„Onze taal beschrijft het wezen van de dingen niet" „Een vrolijk soort nihilisme" „De rede voorbij 99 van Helmut Eisendle WIM BAZELMANS vertaalde Eisendle: D jCWC: SOFAf/r j: Een boekje als teken van hoop Marifoon di^SPAG 7 SEPTEMBER 1982 ITSLAND 2 IITSLAND 3 Individualistisch hske en Wiske: De Droevige Duif BA/? Lucky Luke: Sarah Bernhardt Filmprijzen voor Nederlandse films in Hyeres T3 PAGINA GIDS 2 iven en slechthoren- ra. EK Atletiek. se tekenfilmserie, azzard. Amerikaanse iele familie Duke zet y Holmes te helpen, schatrijke oliemag- ter tegen. 1 koste wat het kost an Dusty Farlow. Hij der over om samen ie Ewing-helicopter gaan zoeken. Op de gebruikt J.R. zijn ld om zijn zoontje te grote vier. Aan de de verkiezingen or- rRO een debat tussen van de vier belang- pven en slechthoren- ■rtelt, dat Jock en hij het Ta pa ka-project zijn, is zij bepaald pgetogen. Achtergrondinfor- Arena. Cultuur voor ernacht. Journaal. -13.15 Zie Duitsland 1. Overzicht program- Journaal. Mozaiek. Program oor de derde leeftijd. Strandpiraten. iturenserie. Journaal. Tele-illustratie. Een woord van mu- Spel en plezier met tz Eckner, Tom en Jerry. Te- ilmpjes. Journaal. Jo. Franse komedie lean Girault (1971). Actualiteiten. Familie Bolle en de :en. Reportage over Turkse families in ;land. Bolwieser. Tweedeli- tv-film van Rainer ler Fassbinder. Eerste Journaal. Gymnastiek. 11.50 Schooltelevisie. )9.25 Sesamstraat. Onderneming huis- len. Sesamstraat. Dat is telecollege. Arbeidsplaats. Journaal 3. Journaal. Cultuur en weten- p. Filmportret van v. Behring. Klimbim. Galerie. Kino '82. Journaal. feroen Soer - 12.03 Het VIP- - 13.03 Peter Holland met tou je harses - 15.30 P°P' - 18.03 (NOS) De avond 19.02 (VARA) Popdonder Moondogs. (TROS) Specialiteiten a Ja - 9.00 Orgelmuziek - Laguestra naar vreemde en - 10.00 Programma mei Nord Deutsche RundfunK iester Hannover en het Con- rebouw Orkest - 12.00 Dl- mento: Medley van Japanse sliedjes het vioolconcert Viotti en The Empire strikes van Williams - 13.05 jDe te verkochte klassieke tien 30 Eerste Hoornse Accor- vereniging - 14.00 Belcanto- La Traviata (Verdi) en j irro (Puccini) - 17.00 Over- e Hilversum 2 - DS) Radio Kamer Orkest- een van Handel, Fasen, dn, Mercadante, Eisma e oenov - 22.30 Eddy Christia- et guitariteiten. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiMiiHuniimiiiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiiiiimmiimiiiiiimiiimiiiiiiimiimmiiimm lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllUs Door Marjan Mes ginder bekend dan I zijn landgenoten Peter Handke en Thomas I Bernhard is de Oos- i tenrijkse auteur Hel- mut Eisendle. Niet onbegrijpelijk, j want zijn romans (als men ze al als zodanig kan beti- I telen) houden zich niet be- i zig met fictie, maar met i denkprocessen, waarin het i onvermogen van de taal j om de werkelijkheid ade- quaat te omschrijven cen- i traal staat. Wat betreft het I denken over taal, waaraan mensen nu eenmaal ge- i bonden zijn om uit te i drukken wat hen bezielt, i ban men van een Oosten- j rijkse traditie spreken. De Weense filosoof Wittgenstein heeft er ge- j durende de eerste helft I van deze eeuwJzijn levens- j Werk van gemaakt. De he- dendaagse Oostenrijkse I schrijvers van naam heb- I ben het probleem van de taal als (on-)toereikend I communicatiemiddel niet I zelden als hoofdthema van hun werk. Taal is immers een kunstmatig logisch j systeem met een bepaalde hoeveelheid woorden, die onvoldoende is om er een i diepe, subjectieve werke- ujkheidsbeleving mee 1 weer te kunnen geven. Voor Helmut Eisendle, wiens „De rede voorbij of gesprekken over het men selijk verstand" nu in Ne derland is verschenen, heeft deze overweging vérgaande consequenties. Het betekent, dat hij geen roman in de traditionele vorm wil of kan schrijven, maar dat hij alleen losse gedachten formuleert, die hij over zijn werkelijk heidsbeleving heeft. De werkelijkheid is voor hem niet in een roman te vangen, omdat die al vanaf de eerste zin wordt ver vormd doordat wat men uit zijn geheugen put, on middellijk wordt ver vormd door het psycholo gisch proces, dat het schrijven is. „Gedacht is de taal waarheid, geschreven onwaarheid, verdraaiing, manoeuvre, tactiek", aldus Eisendle. Om zijn ideeën over tal van zaken en dan met na me de relatie tussen taal en rede toch in een her-' kenbare vorm te gieten, voert Eisendle in „De rede voorbij", twee mannen op, Schubert en Estes, die tij dens een vakantie in Zuid- Spanje met elkaar in dia loog gaan over filosofische onderwerpen. Met opzet is voor het zuiden gekozen, omdat daar voor de intel lectueel uit het noorden een vlucht in de idylle van de fantasie mogelijk is. Op vakantie in een on derontwikkeld gebied voelt hij zich als vanzelf geestelijk superieur en los van de dagelijkse tredmo len, waardoor hij zich vol ledig kan overgeven aan zijn gedachten wereld. En dat doen Schubert (meta foor voor de componist) en Estes (idem voor een rela tief onbekend wetenschap per) onophoudelijk onder het genot van zeer veel al cohol, waarvan het ge bruik eveneens op zijn functies en gevolgen wordt geanalyseerd. De beschrijving tussen de mono- en dialogen door van landschap, omgeving en verplaatsingen van de personages, had gevoege lijk achterwege kunnen blijven als ze niet vooral een formele, esthetische functie had gehad. Om trent de achtergronden en psychologie van Schubert en Estes, geeft zij nauwe lijks uitsluitsel. Samen voeren de man nen, een leraar en een schrijver, gesprekken over allerlei onderwerpen. Over muziek, die vooral door Schubert wordt gezien als een betere uitdrukkings mogelijkheid voor de wer-_ kelijkheid dan de taal. Over de wetenschap, die zij in laatste instantie af wijzen, omdat die alleen bestaat bij gratie van onze taalmogelijkheden en zij feitelijk de mensheid geen stap verder heeft gebracht. De gesprekspartners ge loven ook niet in de voor uitgang. Zij hebben zich dientengevolge in zichzelf gekeerd, de één op de ma nier van een autist, de an der als solipsist. Andere onderwerpen, die zij ter sprake brengen, zijn onder andere ziekte, waanzin, angst, droom, logica, ka tholicisme en steeds weer de relatie tussen verstand en taal, de taal, die alles voorhanden heeft wat men kan (be)denken. „Onze taal verandert het wezen van de dingen niet. Onze taal beschrijft het wezen van de dingen niet. Helmut Eisendle: „Gedacht is de taal waarheid, ge schreven onwaarheid". Onze taal raakt, veran dert, beschrijft niets an ders dan de taal". Reeksen associatieve woordbeelden en kleine parabels worden gebruikt, waarbij het er op den duur weinig toe doet wie wat te berde brengt. De twee pro tagonisten komen zover, dat zij inzien, dat de taal het kwaad in de wereld is, omdat het menselijk den ken beknot wordt doordat de taal nooit de werkelijk heid en de waarheid kan uitbeelden. Die kunnen in het beste geval worden ge toond of gevoeld. „De rede voorbij of ge sprekken over het mense lijk verstand" is soms een moeilijk boek, zeker daar waar de wiskundige Mis- ley ter sprake wordt ge bracht, een man, die een meetkundig systeem be dacht om zedelijkheid en moraal te berekenen. Maar het boek manifes teert een groot aantal bui tengewoon interessante, soms provocerende opvat tingen, die buitengewoon helder worden beschreven. Die heldere beschrijving komt in de Nederlandse vertaling volledig tot zijn recht door de toewijding waarmee Wim Bazelmans zich over de oorspronkelij ke tekst ontfermde. SUIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIillllllllllllllllllllUIIIUIIIIllllllllllllllllUllllHIlUlllllllllllHlllllllllllllllUllll^ Ülllllltllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllta. Door Marjan Mes „De rede voorbij of ge- sprekken over het menselijk verstand" I van Helmut Eisendle behoort tot de eerste drie uitgaven van de j nieuwe uitgeverij Ta- bula in Amsterdam. Stem-redacteur Wim j Bazelmans (26) is de verta- j ler van deze filosofisch ge- tinte roman van de Oos- I tenrijkse auteur, die voor- j dat hij in 1972 koos voor I het schijverschap als psy- 1 choloog en zoöloog werk- j zaam was. Evenals de andere twee deeltjes (van Laurence j Sterne en Ludwig Witt- genstein) is het boek fraai I gebonden en gedrukt op mooi papier. Het bevat een [nawoord van de germa- nist-vertaler Hans Bakx. Hoe kwam Wim Bazel- mans ertoe om als niet- professionele vertaler een roman uit het Duits te ver- I talen „Ik kreeg de Duitse uit- I gave van een vriend te le- I en werd aangesproken [door wat ik las, maar ik snapte lang niet alles. Toen ben ik voor mezelf gaan vertalen om greep op de stof te krijgen en dat is [eigenlijk uit de hand gelo- jpen. Toen ik het eerste hoofdstuk had vertaald ben ik uitgevers gaan aan schrijven, omdat het mij voor Nederland een inte ressant boek leek. Ik blufte dat ik al praktisch klaar was met de vertaling. Nie mand zag het zitten, be halve Peter van der Vel den. Uiteindelijk is het bij Jeroen Koolbergen te rechtgekomen, die bij Van der Velden werkte, maar plannen had voor ^en eigen nieuwe uitgeverij, Tabula". Wim Bazelmans heeft drie jaar aan de vertaling gewerkt, vooral 's nachts. Net als de twee personages uit het boek consumeerde hij dan alcohol. „Als ik een beetje te veel gedronken had in de nacht", aldus de vertaler, „snapte ik het al lemaal beter. Je denkt on der invloed van alcohol misschien wel niet helder der maar wel creatiever en je associeert beter. Ik be leefde vooral plezier aan het uitpuren van de taal en de roman zelf gaat uitein delijk ook voor een groot gedeelte over taal. Soms werkte ik wekenlang niet aan de vertaling en dan deed ik in één ruk dertig bladzijden achter elkaar". „In een later stadium hebt ik contact opgenomen met Hans Bakx, die de uit eindelijke vertaling nog eens helemaal heeft door gelopen. Verder kreeg ik hulp van Pieter van Paas- sen, die me geholpen heeft met de moeilijke medische termen en van Fred Rom- baut, mijn voormalige le raar Duits, die heeft gehol pen met erg moeilijke zin nen. Ik was tenslotte zelf geen specialist, maar heb inmiddels wel heel wat van de Duitse taal geleerd. Daarom zou ik, als er uit- Vertaler Wim Bazelmans geverijen geïnteresseerd zijn, nu bij voorbeeld best Max Frisch willen verta len, ook zo'n auteur door wie een complex van uni versele onderwerpen bijna wetenschappelijk, maar toch heel relativerend wordt beschreven". Je houdt niet van ro- IUIIU mans met een bedacht ver haal „Nee. Ik denk als je sterk twijfelt over de zin van het bestaan, maar dat ook wilt doorgronden, dat je geen boodschap hebt aan fictie. Over het algemeen word ik aangesproken door anarchistische auteurs als Céline en Henry Miller, maar ook door Pavese en Pessoa, schrijvers die erg individualistisch zijn en zeker niet tot de een of an dere stroming behoren. Marsman heeft opge merkt: „Er is geen ras dan de persoonlijkheid" en dat spreekt mij bijzonder aan. Het leuke van Helmut Eisendle vind ik, dat hij zwaar beladen onderwer pen door humor weet te relativeren. Je kunt de zin van het bestaan betwijfe len en je er toch niet erg druk om maken; een vro lijk soort nihilisme waar ik van houd". „Op zichzelf is „De rede voorbij" één grote inconse quentie, omdat Eisendle uitgaat van het onvermo gen van de taal om de wer kelijkheid uit te beelden, terwijl hij uiteraard ge bruik moest maken van taal. Als je als schrijver de uiterste consequentie uit deze gedachte zou trekken dan zou je niet meer kun nen schrijven, maar hij gaat vrolijk verder. Op het ogenblik worden in Oos tenrijk drie verhalen van hem verfilmd voor de tele visie: „Das nachtlandische Reich des Dr. Lipsky", waarbij muziek van Satie wordt gebruikt, gespeeld door Reinbert de Leeuw". „Laatst ben ik met Hel mut Eisendle wezen stap pen in Amsterdam", ver telt Wim Bazelmans. „Hij had het voorschot van 1200 gulden, dat hij van de uit gever had gekregen, over z'n hele lijf verstopt. Brief jes van honderd in z'n sok ken en z'n onderbroek zo dat hijals hij in dronken schap in de verkeerde buurten zou belanden, niet beroofd zou kunnen wor den. Hij vertelde me toen ook een gek verhaal, dat ik karakteristiek vind voor zijn persoonlijkheid. Hij vond het maar niks, dat zijn vriendin vier jaar conservatorium had moe ten studeren om viool te kunnen spelen en bezwoer haar, dat hij binnen de zelfde tijd saxofoon zou kunnen leren spelen zon der enige studie van noten, harmonie of wat dan ook". „Hij wilde zichzelf net zolang oefenen totdat hij „Tea for two" kon spelen. Zijn vriendin werd na tuurlijk knettergek van dat getoeter, zodat hij een keer buiten in het bos ging zitten spelen. Toen hij even ophield, hoorde hij om zich heen applaus en kwamen er mensen naar hem toe, die om verzoek nummers vroegen. Maar dat kon hij helemaal niet en toen heeft hij gezegd: „Ik speel alleen avant-gar de". Na afloop van lezin gen speelt hij ook zo maar wat saxofoon en dat vindt men daar in Oostenrijk kennelijk heel gewoon". ooon hei mtain m jttm aon lEomn eoto tieiftt at smuo n m mm r tam allemaal eten^ binden tri opiluttcn. (a liwbih en Üdona op schip s: •sia uba )jee;s 'jasstA uue 'smq uba qsp 'qoq uba spuu 'uiooq uba i[B) 'sjqoaj iqoM 'qoq uba afsBp 'jasstA uba sjbbj Tsiq uba (asSuaq 'jaous HYERES (AFP) -Het inter nationale filmfestival voor jonge cineasten in het Zuid franse Hyeres zijn in de ca tegorie .andere films' twee Nederlandse inzendingen onderscheiden. De experimentele zwart wit film „Casta Diva" van regisseur Eric de Kuyper kreeg, samen met „Pour voir" van de Fransman Pa trice Eward, de gedeelde eerste prijs. Aanvankelijk was gemeld dat „Casta Di va" alleen de hoogste prijs had ontvangen. De jury kende voorts een speciale vermelding toe aan „Het reservaat" van Marjo- lijn Maris. BOEKENBOEKENBOEJ BOEKENBOEKENBOEKEXB* ENBOEKEN&OSKSTtBOl BOEKETVBOEKENBOEKEN 'Ik zet mijn boog in de wolken'. Gedenkboekje t.g.v. het 150-jarig bestaan van de Franciscanessen van Mariadal, Vincentiusstraat 7, Roosendaal. Tijdens de feestzitting bij het 150-jarig bestaan van de congregatie van de Francis canessen van Mariadal in Roosendaal is aan alle geno digden een gedenkboekje uitgereikt waarvan de titel ontleend is aan het schep pingsverhaal in de bijbel:'Ik zet mijn boog in de wolken'. De regenboog als het sym bool van het eeuwig verbond van God met de mensen. Nadenkend over de bron nen van hun inspiratie: de bijbel, Franciscus van Assi- sië en hun stichteres en te gen de achtergrond van de anderhalve eeuw geschiede nis van hun congregatie ge ven enkele zusters hun visie op de vorm, de waarde en de betekenis van het religieuze leven in deze tijd. Op het le ven binnen een -niet meer groeiende- biddende en wer kende gemeenschap. Een ge meenschap die nadrukkelijk gesticht is als onderwijscon gregatie, maar dat sinds 1970 niet meer is. Een gemeen schap die nu voor haar werk aansluiting zoekt bij 'wat we hedendaagse noden noemen'. -- Uit de eigen woorden van de zusters blijkt hoezeer zij worstelen met het vinden van nieuwe vormen in trouw aan het oude christelijke ideaal, 'een echte leefge meenschap als evangelische kerngroep'. Daartoe ontwik kelt zich een wijze van reli gieus leven waarin de leden zelf, voortdurend terugke rend naar de bronnen, in houd moeten geven aan de geloften van gehoorzaam heid, eenvoud en zuiverheid. "We geven elkaar de ruimte om die vorm te kie zen die het beste past bij ieders persoon, karakter en aanleg". In dat citaat ligt het wezen van de veranderingen die zich in het leven van re- ligieuzen voltrekken. Veran deringen die zij niet in doemdenken over zich heen laten komen, maar die op zich weer inspiratie zijn voor de toekomst. Een boekje als een teken van hoop. T.K. Marifoon, techniek en communica tie. Uitgave De Boer Maritiem. Prijs 14,95. Auteur T. de Graaff. Communicatie wordt steeds belangrijker. Beschikt de luchtvaart al tientallen ja ren over de meest professio nele verbindingsmiddelen, in de scheepvaart ligt de tijd van vlaggeseinen nog niet zo lang achter ons. Nu is een korte afstandsradio als de marifoon wel ingeburgerd bij de koopvaardij en in bin nenvaart, maar in de water sport ontbreekt een derge lijk communicatiemiddel nog vaak. Eigenlijk onver antwoord omdat waterspor ters dagelijks de weg van beroepsvaart kruisen. Bij de uitgeverij De Boer Maritiem is nu handleiding verschenen voor het behalen van het diploma dat nodig is om van de PTT toestemming te krijgen een marifon te be dienen. Het werkje behan deld niet alleen de thearie van de radio-communicatie, maar ook de techniek, zodat de gebruiker een inzicht krijgt in de werking van zijn boordtelefoon. P.des.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1982 | | pagina 17