BOEKEN OVER. INDONESIË De herwaardering van| dr. Huub van Mook „Jullie zijn bescheidener geworden" Indonesië onder de Jappen Oorlog in Indonesië als roman DE LAATSTE Schaatsen om LANDVOOGD Pfaffenbichler wint in Serajewo ZATERDAG 29 JANUAR11983 EXTRA Dr. L. de Jong: „Indrukwekkend" Standaardwerk herdrukt Onhaalbaar -7ATËRDAG 29 JANUA Verfrissend Mild Zesdaagse Zaalvoetbal Bayern: geen contact met Lerby De laatste maanden zijn er opvallend veel boeken over Indonesië verschenen. Bij de uitgevers, die er brood in zien, kun je onder meer twee motieven horen. De generatie, die indertijd zijn energie gestoken heeft in dit land of zijn handen vuil gemaakt heeft aan de kolonie, heeft zijn laatste vlaag nostalgie. En er is een nieuwe generatie ontstaan, die enerzijds de oorlogsverhalen van haar ouders zat is en anderzijds zelf wil onderzoeken in historische geschriften wat er aan de hand geweest is. Het nadeel van deze hoos boeken is, dat de auteurs alléén Nederlanders zijn. Er is langzamerhand méér behoefte aan Indonesische schrijvers, die hun licht over de geschiedenis van hun land laten schijnen. Die boeken zijn er wel, maar desgevraagd deelde een woordvoerder van de Indonesische ambassade in Den Haag mee, dat er te weinig vertalers van het Bahassa in het Nederlands zijn en als die er zijn dat ze dan tè links zijn. ■y HotJ&stV. Het rijstrantsoen weer eens verminderd. Elke uit de bak geschraapte korrel telt. W- DoorJan Hüsken Mijn vijftig-jarige Indonesische vriend Ahmad kan er veel beter over meepraten dan ik. We zijn wel van dezelfde leeftijd, maar hij heeft de Neder landers in het Indonesië van toen nog meegemaakt en ik ben er een paar jaar geleden pas voor het eerst geweest, zij het gelukkig niet voor het laatst. „Wat vind jij nou het verschil, Ahmad", vroeg ik hem een paar maanden geleden, toen ik weer eens gastvrij door hem was opgenomen in zijn Jakar- taanse flat (de eerste flats, drie hoog, die men in Indonesië voor particuliere bewoning heeft ge bouwd); „wat vind jij nou het verschil tussen de Nederlanders toen en nu?" Zijn antwoord was voor mij even verrassend als eenvoudig. Hij zei: „Jullie zijn zo veel bescheidener geworden." Dit antwoord tekent het verschil tussen - hoe dan ook - de koloniale machthebber en de toe rist, de bezoeker-uit-een-ander-lan d. Hoe dan. ook, want in „EEN MERKWAARDIGE LOOP BAAN" van A. Visser (uitgeverij T. Wever, geb. 32,50) lees je heel die tweespalt van de „kolonist" en die andere mens in hem, die zelf vindt en die - merkwaardige gezagsgetrouwheid - nog na vijftig jaar eerbiedig zijn hoofdleraar in Leiden (de ove rigens beroemde Van Vollenhoven) het volle pond geeft over diens opdracht aan de Nederlanders „om Indonesië tot zelfstandigheid te voeren". De, goeje Van Vollenhoven kon óók niet aangeven wanneer dit dan wel zou moeten gebeuren en de professor was kennelijk geen koopman. Maar ik vind dat Visser terecht zegt dat ons ko loniale verleden niet is onder te brengen „onder één van de gangbare slogans als: „er werd iets groots verricht onder de tropen", of: „uitbuiting van een kolonie". Dergelijke kreten laten slechts een deel van de waarheid zien, doordat ze eenzij dig zijn. Er is ook zo iets geweest als „dienst aan een land, dat op een merkwaardige wijze veel Ne derlanders geboeid en gefascineerd heeft." (pag. 192). Geboeid en gefascineerd. Zo heb ik de vier „In donesische" boeken gelezen die hier nu in winters Brabant op mijn werktafel liggen. Vooral de „her inneringsboeken", het al genoemde „Een merk waardige loopbaan", de herinneringen van een be stuursambtenaar in Nederlandsch-Indië/Indone sië (1932-1950) en „BRIEVEN UIT SUMATRA" (1928-1949) van J.J. van de Velde (uitgeverij T. We ver, geb. 35,-). Deze boeken geven van heel nabij de belevingswereld weer van Nederlandse be stuursambtenaren in drie radikaal van elkaar verschillende tijden: het vooroorlogse Neder landsch-Indië, de kamptijd onder de Japanners en de krachtdadige bevrijding van Indonesië, die de onttroning betekende van de als zo vanzelfspre kend beleefde Nederlandse macht in „ons Indië". Daarnaast twee schrijnende (en spannende) boe ken rondom en over het kampleven op Sumatra. De journalist Henk Hovinga geeft in „EINDSTA TION PAKAN BAROE" (Uitgeverij T. Wever, geb. 39,90) het inderdaad „beklemmende totaalbeeld" van de aanleg van de zogenaamde Pakan Boroe- spoorweg, dwars door het helse moerasoerwoud van Sumatra in de jaren 1944 en 1945. Een vergeten oorlogsdrama, waarin 25.000 door de Japanners geronselde Indonesiërs en 2500, meest Nederland se, krijgsgevangenen de dood vonden door ver drinking, uitputting, ondervoeding en tropische ziekten. De sfeer van dit vreselijke leven wordt Door Henk Eg bers De Burma-spoorweg is nog steeds een schrikbeeld voor duizenden Nederlan ders, die daaraan tijdens de Tweede Wereldoorlog heb ben moeten werken onder het toeziend oog van de Jap pen. De meeste Nederlan ders weten ervan, al was het maar door de reactie inder tijd van Wim Kan op de kei zer van Japan. De journalist HENK LEF- FELAAR (auteur van „De Japanse regering betaalt aan toonder") verrichtte een intens documentair onder zoek naar de geschiedenis van de Burma-spoorweg. In 1980 overleed hij plotseling. De historicus E. VAN WIT- SEN (auteur van „Krijgsge vangenen in de Pacific-oor- log") is bereid gevonden het door Leffelaar verzamelde materiaal te verwerken. Het boek WERKERS AAN DE BURMA-SPOORWEG (uitg T. Wever - 75,-) is een uit stekende documentaire ge worden, omdat de spoor weg-geschiedenis een brede context, met name vanuit de Japanse- en Indonesische geschiedenis, meekrijgt. „Het geheel dient te wor den gezien als een aanzet tot geschiedenis, die zal moeten worden geschreven door een volgende generatie, die niet betrokken is geweest bij het gebeuren", concludeert Van Witsen aan het slot heel be scheiden. Zoals het Interna tional Tribunal for the Far East (IMTFE), het Aziati sche duplikaat van de Neu- renberg-processen, geen succes was, omdat de recht sprekers emotioneel nog tè direct betrokken waren bij de gepleegde oorlogsmisda den, zo zijn ook de historie schrijvers van dit moment emotioneel vaak nog te zeer betrokken bij de beschreven geschiedenis. Het boek is voor een be langrijk deel gecompileerd uit nogal persoonlijke docu menten van betrokkenen, (dagboeken e.d.) en voorzien van talrijke authentieke fo to's en tekeningen uit kam pen e.d. Maar ze worden on middellijk geplaatst in een breder verband (het ont staan van deze spoorweg binnen het kader van de Pa- het is niet alleen een boek over deze spoorlijn. Je komt veel meer aan de weet. Het wat brokkelige en mozaïek achtige geschrift is weieens moeilijk verteerbaar, maar wie meer wil weten over de strijd in de Pacific naar aanleiding van de Burma- spoorweg krijgt met dit boek veel documentatie in huis „Dit boek zal een uiterst solide grondslag zijn bij het schrijven van het elfde deel van Het Koninkrijk der Ne derlanden in de Tweede We reldoorlog.. Ik ben diep on der de indruk van het mate riaal dat hierin bijeenge bracht is", aldus dr. Lou de Jong bij de presentatie van het boek van J. VEENSTRA e.a.: ALS KRIJGSGEVAN GENE NAAR DE MOLUK- KEN EN FLORES (uitg. Martinus Nijhoff - ƒ39,50). Acht oud-Flores- en Moluk- kengangers hebben onder de deskundige leiding van Veenstra, gedurende zes cific-oorlog) zodat de toch niet geringe hoeveelheid ge schriften die over dit onder werp al verschenen zijn meer historisch perspectief krijgen. Uitvoerig wordt in gegaan op niet alleen de krijgsgevangenen die te werk werden gesteld, maar ook op alle andere catego- riën door de Jappen in Azië voor deze klus geronseld. Uiteraard komen de er barmelijke psychische en physieke omstandigheden in de werkkampen aan de orde, maar ook de onderlinge ver houdingen die behalve de kongsi (wederzijdse hulp verlening) ook hiërarchieën kende. Interessant zijn zeker ook de uitvoerige delen die respectievelijk gaan over de periodes na de voltooing van de spoorweg (17 oktober 1943) en de afwikkeling (of beter het ontbreken ervan) na de oorlog van ongewenste situaties; hetgeen in het licht van bijvoorbeeld het opkomend Indonesië en de niet zo beste verhouding met de Engelsen bijzonder mar kante karakteristieken geeft aan deze historie. Kortom, jaar 442 pagina's gedocu menteerd materiaal bijeen gebracht over het transport van ongeveer 6200 Neder landse- en Engelse krijgsge vangenen naar de Moluk- ken-eilanden Ambon, Ce- ram en Haroekoe als naar het kleine Soenda-eiland Flores. De inhoud van dit boek lijkt een detail uit de hele Pacific-oorlog. En dat is het ook. Maar door de wijze van benadering - weten schap en piëteit gaan hand in hand - krijgt het een veel grotere impact. De Jong wees er nogmaals op, dat de Nederlandse belangstelling voor hetgeen de Japanners in Indië uitgericht hebben (met Nederlanders) ver ach tergebleven is bij de aan dacht voor de Duitse bezet ting in Europa. Nu zijn er toch wel de nodige boeken over de Jappen-kampen verschenen. Dat zijn echter doorgaans tamelijk .emotio nele ego-documenten. Die zijn óók in dit boek ver werkt. Maar het zijn op de eerste plaats de historische feiten die spreken. Het is een onvoorstelbaar verhaal van het op en neer varen van mannen; eerst als krijgsge vangenen, later als zieken. Over mensen, die eerst zelf hun kampen moesten bou wen van bamboe; proberen te vluchten; afgetuigd wor den; over bewakers en slecht eten; zorg en hoop; oorlogs geweld etc. Het kostte 1600 mensen hun leven. Achter in het boek zijn dodenlijsten opgenomen. Daarin tref je onder meer de namen aan van W. van der Grift uit Breda, J. Aerts, Ginneken, M. Duiser, Sprang, M. Pie- terse, Vlissingen, B. Rem mers, Roosendaal, J. van Spaandonk, Tilburg en J. Moonen, Sprang Capelle. Boven ieder hoofdstuk zijn zowel Europese- als Aziati sche oorlogsfeiten aangege ven, zodat de kampgebeur tenissen hun context krij gen. Daarmee is tegelijk - terecht - aangegeven, dat dit relatief kleine onderdeel van de Tweede Wereldoorlog re presentatief is voor deze el lendige geschiedenis. Daar om gaat het hier om een in drukwekkend boek. zonder gedramatiseer maar onontkomelijk opge roepen aan de hand van nooit gepubliceerde boe ken, reacties van overlevenden, brieven, tekenin gen, dagboeken. Merkwaardig dat dit drama aan de aandacht van de wereld is ontsnapt. Het doet in tragiek en omvang niet onder voor reeds lang be kende helse geschiedenissen als Burma-spoorweg en brug over de Kwai. Van een Zuidafrikaanse journalist, G.F. Jacobs, is „WEDLOOP MET DE MOESSON" (Uitgeverij T. Wever, paperback 26,50). Hij geeft het verslag van een reddingsoperatie op Sumatra. Als 23-jari- ge majoor kreeg hij van het gealliëerde opperbevel de opdracht om, direct na de Japanse capitulatie, contact te maken met het Japanse opperbevel op Sumatra en zo snel mogelijk een onderzoek in te stellen naar de toestand van de over het hele eiland verspreid liggende gevangenenkampen (waaronder dat van Pakan Baroe), om vervolgens alle maatregelen te nemen die nodig zijn om de overlevende kampbewoners in veiligheid te bren gen. En (het was toen augustus 1945) vóór het aan breken van de (natte) moesson. Een bovenmense lijke taak. Het is goed dat ook dit stuk geschiedenis - en zó boeiend verteld! - nu ook in het Nederlands verkrijgbaar is. Er is een hausse in „Indische" verhalen. En er is ook belangstelling voor. Het lijkt wel of Nederland nu pas over de klap heen is, dat I jdonesië echt niet meer „van ons" is. En nu maar wachten op meer vertalingen van Indonesische auteurs over hun eigen land van toen en nu. En het mogen ook ro mans en verhalen zijn. Bij uitgeverij Wever is dezer dagen verschenen de derde ongewijzigde druk van het boek dat werd samengesteld onder redactie van prof. dr I.BRUGMANS e.a.: NE- DERLANDS-INDIE ON DER DE JAPANSE BEZET TING (661 pg.-99,50). Een standaardwerk met gege vens en documenten over de jaren 1942-1945. Een feiten boek; in telegramstijl èn met uitvoerige documenten. Het geeft zeer veel achtergrond informatie over wat zich in die jaren in de voormalige kolonie afspeelde en maakt veel duidelijk over het ge dragingen van de Jappen in relatie met de Aziatische cultuur. Verteld wordt over de reacties van de bewoners van dat land. Dit boek heeft iets van een algemene geldigheid. Een soor "handboek" van en voor bezetters. Als je de in houd ervan vergelijkt met revoluties, oorlogen en be zettingen zoals deze op dit moment nog steeds plaats vinden - of het nu gaat over Afghanistan, Suriname of Namibië- je wordt getroffen door parallellen in het men selijke gedragspatroon bij dergelijke omstandigheden. Dat is de psychologische kant van dit boekwerk, dat natuurlijk op de eerste plaats feiten verzamelde en een wetenschappelijk doel wilde dienen. Begonnen wordt met een opsomming van de chronologische fei ten, waarna in extenso bronnenmateriaal wordt af gedrukt. Het japanse beleid over het bezette gebied en het manipuleren met de cul tuur aldaar( propaganda, onderwijs, film, literatuur, toneel) is boeiend om te vol gen, ondanks de pijnlijke gevolgen. Andere documen ten betreffen onder meer het economische leven, de kam pen, het verzet, de volksbe wegingen en de geleidelijke overdracht van de bestuurs bevoegdheden aan de Indo nesiërs. Wie geinteresseerd is in deze historie kan dit boek niet missen. Door Anton Theunissen „Dat ik bepaaldelijk geen behoefte meer heb aan eenige officieele erkenning of eerbetui ging in Nederland, zal je misschien willen begrijpen. Ik geloof niet, dat ooit op deze wij ze en met zoveel grofheid gedurende zijn laatste ambtsperiode een Landvoogd is weg gestuurd. Of ik beter verdiend had, zullen anderen dan dit Ministerie (Overzeesche Ge- biedsdeelen red.) beoordelen". Dit schreef de laatste luitenant-gouver neur-generaal in Indonesië, dr. Huub van Mook, in 1948 vertrouwelijk aan premier dr. Willem Drees. Verbitterd en diep gegriefd nam Van Mook afscheid van Indonesië. In de wellende stroom boeken over Indone sië vallen twee recentelijk verschenen bio grafieën over Van Mook op De twee boe ken, hoe verschillend van aanpak en kwali teit ook, streven niet naar een rehabilitatie van de zo verguisde landvoogd, maar laten hem zien als de de eigengereide, karakter- sterke, succesvolle en falende man, die een centrale rol speelde in de turbulente ontwik keling in de eerste helft van deze eeuw in het Indonesische eilandenrijk. Een man, die con sequent een (verkeerde) politieke lijn volgde, niet zigzaggend wilde opgaan met het eb en vloed van de publieke opinie en geen reke ning wilde houden met de nieuwe geo-poli- tieke realiteiten. Eerst nog iets meer over Van Mook: Hij be gon zijn carrière in de jaren twintig als be stuursambtenaar in de bloeitijd van het kolo nialisme. Van Mook eindigde aan de top. Als directeur (in de praktijk minister) van econo mische zaken voerde hij in 1940, 1941' harde onderhandelingen met Japan, het opkomen de rijk in Azië. Na de Japanse inval en vlak vóór de Ne derlandse capitulatie vluchtte Van Mook naar Australië. Hij speelde er een belangrij ke rol in de coördinatie van de Nederlandse oorlogsinspanningen in Azië. Toen Japan op 15 augustus 1945 vernietigd was en Soekarno en Hatta de Indonesische Republiek uitriepen, was Van Mook een van de belangrijkste personen die het beleid te genover de nieuwe republiek bepaalden. Terwijl de regering in Den Haag daar aan vankelijk niets van wilde weten en uit was op koloniale restauratie, was Van Mook de promotor van een toenadering tot het Indo nesische nationalisme. Toen Linggadjati niet haalbaar bleek was hij voorstander van mili taire actie en van de gedachte de in zijn ogen hardnekkige republiek door de schepping van een aantal pro-Nederlandse deelstaten te ontregelen. Maar de botsingen met Den Haag werden steeds talrijker. Begreep Van Mook de partij-politieke situatie in Nederland niet, omgekeerd begrepen het parlement, het ka- binet-Schermerhorn, het kabinet-Beel en het kabinet Drees/Van Schaik weinig of niets van de gedrevenheid van de landvoogd. Een boeiende man, die J.C. Bijkerk inspi reerde tot een weinig diepgravende, maar wel zeer leesbare biografie. Bijkerk, evenals Van Mook in Indië geboren en auteur van het in 1974 verschenen „Vaarwel, tot betere tij den", combineert zijn geschiedschrijving in grote mate met persoonlijke inleving. Op zichzelf is daar niets tegen - Barbara Tuch- man is er groot mee geworden -, maar dan moet dat wel geloofwaardig gebeuren en niet al te overdreven, zoals in de proloog van het boek: „De in bed liggende forse man voelde langzaam een kille woede in zich opstijgen". Zo beschrijft Bijkerk hoe Van Mook reageer de op de bruuske ontslagbrief van minister Sassen van 12 augustus 1948. Er staan veel saillante dingen in het boek, maar ik kan me niet aan de indruk onttrek ken, dat Bijkerk onder een volle boekenkast over Van Mook is bedolven en in die hoeveel heid gegevens het loodje heeft gelegd. Coleur locale, impressies en feiten raken vooral in het tweede deel van het boek met elkaar op gespannen voet, waardoor je als lezer het zicht op de grote lijnen verliest. VAN MOOK en het einde van de Nederlandse invloed i in Indië Door Henk Egbers Historische boeken over Indonesië be vatten - buiten de ingevoegde ego - do cumenten om - wei nig directe emoties. Daarom was het te midden van al deze documentaires ver rassend de roman van BOUKE JAGT: IJZEREN CHRY SANT (uitg. Ambo/ Prom - 19,50) te le zen. Op basis van historische gegevens heeft hij in dit boek een stuk Indische oorlogsgeschiedenis goed gedramati seerd; invoelbaar ge maakt. Knap als je bedenkt dat dit ver haal speelt in zijn eigen geboortejaar. Maar Bouke Jagt heeft eerder bewe zen dat te kunnen, onder meer met zijn bundel De Muskie tenoorlog, gesitueerd in Nieuw-Guinea. Wilhelminahaven, aan de voet van de Marapi, op Sumatra; 1941. Een dorpse ge meenschap met on der meer een groepje Nederlanders in dienst van het leger, de politie of de on derneming. Neder land is bezet en ze zitten met de vraag: Wat nu? Hun onder linge verhoudingen en die met de indo's, Chinezen en Japan ners („toevallig" veel aanwezig in die da gen) beginnen an ders ingekleurd te raken; mede door de dreiging vanuit Ja pan. Centrale figuur bij de verdere gebeurte nissen is Reijer Spandijk, sergeant majoor. Hij heet „rood" te zijn en Ja panse sympathieën te hebben. Nog meer wordt hij verdacht als hij de Japanner Genji een toe vluchtsoord biedt, als Nederlandse sol daten de Jappen in terneren; vlak vóór de inval. Spandijk is getrouwd met Leity, die in verwachting is. De innerlijke strijd van Spandijk, die tijdens de bezet ting gebruik kan maken van de dank bare Genji om bij voorbeeld zichzelf, vrouw en kind uit het kamp te houden en „verraad" (aan wie, wat en hoe?) lo pen als een rode draad door de ro man. Daartegen worden andere hou dingen afgezet. De Singaporese historicus Yong Mul Cheong heeft een strakker, meer gestrucfcl reerd boek over Van Mook geschreven. Hetil verbluffend hoe deze „buitenstaander" J weg heeft gevonden in de jungle van de Ne-I derlandse politiek. Hij is zowel in Nederlanil als Indonesië geweest om met betrokkenenJ praten en archiefmateriaal te bestuderen! Het resultaat is een verfrissend boek. Yong Mun Cheong begint met een over! zicht van de bestaande literatuur en conclu-1 deert dat het beeld over de Indonesische rel volutie sinds jaar en dag beheerst wordt dooi| de goed-slecht tegenstellingen, waarbij Hollanders als de grote schurken worden ai l geschilderd. Dit wekte de nieuwsgierighei] van de Singaporese historicus en hij namé| uitdaging aan om de superschurk en verlicht] despoot, dr. Huub van Mook, onder de loepte| nemen. Een bondige studie van een deskundige, zeer uitgebreid ingaat op Van Mooks cont ceptie voor een federatieve opbouw van eer! onafhankelijk Indonesië. Zijn hypothese! Van Mook streefde naar een multinational Indonesië - met Nederlandse deelneming-is| jammer genoeg karig uitgewerkt. Dat „ho meiand" van Nederlanders, Indonesiërs andere bevolkingsgroepen zat er niet Yong concludeert, dat Van Mook werd gedre-J ven deels door idealisme, deels door paterna- lisme dat na het einde van de tweede wereli-l oorlog steeds meer uit de tijd raakte. Een aantrekkelijk, intrigerend en helder geschreven (in het Engels nog) boek over „th last colonial burden" van Nederland. Het is lil hopen, dat Yong nog eens in staat wordt ge-T steld dé biografie - de onderhavige studie lil beperkt van op zet - over Van Mook te schrij- ven. Zijn afstandelijke en milde oordeel koml| ontwapenend en depolariserend over en over een periode, waarover hier nauwelijks zonder emoties gepraat kan worden. Mild was zeker ook dr. Willem Drees itl zijn persoonlijke afscheidsbrief aan Van| Mook. Hij schreef hem op 16 oktober „Wees ervan verzekerd, dat bij velen en ze-1 ker bij mij het besef leeft, dat een groot man de laatste jaren in Indonesië het Bestuur it handen heeft gehouden" J.C. Bijkerk: „De laatste landvoogd; Vat Mook en het einde van de Nederlandse in vloed in Indië. Uitgave: A.W. Sijthoff, Al phen aan de Rijn. Prijs: 27,50. Yong Mun Cheong: „H.J. van Mook andln l donesian Independence. A study of his role it Dutch-Indonesian Relations 1945 - 48. Uitga ve: Martinus Nijhoff, Den Haag. Prijs:) 59,50. Niet de historische gegevens over kam pen, troepentrans porten en ondergang van een schip met gevangenen (het schip Sabigiku be- grafenisbloem, een chrysant-cfr titel) maar het moeizame proces tussen men sen van verschillen de etnische- en cul turele stammen te genover de Japanse bezetter maakt de roman boeiend. Waarschijnlijk zal ik de roman nooit ver geten, want telkens als ik op een auto weg hier nu rijd ach ter een Mitsubishi wordt ik herinnerd aan de bombarde menten uitgevoerd door Mitsubishi's, beschreven in de IJ zeren Chrysant. I 'ZÜ. SOB® OEN HAAG - De Noorse sc mer tijdens het ISU-congres tot een schaatsevenement on derlanders en de Noren heWb laten weten hevig gelnteressi competitie. Dimitri Botsjkarjov, een Europese titelstrijd in Den Kijkduin, dat schaatsers en het idee van een wereldbekei of zeven grote meerkampe waarbij de rijders punten dan in de laatste ontmoetin kampioen in dat seizoen wo met hun voorstel gemaakt, strijden in Oslo weinig pub Op de Nederlanders na, war zig Zij trokken echter maar ■*i i Bij het begin van de tweede nacht werd het klassement in de zesdaagse van Kopenhagen aangevoerd door Clark (Ans) /Oersted (Den). Op een ronde reden: Kristen/Rinklin (Wdl), Sercu (Bel)/Frank (Den) en Pijnen (Ned)/Fritz (Wdl). Het Nederlandse zaalvoetbal team heeft donderdagavond in Rome een wedstrijd tegen Ita lië met 3-0 gewonnen. Bij de rust was de stand 1-0 door een treffer van Theo Splithof. Na de pauze scoorden Peter Bas- tiaans en Mattitatuan. In het 'Palazzo Delia Sport' waren on geveer 4000 toeschouwers. MÜNCHEN (ANP) - Karl- Heinz Rummenigge, de laatste weken in de slag met Italiaan se voetbalclubs, blijft bij Bayern Miinchen. Gisteren verlengde de 27-jarige aan voerder van het Westduitse elftal zijn verbintenis met de Zuidduitse club met nog eens twee jaar. Het contract, dat medio 1985 zou aflopen, eindigt nu op 30 juni 1987. Rummenig ge zal dan 32 jaar zijn. „Karl-Heinz is toch een ech te Beier", meldde Bayern- voorzitter Willi O. Hoffmann trots. Hoffmann kreeg don derdagavond Rummenigge zo ver, dat de verlenging van het contract mondeling overeen gekomen werd. Bij het ge sprek was ook Bayern-mana- ger Uli Hoeness aanwezig. Hoeness zorgde voor 'de zeker heden na zijn actieve loop baan', die de spitsspeler in Duitsland deden blijven. Rummenigge is na het afslui ten van zijn carrière verze kerd van een inkomen bij een sportartikelenfirma en een verzekeringsbedrij f Hoeness ontkende namens de vereniging contacten te hebben gehad met Ajax-aan- voerder Sören Lerby. De Deen, die in de zomer van 1981 in de belangstelling stond bij de Beierse club, zou de opvolger móeten worden van Paul Breitner. Voorzitter Hof fmann werkte gisteren aan die geruchten mee door zich uit te laten over de vraagprijs voor Lerby. Hoffmann verwacht dat de prijs in twee jaar van 2,5 miljoen naar 2 miljoen gul den gezakt zal zijn. Lerby ver klaarde nog nergens van te weten. De Ajacied is volgens eigen zeggen nog niet bena derd door de clubleiding van Bayern. SERAJEWO (ANP) - Gerhard rtaffenbichler heeft gisteren ue afdaling op de Olympische n o v?n Serajewo gewonnen. De 21-jarige Oostenrijker ge bruikte 1 minuut 48,81 secon den over de afstand van 3070 ®eter, een gemiddelde van meer dan 100 km per uur. De baan van Serajewo mwng de skiërs, zoals ver wacht, tot een lange reeks van ."rongen. De afdalers gingen m-aa ^eer door de lucht, ge middeld ieder negen seconden us, boven het dunne sneeuw- bekje De Canadees Steve Pod- oorski gebruikte twee-tiende bichkfr6 m0er dan Pfaffen" birhf "ibilag: 1. Gerhard Pfaffen- vp p. Iu.(0os> 1 minuut 48,81,2. Ste- borski (Can) 1.49,02,3. Franz g*r (Oos) 1.49,07, 4. Michael l 4a L<Ita„> 1-49,66,5. Ken Read (Can) 1.5003 Peter Lüscher (Zwi) 'n bet klassement om (Ztó i l^ beker is: 1. Peter Muller Een1'123 pnt„ 2. Pirmin Zurbrig.- (Zw, ,n,I) 110 PntI3' Urs PaL (O,\®1 Pnt., 4. Hjrti Weirath. (Zurii }$P PHt-. 5.gfiter Lüscher (0<?sj«fpPtnt" 6- ffc dammer

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1983 | | pagina 24