor
ganisatie heeft verklaard dat
de Fransen hun ogen niet
meer mogen sluiten voor het
feit dat er een nieuwe genera
tie van armen is. Verleden
jaar zijn 600.000 personen door
de Secours Catholique gehol
pen: dubbel zoveel als drie
jaar tevoren. Volgens de be
kende Abbé Pierre had men
het verschijnsel sedert lang
kunnen voorzien. Volgens hem
is dit het gevolg van werkloos
heid, van onvoldoende be
roepsopleiding, van ziekte, te
genslag en ook van alcoholis
me.
Door Siegfried Buschschluter
MADRID - Aurelia Morena is 39, maar ziet er uit als 60.
ogen staan hol in haar afgetobd gezicht dat getekend is 4*
wanhoop en pijn. De huid op haar handen staat strak gespï
nen, haar vingers zijn stijf en ze kan haar armen en benen mi
welijks bewegen. Zacht snikkend vertelt ze over haar lijd®
weg die twintig maanden geleden begon met de aankoop
een flesje goedkope merkloze olijfolie.
Elvira Garcia is 49. Ook zij
ziet er veel ouder uit. Maar
haar strijdlust heeft ze niet
verloren. Onverholen woede
klinkt uit haar stem als ze de
autoriteiten beschuldigt van
misdadige verwaarlozing van
haar zaak.
Aurelia Morena en Elvira
Garcia zijn slechts twee van
de 20.178 slachtoffers van het
olijfolieschandaal waardoor
Spanje in het voorjaar van
1981 werd getroffen. In een
tijdsbestek van enkele maan
den overleden toen 335 mensen
aan een onbekende ziekte die
was veroorzaakt door het eten
van olijfolie die was aange
lengd met het zeer giftige ani
line.
Niet berecht
Aurelia Morena en Elvira
Garcia hebben samen met 250
andere inwoners van de arme
Madrileense voorstad Coslada
een protestaktie gehouden in
de plaatselijke parochiekerk
om het publiek aan hun lot te
herinneren. Want hoewel de
regering vrijwel onmiddellijk
een wetenschappelijke com
missie in het leven riep om de
zaak te onderzoeken, is er
twintig maanden na de trage
die nog steeds geen eindrap
port verschenen en zijn dege
nen die verantwoordelijk wor
den geacht voor de produktie
en verkoop van de olijfolie,
nog steeds niet berecht.
Onlangs week heeft de
nieuwe socialistische premier
een verklaring afgelegd,
waarin hij zei dat het onder
zoek zoó worden voortgezet
daar de oorzaak van de ziekte
nog niet was vastgesteld. Ver
der zou er een interdeparte
mentale commissie won»
opgericht en zouden er in®
nationale experts worden i
geschakeld. Maar met dit®
woord zijn de slachtoffers ui
tevreden.
Traag
Wat hen het meest dwj
zit, is de trage, ongecoörl
neerde manier waarop hetot
derzoek naar de ziekte wos
uitgevoerd. Het onderz#
wordt gekenmerkt door o#
nigheid en broodnijd tussen!
verschillende laboratoria1
instellingen die eraan deel®
men. Misschien is dit ook
een van de redenen dat de»1
tenschappers het niet
kunnen worden over de exs'
oorzaak van de vergiftigiW
Vorig jaar is er ongeveeri
miljard peseta's (ongeveer!
miljoen gulden) uitgetrott
voor de slachtoffers en I»
gezinnen. Maar over de fi®
ciële vergoeding wordt door
slachtoffers nauwelijks f
klaagd. Ze willen dat het re(
zijn loop krijgt en dat
schuldigen worden gestra
Verder hopen ze natuur!
dat er nog eens een genezW
wijze wordt ontdekt.
Moed
De kans daarop lijkt eet
klein. Tot dusver hebben
doktoren alleen de sympto®
behandeld. Niemand heeft'
de moed gehad om de pa''
ten te vertellen dat de 1®
melijke schade in de
gevallen waarschijnlijk r
meer kan worden hersteld
COPYRIGHT THE GUA
DIAN - DE STEM
BREDA - „We zullen pr
boven water te krijgen
of Machinefabriek Br
is".
Met die toezegging vert
Kamerleden Niessen en C
Breda. Enkele uren lang ha
leden en directie van Mach
een aantal Bredase gemeen
VVD ontbrak) proberen dui
een kans moet krijgen om vo
Weliswaar in afgeslankte
j.vorm, aldus directeur C. Smit,
maar duidelijk als een bedrijf
met toekomstmogelijkheden.
Hij baseerde zich daarbij op
de resultaten, die behaald wa
ren nadat in 1979 een herstel
plan in werking was getreden.
Sindsdien is de ontwikkeling
precies gegaan zoals in de
(„voorzichtige") prognoses was
opgesteld. In 1979 was er een
dieptepunt: een verlies van 11
miljoen gulden. Geheel vol
gens de prognoses en ondanks
de slechte economische situa
tie is dat verlies vorig jaar te
ruggebracht tot 3 miljoen gul
den. Voor dit jaar wordt een
bescheiden winst verwacht. Ir.
Smit legde, evenals OR-voor-
zitter Mart Jongeneel ook
sterk de nadruk op de know
how binnen het bedrijf, de in
eigen beheer ontwikkelde pro
dukten, de „enorme vakken
nis, die verloren zal gaan als
dit bedrijf gesloten wordt".
Strijdvaardig
De ondernemingsraadsle
den en de directeur waren
geëmotioneerd en strijdvaar-
Van onze parlementaire re
dactie
EDE - „Weet u wat
het probleem is? Het
minimum-loon zal
altijd te weinig zijn.
Het minimum zal al
tijd vegeteren blij
ven."
Met de begrijpende glim
lach van een strenge vader
'egt minister Jan de Koning
(sociale zaken) mevrouw
°nny Mossou uit dat er ge-
Woon geen oplossing voor de
Problemen van de laagstbe
taalden is. Ze knikt begrij
pend, al is het niet het ant
woord dat ze graag wilde
horen. Mevrouw Mossou is
speciaal naar het CDA-con-
gres in Ede gekomen om
iedere politicus die ze van tv
°f een foto uit de krant kent
aan f® klampen met de fi
nanciële problemen van een
alleenstaande vrouw die
n»et een WAO-uitkering
rond moet komen.
De Koning trekt tien mi
nuten uit om zijn oor bij de
het niet breed hebbende ba
sis te luister te leggen.
Wat heeft u netto? „Vijf-
lenhonderd in de maand"
egt Tonny Mossou om na de
n. dat-valt-nog-mee-reac-
ie in de ogen van De Ko-
l^S' Zich te verdedigen met:
z" bier niet namens me
el'. maar namens duizen-