BOEKEN
OVER.
INDONESIË
De herwaardering van|
dr. Huub van Mook
„Jullie zijn bescheidener geworden"
Indonesië onder de Jappen
Oorlog in Indonesië
als roman
DE LAATSTE
Schaatsen om
LANDVOOGD
Pfaffenbichler
wint in Serajewo
ZATERDAG 29 JANUAR11983
EXTRA
Dr. L. de Jong:
„Indrukwekkend"
Standaardwerk
herdrukt
Onhaalbaar
-7ATËRDAG 29 JANUA
Verfrissend
Mild
Zesdaagse
Zaalvoetbal
Bayern: geen
contact
met Lerby
De laatste maanden zijn er opvallend veel boeken over
Indonesië verschenen. Bij de uitgevers, die er brood in
zien, kun je onder meer twee motieven horen. De
generatie, die indertijd zijn energie gestoken heeft in dit
land of zijn handen vuil gemaakt heeft aan de kolonie,
heeft zijn laatste vlaag nostalgie. En er is een nieuwe
generatie ontstaan, die enerzijds de oorlogsverhalen van
haar ouders zat is en anderzijds zelf wil onderzoeken in
historische geschriften wat er aan de hand geweest is. Het
nadeel van deze hoos boeken is, dat de auteurs alléén
Nederlanders zijn. Er is langzamerhand méér behoefte
aan Indonesische schrijvers, die hun licht over de
geschiedenis van hun land laten schijnen. Die boeken zijn
er wel, maar desgevraagd deelde een woordvoerder van
de Indonesische ambassade in Den Haag mee, dat er te
weinig vertalers van het Bahassa in het Nederlands zijn
en als die er zijn dat ze dan tè links zijn.
■y
HotJ&stV.
Het rijstrantsoen weer eens verminderd. Elke uit de bak geschraapte korrel telt.
W-
DoorJan Hüsken
Mijn vijftig-jarige Indonesische vriend Ahmad
kan er veel beter over meepraten dan ik. We zijn
wel van dezelfde leeftijd, maar hij heeft de Neder
landers in het Indonesië van toen nog meegemaakt
en ik ben er een paar jaar geleden pas voor het
eerst geweest, zij het gelukkig niet voor het laatst.
„Wat vind jij nou het verschil, Ahmad", vroeg ik
hem een paar maanden geleden, toen ik weer eens
gastvrij door hem was opgenomen in zijn Jakar-
taanse flat (de eerste flats, drie hoog, die men in
Indonesië voor particuliere bewoning heeft ge
bouwd); „wat vind jij nou het verschil tussen de
Nederlanders toen en nu?" Zijn antwoord was
voor mij even verrassend als eenvoudig. Hij zei:
„Jullie zijn zo veel bescheidener geworden."
Dit antwoord tekent het verschil tussen - hoe
dan ook - de koloniale machthebber en de toe
rist, de bezoeker-uit-een-ander-lan d. Hoe dan.
ook, want in „EEN MERKWAARDIGE LOOP
BAAN" van A. Visser (uitgeverij T. Wever, geb.
32,50) lees je heel die tweespalt van de „kolonist"
en die andere mens in hem, die zelf vindt en die -
merkwaardige gezagsgetrouwheid - nog na vijftig
jaar eerbiedig zijn hoofdleraar in Leiden (de ove
rigens beroemde Van Vollenhoven) het volle pond
geeft over diens opdracht aan de Nederlanders
„om Indonesië tot zelfstandigheid te voeren". De,
goeje Van Vollenhoven kon óók niet aangeven
wanneer dit dan wel zou moeten gebeuren en de
professor was kennelijk geen koopman.
Maar ik vind dat Visser terecht zegt dat ons ko
loniale verleden niet is onder te brengen „onder
één van de gangbare slogans als: „er werd iets
groots verricht onder de tropen", of: „uitbuiting
van een kolonie". Dergelijke kreten laten slechts
een deel van de waarheid zien, doordat ze eenzij
dig zijn. Er is ook zo iets geweest als „dienst aan
een land, dat op een merkwaardige wijze veel Ne
derlanders geboeid en gefascineerd heeft." (pag.
192).
Geboeid en gefascineerd. Zo heb ik de vier „In
donesische" boeken gelezen die hier nu in winters
Brabant op mijn werktafel liggen. Vooral de „her
inneringsboeken", het al genoemde „Een merk
waardige loopbaan", de herinneringen van een be
stuursambtenaar in Nederlandsch-Indië/Indone
sië (1932-1950) en „BRIEVEN UIT SUMATRA"
(1928-1949) van J.J. van de Velde (uitgeverij T. We
ver, geb. 35,-). Deze boeken geven van heel nabij
de belevingswereld weer van Nederlandse be
stuursambtenaren in drie radikaal van elkaar
verschillende tijden: het vooroorlogse Neder
landsch-Indië, de kamptijd onder de Japanners en
de krachtdadige bevrijding van Indonesië, die de
onttroning betekende van de als zo vanzelfspre
kend beleefde Nederlandse macht in „ons Indië".
Daarnaast twee schrijnende (en spannende) boe
ken rondom en over het kampleven op Sumatra.
De journalist Henk Hovinga geeft in „EINDSTA
TION PAKAN BAROE" (Uitgeverij T. Wever, geb.
39,90) het inderdaad „beklemmende totaalbeeld"
van de aanleg van de zogenaamde Pakan Boroe-
spoorweg, dwars door het helse moerasoerwoud
van Sumatra in de jaren 1944 en 1945. Een vergeten
oorlogsdrama, waarin 25.000 door de Japanners
geronselde Indonesiërs en 2500, meest Nederland
se, krijgsgevangenen de dood vonden door ver
drinking, uitputting, ondervoeding en tropische
ziekten. De sfeer van dit vreselijke leven wordt
Door Henk Eg bers
De Burma-spoorweg is
nog steeds een schrikbeeld
voor duizenden Nederlan
ders, die daaraan tijdens de
Tweede Wereldoorlog heb
ben moeten werken onder
het toeziend oog van de Jap
pen. De meeste Nederlan
ders weten ervan, al was het
maar door de reactie inder
tijd van Wim Kan op de kei
zer van Japan.
De journalist HENK LEF-
FELAAR (auteur van „De
Japanse regering betaalt
aan toonder") verrichtte een
intens documentair onder
zoek naar de geschiedenis
van de Burma-spoorweg. In
1980 overleed hij plotseling.
De historicus E. VAN WIT-
SEN (auteur van „Krijgsge
vangenen in de Pacific-oor-
log") is bereid gevonden het
door Leffelaar verzamelde
materiaal te verwerken. Het
boek WERKERS AAN DE
BURMA-SPOORWEG (uitg
T. Wever - 75,-) is een uit
stekende documentaire ge
worden, omdat de spoor
weg-geschiedenis een brede
context, met name vanuit de
Japanse- en Indonesische
geschiedenis, meekrijgt.
„Het geheel dient te wor
den gezien als een aanzet tot
geschiedenis, die zal moeten
worden geschreven door een
volgende generatie, die niet
betrokken is geweest bij het
gebeuren", concludeert Van
Witsen aan het slot heel be
scheiden. Zoals het Interna
tional Tribunal for the Far
East (IMTFE), het Aziati
sche duplikaat van de Neu-
renberg-processen, geen
succes was, omdat de recht
sprekers emotioneel nog tè
direct betrokken waren bij
de gepleegde oorlogsmisda
den, zo zijn ook de historie
schrijvers van dit moment
emotioneel vaak nog te zeer
betrokken bij de beschreven
geschiedenis.
Het boek is voor een be
langrijk deel gecompileerd
uit nogal persoonlijke docu
menten van betrokkenen,
(dagboeken e.d.) en voorzien
van talrijke authentieke fo
to's en tekeningen uit kam
pen e.d. Maar ze worden on
middellijk geplaatst in een
breder verband (het ont
staan van deze spoorweg
binnen het kader van de Pa-
het is niet alleen een boek
over deze spoorlijn. Je komt
veel meer aan de weet. Het
wat brokkelige en mozaïek
achtige geschrift is weieens
moeilijk verteerbaar, maar
wie meer wil weten over de
strijd in de Pacific naar
aanleiding van de Burma-
spoorweg krijgt met dit boek
veel documentatie in huis
„Dit boek zal een uiterst
solide grondslag zijn bij het
schrijven van het elfde deel
van Het Koninkrijk der Ne
derlanden in de Tweede We
reldoorlog.. Ik ben diep on
der de indruk van het mate
riaal dat hierin bijeenge
bracht is", aldus dr. Lou de
Jong bij de presentatie van
het boek van J. VEENSTRA
e.a.: ALS KRIJGSGEVAN
GENE NAAR DE MOLUK-
KEN EN FLORES (uitg.
Martinus Nijhoff - ƒ39,50).
Acht oud-Flores- en Moluk-
kengangers hebben onder de
deskundige leiding van
Veenstra, gedurende zes
cific-oorlog) zodat de toch
niet geringe hoeveelheid ge
schriften die over dit onder
werp al verschenen zijn
meer historisch perspectief
krijgen. Uitvoerig wordt in
gegaan op niet alleen de
krijgsgevangenen die te
werk werden gesteld, maar
ook op alle andere catego-
riën door de Jappen in Azië
voor deze klus geronseld.
Uiteraard komen de er
barmelijke psychische en
physieke omstandigheden in
de werkkampen aan de orde,
maar ook de onderlinge ver
houdingen die behalve de
kongsi (wederzijdse hulp
verlening) ook hiërarchieën
kende. Interessant zijn zeker
ook de uitvoerige delen die
respectievelijk gaan over de
periodes na de voltooing van
de spoorweg (17 oktober
1943) en de afwikkeling (of
beter het ontbreken ervan)
na de oorlog van ongewenste
situaties; hetgeen in het
licht van bijvoorbeeld het
opkomend Indonesië en de
niet zo beste verhouding met
de Engelsen bijzonder mar
kante karakteristieken geeft
aan deze historie. Kortom,
jaar 442 pagina's gedocu
menteerd materiaal bijeen
gebracht over het transport
van ongeveer 6200 Neder
landse- en Engelse krijgsge
vangenen naar de Moluk-
ken-eilanden Ambon, Ce-
ram en Haroekoe als naar
het kleine Soenda-eiland
Flores. De inhoud van dit
boek lijkt een detail uit de
hele Pacific-oorlog. En dat is
het ook. Maar door de wijze
van benadering - weten
schap en piëteit gaan hand
in hand - krijgt het een veel
grotere impact. De Jong
wees er nogmaals op, dat de
Nederlandse belangstelling
voor hetgeen de Japanners
in Indië uitgericht hebben
(met Nederlanders) ver ach
tergebleven is bij de aan
dacht voor de Duitse bezet
ting in Europa. Nu zijn er
toch wel de nodige boeken
over de Jappen-kampen
verschenen. Dat zijn echter
doorgaans tamelijk .emotio
nele ego-documenten. Die
zijn óók in dit boek ver
werkt. Maar het zijn op de
eerste plaats de historische
feiten die spreken. Het is een
onvoorstelbaar verhaal van
het op en neer varen van
mannen; eerst als krijgsge
vangenen, later als zieken.
Over mensen, die eerst zelf
hun kampen moesten bou
wen van bamboe; proberen
te vluchten; afgetuigd wor
den; over bewakers en slecht
eten; zorg en hoop; oorlogs
geweld etc. Het kostte 1600
mensen hun leven. Achter in
het boek zijn dodenlijsten
opgenomen. Daarin tref je
onder meer de namen aan
van W. van der Grift uit
Breda, J. Aerts, Ginneken,
M. Duiser, Sprang, M. Pie-
terse, Vlissingen, B. Rem
mers, Roosendaal, J. van
Spaandonk, Tilburg en J.
Moonen, Sprang Capelle.
Boven ieder hoofdstuk zijn
zowel Europese- als Aziati
sche oorlogsfeiten aangege
ven, zodat de kampgebeur
tenissen hun context krij
gen. Daarmee is tegelijk -
terecht - aangegeven, dat dit
relatief kleine onderdeel van
de Tweede Wereldoorlog re
presentatief is voor deze el
lendige geschiedenis. Daar
om gaat het hier om een in
drukwekkend boek.
zonder gedramatiseer maar onontkomelijk opge
roepen aan de hand van nooit gepubliceerde boe
ken, reacties van overlevenden, brieven, tekenin
gen, dagboeken. Merkwaardig dat dit drama aan
de aandacht van de wereld is ontsnapt. Het doet in
tragiek en omvang niet onder voor reeds lang be
kende helse geschiedenissen als Burma-spoorweg
en brug over de Kwai.
Van een Zuidafrikaanse journalist, G.F. Jacobs,
is „WEDLOOP MET DE MOESSON" (Uitgeverij
T. Wever, paperback 26,50). Hij geeft het verslag
van een reddingsoperatie op Sumatra. Als 23-jari-
ge majoor kreeg hij van het gealliëerde opperbevel
de opdracht om, direct na de Japanse capitulatie,
contact te maken met het Japanse opperbevel op
Sumatra en zo snel mogelijk een onderzoek in te
stellen naar de toestand van de over het hele
eiland verspreid liggende gevangenenkampen
(waaronder dat van Pakan Baroe), om vervolgens
alle maatregelen te nemen die nodig zijn om de
overlevende kampbewoners in veiligheid te bren
gen. En (het was toen augustus 1945) vóór het aan
breken van de (natte) moesson. Een bovenmense
lijke taak. Het is goed dat ook dit stuk geschiedenis
- en zó boeiend verteld! - nu ook in het Nederlands
verkrijgbaar is.
Er is een hausse in „Indische" verhalen. En er is
ook belangstelling voor. Het lijkt wel of Nederland
nu pas over de klap heen is, dat I jdonesië echt niet
meer „van ons" is. En nu maar wachten op meer
vertalingen van Indonesische auteurs over hun
eigen land van toen en nu. En het mogen ook ro
mans en verhalen zijn.
Bij uitgeverij Wever is dezer
dagen verschenen de derde
ongewijzigde druk van het
boek dat werd samengesteld
onder redactie van prof. dr
I.BRUGMANS e.a.: NE-
DERLANDS-INDIE ON
DER DE JAPANSE BEZET
TING (661 pg.-99,50). Een
standaardwerk met gege
vens en documenten over de
jaren 1942-1945. Een feiten
boek; in telegramstijl èn met
uitvoerige documenten. Het
geeft zeer veel achtergrond
informatie over wat zich in
die jaren in de voormalige
kolonie afspeelde en maakt
veel duidelijk over het ge
dragingen van de Jappen in
relatie met de Aziatische
cultuur. Verteld wordt over
de reacties van de bewoners
van dat land.
Dit boek heeft iets van een
algemene geldigheid. Een
soor "handboek" van en
voor bezetters. Als je de in
houd ervan vergelijkt met
revoluties, oorlogen en be
zettingen zoals deze op dit
moment nog steeds plaats
vinden - of het nu gaat over
Afghanistan, Suriname of
Namibië- je wordt getroffen
door parallellen in het men
selijke gedragspatroon bij
dergelijke omstandigheden.
Dat is de psychologische
kant van dit boekwerk, dat
natuurlijk op de eerste
plaats feiten verzamelde en
een wetenschappelijk doel
wilde dienen. Begonnen
wordt met een opsomming
van de chronologische fei
ten, waarna in extenso
bronnenmateriaal wordt af
gedrukt. Het japanse beleid
over het bezette gebied en
het manipuleren met de cul
tuur aldaar( propaganda,
onderwijs, film, literatuur,
toneel) is boeiend om te vol
gen, ondanks de pijnlijke
gevolgen. Andere documen
ten betreffen onder meer het
economische leven, de kam
pen, het verzet, de volksbe
wegingen en de geleidelijke
overdracht van de bestuurs
bevoegdheden aan de Indo
nesiërs. Wie geinteresseerd
is in deze historie kan dit
boek niet missen.
Door Anton Theunissen
„Dat ik bepaaldelijk geen behoefte meer heb
aan eenige officieele erkenning of eerbetui
ging in Nederland, zal je misschien willen
begrijpen. Ik geloof niet, dat ooit op deze wij
ze en met zoveel grofheid gedurende zijn
laatste ambtsperiode een Landvoogd is weg
gestuurd. Of ik beter verdiend had, zullen
anderen dan dit Ministerie (Overzeesche Ge-
biedsdeelen red.) beoordelen".
Dit schreef de laatste luitenant-gouver
neur-generaal in Indonesië, dr. Huub van
Mook, in 1948 vertrouwelijk aan premier dr.
Willem Drees. Verbitterd en diep gegriefd
nam Van Mook afscheid van Indonesië.
In de wellende stroom boeken over Indone
sië vallen twee recentelijk verschenen bio
grafieën over Van Mook op De twee boe
ken, hoe verschillend van aanpak en kwali
teit ook, streven niet naar een rehabilitatie
van de zo verguisde landvoogd, maar laten
hem zien als de de eigengereide, karakter-
sterke, succesvolle en falende man, die een
centrale rol speelde in de turbulente ontwik
keling in de eerste helft van deze eeuw in het
Indonesische eilandenrijk. Een man, die con
sequent een (verkeerde) politieke lijn volgde,
niet zigzaggend wilde opgaan met het eb en
vloed van de publieke opinie en geen reke
ning wilde houden met de nieuwe geo-poli-
tieke realiteiten.
Eerst nog iets meer over Van Mook: Hij be
gon zijn carrière in de jaren twintig als be
stuursambtenaar in de bloeitijd van het kolo
nialisme. Van Mook eindigde aan de top. Als
directeur (in de praktijk minister) van econo
mische zaken voerde hij in 1940, 1941' harde
onderhandelingen met Japan, het opkomen
de rijk in Azië.
Na de Japanse inval en vlak vóór de Ne
derlandse capitulatie vluchtte Van Mook
naar Australië. Hij speelde er een belangrij
ke rol in de coördinatie van de Nederlandse
oorlogsinspanningen in Azië.
Toen Japan op 15 augustus 1945 vernietigd
was en Soekarno en Hatta de Indonesische
Republiek uitriepen, was Van Mook een van
de belangrijkste personen die het beleid te
genover de nieuwe republiek bepaalden.
Terwijl de regering in Den Haag daar aan
vankelijk niets van wilde weten en uit was
op koloniale restauratie, was Van Mook de
promotor van een toenadering tot het Indo
nesische nationalisme. Toen Linggadjati niet
haalbaar bleek was hij voorstander van mili
taire actie en van de gedachte de in zijn ogen
hardnekkige republiek door de schepping
van een aantal pro-Nederlandse deelstaten te
ontregelen. Maar de botsingen met Den Haag
werden steeds talrijker. Begreep Van Mook
de partij-politieke situatie in Nederland niet,
omgekeerd begrepen het parlement, het ka-
binet-Schermerhorn, het kabinet-Beel en het
kabinet Drees/Van Schaik weinig of niets
van de gedrevenheid van de landvoogd.
Een boeiende man, die J.C. Bijkerk inspi
reerde tot een weinig diepgravende, maar
wel zeer leesbare biografie. Bijkerk, evenals
Van Mook in Indië geboren en auteur van het
in 1974 verschenen „Vaarwel, tot betere tij
den", combineert zijn geschiedschrijving in
grote mate met persoonlijke inleving. Op
zichzelf is daar niets tegen - Barbara Tuch-
man is er groot mee geworden -, maar dan
moet dat wel geloofwaardig gebeuren en niet
al te overdreven, zoals in de proloog van het
boek: „De in bed liggende forse man voelde
langzaam een kille woede in zich opstijgen".
Zo beschrijft Bijkerk hoe Van Mook reageer
de op de bruuske ontslagbrief van minister
Sassen van 12 augustus 1948.
Er staan veel saillante dingen in het boek,
maar ik kan me niet aan de indruk onttrek
ken, dat Bijkerk onder een volle boekenkast
over Van Mook is bedolven en in die hoeveel
heid gegevens het loodje heeft gelegd. Coleur
locale, impressies en feiten raken vooral in
het tweede deel van het boek met elkaar op
gespannen voet, waardoor je als lezer het
zicht op de grote lijnen verliest.
VAN MOOK en het einde
van de Nederlandse invloed
i in Indië
Door Henk Egbers
Historische boeken
over Indonesië be
vatten - buiten de
ingevoegde ego - do
cumenten om - wei
nig directe emoties.
Daarom was het te
midden van al deze
documentaires ver
rassend de roman
van BOUKE JAGT:
IJZEREN CHRY
SANT (uitg. Ambo/
Prom - 19,50) te le
zen. Op basis van
historische gegevens
heeft hij in dit boek
een stuk Indische
oorlogsgeschiedenis
goed gedramati
seerd; invoelbaar ge
maakt. Knap als je
bedenkt dat dit ver
haal speelt in zijn
eigen geboortejaar.
Maar Bouke Jagt
heeft eerder bewe
zen dat te kunnen,
onder meer met zijn
bundel De Muskie
tenoorlog, gesitueerd
in Nieuw-Guinea.
Wilhelminahaven,
aan de voet van de
Marapi, op Sumatra;
1941. Een dorpse ge
meenschap met on
der meer een groepje
Nederlanders in
dienst van het leger,
de politie of de on
derneming. Neder
land is bezet en ze
zitten met de vraag:
Wat nu? Hun onder
linge verhoudingen
en die met de indo's,
Chinezen en Japan
ners („toevallig" veel
aanwezig in die da
gen) beginnen an
ders ingekleurd te
raken; mede door de
dreiging vanuit Ja
pan.
Centrale figuur bij
de verdere gebeurte
nissen is Reijer
Spandijk, sergeant
majoor. Hij heet
„rood" te zijn en Ja
panse sympathieën
te hebben. Nog meer
wordt hij verdacht
als hij de Japanner
Genji een toe
vluchtsoord biedt,
als Nederlandse sol
daten de Jappen in
terneren; vlak vóór
de inval. Spandijk is
getrouwd met Leity,
die in verwachting
is. De innerlijke
strijd van Spandijk,
die tijdens de bezet
ting gebruik kan
maken van de dank
bare Genji om bij
voorbeeld zichzelf,
vrouw en kind uit
het kamp te houden
en „verraad" (aan
wie, wat en hoe?) lo
pen als een rode
draad door de ro
man. Daartegen
worden andere hou
dingen afgezet.
De Singaporese historicus Yong Mul
Cheong heeft een strakker, meer gestrucfcl
reerd boek over Van Mook geschreven. Hetil
verbluffend hoe deze „buitenstaander" J
weg heeft gevonden in de jungle van de Ne-I
derlandse politiek. Hij is zowel in Nederlanil
als Indonesië geweest om met betrokkenenJ
praten en archiefmateriaal te bestuderen!
Het resultaat is een verfrissend boek.
Yong Mun Cheong begint met een over!
zicht van de bestaande literatuur en conclu-1
deert dat het beeld over de Indonesische rel
volutie sinds jaar en dag beheerst wordt dooi|
de goed-slecht tegenstellingen, waarbij
Hollanders als de grote schurken worden ai l
geschilderd. Dit wekte de nieuwsgierighei]
van de Singaporese historicus en hij namé|
uitdaging aan om de superschurk en verlicht]
despoot, dr. Huub van Mook, onder de loepte|
nemen.
Een bondige studie van een deskundige,
zeer uitgebreid ingaat op Van Mooks cont
ceptie voor een federatieve opbouw van eer!
onafhankelijk Indonesië. Zijn hypothese!
Van Mook streefde naar een multinational
Indonesië - met Nederlandse deelneming-is|
jammer genoeg karig uitgewerkt. Dat „ho
meiand" van Nederlanders, Indonesiërs
andere bevolkingsgroepen zat er niet
Yong concludeert, dat Van Mook werd gedre-J
ven deels door idealisme, deels door paterna-
lisme dat na het einde van de tweede wereli-l
oorlog steeds meer uit de tijd raakte.
Een aantrekkelijk, intrigerend en helder
geschreven (in het Engels nog) boek over „th
last colonial burden" van Nederland. Het is lil
hopen, dat Yong nog eens in staat wordt ge-T
steld dé biografie - de onderhavige studie lil
beperkt van op zet - over Van Mook te schrij-
ven. Zijn afstandelijke en milde oordeel koml|
ontwapenend en depolariserend over en
over een periode, waarover hier nauwelijks
zonder emoties gepraat kan worden.
Mild was zeker ook dr. Willem Drees itl
zijn persoonlijke afscheidsbrief aan Van|
Mook. Hij schreef hem op 16 oktober
„Wees ervan verzekerd, dat bij velen en ze-1
ker bij mij het besef leeft, dat een groot man
de laatste jaren in Indonesië het Bestuur it
handen heeft gehouden"
J.C. Bijkerk: „De laatste landvoogd; Vat
Mook en het einde van de Nederlandse in
vloed in Indië. Uitgave: A.W. Sijthoff, Al
phen aan de Rijn. Prijs: 27,50.
Yong Mun Cheong: „H.J. van Mook andln l
donesian Independence. A study of his role it
Dutch-Indonesian Relations 1945 - 48. Uitga
ve: Martinus Nijhoff, Den Haag. Prijs:)
59,50.
Niet de historische
gegevens over kam
pen, troepentrans
porten en ondergang
van een schip met
gevangenen (het
schip Sabigiku be-
grafenisbloem, een
chrysant-cfr titel)
maar het moeizame
proces tussen men
sen van verschillen
de etnische- en cul
turele stammen te
genover de Japanse
bezetter maakt de
roman boeiend.
Waarschijnlijk zal ik
de roman nooit ver
geten, want telkens
als ik op een auto
weg hier nu rijd ach
ter een Mitsubishi
wordt ik herinnerd
aan de bombarde
menten uitgevoerd
door Mitsubishi's,
beschreven in de IJ
zeren Chrysant.
I 'ZÜ. SOB®
OEN HAAG - De Noorse sc
mer tijdens het ISU-congres
tot een schaatsevenement on
derlanders en de Noren heWb
laten weten hevig gelnteressi
competitie.
Dimitri Botsjkarjov, een
Europese titelstrijd in Den
Kijkduin, dat schaatsers en
het idee van een wereldbekei
of zeven grote meerkampe
waarbij de rijders punten
dan in de laatste ontmoetin
kampioen in dat seizoen wo
met hun voorstel gemaakt,
strijden in Oslo weinig pub
Op de Nederlanders na, war
zig Zij trokken echter maar
■*i
i
Bij het begin van de tweede
nacht werd het klassement in
de zesdaagse van Kopenhagen
aangevoerd door Clark (Ans)
/Oersted (Den). Op een ronde
reden: Kristen/Rinklin (Wdl),
Sercu (Bel)/Frank (Den) en
Pijnen (Ned)/Fritz (Wdl).
Het Nederlandse zaalvoetbal
team heeft donderdagavond in
Rome een wedstrijd tegen Ita
lië met 3-0 gewonnen. Bij de
rust was de stand 1-0 door een
treffer van Theo Splithof. Na
de pauze scoorden Peter Bas-
tiaans en Mattitatuan. In het
'Palazzo Delia Sport' waren on
geveer 4000 toeschouwers.
MÜNCHEN (ANP) - Karl-
Heinz Rummenigge, de laatste
weken in de slag met Italiaan
se voetbalclubs, blijft bij
Bayern Miinchen. Gisteren
verlengde de 27-jarige aan
voerder van het Westduitse
elftal zijn verbintenis met de
Zuidduitse club met nog eens
twee jaar. Het contract, dat
medio 1985 zou aflopen, eindigt
nu op 30 juni 1987. Rummenig
ge zal dan 32 jaar zijn.
„Karl-Heinz is toch een ech
te Beier", meldde Bayern-
voorzitter Willi O. Hoffmann
trots. Hoffmann kreeg don
derdagavond Rummenigge zo
ver, dat de verlenging van het
contract mondeling overeen
gekomen werd. Bij het ge
sprek was ook Bayern-mana-
ger Uli Hoeness aanwezig.
Hoeness zorgde voor 'de zeker
heden na zijn actieve loop
baan', die de spitsspeler in
Duitsland deden blijven.
Rummenigge is na het afslui
ten van zijn carrière verze
kerd van een inkomen bij een
sportartikelenfirma en een
verzekeringsbedrij f
Hoeness ontkende namens
de vereniging contacten te
hebben gehad met Ajax-aan-
voerder Sören Lerby. De Deen,
die in de zomer van 1981 in de
belangstelling stond bij de
Beierse club, zou de opvolger
móeten worden van Paul
Breitner. Voorzitter Hof
fmann werkte gisteren aan die
geruchten mee door zich uit te
laten over de vraagprijs voor
Lerby. Hoffmann verwacht
dat de prijs in twee jaar van
2,5 miljoen naar 2 miljoen gul
den gezakt zal zijn. Lerby ver
klaarde nog nergens van te
weten. De Ajacied is volgens
eigen zeggen nog niet bena
derd door de clubleiding van
Bayern.
SERAJEWO (ANP) - Gerhard
rtaffenbichler heeft gisteren
ue afdaling op de Olympische
n o v?n Serajewo gewonnen.
De 21-jarige Oostenrijker ge
bruikte 1 minuut 48,81 secon
den over de afstand van 3070
®eter, een gemiddelde van
meer dan 100 km per uur.
De baan van Serajewo
mwng de skiërs, zoals ver
wacht, tot een lange reeks van
."rongen. De afdalers gingen
m-aa ^eer door de lucht, ge
middeld ieder negen seconden
us, boven het dunne sneeuw-
bekje De Canadees Steve Pod-
oorski gebruikte twee-tiende
bichkfr6 m0er dan Pfaffen"
birhf "ibilag: 1. Gerhard Pfaffen-
vp p. Iu.(0os> 1 minuut 48,81,2. Ste-
borski (Can) 1.49,02,3. Franz
g*r (Oos) 1.49,07, 4. Michael
l 4a L<Ita„> 1-49,66,5. Ken Read (Can)
1.5003 Peter Lüscher (Zwi)
'n bet klassement om
(Ztó i l^ beker is: 1. Peter Muller
Een1'123 pnt„ 2. Pirmin Zurbrig.-
(Zw, ,n,I) 110 PntI3' Urs PaL
(O,\®1 Pnt., 4. Hjrti Weirath.
(Zurii }$P PHt-. 5.gfiter Lüscher
(0<?sj«fpPtnt" 6- ffc dammer