1982 Rampjaar voor Afrika Ethiopië's zwarte joden komen uit hun isolement Duize buiten ia POLITI Parijs kent weer de beruchte soepkeuken Slachtoffers Spaans olijfolieschandaal eisen gerechtigheid mo MAANDAG 7 FEBRUAR11983 EXTRA Met de Wereldbank op zoek naar een nieuwe strategie F AL ASIA'S ZELFS DOOR ISRAEL GEDISCRIMINEERD JONGEREN NIEUWE GENERATIE ARMEN Door Ferry Versteeg VOOR DE Afrikaanse econo mieën was 1982 een rampjaar met onveranderd lage prijzen voor hun exportprodukten, met pijnlijke importbezuini gingen en met een schulden last die voor het hele continent opliep tot 90 miljard dollar of wel 12% van de totale schulden van de Derde Wereld. Als dit neerslachtige scena rio nog enkele jaren voort duurt, zal het aantal 'perma nente noodgevallen' in Afrika toenemen, zal de infrastruc tuur verder afbrokkelen, zul len steeds meer wegen onbeg aanbaar worden, spoorwegen stagneren, watervoorzienin gen niet meer werken en kli nieken zonder medicijnen draaien. Een aftakelingspro ces dat zich al aftekent in lan den als Zaïre, Tanzania, Tsjaad, Ghana, Angola en Mo zambique. Intussen is de speurtocht naar nieuwe strategieën om Afrika uit het productieve slop te halen volop aan de gang. Daarbij valt op dat de door Wereldbank en Internationaal Monetaire Fonds aangedragen recepten, die lange tijd in bre de Afrikaanse kring met arg waan werden bekeken, in kor te tijd sterk aan invloed heb ben gewonnen. Populariteit De ideeën van Wereldbank en Internationale Monetaire Fonds zijn zeker niet onaange vochten. Vooral in kringen van de zogeheten 'ontkoppe- lings'-school, die de laatste tijd ook aan populariteit wint, wijst men erop dat Wereld bank en Internationaal Mone taire Fonds Afrika's economi sche heil voornamelijk zien liggen in een zo nauw mogelij ke aansluiting bij de wereld economie. Vandaar ook bij voorbeeld het belang dat de beide instellingen hechten aan bevordering van de agrarische produktie voor de export als motor voor economische ont wikkeling. De 'ontkoppelaars' (de-lin kers) benadrukken echter dat Afrika's belang eerder is gele gen in een zekere onthechting van de wereldeconomie, waar in de ontwikkelingslanden huns inziens een structureel inferieure rol krijgen opge- Inkrimpen drongen. Ze zijn dan ook ge- kant tegen het streven om de Afrikaanse economieën door middel van agrarische export bevordering weer in het gareel te krijgen. De 'ontkoppelaars' wijzen er op dat de verbouw van agrarische exportproduk ten steeds meer ten koste gaat van de voedselproduktie ten behoeve van de snel groeiende Afrikaanse bevolking. Daar komt volgens hen bij dat de aanbevelingen van We reldbank en Internationaal Monetaire Fonds voor agrari sche exportbevordering ko men op het moment waarop de wereldhandel juist inkrimpt. Ook worden uitgerekend de agrarische exportprodukten van de Afrikaanse landen het hardst getroffen door het pro tectionisme van de geïndus trialiseerde landen. „Maar wat is het alterna tief?" Bax Nomvete van de Economische Commissie voor Afrika (ECA) en prominent lid van de Afrikaanse 'ontkoppe- lingsschool', zei onlangs: „Wij zeggen niet dat de Afrikaanse landen het isolement moeten zoeken. Ze moeten hun strate gieën en denkwijzen moeten bijstellen. De oude strategieën en denkwijzen hebben geleid tot de export van niet- of half- verwerkte agrarische of mine rale produkten naar de ont wikkelde landen. Die produk ten worden daar verwerkt en vervolgens gereëxporteerd naar de ontwikkelingslanden als dure consumptiegoederen. Wij moeten de Afrikaanse economieën zo herstructure ren dat ze hun eigen produk- tiecapaciteit kunnen ontwik kelen." Nomvete denkt daarbij aan een Afrika dat zelf zijn meeste voedsel en verbruiks- artikelen produceert ter be vrediging van de directe be hoefte van de bevolking. De 'ontkoppelaars' will, dit ideaal naderbij brem door meer nadruk op regi0r le Afrikaanse samenwerk, op tal van terreinen Jj transport, telecommunica, opleidingen, onderzoek Verder dient Afrika de stroom uit het continent te! duceren door beheersing v: de prijssystemen van buit», landse bedrijven en banken Stokpaardjes van de 'ontw pelaars' zijn ook het collect,, onderhandelen met de rij landen over exportprijzen de aankoop van technologie, kennis, alsmede het colleen, vaststellen van investering voorwaarden voor buit» landse bedrijven en standpu- ten tegenover instellingenj| Wereldbank en Internationa- Monetaire Fonds. Van onze correspondent Ferry Versteeg NAIROBI - De Ethiopische regering van kolonel Mengistu Hai- le Mariam is eind vorig jaar een campagne begonnen om berich ten in de buitenlandse pers te ontzenuwen over de slechte be handeling van de zwarte Ethiopische joden ofwel Falasja's. Vooral de Israëlische pers betichtte Mengistu - geen vriend van Israël - met regel maat van onderdrukking van de ongeveer 30.000 Falasja's, die ook niet naar Israël zouden mogen emigreren. Onlangs nog betoogden in Jeruzalem leden van de kleine Ethiopische gemeenschap te gen hun vervolging. Nu heeft de Ethiopische regering echter laten weten dat de Falasja- dorpen door alle buitenlanders kunnen worden bezocht „of het nu toeristen, journalisten of afgevaardigden van de Is raëlische regering betreft." Dus bezochten verscheidene in de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba gestationeerde buitenlandse correspondenten Falasj a-dorpen in de omge ving van de oude keizerlijke hoofdstad Gondar op zo'n 600 kilometer ten noorden van Addis Abeba. Dit was het eerste bezoek van buitenlanders aan deze dorpen sinds daar twee jaar geleden joodse welzijnswer kers werden uitgewezen om dat ze Falasja's zouden hebben aangemoedigd naar Israël te emigreren. Enkele van de nog tamelijk summiere bevindingen van de bezoekers: de Falasja's toon den zich verrast en wisten niets van een veranderde re geringshouding tegenover hen. De meesten wisten ook niet dat er in het buitenland bezorgdheid bestond over hun lot. Er was geen teken van po- litie-aanwezigheid in de Fa- lasja-dorpen en de mensen zeiden in het algemeen dat hun materiële situatie was verbeterd sinds de socialisti sche revolutie van 1974. Wel viel in een van de dor pen het buitenlandse bezoek samen met de heropening van de plaatselijke synagoge, die daar twee jaar geleden was gesloten. Hoewel dit soort korte be zoeken geen grondig uitsluit sel kan bieden over de werke lijke situatie van de Falasja's, is één ding wel duidelijk: het regime-Mengistu streeft naar verbetering van de relaties met het westen en naar bevor dering naar de veelbelovende toeristenindustrie en neemt daarom een welwillender hou ding aan tegenover de Falas ja's. Vorig jaar deden al meer dan 100.000 buitenlandse toe risten Ethiopië aan en spen deerden er 20 miljoen dollar. Daar komt bij dat de meeste Falasj a-dorpen nabij de voor naamste toeristencentra, zoals Bahar Dar en Gondar liggen. Een zegsman van de nationale commissie voor toerisme be nadrukte dan ook dat de Fa lasja's op gelijke voet staan en worden behandeld als de ove rige Ethiopiërs. Hij voegde daar veelzeg gend aan toe: „Onder het feo dale regime van keizer Haile Selassi kampten de Falasja's vaak met het bijgeloof en vooroordeel van hun buren en ondervonden ze problemen. Maar de huidige regering pro beert die verschijnselen uit te roeien." Voorouders Intussen lopen de opvattin gen over de vraag hoe de Fa lasja's in het verre Ethiopië zijn beland, nogal uiteen. Deze zwarte joden delen weliswaar een gemeenschappelijke reli gieuze en culturele erfenis met de andere joden in de wereld, maar het idee dat ze gelijke voorouders zouden hebben, is aan ernstige twijfel onderhe vig. Het is volgens de historicus David Kesslar waarschijnlij ker dat de joodse religie zich op dezelfde wijze verspreidde als de grote wereldreligies, zo als christendom en islam. Enig licht biedt hun naam: Falasj a betekent 'emigrant' of 'bal ling'. De Falasj agemeenschap in Ethiopië toonde door de eeuwen heen een grote vastbe radenheid om zich als per soonlijke groep te handhaven. Dat bezorgde hun dezelfde vervolging en discriminatie die joden elders in de wereld ten deel vielen. Toch wisten ze zich aanvan kelijk goed te handhaven en in de 14e eeuw bereikte het Fa lasj a-koninkrijk in de Se- mien-hooglanden nabij het Tanameer een aanzienlijke macht. Maar met de opkomst van het Amhaarse rijk namen invloed en aantal van de Fa lasja's gestaag af en hun MAANDAG 7 FEBRUA Vervolg van pagina 1 In het pamflet dat het af gelopen weekeinde op grote schaal is verspreid wordt er voor gewaar schuwd dat er niet enkel 1500 arbeidsplaatsen bij de KMS-groep op het spel staan, maar ook de werk gelegenheid van duizen den ambtenaren, onder aannemers en midden standers. „De regering heeft gewei gerd om geld en werk beschik baar te stellen, zodat vele mensen ontslagen moeten worden", aldus het pamflet. „Daar komt de Zeeuwse be volking tegen in verzet". o Straattafereeltje waar toeristen tuk opzijn. macht werd na een bloedige pogrom in het begin van de 17de eeuw definitief gebroken. Hoewel ze hun onafhankelijk heid toen kwijt waren, hielden ze tegen de verdrukking vast aan hun religieuze en culture le tradities. Maar materieel zakten de Falasja's af naar het niveau van keuterboeren en armzali ge landarbeiders in primitieve en feodale dorpen. In het begin van de vorige eeuw waren er nog zo'n 200.000, begin deze eeuw 50.000 en nu nog naar schatting 30.000. Wereldgemeenschap De zwarte Ethiopische joden moesten niet alleen eeuwen lang vechten tegen een vijan dige omgeving, maar ook voor erkenning door de joodse we reldgemeenschap. Toen de staat Israël in 1948 werd opge richt, garandeerde de Wet op de Terugkeer alle joden het recht zich in de nieuwe staat te vestigen, maar dat recht werd de Falasja's ontzegd. De prominente Falasja-lei- Nadat het opperrabbinaat in Jeruzalem in het begin van de jaren zeventig nogmaals wei gerde de Falasja's als joden te erkennen, zonden ze een open brief de wereld in die veel op zien baarde en als volgt be sloot: „Hebben wij niet gele den en blijven wij niet lijden als gevolg van onze religie? Waarom moet onze stam als laagwaardiger worden be-l schouwd dan het overige jo-| dendom?" Pas in 1975 kwam aan d( historische onrechtvaardig heid een einde en werden Falasja's op voorspraak vu] de twee opperrabbijnen het Israëlische parlement il| joden erkend. Ironisch kwam deze erkenning een jas nadat keizer Haile Selassi, bondgenoot van Israël, wasa' gezet en vervangen door radicale en anti-Israëlisclf Derg, die wordt geleid dcc kolonel Mengistu. Door onze correspondent Jan Drummen PARIJS - Pascal is 24 jaar, komt uit Albi in Zuid-Frank rijk en slaapt sedert enkele weken op een stoep van de Quai des Célestins. Tegen de avond spreidt hij zijn oude kranten op een rooster van de ondergrondse waardoor wat warme, bedorven lucht naar boven komt. Pascal is twee jaar geleden naar Parijs gekomen met een meubelmakersdiploma op zak. Na enige tijd vond hij werk in een fabriek in de Rue du Fau bourg St. Antoine, maar de crisis noopte de eigenaar zijn bedrijf al heel gauw aan een grotere onderneming over te doen. De jongste krachten werden bij die gelegenheid ontslagen om economische re denen. Pascal had te kort gewerkt om voor een werkloosheids uitkering in aanmerking te komen. „Na twee weken werd ik op straat gezet omdat ik de huur van mijn kamer niet meer kon betalen. Tevoren waren het gas en de electrici- teit al afgesloten. Een week la ter had ik geen frank meer en ik begon te bedelen. Bedelen brengt niets, maar dan ook niets op in Parijs en je hebt zo de politie aan je broek. Na tuurlijk heb ik geprobeerd werk te vinden, maar er is geen werk voor iemand zoals ik: te jong, te weinig ervaring; goede wil en plezier in het vak tellen niet." Vuilnisbak Daarna begon hij vuilnis bakken na te zoeken om er iets in te vinden dat hij op de vlooienmarkt kwijt zou kun nen. Het brengt soms wat op; per maand verdiendt hij daar ƒ120,- tot ƒ380,- mee. De ƒ380,- is een hoge uitzonde ring. „Sedert begin van de winter sta ik elke avond in de rij voor de soepkeuken van het Leger des Heils. Ik ga ook naar de Secours Catholique waar je gratis een douche kunt nemen. Er is zeep en een handdoek en zelfs scheergerei, zodat je uiterlijk tenminste een mini mum van menselijke waar digheid kunt handhaven. Na de douche krijg je een kop kof fie, chocolade, thee of een glas vruchtensap. Vanmiddag was ik doodop. Ik had zowat zes tien kilometer gelopen op en neer naar Meudon waar meu belmakers aangenomen zou den worden. Het was natuur lijk een vals gerucht. Ik heb me tot hier gesleept met krampen van de honger. Mijn schoenen zijn doorgelopen; de rechter heeft geen zool meer en ik loop met mijn blote voet op de grond. Soms denk ik er over er een eind aan te maken. Met 24 jaar lijkt het leven niet meer waard geleefd te wor den, en dat in deze eeuw. Als ik kon of geld had, ging ik naar Albi terug, ofschoon ik er geen familie en vrienden meer heb. Maar het lijkt me dat het daar wat minder ondraaglijk zou zijn. In elk geval is het er niet koud. Maar ik heb geen geld, dus blijf ik hier." Niet denken „Hopend waarop?" Hij haalt de schouders op en zegt: „Daar wil ik niet eens aan denken. Voor het ogenblik heb ik zeventig centimes op zak. Een een kop koffie kost, zoals u weet, 2,30 frank." Pascal is een van de honder den voor wie de rijdende soep keuken van het Leger des Heils een uitkomst is om 's avonds althans zoveel in de maag te krijgen dat zij, als het niet al te koud is, enkele uren kunnen slapen. Een van de 2000 officieel geregistreerde daklozen in Parijs, maar in feite zouden er viermaal zo veel zijn. Pascal en zijn lotge noten behoren tot de opko mende generatie van nieuwe armen in Frankrijk, voor een verrassend groot gedeelte jon ge mensen. De ministerraad heeft nu een aantal maatregelen geno men om te hulp te komen aan deze nieuwe armen. De over heid springt bij waar de hulp van liefdadige organisaties niet meer voldoende blijkt om de meest schrijnende ellende te lenigen. Er is moeilijk een cijfer aan te voeren aangaan de de noodlijdenden, mede omdat een aantal van hen de armoede en ellende verborgen houdt. Maar algemeen wordt aangenomen dat er anderhalf miljoen gezinnen in Frankrijk zijn waarvan de middelen niet meer dan 50 frank (plm. 20,- per gezinslid per dag bedra gen. De meeste van deze noodlij denden worden alleen maar geregistreerd wanneer zij ten einde raad hulp komen vragen bij de diverse sociale diensten. Deze diensten werken evenwel niet tijdens het weekeinde en 's nachts. Er is nu bepaald dat in vijftien grote steden de so ciale diensten dag en nacht open moeten blijven om in dringende gevallen hulp te verlenen; voedsel, kleding, medische bijstand of andere hulp. Een tweede maatregel heeft ten doel te voorkomen dat het aantal armen toeneemt, want er is gebleken dat veertig pro cent van de hulpbehoevenden lieden zijn die in feite op so ciale bijstand konden rekenen, bijstand die om administratie ve redenen veelal ten onrechte is weggevallen. Er is nu be paald dat de kassa's voor so ciale bijstand voortaan direct hulp moeten verlenen, midde len ter beschikking stellen en daarna pas een onderzoek mo gen instellen naar de rechtma tigheid van de eisen, in plaats van weken, soms maanden, te verliezen met het administra tief nagaan van de rechtma tigheid van de aanvrager. Hetzelfde geldt als de sociale hulp van de ene categorie naar een andere overgaat waarbij heel vaak een zgn. 'gat' of een De traditionele clochard. 'dood getij' ontstaat. Tenslotte worden er speciale afdelingen samengesteld om te hulp komen aan alleenstaande moeders. Kinderen zullen naar zomervakantiekampen gezonden worden en tenslotte zal er een intensieve alfabeti sering doorgevoerd worden, omdat blijkt dat er nog elk jaar 3000 recruten zijn die als zij hun militaire dienst moeten verrichten, noch lezen noch schrijven kunnen. Het probleem is inmiddels acuut geworden, omdat de verschillende liefdadigheids instellingen het niet meer aankunnen en een noodkreet geslagen hebben. Zij zijn naar president Mitterrand gekomen om hem te bezweren iets te ondernemen. De verzoeken tot hulp blijken voor een groot ge deelte van relatief jonge men sen te komen tussen 20 en 40 jaar. Het aantal noodlijdenden van minder dan 39 jaar is zelfs 63% van het totaal en 72,5% heeft geen beroepsopleiding. Drieënvijftig procent blijken echtparen te zijn, 27% alleen staande vrouwen. Verder zijn er oude van dagen zonder middelen, werklozen die geen uitkering meer ontvangen, verlaten vrouwen met kinde ren, zieken, jongeren die zwer ven en geen middelen hebben. Sedert enkele maanden ziet men vooral in de oudere wij ken van Parijs meer en meer daklozen die in portieken, on der bruggen, op de stoepen slapen en het Leger des Heils is weer begonnen met de FOTOSWEERING roemruchte soepkeuken om daarmee maaltijden te ver strekken, iets wat sedert 1930 niet meer gebeurd was. Een woordvoerder van de katholieke hulpverleningsor ganisatie heeft verklaard dat de Fransen hun ogen niet meer mogen sluiten voor het feit dat er een nieuwe genera tie van armen is. Verleden jaar zijn 600.000 personen door de Secours Catholique gehol pen: dubbel zoveel als drie jaar tevoren. Volgens de be kende Abbé Pierre had men het verschijnsel sedert lang kunnen voorzien. Volgens hem is dit het gevolg van werkloos heid, van onvoldoende be roepsopleiding, van ziekte, te genslag en ook van alcoholis me. Door Siegfried Buschschluter MADRID - Aurelia Morena is 39, maar ziet er uit als 60. ogen staan hol in haar afgetobd gezicht dat getekend is 4* wanhoop en pijn. De huid op haar handen staat strak gespï nen, haar vingers zijn stijf en ze kan haar armen en benen mi welijks bewegen. Zacht snikkend vertelt ze over haar lijd® weg die twintig maanden geleden begon met de aankoop een flesje goedkope merkloze olijfolie. Elvira Garcia is 49. Ook zij ziet er veel ouder uit. Maar haar strijdlust heeft ze niet verloren. Onverholen woede klinkt uit haar stem als ze de autoriteiten beschuldigt van misdadige verwaarlozing van haar zaak. Aurelia Morena en Elvira Garcia zijn slechts twee van de 20.178 slachtoffers van het olijfolieschandaal waardoor Spanje in het voorjaar van 1981 werd getroffen. In een tijdsbestek van enkele maan den overleden toen 335 mensen aan een onbekende ziekte die was veroorzaakt door het eten van olijfolie die was aange lengd met het zeer giftige ani line. Niet berecht Aurelia Morena en Elvira Garcia hebben samen met 250 andere inwoners van de arme Madrileense voorstad Coslada een protestaktie gehouden in de plaatselijke parochiekerk om het publiek aan hun lot te herinneren. Want hoewel de regering vrijwel onmiddellijk een wetenschappelijke com missie in het leven riep om de zaak te onderzoeken, is er twintig maanden na de trage die nog steeds geen eindrap port verschenen en zijn dege nen die verantwoordelijk wor den geacht voor de produktie en verkoop van de olijfolie, nog steeds niet berecht. Onlangs week heeft de nieuwe socialistische premier een verklaring afgelegd, waarin hij zei dat het onder zoek zoó worden voortgezet daar de oorzaak van de ziekte nog niet was vastgesteld. Ver der zou er een interdeparte mentale commissie won» opgericht en zouden er in® nationale experts worden i geschakeld. Maar met dit® woord zijn de slachtoffers ui tevreden. Traag Wat hen het meest dwj zit, is de trage, ongecoörl neerde manier waarop hetot derzoek naar de ziekte wos uitgevoerd. Het onderz# wordt gekenmerkt door o# nigheid en broodnijd tussen! verschillende laboratoria1 instellingen die eraan deel® men. Misschien is dit ook een van de redenen dat de»1 tenschappers het niet kunnen worden over de exs' oorzaak van de vergiftigiW Vorig jaar is er ongeveeri miljard peseta's (ongeveer! miljoen gulden) uitgetrott voor de slachtoffers en I» gezinnen. Maar over de fi® ciële vergoeding wordt door slachtoffers nauwelijks f klaagd. Ze willen dat het re( zijn loop krijgt en dat schuldigen worden gestra Verder hopen ze natuur! dat er nog eens een genezW wijze wordt ontdekt. Moed De kans daarop lijkt eet klein. Tot dusver hebben doktoren alleen de sympto® behandeld. Niemand heeft' de moed gehad om de pa'' ten te vertellen dat de 1® melijke schade in de gevallen waarschijnlijk r meer kan worden hersteld COPYRIGHT THE GUA DIAN - DE STEM BREDA - „We zullen pr boven water te krijgen of Machinefabriek Br is". Met die toezegging vert Kamerleden Niessen en C Breda. Enkele uren lang ha leden en directie van Mach een aantal Bredase gemeen VVD ontbrak) proberen dui een kans moet krijgen om vo Weliswaar in afgeslankte j.vorm, aldus directeur C. Smit, maar duidelijk als een bedrijf met toekomstmogelijkheden. Hij baseerde zich daarbij op de resultaten, die behaald wa ren nadat in 1979 een herstel plan in werking was getreden. Sindsdien is de ontwikkeling precies gegaan zoals in de („voorzichtige") prognoses was opgesteld. In 1979 was er een dieptepunt: een verlies van 11 miljoen gulden. Geheel vol gens de prognoses en ondanks de slechte economische situa tie is dat verlies vorig jaar te ruggebracht tot 3 miljoen gul den. Voor dit jaar wordt een bescheiden winst verwacht. Ir. Smit legde, evenals OR-voor- zitter Mart Jongeneel ook sterk de nadruk op de know how binnen het bedrijf, de in eigen beheer ontwikkelde pro dukten, de „enorme vakken nis, die verloren zal gaan als dit bedrijf gesloten wordt". Strijdvaardig De ondernemingsraadsle den en de directeur waren geëmotioneerd en strijdvaar- Van onze parlementaire re dactie EDE - „Weet u wat het probleem is? Het minimum-loon zal altijd te weinig zijn. Het minimum zal al tijd vegeteren blij ven." Met de begrijpende glim lach van een strenge vader 'egt minister Jan de Koning (sociale zaken) mevrouw °nny Mossou uit dat er ge- Woon geen oplossing voor de Problemen van de laagstbe taalden is. Ze knikt begrij pend, al is het niet het ant woord dat ze graag wilde horen. Mevrouw Mossou is speciaal naar het CDA-con- gres in Ede gekomen om iedere politicus die ze van tv °f een foto uit de krant kent aan f® klampen met de fi nanciële problemen van een alleenstaande vrouw die n»et een WAO-uitkering rond moet komen. De Koning trekt tien mi nuten uit om zijn oor bij de het niet breed hebbende ba sis te luister te leggen. Wat heeft u netto? „Vijf- lenhonderd in de maand" egt Tonny Mossou om na de n. dat-valt-nog-mee-reac- ie in de ogen van De Ko- l^S' Zich te verdedigen met: z" bier niet namens me el'. maar namens duizen-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1983 | | pagina 2