De buurjongen die beroemd werd Idolen Filminformatie op tv in verdomhoekje Miriam Makeba topper jjOS SCHIPPER: Abbey Lincoln uitblinker Het is mkkelen Zware dag voor Jan Jonkers Samenstelling: Dirk Vellenga en Wim van leest Monroe, sterven i°ng Mm John Garfield, Montgomery Clift, James bean, Bruce Lee, Keith Moon Janis Joplin, Buddy Holly, Brian Jónes, Elvis Presley,Jim Morisson, Jean Harlow, Record aantal bezoekers North Sea Jazz Festival DE STEM VAN DINSDAG 15 JULI 1980 15 JULI 1980 BUDDY HOLLY Holly en zijn Crickets (Door Marianne Sinclair) BUDDY HOLLY stierf te jong om een wer kelijke mythe op te kunnen leveren. Hij bouw de tijdens zijn zeer korte carrière weliswaar een reputatie op en had veel succes. Maar in die persoonlijkheid zit erg weinig dat hem tot een mythe kan maken. Holly is gewoon gestor ven voordat een beeld van hem als individu zich had gevestigd. Aflevering 9 Hoewel zijn gezicht, met de bril met het donkere mon tuur, heel bekend is, is er toch iets vreemd statisch aan alle foto's. Ze bevredigen niet de nieuwsgierigheid die men voor Holly als persoon zou moeten voelen. Zijn gezicht is aardig en zacht. Het reflecteert de onschuld van zijn zangstijl, de bijna kin derlijke speelsheid van zijn liedjes, hun jongensachtige oprechtheid. Op foto's laat hij altijd dezelfde neutrale indruk achter of hij nu een trui of een gewoon pak draagt, of zijn haar nu in de war is of gladgestreken. Hij is een heldere, kortgeknipte jongen uit de jaren vijftig. De feiten over Buddy's le ven zijn nauwelijks opwin dende lectuur. Hij werd in 1936 als Charles Hardin Holly geboren en groeide op in Lubbock, Texas, tussen de kantoenplantages. Zijn fa milie was van huis uit doops gezind en Charles was be hoorlijk religieus. Hij was de jongste van vier kinderen en werd flink verwend. Tot 1948, toen hij gitaar ging spelen, toonde hij niet veel interesse voor muziek. Op de middelbare school ging hij samenspelen met Bob Montgomery, die de meeste van hun liedjes schreef. Ze hadden zoveel succes toen ze op de dans avondjes van hun school op traden, dat ze een geregeld Buddy en Bobprogramma kregen op een Lubbocks ra diostation. In die periode maakten ze ook een aantal plaatjes, klagelijke country- muziek met een vleugje Mexicaanse invloed in de gitaarstijl. In 1956 kwam Buddy on der contract bij Decca. Hij maakte zestien platen met muziek in de Presley-rock- stijl. Maar hoewel Buddy de alom bekende Presley imi teerde was zijn stijl anders. Eerder speelser dan sensueel, meer met een knipoog dan een snauw. Tegen 1957 had hij Nor man Petty als manager, een musicus die producer was geworden en Buddy had een groepje, de Crickets. In de4 herfst van dat jaar hadden ze hun eerste hit met That 'II be the day. Ze hadden dat jaar nog meer successen, onder meer met Peggy Sue en Ravo on. Toen ze op tournee in En geland gingen, was hun mu ziek bekend. BUDDY HOLLY stierf jong, maar niet op het hoogte punt van zijn carrière. Hij ging dood voordat zijn persoon lijk imago een goede indruk op de wereld had achterge laten. Ondanks het feit dat hij te vroeg stierf, heeft hij nog steeds zijn vereerders. Dat heeft te maken met zijn talent en zij originaliteit waar niemand omheen kan. De gege vens zijn ontleend aan het boek Idolen sterven jong van Marianne Sinclair. Een uitgave van Rostrum, Haarlem. Prijs 29,90. Oprecht Zelfs al waren de fans in extase, de Britse critici dachten er anders over. De Telegraph and Argus klaag de: „Waar moet het met de muziek naar toe?". Maar Keith Goodwins kritiek in The New Musical Express pleitte voor de Crickets: „Als enthousiasme, gedrevenheid en oprechte overgave de be standdelen zijn, nodig voor succes op het gebied van de rock en roll, dan kunnen Buddy Holly en de Crickets een lange populaire loop baan tegemoet zien. Ze speelden continu htm rock in een vijfentwintig minuten durend nummer dat nooit in elkaar zakte. Het verbijstert me hoe deze jongens het klaar spelen zoveel lawaai te maken met hun beperkte in strumenten". Zoals altijd in de muzie kwereld liep een en ander niet zo gemakkelijk als het aan de buitenkant leek. Hoewel Buddy nog maar net twintig was, was hij al heel volwassen en hij had veel belangstelling voor de zake lijke kant van het vak. Hij was zich ook erg bewust van zijn imago. Maar hij en de Crickets waren onervaren en er waren onenigheden tussen hen en manager Petty en soms ook onderling. Zo hield Holly er niet van dat zijn jon gens rookten of dronken. De verbittering nam toe toen Buddy in 1958 trouwde. Zijn vrouw, Maria Elena Santiago, was in Puerto Rico geboren, maar woonde in New York. Er was iets van de magie van de West Side Story in hun romance, alleen deze Maria was niet arm. Haar tante werkte op de Latijns- Amerikaanse afdeling van Southern Music en Maria was daar werkzaam als re ceptioniste. Daar ontmoette ze Buddy. Buddy's vader ging ak koord met het huwelijk, maar zijn moeder had er moeite mee. Buddy was als de jongste altijd haar favoriet geweest. Maar vader Holly zei tegen Maria: „Jij bent het beste dat Buddy in zijn leven is over komen. Jij hebt zijn navel streng verbroken. Toen hij jonger was zat hij teveel vast aan zijn moeder. Daarna zat hij aan Norman Petty vast, maar nu is hij zichzelf, hij is eindelijk een man". B uddy was 21 en Maria een paar jaar ouder. Ze gaf hem blijkbaar de zelfverzekerd heid die hij eerst niet had en die je nu in zijn liedjes terug vond. Ze had duidelijk een grote invloed op zijn carrière. Ze kende de muziekwereld goed en ze had in New York zelfstandig leren zijn. Maria adviseerde Buddy zelfs om acteerlessen te gaan nemen om eventueel in films te gaan spelen. Norman Petty vond haar een gevaar voor zijn management. En inderdaad, in het najaar van 1958 brak Buddy met Norman. Ook de Crickets en hij gingen uit el kaar. De Crickets bleven bij Petty. In het begin van '59 sloot Buddy zich aan bij een show die Het Winter Dans feest werd genoemd. De show speelde op twee februari in Iowa en Holly organiseerde een vliegtuig met vier zit plaatsen om hem naar de vol gende plek van de show in Noord-Dakota ts brengen. Buddy was moe van het rondtrekken, hij had al een maagzweer, maar hij stond erop een professioneel beeld Een klassieke pose van Buddy Holly van zichzelf hoog te,houden. Daarom wilde hij zo snel mo gelijk weg om de tijd te heb ben zich een beetje op te knappen. Enkele minuten na de start stortte het vliegtuig neer en vond iedereen aan boord de dood. De piloot was' waarschijnlijk niet goed op de hoogte met de speciale controlesystemen van dit vliegtuig. Bovendien was het weer erg slecht. StÜ Buddy Holly werd op 7 fe bruari 1959 in Lubbock be graven. Duizenden mensen woon den de begrafenis bij en er kwamen rouwbetuigingen uit de gehele wereld. De grafsteen werd een platte steen met een afbeelding van Buddy's gitaar erop. Het werd een pelgrimsoord voor duizenden fans. Een van Buddy's leraren zei later: „Eerlijk gezegd was het pas na het nieuws van zijn dood in de kranten dat ik mij her innerde, dat hij bij mij in de klas had gezeten. Hij was een stille jongen, bepaald geen opvallende leerling, maar hij veroorzaakte ook geen moei lijkheden. Ik weet dus niet veel over hem". Buddy zelf vond zich blijkbaar ook geen fascine rende persoonlijkheid. In een opstel op school schreef hij: „Mijn leven is een leven zon der veel opzienbarende ge beurtenissen. Er valt niet veel te vertellen". Hij voegde er in het opstel aan toe dat hij erover dacht om carrière te maken met het spelen van country en westernmuziek, maar hij zei voorzichtig: „Als ik daar goed genoeg in ben. We zullen wel zien hoe dat uitpakt". Juist die kwaliteit was de sleutel tot zijn inmiddellijk succes. Hij zag eruit als een jongen van hiernaast en zijn liedjes waren dan ook ty pisch die van de buurjongen als die het talent gehad zou hebben om ze te schrijven en zingen. Er waren miljoenen van het soort jongens als Buddy. Er waren ook miljoe nen meisjes van hiernaast die gereed stonden om Holly's platen te kopen. Die meisjes waren op zoek naar een vriendje dat voor ze zong en die ze het hof maakte met woorden als die in Buddy's liedjes: teder, oprecht, en zonder bedreiging. De cynische liefde- voor-één-nacht benade ring van veel latere rock en roll zangers heeft nooit helemaal de zachte hoffe lijke, aarzelende aantrek kingskracht van een Hol- lyliedje. Het eerste lustrum van het North Sea Jazz Festival heeft een record-aantal be zoekers getrokken, name lijk ruim 28.000. Op schoonheidsfoutjes na (uitlopend schema en te volle zalen) liep het festival op rolletjes. Fats Domino zorgde met zijn Rhythm en Blues Explosion toch nog - ondanks de vele evergreens, die vaak op afroep door hem gebracht werden - voor een verrassing door in „Let the Four Winds Blow" de saxen een echte „battle" te la ten uitvechten. Even later toverde Benny Carter in een andere zaal de violist Joe Ken nedy tevoorschijn, die een op merkelijke swing uit zijn viool haalde. Voor wat de violisten betreft, was daar natuurlijk de Fransman Didier Lockwood met zijn quartet, die feitelijk niet meer ten gehore bracht dan wat van hem verwacht kon worden. Daartegenover stond de violist Alfredo de la Fé van Tito Puente, die verraste door zijn schitterende technieken en zorgde voor een echte Sal safeest. Groot succes oogstte Miriam Makeba, die met volledige in zet en allure haar politiek in zicht niet onder stoelen of banken stak. Bij haar was het niet een glad afwerken van een programma, maar vooral ook een samenspel met het publiek, dat jammer genoeg niet al haar opmerkingen kon volgen. On getwijfeld was er voor haar en haar groep het meeste applaus op het festival. Een spontani teit, zoals die van Miriam Ma keba was helaas bij vele andere musici ver te zoeken. Wel was daar nog Oscar Peterson, die als verrassing Toots Thiele- mans bij zijn trio voegde. Dit TOUR '80 nOOR juciN GROOTHUIS. leidde tot een bijzonder fijn, gevoelig concert. In de Variantzalen was het voornamelijk de Cajun, Zyde- co, blues en oude stijl jazz, die het menu vormden. Rockin Dopsie en Queen Ida zorgden daar voor de nodige spontani- teit in de muziek. Geheel an- ders daarentegen was het op. treden van „Seven Singers and a Horn", een Nederlandse for matie die duidelijk de laatste t'jd veel aan kracht heeft ge wonnen. De vijf zangeressen met Nedley Elstak op piano en trompet kwamen duidelijk als homogene groep naar voren, waarbij vooral Soesja Citroen kon imponeren. Meer moeite met de zang had Betty Carter zondagmiddag. Met een zak doek in haar hand probeerde zij de steeds opkomende hoestbuien te onderdrukken. Ondanks deze handicap liet ze wel blijken dat ze over een bij na niet te evenaren techniek beschikt, maar ze hield zich duidelijk in, zodat ze nauwe lijks aan langere soli toekwam. Pim Jacobs, die een aantal concerten inleidde, sprak van het grootste festival ter wereld. Inderdaad is het North Sea Jazz Festival inmiddels wel uitgegroeid tot het interes- santse jazz-festival in de he dendaagse jazzwereld. EDO SAUREN BREDA - Om niet geheel door de eigen favoriete muziek de vernieling in gespeeld te worden, was het geboden ri- goreus te selecteren in het pro gramma-aanbod van het North-Sea Jazzfestival. Vrijdagavond, of liever: vrijdagnacht om kwart voor drie begon er een sjeuig roze licht te branden op het podium van de grote PWA-zaal, waar het grote orkest van Maynard Ferguson zou spelen. De re cente disco-escapades van Maynard lagen nog vers in het geheugen, maar de onbestem de gevoelens waarmee we wa ren gaan zitten en kennis had den genomen van de ambiance verdwenen spoorslags toen de band het aloude themastuk „Blue Birdland" inzette. Het begin van een big-band con cert, dat er zijn mocht: grote indruk maakten vooral een versie van de Rollings-klassie- ker „Airegin" en het stuk „Everybody Loves The BLues", dat in de beste Fer- gusontraditie gebracht werd: briljant gearrangeerd, vol met tempowisselingen en spits vondigheden, een lust om te horen. Een aantal „Alumni" uit vroegere Basie-orkesten ver zorgde een schitterend concert op de zaterdagavond. Zonder de Count (maar wel met de pianoreus Nat Pierce, die wer kelijk fantastisch begeleidde) lieten de heren zich van hun beste kant zien in een ballad- medley: vooral Marshall Royals interpretatie van „Stardust" met een fantasti- baaagaass'wnnrtt-^H' HUW Jtt* I— KUNST EN CULTUUR hebben amper de kans op het Nederlandse televisiescherm. Er zijn wel een kunstpro gramma's, óf op moeilijke uren, óf in een nauwelijks in formatieve magazinevorm, zo als de AVRO het het afgelopen winterseizoen porbeerde. Meestal was zo'n kunstpro gramma geen lang leven be schoren. Schromelijk onderschat als kunst- en cultuurvorm in die programma's zijn de speel films. De Nederlandse televisie is gezegend met drie filmpro gramma's, maar twee ervan besteden voornamelijk aan dacht aan de spektakelstukken en de films, die voor veel geld met veel grote namen zijn ge maakt. De Nederlandse tele visie staat wat de aandacht voor de film betreft ver achter bij de buurlanden België en Duitsland. De drie programma's die er zijn, komen eens per maand, en dan nog alleen in de winter maanden. En èls ze er zijn, is dat vaak in één en dezelfde week. Van een beetje coördi natie is geen sprake, terwijl dat toch wel handig zou zijn. Elke week zijn er premières, zodat elk programma een eigen exclusiviteit heeft in de vorm van een première. Nu is men vaak op jacht naar dezelfde première, naar dezelfde regis seurs en dezelfde acteurs. Al leen de mate van onbenullig heid in dit stellen van vragen kan verschillen. Bekijken we de drie pro gramma's eens nader, dan stuiten we wel eerst op „Voor een briefkaart op de eerste rang", van de KRO, dat afgelo pen winter het elfde seizoen volmaakte. Van het oorspron kelijke idee is nog maar weinig over. Het was de bedoeling dat kijkers hun filmwensen op een briefkaart zouden zetten, waarna aan een wens tussen de kwis door al dan niet voldaan werd. Dat is er de laatste tijd helemaal af. Zelfs het publiek (dat altijd na het afdraaien van de filmfragmenten plichtsge trouw de handen op elkaar bracht) komt de studio niet meer in. Het draait allemaal om de kwis. Filminformatie (waar zijn de nieuwe films en hoe zijn ze - dat laatste impliceert een waarde-oordeel) is er niet of nauwelijks, tenzij een ant woord op een vraag als waar devolle informatie gezien kan worden. De opbouw van een „Briefkaart" is eenvoudig, en daardoor ook ijzersterk. Stukje film, vraag, film, vraag, enzTot het optreden van de gast van de avond, een van de Nederlandse „sterren" of zo heel incidenteel een buiten landse ster, met of zonder hoofdletter. Presentator Bob Bouman kwijt zich tegen het einde van de uitzending van zijn taak als interviewer. Ie dereen is bij Bouma aardig, ie dereen is uitstekend, elke „filmdiva" is charmant en knap (zo zeer zelfs dat Bouma er verlegen van wordt en je hem bij wijze van spreken nog op een zwart-wit-toestel ziet blozen). Bouma is het type van de sympathieke, innemende, schutterende interviewer. De vragen zijn vriendelijk, en nooit erg diepgaand. Het veruit informatiefste programma was in het win terseizoen „Cinevisie" van de NOS. Interviews met regis seurs, acteurs en actrices over de film en niet over hun privé- levens. Plus de premières na tuurlijk. Nadeel was evenwel het ongunstige uur (zondags ■HHMHnnmn kwart voor zeven). Cinevisie heeft overigens altijd al een beetje op de schopstoel geze ten. Toen de NOS dringend moest bezuinigen stond Cine visie hoog op de lijst om afge voerd te worden. Als derde en laatste Neder lands filmprogramma figu reert „Simonscope", van „omroepfladderaar" Simon van Collem voor de TROS. Vroeger was dat programma onder dak bij de AVRO, waar voor Van Collem overigens nog altijd in de „Televizier" schrijft. Van Collem is nooit wars van een stuntje om een of andere spectaculaire film aan te prijzen. Klimt in de zijspan van een crossmotor ten behoe ve van een filmpje voor „Spet ters". Simonscope zoekt het vooral in spektakel en korte niet erg informatieve inter views. Het verschil met het buiten land is groot. Met België bij voorbeeld. Donderdag is de grote dag voor de cinefiel. Eerst op BRT-2 „Première" van Jo Röpcke. Stukjes uit de belangrijkste premières, plus informatie over de plaatsen waar ze draaien. In het pro gramma-onderdeel Focus ge sprekken met vooral regis seurs. En alles zonder zelf spectaculaire stunten uit te halen. Na „Première" snel overgeschakeld naar RTB-L naar „Caroussel aux images" Vrijdags om de maand „Prt* mière-magazine" bij BRT, een soort special over een film, een acteur/trice of regisseur. Ook de Duitsers zitten goed „Ratschlag für Kinoganger' „A Propos, film", een uitzen ding van 45 minuten met een aantal thema's. Toen wijlen Alfred Hitchcock de tachtig jarige leeftijd bereikte, werd een speciaal programma be steed aan de vele stijlfiguren van „de meester". Kom daaro Hilversum maar eens om Er bestaat een aantal fil"' tijdschriften, van Story-achti- ge tot opinie-achtige, elke zichzelf respecterende kW® heeft op vrijdag een film111' briek. Maar de televisie gee" amper thuis als het film be treft. Een merkwaardige sl' tuatie. AD VAN POPPbf sche cadenza op het einde maakte diepe indruk. Ook de snelle stukken, Jumpin' at the Woodside" en „Little Pony", werden goed gebracht: het heerlijke vederlichte drum- werk van Gus Johnson was hier vooral debet aan. De zondag was zonder twij fel de dag van Archie Shepp: samen met zijn kwartet (met zangeres Abbey Lincoln) ver zorgde hij het absolute hoog tepunt, een reïncarnatie van het oude Coltrane kwartet, dat zo fantastisch was, dat ze emoties opriep, die vrij zeld zaam zijn tegenwoordig. Shepp nam een solo van een half uur op „Impressions", compleet met alle dingen die Coltrane als handelsmerk ge bruikte, maar met een hele ei gen, bijzonder authentieke jas aan; de tandem Mal Waldron (piano) en Santi Debnano (bas) speelde in het basregister zó goed samen, en drummer John Betsch drumde zó onver gelijkbaar veel lichter dan zijn grote voorbeeld Elvin Jones dat er een intense spanning ontstond op het podium, die ook oversloeg naar de zaal. Voeg daarbij het zangwerkvan Abbey Lincoln, dat eigenlijk altijd grote indruk maakt (deze keer met een fantastisch iro nische versie van „Left Alo ne") en het feest was werkelijk helemaal compleet. De over winning van Archie Shepp m de tenorbattle, via een sublie me versie van „Lush Life' (compleet met een grote uit „Well, you need n't" van Monk) was daarna eigenlijk nog maar een formaliteit. FRANK VAN DIXHOORN V 5? MORZINE - Jos Schipper ad, kort nadat hij juist voor 'bezemwagen in Morzine •as gearriveerd, de voor de and liggende conclusie zelf ok gevonden. „Ik heb me inde yreneeënrit over de Tourma- t ju de vernieling gereden, ad ik daarin maar gewacht ,p het tweede groepje. Het is ui niks anders dan sukkelen". Voor de derde maal in vier beëindigde de coureur tkwadendamme als één van Ielaatsten een etappe. „Hel is anders dan afzien, maar ik iadoor, omdat ik wil proberen 'arijstehalen. Ik vindhettoch en hele eer om de Tour uit te ijden. En volgend j aar zien we 'an wel weer. Het is helemaal iet gezegd dat ik dan weer zo lecht rijd. In mijn eerste Ron- le van Spanje ging ik na twaalf itappes naar huis. De tweede :eer dat ik de Vuelta reed, erd ik twaalfde in het eind- assement". Jos Schipper kwam gisteren lij de beklimming van de Ga- iibier, direct na de start, al in loeüijkheden. Hij was één van Ie eersten, die gelost werd. Ichipper: „Ik had een ver- ihrikkelijke last van mijn echterbeen. Dat heb ik altijd het begin van een etappe. Bij le beklimmingen heb ik die ijn gehouden". Schipper reed een hele tijd leen, maar vond tenslotte ansluiting bij de Fransen Le- ;eay, Perret en Duclos-Las- alle. Schipper: „Een groot oordeel was dat niet voor mij, ant Duclos-Lassalle en Per- et mogen dan naam hebben, :ij konden ook niets meer. Op jde Madeleine heb ik even ge dacht aan opgeven. Ik dacht bij mezelf: ik ga helemaal naar de |donder. Ik ben toch maar doorgegaan. Met wringen, trekken en sleuren ben ik ten- slotte over de streep gekomen. Het valt mij eerlijk gezegd nog I mee, dat ik ruim 31 minuten achterstand had. Ik had gere- i kend op drie kwartier en dan was het toch knijp geworden". I (Van onze speciale verslagge ver) MORZINE - Jan Jonkers had j gisteren een erg moeilijke dag. I Terwijl hij in een dringende I mensenmassa bijna wanhopig aan het zoeken was naar zijn I hotel, was dat duidelijk van I hjn verkrampte gezicht af te I ezen. Jonkers: „Mijn benen I 'eken wel betonblokken. Ik kon ze tijdens het klimmen I mina niet meer rondkrijgen. Hen ding weet ik wel: morgen op de rustdag blijf ik de hele dag in bed". UITSLAG. L Mariano Martinez (Fra-I Cre) 7.09.07, 2. Christian Le-I vavasseur (Fra-Danguillau-| ®e) 7.11.23, 3. Lucien vanl ™pe (Bel-Lefevre) 7.11.41,1 4- Ludo Peeters (Bel-Godef-1 root) 7.11.52,5. Robert Albanf («a-Crepel) 7.11.55, 6. Vi cente Belda (Spa-Carrasco) 2.06, 7. Bernard Thevenet! w ra-Per urena) 7.12.07, 8l Raymond Martin (Fra-Dan- SUillaume) z.t„ 9. Sven-Ake| Nilsson (Zwe-Danguillau-j me) 7.12.22, 10. Jostein Wil-! (Noo-Altig) z.t„ 11. oznec (Fra-Danguillaume) *;L, 12. De Muynck (Bei-Dé "ope) z.t., 13. Joop Zoete melk (Ned-Post) z.t, 14. J< aas (Ned-De Bruyne '•}2-28, 15. Toso (Fra-Altig ■13.52, 16. Johan van di ,e|de (Ned-Post) 7.13.53,17 ^ojarreta (Spa-Perurena 18. Henk Lubberdim, jjwd-Post) z.t., 19i Hennii aiper (Ned-De Muer) z.t. De Vos (Bel-De Bruyne <■14.04, 21. Loos (Bel-Lefe 7.14.50, 22. Ovion (Fral

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1980 | | pagina 6