Je moet
't probleer
DE THERMOMETER
VAN
DRIE METER
De sneeuwkoningin
Rekal de jachthond
O
O
a5
O
s
O
O
i:
CL
Pim en de haas
N
N
0
N
N
3
ZATERDAG 27 DECEMBER 1980
m
■VRIJE TIJD-
MIRDAG 27 DECEMB
Mevrouw de sneeuwkoningin
Bedankt voor alle sneeuw
Ik vind het leuk
Al duurt het een eeuw
Ik heb al een wollen pet
Voor alle sneeuwpret
Mijn schaatsen kan ik niet vergeten
Ze zijn nog lang niet vergeten
We eten lekker erwtensoep
Daarna glijden we over de stoep
Het is erg glad
En Pietje viel op zijn gat
o o
r
94
ro
fiet Buddingl
Deze kerstkaart met een vrolijk sneeuwmannetje naast de kerstboom werd gestuurd door Vincent
Vergouwen (zes jaar) uit Etten-Leur.
Pim, is een leuke jongen. Hij
woont in het bos. Op een dag
ging Pim het bos eens goed
bekijken. Maar wat zag hij
daar?
Een haas. De haas had
een kapot pootje. Hij nam
hem mee en lapte zijn poot.
De haas kon weer lopen.
De zevenjarige Sascha
Smulders uit Dóngen schreef
dit verhaaltje over Pim en
een ziek haasje.
Eindredactie:
Maria van Mourik.
Er was eens een thermometer
Hij was veertig jaar en drie meter
Hij besloot de stad in te gaan
Hij vond het niet leuk
En hij vloog naar de maan
Op de maan was niet veel te zien
Hij bleet er wonen op nummer tien
Hij at altijd stenen en stof
Maar dat was er nu niet
Dus kreeg hij de bof
Hij werd opeens erg ziek
Dus ging hij naar Tante Miek
Hij bleef maar zuchten en steunen
En begon ook nog te kreunen
De dokter maakte hem weer beter
Nu is hij weer een thermometer
Van drie meter!!!!
Dit lekkere onzin-gedlcht werd geschreven door Monique
Richards (tien jaar) uit Hoeven.
Merljn van Mourik (negen Jaar) uit Etten-Leur maakte dit
gedicht over de sneeuwkoningin, die hopelijk nog voor veel
sneeuwpret zal zorgen deze winter.
Zo'n mooie kerstboom
staat thuis bij Petra Waas
(acht jaar) uit Oosterhout.
i M
Dit meisje is erg blij dat er sneeuw valt, zoals de meeste
kinderen. Laura Jonkers (zes jaar) uit Oosterhout maakte deze
tekening.
Deze kerstman is wel wat laat maar nog net op tijd voor een
portretje in de Kleine Stem. Hij werd getekend door Jannigje
Gerritzen (acht jaar).
Er was eens een hond en d<e heette Rekal. Rekal was een
jachthond. Hij woonde met zijn baas In een klein huisje. Rekal
ging 's avonds met zijn baasje wandelen en soms jagen.
Als ze gingen Jagen ving hij meestal konijnen. Als ze een
hoop hadden gevangen dan gingen ze naar huis. Meestal gaf
zijn baasje hem wat van de vangst.
Op zekere dag gingen ze weer jagen. Toen ving Rekal een
hert en een konijn. Dat was een geluksdag voor Rekal en zl|n
baasje. Want Rekal kreeg het konijn en zijn baasje had voor
een hele tijd te eten.
Els van Meel (elf jaar) uit Made heeft dit verhaaltje verzonnen
voor de Kleine Stem.
Werner Versijp uit Terneuzen maakte deze mooie tekening met van alles erop wat met Kerstmis en winter te maken heeft.
c
CS
cg
t/5
c (O
o Q_
0)C
■i
co CD
■O "O
Q. >-
O <D
berg in
GriekenL
napijn
F~
omslag
van een
geheel
tellen
glaasje
steilte
drank
voel
baar
vrucht
bare
plek i. e.
woestijn
namelijk
ratione
officii
ont
nemen
Jij
(Frans)
een
zekere
scherp
kijken
elektr.
gekdeel
ad acta
T
volge
ling
rlvlerln
Italië
soorte
lijk
gewicht
tegen
overge
stelde
ver
lichting
put
emmer
be
dreigen
Oost-
Dultsl.
persoonl.
vnw.
soort
T~
rivier in
Frankr.
petrole-
umbron
geld be
waren
si
placet
eenling
ooster
lengte
T~
rond
hout
van de
Inhoud
ontdoen
tijdperk
livrei-
knecht
familie
lid
bijl
autoken
teken
van
Turkije
bloed
vat
rivier in
Duitsl.
rlvlerln
België
onver
bloemd
Engelse
ont
kenning
invor
deren
rinfor-
zando
Noorse
fjord
c
CB
U)
c co
CD OL
C ■*-'
O "O
Q. k-
o
Q O
KRUISWOORDRAADSEL.
HORIZONTAAL: 4 ten aan
zien van (afk.), 6 speelgoed, 7
muzieknoot (ook; schuifbak),
8 bijwoord, 9 plaats in
Utrecht, 10 uitroep, 11 drie
min twee, 12 van een ent
voorzien, 13 laatstleden
(afk.), 14 oude lengtemaat, 16
plakmiddel, 17 tegenoverge
stelde van ja.
VERTICAAL: 1 vis, 2 zieken
huis, 3 gevangenis, 5 hoofd
deksel, 6 een handtekening
zetten, 13 plezier, 15 water-
doorlatend.
10
16
13
12
14
17
15
LUCIFERPROBLEEM
Als je drie lucifers verwij.
dert, kun je zes gelijke vier
kanten overhouden.
Lgt stripboek „Kuifje in Amerika"
Lzoek naar zijn hond Bobby. Opee
[afgrijselijk gejank. Dat moet Bob
j mishandeld wordt, zo denkt Kui
middellijk gaat hij op onderzoek
Tit tenslotte woedend een huis
mi vindt hij een negermoeder die
blende kindje wiegt. Een heel ver\
k ronduit discriminerende situatie.
iepper van Kuifje, de Belg Hergé
ggereert daarmee dat negerkinde
gfan als honden. Ook zou je uit de
linnen leiden dat de negermoed
"dpijn doet. „Kinderen er uit zich
wust van maken dat dergelijke
^Hllllllllllllllllllllllllllllltlllllllllllllllllllllllllll
|hET PROOvleem van he
hoolboeken heeft pas enkele
nd. „Dat komt omdat het pre
I gekomen. De laatste tien jat
komstig uit andere cultui
genomen", verklaart Piet F
Doordat er veel buitenlan-
s naar ons land zijn geko-
n worden de Nederlanders
het dagelijks leven vaker
lonfronteerd met leefwij-
i en cultuurpatronen die
jniet kennen. En juist om-
Et die leef wij zen en cultuur-
|tronen onbekend zijn, roe-
i ze irritaties op. Boven-
(i is het ook nog eens zo dat
t er al enige kennis over de
er bestaat, deze vaak niet
jlemaal juist is. Een rol bij
t alles speelt het gegeven
|t in kinder- en schoolboe-
i mensen uit andere we
lden, zeker tot voor kort,
(uwelijks een rol spelen,
s ze wel ten tonele gevoerd
irden, zijn ze vaak verte-
lid weergegeven. Zo heb-
negers in strips veelal
ke lippen en spreken een
|abbeltaalfje. De hoofdrol-
i in kinder- en schoolboe-
zijn altijd weggelegd
lor blanken, die erg slim
en alle problemen spe-
derwijs oplossen.
ormen
Bet verkeerd weergeven s<
i mensen uit andere lan- n
i of werelddelen is slechts a
van de in kinder- en
jioolboeken voorkomende
tien van racisme.
-
ten andere vorm is bij-
|orbeeld het gebruik van
nen als zwartem, onbe-
aafd, roodhuiden, primi-
en spleetogen. Het zijn
lorden die bij de betrokke-
slecht vallen en soms
i ronduit kwetsend zijn.
andere, subtielere, vorm
i racisme in boeken is het
glaten van, bijvoorbeeld
geschiedenisboeken, be-
rijke historische feiten,
s een gunstig beeld van de
(schreven volken zouden
nen oproepen. „Dat ra-
ne is ontstaan doordat de
aterlingen bij de benade-
5 van andere volkeren al
ii van zichzelf uitgingen en
uitgaan. We hanteren
jszelf steeds als norm. Chi-
an hebben spleetogen zeg-
iwij altijd. Als we de vorm
onze ogen als maatstaf
nen, hebben ze inderdaad
feetorren. Maar wie zegt
7 dat wij onszelf als norm
Pgen nemen?", aldus Bud-
gh.
onomisch
Dat redeneren vanuit ons-
vanuit de Europeaan en
tke dus, heeft al eeuwen
den de basis gelegd van
racisme.
3 de Europeanen ergens
Jeen land binnendrongen
[de mensen die er woonden
dedigden zich daartegen,
1 werden ze onmiddellijk
J agressief of als „wilden"
ptempeld. Dat binnendrin-
J1 in andere landen gebeur-
1 overigens altijd uit econo-
^ohe motieven. Als wij be
ulde stoffen nodig haden.
j) haalden wij die ergens
l»t k8 varu*aan als we ze zelf
F hadden. Andere mensen
pden uitgeroeid of ge-
r°ngen werk te verrichten
oepaalde gewassen te ver-
£nven. De ontwikkeling die
P er zogenaamd voor in de
tfë, brachten, door bij-
fkbceld het aanleggen van
pgen en het bouwen van
Toeken, was uitsluitend
^icht op onze behoefte. We-
en spoorlijnen in landen
vroeger gekolonialiseerd
pen, lopen vaak alleen
Par van de kust naar het
Paenland. Zuiver eigenbe-
Pe dus", stelt Buddingh.
r.le economische motieven
Pen ook nu nog vaak een
„1 het verkeerd weerge-
van feiten in schoolboe-
rrf ^nderlectuur. „In veel
brat' 'Cskundeboeken
p at gesproken over be-
Ib i'Ce lanclen. De belang-
Igk, en ziJn echter uit-
,/fr'a landen waar we
"Iels betrekkingen mee